't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
HELDER. NIEUWEDIEP EN OMSTREKEN.
h
No. 395.
Dinsdag 28 November 1876.
Vierde Jaargang.
a
q
VOOR DEN
1
Oplaag 4000 Exemplaren.
Abonnement franco p. post 50 Ct. p.3 maanden.
Afzonderlijke nummers 1 Cent.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgevers BERKHOUT Co.,
te HELDER.
ADVERTENTIEN
Yan 15 regels 25 Centenelke regel
meer 5 Centen; grootere letters worden
naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en YRIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zgn.
5
P
8S
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 28 Not. 1876.
De mailbooten »Conrad" en
»Madura" zijn beiden hedenmorgen
alhier binnengekomen.
De Burgerkring Harmonie" zal
eerstdaags weder een tooneelvoorstel-
ling geven in het lokaal Tivoli. We
der is het een liefdadig doel, dat deze
vereeniging met zulk een uitvoering
beoogtreeds menigmaal trad deze
vereeniging op,om ongelukkige wedu
wen en weezen of andere hulpbe
hoevenden te schragen en had zij 't
voorrecht van alle zijden medewer
king te ondervinden. Ook thans is
i dit het doel, en schroomt zg niet an
dermaal hare krachten aan te wen
de, tot ondersteuning van een hulp
behoevend en uitgeput gezin," waar
van de man reeds 22 weken, door
I het breken van een zijner beenen,
aan het ziekbed gekluisterd is en
waarvan de vrouw bovendien in ge
zegende omstandigheden verkeert.
Zoo ooit, dan is hulp hier drin
gend noodig. Zeker zal zij daarom
ook ditmaal slagen en door veler
i medewerking m haar liefdadig doel
i worden gesteund.
De min. van marine heeft zich
door bemiddeling van de kamer van
koophandel te 's Hage geïnformeerd,
hoeveel steenkolen in tijd van oorlog
i voor de Ned. marine te Rotterdam
zouden zgn te verkrijgen.
Voor rekening van onze marine
worden, volgens de »N. R. Ct"., te
FEUILLETON.
Londen gebouwd twee vischtorpedo's,
vaartuigen van ongeveer 25 voet
lengte, die, onder water door, een
a&nmerkelijken weg afleggen en onder
een vijandelijke vloot ontzettende
verwoesting kunnen aanrichten. Het
is een Engelsche uitvinding en de
details er van worden natuurlijk
zooveel mogelijk geheim gehouden.
Ter beurze te Amsterdam liepen
geruchten, dat op het stoomschip
Prinses Amalia" op 13 November
een soort van oproer onder het
detachement was onstaan. De directie
der Stoomvaartmaatschappij Neder
land" deelt mede, dat de rapporten
van den gezagvoerder, dd. 14 Nov.
met geen woord van soortgelijk voor
val melding maken. Alles was toen
wel aan boord, evenals bij het ver
trek van Suez, dat volgens telegra
fisch bericht, 16 November heeft
plaats gevonden.
Te Hellevoetsluis is bericht
ontvangen, dat in de Noordzee door
de stoomboot de Komeet" de Loóds-
kotter no. 5, is overstoomd, waarbij
de schipper Posthuma is verdronken
de overige bemanning is gered en te
Dover aan wal gebracht.
Uit Harderwijk meldt men dd.
24 Nov. aan de Zw. Ct. De persoon
van Abd-el-Kader, die onlangs, voor
zien van goede getuigschriften, voor
den Indischen dienst was geënga
geerd, is heden, op last van kooger
hand, van zgn verbintenis ontslagen
en naar het buitenland gedirigeerd,
bepaaldelijk niet ten genoege van
DE EBFENIS.
13) TWEE OUDE VRIJERS.
t het
hare
REN,
en
Ho-
ver-
itte en
IN,
Heer
t Je.
Olinger liet zicli een groot register met
acten aangeven en doorbladerde het lang
zaam.
Eindelijk stond hij weder op.
„Twintig duizend thaler rouwgeld. I>at
kan niet; volstrekt niet. Yoeg nog bij het
concept van uwen brief! liet bevalt mij ook
niet, maar 't zijn alle geen rozen, die ons
ambt aanbiedt. De Kanunnik Olinger
zal niet bij bet trouwen tegenwoordig zij»
de Secretaris Rabe zal in zijne plaats
komen
„Dat schrijf ik nietriep Siracb opsprin
gende. „Nooit!"
„Nu, het zij zoodan zend ik een anderen
plaatsvervanger. Schrijf slechts!"
Rabe begon te schrijven, bedierf cenige
vellen papier, daar hij de hoofdletters niet
möoi genoeg naar zijn zin kon krijgen.
Eensklaps stónd bij op, schoof den bril
omboog, legde de handen óp den rug en
zag zijn patroon trotsch aan.
„Gij ze^t, dat Carola den erf beer van
Tempelhof moet huwen niet waar! hij
heef; Bruno!"
„Juist, Bruno!"
„En wanneer Bruno de erfheer eens
niet was-"
„Ja dan zou het een ander moeten zijn
en ik zou een ander woordje spreken, Rabe.
Hij is het echter, zonder twijfel!"
Neende dood van den eigenlijken erfheer,
van dat kind is nooit bewezen geworden is
ook niet te bewijzen.
„Hij is door den rechter voor dood verklaard,
doch...."
„Die uitspraak wordt nietig, wanneer de
den belanghebbende, welke zich
gedurende het verblijf alhier steeds
uitmuntend heeft gedragen.
Yoor het hof te 's Bosch is de
zaak behandeld van een knap jong-
mensch, die iemand met een paraplnie
zoo in 't oog heeft gestoken, dat de
houten punt tot in de hersenen door
drong en de getroffene na een smar
telijk lijden van 3 weken overleed.
Met aanneming van verzachtende
omstandigheden werd 2 jaar cellu
laire gevangenisstraf geëischt.
De ijzeren brandkast," dezer
dagen ontvreemd uit een perceel,in
de Joden-Houttuinen te Amsterdam,
is met andere voorwerpen, op
dezen diefstal betrekking hebbende,
teruggevonden in het water nabij
den St. Anthoniedijk buiten de Muier
poort. De daders zgn echter niet
ontdekt.
Te Maastricht is dezer dagen
een weduwnaar met een weduwe in
den echt getreden, die nu gezamen
lijk in het bezit zijn van 15 min
derjarige kinderen.
Yoor eenige dagen kregen een
paar echte lieden te Urk des avonds
laat verschil over de hoeveelheid
sterken drank, welke zg dien dag
samen reeds verbruikt hadden. Daar ze
het niet eens konden worden, maakte
de man er een einde aan door het
mes van de tafel te nemen en zgn
vrouw daarmede een wonde in de
linkerheup toe te brengen, waardoor
zij niet buiten gevaar verkeert. De
justitie heeft hem voorloopig het
levende weder te voorschijn komt, die door
de misdaad van een ander verhinderd werd
te ver schijnen-—
„Dat is in dit geval een onmogelijkheid,"
hernam Olingèr. „Wie dood is die is
dó'od!"
,;Heer Kanunnik, zoo in dezen oogen-
bïik een jongman hier binnentradriep
Rabe in vnur gerakende, „en u zeide: Ik
ben uw pupilik ben dezelfde, die eens
in de herberg in het woud gestolen werd
en hier zijne mijne bewijzen, dat ik waar
lijk de zoon ben van Kuno von Tempelhof
zoudt gij dan een proces tegen den tegen -
woordigen erfheer, Bode von Tempelhof,
van de hand wijzen?"
„Dat is heel iets andersriep Olinger
lachende en zwaaide daarbij met de pijp.
„Maar wij kunnen daaromtrent gerust zijn,"
vervolgde Olinger na een pauzeterwijl
zijn gelaat ernstig werd, „de knaap,
Thedo von Tempelhof, komt nooit weder
terug."
genot van sterken drank onmogelijk
gemaakt.
De stóomer »Merapi," die den
20sten van Tjilatjap te Batavia arri
veerde, is op zijne reis aan een groot
gevaar ontsnapt.
Te 12 uur 20 minuten van Tji
latjap vertrokken en vrij hevigen
wind en hooge z"ee hebbende, onder
vond het schip niets bijzonders, totdat
's avonds te 8 uur 15 minuten de
kapitein Beekhuis van de brug ge
roepen werd door den kreet van
brand in het voorschip. De gezag
voerder liet dadelijk vaart verminderen
en gaf den lsten stuurman bevel
aille booten gereed te maken, om
onmiddelijk gestreken te worden
voorzien van zeil, water en leeftocht,
en daarna weder met zgn mannen
naar het voorschip te komen om te
helpen blusschen. Daar had men
iümiddels een paar delen van het
bovendek opengehakt en door die
opening, zoowel als door de patrijs
poorten, de slangen van de brand
spuit, die aan boord was en binnen
een paar minuten water gaf, binnen
gebracht.
Alle man hielp aan het aandragen
van water, en omstreeks 10 unr t40
minuten was men den brand meester.
Toen eerst kwamen de passagiers van
het achterschip den kapitein kennis
geven van een ongelnk, dat Jaar
gebeurd was, terwijl het schip aan
de vlammen betwist werd.
De militaire opziener van de genie,
J. H. Mee, had bezit genomen van
een der klaargemaakte booten. Mis
lik beweer het tegendeel!" zeide Rabe.
„Zoo veel is zekér, dat het kind niet ver
moord werd door hen die hét stalen
„Aangenomen, maar nog niét bepaald
toegegeven," viel Olinger hem in de reden.
,;Het. spoor, dat wij ontdektenwas toch
juist, heer Kanunnik
„Dat loopt niet verder dan'tot zijn vijfde
jaar!" bromde Olinger. „En nu wil ik niets
meer van de Tempelhofs en wat hen aan
gaat weten. Volstrekt niets'P"
„Nog slechts een paar woordèn. 'Zoo
Meijer zulk een'driftig, onhandelbaar mensch
niet was, dan
Wacht eens," riep Olinger. „De domkop
denkt misschien nog, dat ik den kleinen
Thedo von Tempelhof liet stelen."
„Meijer moet ook later tot andere ge
dachten gekomen zijn
„Denkt gij, dat hij iets ontdekt heeft,
dat alle vermoeden van ons afwerpt? Op
welke wijze dan? De zaak is nog geheel
in het duister, oude kerelZooals de boom