KLEINE COURANT \o. 459. Dinsdag 10 Juli 1877. Vijlde Jaargang. Oplaag 4000 Exemplaren. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag, Uitgevers BERKHOUT Co., te HELDER. ADVERTENTIËN N IE U WSTIJDINGEN FEUILLETON. Een edel hart. VOOR DEN Abonnement franco p. post 50 Ct. p.3 maanden. Afzonderlijke nummers 1 Cent. Van 15 regels 25 Centenelke regel meep 5 Centen; grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zijn. Uren van vertrek éri aankomst der Spoortreinen te Helder. ZOMERDIENST. VERTREp 'b morgens 6.00. 9.35. *11.47. namidd. 1.15. 6.30. •Alleen Vrijd. en Zaterd AANKOMST: '8 morgens 9.27. 12.56. namidd. *3.47. 7.39. 10.58. 'Alleen Vrijd. en Zaterd HELDER, 10 Juli 1877. Het stoomschip .Prinses Amalia," kapitein Fabritius, van Batavia naar bier, is 8 Juli des namiddags van üuez vertrokken. De gewezen secretaris der Amster- lamsche Kanaal-maatschappij P. H. Iruijn zal niet in booger beroep :omen van bet door de rechtbank e Amsterdam tegen bem gewezen onnis. Op het Nationaal Zendingsfeest, Voensdag te Middacbten gehouden, i gekollekteerd f 1023 benevens een koche en vier oorbellen. Jl. Zaterdag namiddag beeft bij de schietoefening van officieren der schutterij in Den Haag een ongeluk plaats gehad. De korporaal tamboer Veldhuizen bad zich uit zijn observatiepost aan bet einde der schiet baan verwijderd en zich in zulk een huisje bij zijne kameraden gevoegd, ten einde tegen den regen beschut te worden. Op den terugweg naar zijn post werd lij bij den overgang van de baan Vertaling van GERRIT J. 8) II. „Meermalen heb ik ernstig daarover nage dacht. Nog gisteren aarzelde ik, bij uw aandringen, een oogenblik, maar ik overwon de aarzeling spoedig." „Zult ge dat immer kunnen, Andreas?" „Ik wil, vrome vader, en ik kan. Ik hm 't slimste te boven. Ik ben besloten zelfs tot sterven." „Odat ik zwijgen moet riep de piester treurig nit, dat ik je onschuld niet lüde mag verkondigen! dat ik alles onder 't zegel der biecht heb gehoord en dus de wereld niet kan toeroepen„Hier staat de bete, de edelste broeder, die zich zelf op- offetü" „Vat zou dat geven zei de gevangene. De rots, de vreugde en de lieveling mijner 2 door een juist op dat oogenblik gevallen kogelscbot in den buik ge troffen, zoodat hij ernstig gekwetst in de nabijgelegen ververschingsin- ricbting werd gebracht, waar dr. Vinkhuizen Jr. weldra de eerste heel kundige hulp verleende. Na huis waarts te zijn vervoerd, is hij Zon dagochtend aan de gevolgen zijner wonde overleden. Onder Berkenrode bij Haarlem is een Colorado-kever gezien. Men schrijft uit Vlaardingen Het is zeer schraal met bet baring vangener zijn particuliere berichten ingekomen uit Lerwick van 1 dezer, volgens welke de vloot, die voor bet grootste gedeelte in de baai lag, weinig of niets gevangen badin eenige nachten vissohens. De tweede jager, die zich noch laat wachten, kan ieder oogenblik binnenkomen. Bij aankomst is te voorzien, dat zeer booge prijzen besteed zullen worden. 8 Juli. Heden arriveerde de 2e baringjager met 697/8 ton haring, waarvan 34 ton volle en 357/s ton maatjes, uitmakende de vangst van 26 schepende overgave had plaats van 23 Juni tot 1 Juli. Bij de Rechtbank te Winscho ten is een zaak aanhangig tegen zekeren scbeepsjager, H. S., uit Mun tendam, die onlangs met het paard van een confrater een schip had op gejaagd en door sterken drank ver hit, het dier zoodanig heeft verminkt en toegetakeld, dat bet er onder is be- ouders zat dan weldra, met ketenen beladen, in de gevangenis; ik zou mijn1 vader en mijne moeder spoedig voor mijne oogen zien sterven of onder kommer en leed langzaam zien verdwijnen. De geliefde mijner jeugd was dan niet alleen openlijk onteerd als de vtouw eens moordenaars, maar wat erger is, gebrandmerkt als de vrouw van een eerloozen bedreiger!" „"Was dat alles, neendaar zijn nog de kinderen. Zouden ze niet in hun prille jeugd onteerd en geschandvlekt zijn F" Zou den ze, hun leven lang, geen eerloozen naam dragen F Zouden ze misschien hem niet ver- vloeken, die hun 't aanzijn schonk? Neen, o neenBij die verpletterende gedachte zou ik voortaan geen enkel rustig en vroolijk oogenblik meer hebben, terwijl thans, in 't midden der ellende, vrede en kalmte in mijn hart heerschen, en wel een vrede, die me in staat stelt te verdragen, dat ik voor de oogen der wereld en die mijner ouders als moordenaar sta. zwéken. De verontwaardiging over drfc onmenscbelijk gedrag van den dierenbeul was algemeen. Bij den veehouder Buysman, in de Zijpe, zijn Donderdagmorgen vjjf koeien van de twaalf die in de weide liepen, door den bliksem getroffen en gedood. In bet Hbl. komt de volgende curieuse advertentie voor .Ik heb den 23 Junjj een afitenti in bet bandelsblat vermeit dat een weduwnaar zonderlast van kinderen omberispelijk van gedrag daar ik te lang heb gewacht om de brieven te balen vermeit ik het voor de 2 maal dat bet geen paskwil is dat kan uw wel begrjjpen anders zou ik het voor de 2 niet vermelden dus ik verlang een vrouw van 40 tot 50 zoo ik ook de ouderdom heb zeer goed van ge stalte knap en eene goede houding verzoek ik frauko brieven aan bet bandelsblat letters V. V. en presis de plaats waar uw mij wilt spreken en tijt ik kom als een beer ik hoop dat uw mij ook zobphandelt daar ik vrij inkoomen 18 gulden per week vrij daar ik een vrouw verlang, die 14 of meer inkomen heb dat zij een meid houden kan protestantse leer of lutters ik ben grifferm." Omtrent den kerkebrand te Hoorn kan de Tijd met zekerheid mededeelen: Op Zondag 1 Juli 11., 's nam. half zes uren werd de heer Scheefhals, deken en pastoor te Hoorn, door zijne dienstmaagd verwittigd, Koning Friedrich Wilhelm IV stond op 't met bloemen en vlaggen versierde station van de stad M., te midden van burgerlijke en militaire autoriteiten en omringd door een talrijke volksmenigte, daar bijeenge- gekomen om den Koning, die een dag in de stad had vertoefd, voor zijne afreis nog eenmaal te zien. Met zijne gewone vriendelijkheid richtte de goede vorst nog in die laatste oogen- blikken tot onderscheidene personen 't woord. Eindelijk was zijn gesprek afgeloopen. Frie - drich Wilhelm gaf een wenk, die dadelijk door de aanwezigen werd begrepengroetend weken allen ter zijde, een breede doorgang ontstond tusschen liet opeengepakte volk, hoeden werden gezwaaid, zakdoeken wuifden en een vroolijk „hoera" weerklonk. Lang zaam stapte de monarch voort, onvermoeid groetend en een vriendelijken blik slaande op enkelen, die hunne geestdrift bijzonder deden blijken. Plotseling werd zijn blik onder al dat gejubel ernstig, toen iemand uit de menigte een stap voorwaarts deed. 't Was dat er een .kerel" op bet kerkedak was. Aanstonds ging de pastoor zich van de waarheid dier tijding over tuigen en ontdekte in de kleeding van den daklooper het costuum van een protest, weesjongen, te buis be- boorende in het aan de katb. kerk belendende weeshuis. De pastoor een zoodanige liefhebberij in de toe komst willende voorkomen, begaf zich terstond naar den weesvader, en ter wijl bij bij dezen zijn beklag deed, kwam juist de dakklimmer van zijn tocht terug, zoodat de pastoor den dader te gelijk kon aanwijzen en ver volgens, niets kwaads vermoedende, huiswaarts keerde. Omstreeks 7 uren stond de kerk in vlammen. Hef spreekt van zelf, dat er weldra eenige vermoedens rustten op den prot. weesjongen, die daarop door den commissaris in verhoor werd genomen en aanstonds zonder eenig voorbe houd een volledige bekentenis deed. Hij verklaarde namelijk op het dak der kerk, door middel van een lucifer, een wespennest in brand te hebben gestoken. Zij, die met de ligging en de omgeving der kerk bekend waren, konden zich moeielijk voorstellen, boe bet den weesjongen mogelijk was geweest het hooge kerkdak te bereiken, weshalve de jongen, in tegenwoor digheid van den commissaris, de be klimming van het dak moest her halen, en daarbij zijn gymnastischen aanleg bewees. Wat het blusscben van den brand betreft, de meeste lof komt toe aan de bemanning van het een jeugdig man, in geestelijke kieeding, die den Koning met zijne groote, van weugde stralende oogen aanzag. De Koning bleef staan en sprak: „'t Verheugt me zeer, n nog te zien." „Mijn hoogste wensch is vervuld, nu 't me nog vergund is U. M. mijn innigsten dank te betuigen voor de betoonde barm hartigheid, zei de geestelijke." „Volg me buiten 't gedrang, lieve baron, en vertel me of er iets nieuws is ontdekt." In opgewekte stemming trad de Koning snel vooruit, de reeds geopende coupé en de overige wagens voorbij, en begaf zich, gevolgd door den priester, in dé ledige wachtkamer. Minuut op minnut verstreek; reeds was een kwartier verioopen, en nog stond de Koning, tot verwondering der menigte, met den priester te praten. Van oogenblik tot oogenblik werd 's Konings gelaat opgewekter en zijne bewegingen levendigerzijne wangen waren hoog gekleurd, hij wendde zijne vurige blikken niet af van 't aangezicht des priesters

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1877 | | pagina 1