KLEINE COURANT
HELDER. NIEUWEDIEP EN OMSTREKEN
EEN SPOORWEGREiS
\o. 465.
Dinsdag 31 Juli 1877.
Vijfde Jaargang.
Oplaag 4000 Exemplaren.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgevers BERKHOUT Co.,
ADVERTENTIEN
NIEUWSTIJDINGEN
FEUILLETON.
BIJ NACHT,
Vliegend Blaadje.
VOOR DEN
Abonnement franco p. post 50 Ct. p.3 maanden,
Afzonderlijke nummers 1 Cent.
te HELDER.
Van 15 regels 35 Centenelke regel
meer 5 Centen; grootere letters worden
naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zijn.
Eren van vertrek en aankomst der
Spoortreinen te Helder.
L ZOMERDIENST.
VERTREK
'8 morgens 6.00.
9 35.
*11.47.
namidd. 1.15.
6.30.
•Alleen Vrijd. en Zaterd.
AANKOMST
's morgens 9.27.
12-56.
namidd. *3.47.
7.39.
10.58.-
Alleen Vrijd. en Zaterd
HELDER, 81 Juli 1877.
Morgen voormiddag, direct na
afloop der stemopneming, zal aan ons
Bureau, (Spoorstraat) voor belangstel
lenden gratis verkrijgbaar zijn, den
uitslag van de heden plaats hebbenden
herstemming voor 5' leden van den
gemeenteraad.
Gisterenmorgen ten 11 ure werd
op de reede alhier, in bijzijn van
Z. Exc. den Minister van Marine,
den schout-bij-nacht P. A. van Rees
en andere officieren, in drie stoom-
barkassen gezeten, waarbij ook eenige
dames, een kleine torpedo afgestoken.
Een ontzaggelijke watermassa werd
met ontzettende kracht door deze ont
ploffing in de hoogte geslingerd.
Door den Minister werd kort te
voren ook een bezoek gebracht aan
het ramtorenschip Koning der Neder
landen."
Ter voorziening in den loods-
dienst te Ymuiden, zijn heden een
elftal zeeloodspn van hier, gedeeltelijk
naar Amsterdam, gedeeltelijk naar
Ymuiden metterwoon vertrokken.
69.
Jk.
naar het Engelsch.
5).
Was bet nu werkelijk bloot toeval dat
mij zoo herhaaldelijk met dezen hatelijken
vreemdeling te zamen bracht 't Was
mogelijk, maar toch kon ik de gedachte niet
van mij afwerpen, dat het rijtuig met dén
grijzen schimmel, 't welk in de nabijheid
van mijn club wachtte en in de nanwe straat
weder aan mijne zijde was, met de plotse
linge verschijning van den Rus aan het
stationsgebouw in verband stond. Zoude hij
mij nn den geheelen namiddag en avond,
Tot oefening der zeemiliciens
worden met ingang van 16 Augustus
a. s. eenige bodems, behoorende tot
het gepantserd materiëelliggende
te Amsterdam, Willemsoord en Helle-
voetsluis, in dienst gesteld.
Het st. Voorwaarts, vertrok
van Batavia naar Nieuwediep den 28n
Juli.
Het st. »Stad Haarlem" kwam
denzelfden dag te Batavia.
Het st. Prins Hendrik," van hier
naar Batavia, passeerde 28 Juli Kaap
St. Vincent.
De min. van financiën maakt
bekend, dat ter benoeming van hoog-
tens 25 adspirant-landmeters van
het kadaster, in de maand September
e.k., te 's Gravenhage een examen zal .j
worden gehouden.
Bij de leden van het kiescollege
te Amsterdam moet het voornemen
bestaan, ter voorziening in de be
staande vacature, Dr. A. Kuyper
emeritus predikant en oud-lid der
Tweede Kamer, te beroepen.
Twee personen zijn door de poli
tie der hoofstad gevangen genomen,
verdacht van het schrijven van een
brandbrief aan een bewoner van de
Heerengraeht. Een hunner is spoedig
tot bekentenis gekomen, de ander
ontkent nog.
Een landbouwer te Oosterland
heeft den hoogsten prijs in de Haar-
lemsche paarden-loterij, een landauer
met twee paarden, getrokken.
met volharding eens speurhonds van den
juwelierswinkel af tot in den spoorwagen
zijn nageslopen? Hoe onwaarschijnlijk mij
dit ook voorkwam, want wat kon hij daaraan
hebben drong zich deze gedachte toch
telkens weer aan mij op.
„Zon misschien maar wacht eens,
de kostbare sieraden die ik bij mij droeg en
van welke deze mensch wellicht de praat
zieke oniïe heer Miles had hooren gewagen
De Rus had echter volstrekt niet het voor
komen van een zakkenroller. Zijn blik had
iets trotsch en aanmatigends en, ongeacht
zijne afgesletene kleederen, was toch in zijne
manieren wel een vroegeren omgang met
beschaafde en fatsoenlijke lieden op te
merken. Men zoude hem eerder hebben
aangezegd, dat hij in staat was om geweld
te plegen dan om in 't geheim iets weg te
roovendoch, wat had ik te vreezen, ik, een
krachtig jong mensch, wat zou ik van een
enkel man te duchten hebben En buiten
dien was ik immers niet met hem alleen.
Men schrjjft van Texel aan de
Amst. Ct.Onze eenige haven, de
haven van Texel, wordt al meer eu
meer onbruikbaar, teu gevolge van
de steeds toenemende verzanding voor
haren ingang. Bij oostelijke winden,
wanneer de waterstand laag is, moet
de poststoomboot »Ada" de haven
verlaten en er voor ten anker gaan,
wil zij op haren tijd vertrekken.
Passagiers en brieven worden dan
met een vletje aan boord gebracht.
Veeltijds gebeurt het, dat de stoom
boot eu andere beladen vaartuigen
voor de monding bij het binnenvallen
blijven vastzittengevaar en averijen
zijn dan dikwijls het gevolg. De
nieuwe stoombootdieust »Flevo," die
ons in verbinding zal brengen met
Friesland en Noord-Holland Leeu
wardenZaandam, met aandoen van
Texel zal ook daarvan de treurige
gevolgeu ondervinden. Een geregelde
communicatie is inderdaad ondoenlijk,
alleen wegens die steeds toenemende
belemmering. Het algemeen belang
qn speciaal het belang van Texel
vordert dan ook verbetering. Waarom
met die verbetering zoo lang ge
draald? Wacht men op een groot
ongelukwaarmede menscbenlevens
gemoeid zullen zijn? Zien wij links
en rechts bij onzen burenVlieland,
Terschelling, Harlingen, Nieuwediep,
overal wordt veel, zeer veel ge
daan voor een goede haven, maar
belaas, bij ons ontwaren wij niets tot
verbetering. Dat zij, wier plicht bet
is in de colleges van provincie en
Staat voor die verbetering zorg te
Zoo verre was ik met mijne gedachten ge
komen. Terwijl ik uit het venster de laatste
lichten der voorstad en de hekken en weiden
die nu op de fabrieken en huizen volgden,
mij voorbij zag vliegen, deed ik, bij het
terugblikken in den wagen een waarneming
waardoor mij het bloed in de aderen
stolde. Mijne reisgezellen onderhielden
elkander namelijk zeer drnk in vinger
spraak. Het was niet mogelijk dat ik
mij daarin vergiste. Die kerels, van welke
ieder in zijne soort er uitzag als een bandiet,
waren het dus te zamen eens. Tot op dit
oogenblik had ik nog geene verstandhouding
tusschen hen vermoed. Zij waren van ver
schillende zijden aangekomen, de een was
een Engelschman en de andere een vreem
deling en tusschen den schraal gekleeden
letterkundige en den slaaf der kleine speel
huizen met zijn uitgeteerd gelaat en zijn
verdachten opschikscheen een vroegere
bekendschap niet wel dankbaar te zijn. En
toch onderhielden zij zich nu door middel
dragen, weldra voorstellen doen of
interpellatiën richten, opdat zij zich
geen eventueele rampen behoeven te
verwijten
Dezer dagen bad te Lonneker
een vreeselijk ongeluk plaats. Een
roggemaaier trof bij ongeluk een
bindster zoodanig met den zicht aan
het hoofd, dat zij op de plaats dood
bleef.
Uit Utrecht wordt ons gemeld,
dat aldaar in den Zondagnacht een
moord heeft plaats gehad. In een café
öhantant van zeer gering allooi moet
namelijk zekere M.... door een zijner
makkers, eCn te Utrecht zeer berucht
personage, zijn om bet leven gebracht.
Vertrouwbare bijzonderheden ontbre
ken. De moordenaar is in arrest.
Een nieuwen vijand van den
aardappel heeft men in het Groning-
sche opgemerkt, nl. een nauwelijks
zichtbaar, wit wormpje, dat dè sten
gels der aardappelplanten doorknaagt,
waardoor deze sterven en de knol
Als een bijzonderheidde
Delftsche kaasmarkt betreffende
deelen wij mede, dat door den bouw
man L. van Paassen te Hof van Delft,
een stapel kaas (28 stuks) ter markt
werd gebracht, die niet minder dan
836 kilogrammen woog of dooreen
bijna 30 kilogram per stuk. Zoolang
de Delftsche kaasmarkt bestaat is
nog nimmer een stapel kaas (in veer
tien dagen tijds op één boerderij ge
maakt) van zoodanig gewicht aange-
van vingerspraak met elkander, terwijl zij
er klaarblijkelijk niet over dachten, dat ik
zulks kon opmerken. Uit hunne gebaren
meende ik te kunnen opmaken, dat de
vreemdeling den anderen tot iets aanspoorde,
waar deze niet erg toe geneigd scheen
te zijn.
Ik geloof te kunnen zeggen, dat ik, ook
niet in het geringste deoï meer tot vrees
achtigheid geneigd ben dan een mijner iand-
genooten, maar toch moet ik bekennen, dat
mijn hart bijna ophield te slaan, toen mij
zoo plotseling dit schrikwekkende licht op
ging. Ik kon niet anders, dan mij zelf als
het offer beschouwen van eenen sluwen en
wel beraamden aanslag. Dat rijtuig met
den schimmel, het plotseling verschijnen van
den Rus aan het station, het hardnekkig
aandringen van zijnen Engelschen makker,
om een plaats te bekomen in de wagon-
afdeeling waarin ik alleen zat, alles werd
mij nn duidelijk. De twee menschen, met
wie ik mij in een gesloten wagon bevond,