KLEINE COURANT
HELDER, NIEUWEDIEP E NOMSTREKEN
TOCH GESNAPT.
Mo. 577.
Dinsdag 27 Augustus 1878.
Zesde Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
't Vliegend Blaadje.
VOOR DEN
ABONNEMENT
per 3 maanden binnen de gemeente 35 Ct.
franco per post
60
Uitgevers BERKHOUT Co,
te HELDER.
ADVERTENTIËN
Van 16 regels 35 Centenelke regel
meer 5 Centen; grootere letters worden
naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zijn.
NIEUWSTIJDINGEN
HELDER, 27 Aug. 1878.
De Heer S. Jaring, boekhou
der bij den Havendienst en adjunct
havenmeester, herdenkt op 1 Septem
ber den dag waarop hij voor 25 jaar
zijn dienst aanvaardde. De heer
Jaring heeft zich gedurende dien tijd
als een verdienstelijk ambtenaar doen
kennen en daardoor de achting van
superieuren en minderen in ruime
mate verworven. Wij twijfelen niet,
of velen zullen met dit jubilé in
stemmen, door hem op dien dag hunne
gelukwenschen aantebieden.
Gisteren is alhier aangekomen
de inspecteur-generaal der infanterie
van Willes, tot het houden eener in
spectie, over het hier in garnizoen
liggende 3e bat. 7e reg. inf., welk
bataillon a. s. Maandagmorgen per
extratrein naar 's Gravenhage ver
trekt, om deel te nemen aan de ge
combineerde manoeuvres van Zee- en
Landmacht aan de kusten van Noord
en Zuid-Holland. Er zullen daar
ongeveer 5000 man worden ver-
eenigd.
Het feest, Zondagavond door de
Vereeniging «Vaderland en Oranje"
gegeven, ter gelegenheid der huwe
lijksvoltrekking van HH. KK. HH.
Prins Hendrik der Nederlanden en
Prinses Maria van Pruisen, mag met
recht luisterrijk genoemd worden.
't Stafmuziekkorps, onder leiding van
FEUILLETON.
Yertaling van Geebit <T.
4.) -o-
De aangesprokene verschrikte evenals ie
mand, die plotseling wordt gewekt, en sloeg
't witte kleed zoover terug, dat de bovenste
helft Tan zijn gezicht bloot kwam. Toen
hij ons, Europeanen, voor zich zag, door
een schaar nieuwsgierige omstanders om
ringd, wist hij niet of hij waakte of droomde
en bleef ons in de grootste verbazing aan
staren.
„August", stamelde ik, „die vent ziet
niet zoo bruin als de anderen, misschien is
't per slot van rekening geen wilde."
„Daar heb je geen verstand van", merkte
mijn vriend aan, „dat komt omdat hij van
edeler bloed is. Je znlt zien dat ik gelijk
heb en dat hij de koning van dit eiland is.
't Schijnt me toedat hij niet tot de snug-
den bekwameu kapelmeester, den heer
Weckesser, kweet zich voortreffelijk
van zijne taak. 't Slotnummer,
«Oranje-Hohenzollern," marsch, ge
componeerd door den heer Götz, en
opgedragen aan Prins Hendrik der
Nederlanden en Prinses Maria van
Pruisen, verwierf algemeenen bijval
en werd op verlangen herhaald.
Met een geanimeerd bal, afgewis
seld door luimige en ernstige voor
drachten, werd de avond besloten.
Hedenavond houdt de Sociëteit Mars
in Musis Sacrum, mede ter eere van
de huwelijksvoltrekking van Prins
Hendrik, een soiree littéraire et mu-
sicale, die recht genoegelijk belooft
te zijn.
Vrijdagavond zal de Zangvereeni-
ging Excelsior in Tivoli, een buiten
gewone uitvoering houden, waaraan
ook een concert in den tuin, door
het stafmuziekkorps der marine, is
toegevoegd.
Terwijl deze morgen de tweede
stuurman Poker, van het Ned. drie
mastschip «Antilope," bezig was om
hout aan het werkvolk af te geven,
is er een blok hout op zijn voet ge
vallen, waardoor de teenen verpletterd
werden.
Het st. Madura, van hier naar
Batavia, is te Suez aangekomen en
vertrok 23 Augustus des namiddags.
Weinige minuten voor negenen is
gisterenmorgen te Arnhem een schok
gersten behoort."
„Neem je in acht, want dat is Majesteit
schennis."
„BahDe kerel verstaat me toch niet."
Meijer wendde zich tot den Koning, die,
zonder ons uit 't oog te verliezen, lang
zaam was opgerezen, en ging voort
„Welnu, is uwe Majesteit uitgeslapen?
Wordt 't eindelijk helder in je bovenste
verdieping Weet je waarlijk niet, waarom
wij, sociaal-democraten, hier zijn gekomen?"
De witte gestalte begon te trillen. Ik
hield dat voor een bewijs van toorn en ver
wachtte ieder oogenblik een gespierden arm
uit 't witte kleed te zien verschijnenge
wapend met een strijdbijl, om mijn makker
neer te vellen en hem alzoo voor zijn ver
metelheid te straffen.
„August" fluisterde ik angstig, „maak je
zelf en mij toch niet ongelukkig."
„Wat zeur je toeh! De snaak schijnt doof
en stom te zijn. Nu, ouwe Zwitser, kan je
je mond niet opendoen? Hoe gaat 'tr"
„Ik dank je, beste mijnheer, 't gaat nog
al! Ik was zoo even stom van verbazing,
van aardbeving gevoeld op verschil
lende punten der stad. De richting
was Zuidzuidwest naar noordnoord
oost.
Ook te Maastricht zijn op denzelf
den tijd schokken waargenomen, die
15 seconden aanhielden.
Bij Deventer is Zondagavond
weder door trein 224 overreden en
onmiddellijk gedood een persoon, ge
naamd Waanders. Volgens mededee-
ling van den wachter moet hier aan
zelfmoord worden gedacht.
Ter gelegenheid van 't heuge
lijk huwelijk van prins Hendrik en
prinses Marie schrjjft de Amst. Ct.
Treurde Nederland, toen eenige jaren
geleden aan de zijde van den bedroef
den prins Hendrik een liefhebbende
gade door den dood werd weggerukt,
het verheugt zich thans met den
vorst, die altijd in het stille, huiselijk
geluk zijn grootste vreugde gezocht
en gevonden hebbende, zoo gelukkig
is om een tweede levensgezellin naar
zijne goede keuze te hebben aange
troffen. En dat ook hare keuze goed
geweest is, dat zal de jonge gade
ondervinden, zoodra zij over de
grenzen op Neêrlands bodem komt,
en hoort en ziet, hoe bemind en hoe
geacht haar gemaal is, hoe ieder
Hollander den grootsten eerbied heeft
voor zijn oprecht en degelijk karak
ter, voor zijn onbevlekten levenswan
del, voor zijn werken en zijn helpen
overal en altijd, waar en wanneer
toen ik je voor mij zag."
Meijer en ik traden verschrikt terug,
alsof we een geest hadden gezien en hooren
spreken.
„Neem me niet kwalijk," vervolgde de
witte gestalte, maar is u niet de schoen
maker Meijer, uit Gotha, en 't laatst werk
zaam geweest te Leipzig? En, jong heertje,
is u niet de kleermaker Wilhelm Muller,'
van Stockhausen X
Thans waren wij verbaasd. Onbewegelijd
als standbeelden en niet in staat een woor
uittebrengcn, stonden we tegenover die ge
heimzinnige witte gestalte.
„Ja, zio je," ging hij voort, ,,'t was toch
niet mooi van je, op de wandelplaats me te
outloopen. Ik heb daardoor veel verdriet
en onaangenaamheden gehad, 't Is uwe
schuld dat ik schipbreuk heb geleden en
bijna het leven heb verloren."
Meijer haalde diep adem, zuchtte weemoe
dig en sprak:
„O, die Saksische politie! Nergens kan
men haar ontvluchten, zelfs niet eens op een
eenzaam eiland in de Zuidzee."
die arbeid eu hulp het vaderland
waarlijk bloeiend en krachtig kuunen
maken. Wanneer straks de huldeblij
ken als zoovele bewijzen van liefde
en erkentelijkheid van Nederlanders,
aan den feestvierenden Oranjevorst
worden aangeboden, zal de jeugdige
gemalin zeker fier zijn te staan aan
de zijde van hem, die door zijn uit
stekende persoonlijke hoedanigheden
zoo zeer de genegenheid heeft weten
te verwerven van zijne landgenooten,
wien slechts één bede op de lippen
komt, namelijk deze: Moge de echt,
die heden gesloten wordt, gelukkig
zijn: gelukkig voor Z. K. H. Prins
Hendrik en voor H. K. H. Prinses
Mariagelukkig ook voor Nederland
De Friesche vrouwen zullen aan
prinses Maria van Pruisen een vol
ledig Friesch hoofdsieraad, breed gou
den oorijzer, juweelen naald, benevens
een kanten muts aanbieden.
Met 't gunstigste gevolg had
Zaterdag nabij de Koog op Texel de
beproeving plaats der aldaar gestati
oneerde reddingboot en van het vuur
pijltoestel. Een en ander bleek in
goeden staat te verkeeren. Ook de
reddingsmiddelen in het Eierland,
vóór een paar dagen opnieuw be
proefd, waren uitstekend in orde.
Op 29 dezer zal door de boots
mansleerlingen van de brik Zeehond
te Hellevoetsluis een roeiwedstrijd
op de reede worden gehouden.
„Ik zal je vertellen hoe de zaak zit,"
vervolgde de Sakser, die zijn spraakzaamheid
teruggekregen had. Reeds eenmaal was
me een gevangene ontsnapt, en toen de
geschiedenis met ulieden er bij kwam, dacht
ik, daar zal wat voorvallen; ik krijg zeker
mijn ontslag en geraak daarbij in de gevan
genis. Daar viel me in, dat ik nog een
neef in Australië had, die me vroeger had
geschreven, dat ik hem maar eens moest
opzoeken. In Australië hebben ze, zoo- dacht
ik, ook zeker wel politie-agenten of nacht-
wachts noodig, en onderweg snap ik mis
schien nog mijne beide vluchtelingen hier
of daar. Ik ging alzoo op reis naar Austra
lië. Maar 't is een vreeselijk lange reis,
dat kan je gerust gelooven. Toen 't schip
voorbij dit eiland voer, stootte 't tegen een
rots en verging. Op de- andere schepelin
gen heb ik in de haast niet veel gelet;
misschien zijn ze allen wel verdronken. Ik
heb, daar 't nacht was, niet anders kunnen
redden dan mijn hemd en dit bedlaken,"
Daarna sloeg hij 't laken terug en over
tuigde ons zoo van de waarheid zijner woor-