ERNST EN SCHERTS,
298ste Staats-Loterij.
Aclvertentiën.
gr
Te Rotterdam heeft Donderdag
nacht in een onbewoonden schoen- en
laarzenwinkel in de Witte de With-
straat een diefstal met inbraak plaats
gehad. Naar berekening zijn er
gestolen: zes paar heeren-bottines,
twee paar heeren-laarzen, twaalf paar
mans-en vier paar vronwenpantoffels,
tien paar kinderschoenen, terwijl
van eenige gereed staande paren dames
bottines de rechter of linker bottine
is weggenomen. De dievea hebben
echter ook wat achtergelaten, te
weten een paar oude versleten mans
bottines en een paar vetlederen
sokschoenen, terwijl een paar nieuwe
laarzen, die in den winkel hadden
gestaan, op den grond lagen en
kenteekenen droegen alsof iemand
ze aangetrokkeu en er mede op straat
geloopen had, zoodat men zou
vermoeden, dat een der daders ze
heeft beproefd en ze naderhand is
komen ruilen.
Uit Liverpool vertrokken den
14
i ul/hcl'
"daar Nieuw-York 600
tot het Mormonisme bekeerde perso
nen. Zij waren aangeworven door
een Mormoonsch apostel en worden
naar Salt Lake City begeleid door
zeventien Mormoonsche ouderlingen.
Ongeveer de helft waren Bngelschen
en Schotten; de rest waren hoofdza
kelijk Denen, Zweden en Noren.
Het gerucht, dat de zaak
van het verongelukken van de
Grosser Kurfürst voor een krijgsraad
gebracht zal worden wordt door
de Norddeutsche Allgemeine Zeitung
gengesprokem
gheden tot lichting
hef^mKg^üttj^erschip zul
len, met 't oog op het aanstaande
ongunstige jaargetijde, van October
tot Mei gestaakt worden dienten
gevolge is aan de Loreley en
Boreas, welke voor 't toezicht op
de werkzaamheden in Engeland ge
stationeerd zijn, bevel gezonden te
rug te keeren. De admiraliteit is
overigens gaarne bereid het werk
der lichting jan het schip aan anderen
te gunnenzij maakt althans bekend
dat aanbiedingenwelke aanneme
lijk schijnen en het vooruitzicht op
succes openen, door haar in overwe
ging zullen genomen worden.
Een hoog ernstig bericht wordt
uit Britsch-Indië getelegrafeerd. Het
Engelsch gezantschap is gedwongen
geworden aan de grenzen van Afgha
nistan terug te keeren.
Dat Engeland hierin niet kan be
rusten, spreekt van zelf en het is
te vreezen, dat in den strjjd der
Russische en Engelsche belangen in
brijzeld ouder de machine gevonden. Of de
docter tengevolge der koude of der chloro
form omkwam, kan ik niet zeggenook wil
ik liefst daarover mijn hoofd niet breken.
Beiden waren alzoo zonder smart de eeuwig
heid ingegaan. De machinist] en den stoker
van den trein, die tegen den onzen was
aangestoomd, waren in de sneeuw gespron
gen en er zonder letsel afgekomenhij had
slechts weinige passagiers iu en van dezen
bleef er wonderbaarlijk slechts een dood op
de plaats. Uit de overblijfselen der wagens
maakten wij groote vuren en wachtten den
morgen af, die ons hulp moest brengen.
Niettegenstaande het vreeselijk tooneel
doortintelde mij toch de gedachte als een
geluk, dat Alice geen anderen beschermer
had dan mij, en toen de geheele nacht door
het hoofd van het uitgeputte meisje op mijn
schouder rustte, veroorloofde ik mij haar
dierbaar lichaam met mijn arm te omvatten.
Het was mij of ik haar sedert jaren
gekend had, Zoude mijne kennismaking
met het lieftallige wezen, dat ik onder zoo
zeldzame omstandigheden had leeren kennen,
Midden-Azië de kanonnen aan bet
woord zullen komen.
Te Onebro in Zweden is een
kongres van schoorsteenvegers gehou
den. De bijeenkomst werd met
psalmgezang geopend en daarna vingen
de debatten aan over de verbetering
van den moreelen en maatschappelijken
toestand der schoorsteenvegers.
Een roerend tooneel had voor
eenige dagen op het Hamburger stati
on plaats. De boer Heinrich Paul, uit
de Ückermark, had voor geruimen tijd
het besluit opgevat, met zijn, uit zijne
vrouw, twee kleine kinderen en een
volwassen zoon bestaand gezin naar
Amerika te verhuizen. De oudste zoon,
die reeds voor den militairen dienst
aangewezen was, weigerde echter be
paald zijn vaderland te verlaten. Het
kwam tusschen vader en zoon tot
heftige tooneelen, die ten slotte met
een volkomen breuk eindigden. De
ouders en zusters vertrokken naar
Amerika, de oudste zoon bleef achter.
Hij werd spoedig daarna bij het leger
ingedeeld en hoorde, nadat zijn vader
zijne kleine boederjj verkocht had en
vertrokken was, niets meer van de
familie, wat te verklaren is, daar
de oude man en ook diens vrouw
niet konden schrijven. Zoo verliepen
jaren. De jonge man werd in 't jaar
1871, nadat hij den veldtocht in
Frankrijk medegemaakt had, uit den
l dienst ontslagen en vond in een
j groot magazijn van manufacturen
een betrekking als bediende, die
liern vergunde te trouwen en zijne
i vrouw fatsoeulijk te onderhouden.
Voor eenige dagen had hij, gelijk
dit dikwijls het geval was, op het
Hamburger station iets te doen. Bij
i aankomst van den trein uit Harburg
zag hij plotseling eeu ouden zeer
armoedig gekleeaR man, die hem
bekend voorkwam. Plotseling sprong
hij op den ouden man toe, omvatte
hem en riep: „Mijn vader!" Ook de
oude man herkende zijnen zoon. „En
waar is mijne moeder?" vroeg de
zoon. Dood!" En mijn broeder en
I zuster Zij zijn bij de moeder,"
i antwoordde weenend de oude man.
Zij zijn allen aan de gele koorts
bezweken," ging bij voort. „Dit ge
beurde voor ongeveer drie maanden
en toen hield ik het niet langer uit.
Ik had nog slechts eeuen wensch,
naar Europa terug te kunnen keeren,
om hier mijn graf te vindeü. Ik heb
alles verkocht, om het reisgeld bijeen
te krijgen; thans ben ik weer bier,
een oude bedelaar." »Gij zult een
te huis vinden," sprak de zoon met
tranen in de oogen, »gjj blijft bij mij."
En zoo is het ook gebeurd.
slechts van vluchtigen aard zijn? Neen, dat
niet! en ik drukte haar steeds vaster aan
mijn borst. Eindelijk kwam de hulp op
dagen. Tegen vijf uur kwam er uit R.,
waar het uitblijven der beide treinen de
spoorwegbeambten eindelijk uit hunne wer
keloosheid had wakker geschud, een extra-
trein aan, die ons opnam en ten acht ure
bereikten wij het station. Ik|vroeg Alice,
wat zij nu voornemens was. Met eenige
verlegenheid antwoordde zij: „Ik weetniet
wat ik zeggen moet." Toen legde zij hare
kleine hand in de mijne en vervolgde
„Wilt gij, die door God in dezen vreeselij
ken nacht tot mijne bescherming zijt ge
zonden, en die mij voor een gruwzaam lot,
waaraan ik niet dan met huivering denk,
hebt bewaard, mij naar mijne woning bren
gen? Zij is nu werkelijk mijn woning, wel
is waar een eenzame, waarin ik niemand
vinden zal, dan de hij het goed behoorende
slaven, maar toch mijn eigendom. Vindt
gij mijn verzoek te vrijpostig Behoef ik
den lezer te zeggen, wat mijn antwoord was?
Toen later de arme landmeter haar zijne
In de Vereenigde Staten is
men reeds lang beducht geweest
voor nieuwe rustverstoringen door
ontevreden werklieden. Te Baltimore
hebben deze thaus zulk een dreigende
houding aangenomen, dat het noo-
dig geacht is, eenige soldaten naar
die stad te zenden.
HELDERSCHE MOPPEN.
Een boer die des morgens te bed la_
verzocht zijne vrouw, om in den tuin achter
het huis te gaan en op den zonne-wijzer
te zien hoe laat het was. De vrouw ging
naar buiten maar omdat zij van de cijfers
geen rechte kennis bezat, kwam zij met den
zonne-wijzer onder haar voorschoot terug en
zeide „daar, zie gij zelf."
o
De Hofnar van Jaeob I, koning van En
geland, had eens een ridder belcedigd; deze
dreigde hem, wanneer hij zulks nog een
maal deed, naar de andere wereld te zullen
zenden. De hofnar beklaagde zich hierover
bij den koning. Wees gerust," zeide de
koning, wanneer de ridder zich onderstaat,
u om liet leven te brengen, zal ik hem
terstond den volgenden dag laten ophangen.
„Ik zag liever, hervatte deze, dat hij daags
te voren gehangen werd."
o
Twee jonge vrouwendie op een weide
in het groen zaten en een grijsaard zagen
voorbijgaan, vroegen hem op een spottenden
toon„of het op den berg reeds gesneeuwd
had O, dit zal wel wat duren antwoordde
hij, „want de koeien zijn nog op de weide."
Ie Klasse. Ie Lijst.
No. 19474 f5000. No. 16804 f 2000.
Nos. 8139 eu 13909, ieder f1500.
Nos. 13793, 14959, 17497 en 20058, ieder
f400. No. 12147 f200. Nos. 3602
en 7698, ieder f100.
Burgerlijke Stand Beider.
Yau 20 tot 24 September.
ONDERTROUWD: D. Visser, werkman
en A. Ravenstein. J. H. W. Röllmann,
matroos en M. C. de Swart. J. de Beurs
spekslager en P. Schuszler. E. H. Erank
koperslager en J. P. Koevoet.
GEHUWD: Geene.
BEVALLEN: J. E. G. Willemsgeb.de
Glimmer Z. T. Maigret geb. VosD.
J. M. W. v. d. Heuvel geb. Schilling Z.
E. W. Ott geb. Bode Z. J. B. Krij-
nen geb. Nierop D. W. C. Erinks geb.
Grasser Z. J. C. Meerens de la Fonteijne
Z. J. C. Emons geb. Kools Z.
OVERLEDEN: J. Weijer 80 j.
bescherming en zijne hand aanbood, zeide
zij niet neen.
Wij deden de plantage van de band, daar
ik er een afkeer van bad onder de slaven
houders gerekend te worden, ofschoon wij
onze lieden niet als slaven behandelden.
Men hield het er algemeen voor, dat Alices
oom, de opzichter en de docter tengevolge
van het ongeluk op den spoorweg den dood
hadden gevonden, en men zal het ons zeker
niet ten kwade duiden, dat wij deze dwaling
niet wedersprakenmaar veeleer trachtten
te versterken, door Alice's verklaring, dat
de docter, toen hij docter W. niet in zijne
woonplaats had aangetroffen, daarop had ge
staan, zijn patiënt naar een anderen genees
heer in de naastbij gelegen stad te brengen.
Alice leeft nu reeds verscheidene jaren
met mij gelukkig in Engelandmaar iedere
zware sneeuwbui doet ons nog met huivering
aali den nacht denken, dien wij eens in een
Amerikaanschen sneeuwstorm hebben door
gebracht.
Ondertrouwd
EVERT HENDRIKUS FRANK
en zw
JOHANNA PETRONELLA
KOEVOET.
Helder, 21 September 1878.
Algemeene kennisgeving.
jai
Ondertrouwd
JACOB DE BEURS W
en
CORNELIA PETRONELLA
SCHUSZLER.
Nieuwediep, 20 September 1878 bi
Geen Receptie. -j_
Getrouwd
H. A. S.
en
E. A. V. I
Helder, 24 September 1868.
Heden overleed, na een smarteljjl
lijden, van ruim elf maanden, iï
den ouderdom van 68 jaren, onze Q(j
geliefde moeder en behuwdmoeder G,
HOFMAN, geb. Haeioo. yi
W. M. HOFMAN. -
H. C. HOFMAN-Engel,
Amsterdam, 20 Sept. 1878.
ge-
Heden overleed plotseling, ten huize
van TIJS DIJKMAN, te Nieuwe
Niedorp, onze Vader REIJER ROOS; cje
in den ouderdom van 70 jaar. i
Helder, 17 Sept. 1878.
R. Th. de COCK en g(
Echtgenoote en verdere Familie
Op 18 September 11. overleed te 's
Gravenhage, onze] geliefde Zuster en
BehuwdZuster JOHANNA WILHEL-
MINA van HORSSEN, in den jeug- g
digen leeftijd van 18 jaaren9 maanden.
Helder, 24 Sept. 1878.
F. BOON Jr.
P. BOON van Hoessen, j
De ondergeteekende gevoelt ziclj
gedrongen openlijk hulde en dank te
betoonen aan Heeren Doctoren, voor
de dadelijk hulp, haar zoon na zijn
ongeluk verleend, alsook aan de Wed.
CORNELISSEN, voor hare diensten,
daarbij bewezen, en aan allen, die ei
bij behulpzaam geweest zijn.
Helder, 24 September 1878.
J. BOSCH.
L a a t s t e Zomervergadering op j(
VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1878, 0
des avonds ten 8 uur, in het gewone
lokaal. t
HET BESTUUR.
Wordt gevraagd:
een fatsoenlijk
Dienstmeisje
van ongeveer 14 jaar.
Brieven onder de letter V, aan de 1
uitgevers dezer courant.
Gevraagd
een DIENSTBODE en
een KINDERMEISJE.
WESTSTRAAT 76.
Wordt gevraagd:
tegen 1 November een bekwame
Dienstto od.
als MEID-ALLEEN. Loon aanvan
kelijk 80 gulden per jaar.
Men adresseere zich onder letters
A B C bij de Boekbandelaars Berk
bout Co., Nieuwediep.