i Mo. 591. Dinsdag 15 October 1878. Zesde Jaargang. Uitgevers BERKHOUT Co-, te Helder. centNIËUW STIJD W GEIN I Vliegend Blaadje. eger HELDER, 15 October 1878. 3H- Naar wij vernemen, zal de her- LX.ielde Westerkerk op Zondag 3 Nov. irde eder in gebruik worden genomen, ren- en zangkoor zal de plechtigheid op- listeren. Aanstaanden Vrijdag zal door et tooneelgezelschap van Frascati te ^msterdam, onder directie G. Pröt, i Tivoli worden opgevoerd het nftngspelDe klokken van het kasteel iorneville". Dit stuk, is niet alleen (en, 3 Parijs met enorm succes opgevoerd, net laar werd ook te Amsterdam 64 het ïalen opgevoerd. Dat het dus ook be- ier niet aan bezoekers zal ontbreken ter urven wij de directie gerust ver- ekeren. len De schietclub Willem Teil" k°" pende jl. Zondag hare wiuteroefe- lingen in het lokaal Tivoli, met een tuishoudelijk concours. Negen prijzen earen door het bestuur en een paar eden beschikbaar gesteld, die door E- le volgende HH. werden behaald. le prijs Breebaart, 2e prijs Korpo- te »al, 3e prijs Hoolwerff, 4e prijs Sant, ag prijs J. E. de Jongh, 6e prys K. Heerens, 7e prijs Thomasz, 8e prijs ran Willigen, 9e prijs Zur Muhlen. dt De groote opkomst bewees dat het lestuur in den geest der leden had gehandeld door het uitschrijven van 2 lezen wedstrijd. De jongelings-vereeniging »Nut »n Genoegen," opende Zondag jl. in Tivoli, hare wintervergaderingen, met le opvoering van »de wraak der kwee Weezen," dat uitmuntend werd afgespeeld. Een aardig nastukje en een geamineerd balbesloot deze eerste bijeenkomst. Het stoomschip Madura, kapt. Ordeman, vertrok van Batavia naar Nieuwediep den 12den October. Het stoomschip Celebes, kapt. Bakker, van Nieuwediep naar Batavia, passeerde Kaap Roca den 13den October. De Willem Barendz" is Zater- - jlagavond te Ymuiden binnengekomen en Zondag ten twee uur te Amster dam aangekomen. Zaterdag is van de werf der Koninklijke maatschappij de Schelde,' te Vlissingen, met goed gevolg te water gelaten het ijzeren oefeningszeil- ivaartuig Castor, gebouwd voor reke- Ining van het Departement v. Marine. Een ingezetene der hoofdstad vermiste reeds sedert eenigen tyd verschillende zaken van geringe waarde, waarvan hij een jeugdig dienstmeisje verdacht, en niet ten onrechte zooals bleek. Hy onderhield haar eens ernstig, en in de hoop dat zy zich beteren zou, hield hy haar in dienst. Deze week ontwaarde hy echter tot zijn ontsteltenis, dat zyne secretaire ge opend was en een kistje met bank papier, dat daarin stond, met geweld was geopend. Aan bankpapier bleek L. hem f200 te zijn ontstolen. Nu stelde hij de politie in kennis met het geval en het meisje werd gearresteerd. Na eenigen tyd werd de jonge dienstbo de echter ontslagen, omdat er geen termen voor gevangenhouding aan wezig schenen. Den dag na hare invrijheidstelling bevond zy zich weder in dienst van haar meester. Deze nam haar nog eens ernstig onder handen en wat bleek nu? Het meisje beleed den diefstal wel gepleegd te hebben, maar uit vrees voor ontdekking had zij de bankbil jetten in een petroleum-kooktoestel geworpen; stukken van het kostbaar papier werden gevonden. Met een sleutel, die in haar bezit was, had zij de secretaire geopend en het geld kistje verder met een schroevendraaier opengebroken. Na deze bekentenis werd zij opnieuw, maar thans voor goed, gearresteerd. H. S., werkman te Buiksloot, begaf zichVrijdag naar'tland om aard appelen te rooien. Toen hij 's nachts, en ook den volgenden morgen niet thuis kwam, zond zijn vrouw een jongentje om te zien, of de man wel op het land was. Het kind kwam terug, zeggende: Vrouw, uw man ligt te slapen onder het aardappel- stroo." De vrouw denkende dat haar man wel wat zou willen eten, maakte spoedig een en ander gereed en ging daarmede naar de plaats, waar de man zich bevond. Op de plaats ge komen, kwam zij echter tot de treu rige ontdekking, dat de man was overleden. Het gerechtshof te Leeuwarden heeft een getrouwde vrouw wegens kindermoord tot 5 jaren tuchthuisstraf veroordeeld. Te Amsterdam is onlangs aan een persoon, die in benevelden toestand verkeerde, door een paar vrouwen van slechten levenswandel, een portefeuille ontstolen, waarin behalve andere waarden f 1000 aan bankpa pier was. Hij deed, toen hij ontnuch terd was, aangifte bij de politie, die een onderzoek instelde bij de ver dachte vrouwen, doch vruchteloos. Evenwel werden deze personen door de politie in het oog gehouden, en deze week gelukte het eindelijk een der geheime agenten het bewijs in han den te krijgen, dat de verdachten den diefstal toch hadden bedreven. Toen kort daarna de politie eensklaps in hare gemeenschappelijke woning ver scheen, en een onderzoek instelde, werd in den haartooi der eene dame omstreeks f 500 aan bankpapier ont dekt, terwijl bij haar gezellin een dergelijke som, in de armholte ver borgen, werd teruggevonden. Te Heerenveen is een dienst meid uit het Oranjewoud gevankelijk binnengebracht. Zy wordt verdacht van kindermoord, doch het kind is nog niet gevonden. Vrydag werd te Liverpool op een concert plotseling de kreet van brand!» gehoord. Er ontstond een algemeene schrik, waarvan de gevol gen vreeselijk waren. 37 personen zijn gedood, vele anderen gekwetst. In de Veend. Ct. komt de volgende advertentie voor, onderteekend H. G. Koops; „Thans, bij mijne tehuiskomst, zet ik mij met weemoed neder, om mijne mede-menschen met het treurige lot bekend te maken, van het vergaan van het tjalkschip Feika, op reis van Rönne naar Brussel, bij welke ramp mijne geliefde vrouw en mijne 3 zoo dierbare kinderen, hun graf in de golven hebben ge vonden niet alleen, doch bij welke ramp ik ook geheel werd beroofd van have en goed. Ofschoon alles door mij werd beproefd, wat tot redding der drenkelingen kon strekken, verkeerde ook ik spoedig in levensgevaar en werd dan ook door hulp, die eenigen tijd later kwam opdagen, bewusteloos aan wal gebracht. Met een bedrukt gemoed, doch met het oog op God. die troost geeft aan bedrukten, en in het vertrouwen, zooveel als in mijn vermogen was, mijn plicht ti hebben gedaan, betrad ik de woning van mijne schoonmoederdoch nu zonder haar, zonder kinderen en beroofd van alles, in de hoop daar ook troost te zullen vinden. Helaas de behandeling welke ik daar bij mijn bin nenkomen ontving, grenst aan liet onmen- schelijke. Hun eerste vraag was, waar ik hun kind en mijne kinderen had gelaten, waarom ik ze door de wormen en visschen had laten opeten, enz. Tot mijne leedwezen werd ik gewaar, dat ik met menschen uit de wildernis te doen had, met menschen die van de macht van God niets wistendie niet wisten, dat de Heer geen rekenschap geeft van zijne daden. Den laster, welke door hen is verspreid, wensch ik niet te beantwoorden, maar laat het oordeel over aan allen, die deelnemen in mijn treurig lot. Mochten dus de lasteraars willen voortgaan met hunnen laster, ik zal hen hierin niet hinderen. De troost dat een der lievelingen, welke is opgevischt, door mij aan de aarde is toevertrouwd, en het ver trouwen op God den Heiland zal mij ver der leiden in dezen droevigen toestand. In de vorige week werd te Weenen een diefstal gepleegd, die naast haar ernstige, ook hare komische zijde heeft. Dat een dief zijn misdadig plan niet kan volvoeren komt dikwijls voor, maar dat hij al zijn have en goed in het huis, waar hij een goeden slag hoopt te slaan, moet achterlaten en daarna 36 uren lang de politie weet te verschalken, is zeker geen alledaagsch geval. De dief had zich in de woning van gravin Hardegg, die met hare familie voor eenigen dagen afwezig was, laten opsluiten. Toen de nacht was aangebroken ging hij met een dieven lantaarn en de noodige breekwerktuigen aan het werk. Om zijn werk ongestoord te ver richten, had hij zijn jas en zijne schoenen uit getrokken. Het resultaat van zijn onderzoek was zeer gunstigtal van kostbaarheden en een groote som gelds had hij opgespoord en juist wilde hij zijn toilet gaan maken om den buit in veiligheid te brengen, toen hij gestoord werd. De huisbewaarster had het licht van den lantaarn opgemerkt en kwam kijken wat er aan de hand was. Onze dief had zijn besluit spoedig genomen. Hij liet zijn buit, zijn jas en zijne schoenen in den steek, kroop in den schoorsteen en ver dween. De huisbewaarster maakte echter aanstonds gerucht en de noodige maatregelen werden genomen, om den dief het ontkomen te beletten. Alle uitgangen waardoor men vermoedde, dat hij trachten zou te ontvluch ten, werden door de politie-beambten bezet en men wachtte nu geduldig totdat 't hem believen zou te voorschijn te komen. De dief stelde echter het geduld van de dienaren der openbare macht op een harde proef. Uren lang hadden de agenten reeds op den uitkijk gestaan, toen eindelijk om half een 's namiddags een gezicht uit een dakvenster te voorschijn kwam. Men was spoedig ter plaatse aanwezig, maar de eige naar van het gezicht was weder spoorloos verdwenen met achterlating evenwel van zijn hoed. Tot Vrijdagmorgen 10 uur moest men nog wacht houden; alle nasporingen, die aten tot dien tijd in het werk stelde, waren vruchteloos. Eindelijk dreef de honger den dief om een uitweg te zoeken. Hij deed nog zijn best om te ontkomen. Op het dak waren leidekkers aan het werk en hij wist eenig gereedschap van een van dezen machtig te worden. Daarmede gewapend, waagde hij zich naar buiten. Nu kan men zeker aan het toilet van een leidekker geen al te hooge eischen stellen, maar zoo schamel als onze dief er uitzag, komt een fatsoenlijk werkman toch niet voor den dag. Barrevoets en blootshoofds, met een gescheurd hemd en 't gelaat zwart van roet, moest onze held wel spoedig de aandacht van de voorbij gangers trekken. Lang kon hij zich dan ook niet in zijne vrijheid verheugen, want hij werd spoedig als de lang gezochte dief her kend en onder geleide van een menigte nieuwsgierigen naar het bureau van politie gebracht. Hij had zich al dien tijd, deels in een schoorsteen, deels in een groote kist, die op den zolder stond, schuil gehouden. Een geheimzinnige liefdeshistorie. On langs kwam te Weenen een heer uit Mun- chen met een jonge dame, naar hij zeide zijne echtgenoote, en nam in een hotel logies onder den naam van Jozef Kruget. Na er acht dagen te hebben vertoefd, ging hij naar een ander hotel en den 27en Septem ber weder naar een ander, in de Leopold- straat. Den vorigen Dinsdagavond vroeg hij daar de rekening, betaalde, liet de bagage' naar het Westerspoorstation brengen en aanteekenen voor het vervoer naar Munchen, waarna hij met de dame vertrok. Des nachts ten ongeveer 1 ure wordt er aan het hotel gescheld; de portier doet open en daar staat de logeergast weder, maar geheel alleen, zonder hoed of jas en druipend nat. Zonder een woord te spreken, gaat hij naar boven, betrekt weer dezelfde kamer en doet de deur op slot. De portier, wien dit wat te vreemd toescheen, wekte den hotelhou der, die onmiddellijk de politie liet waar schuwen. Daarop kwam er een politiebe ambte met twee adsistenten. De kamer deur werd geopendden vreemdeling wer den droge kleederen gegeven, en nu begou de beambte hem te ondervragen. Het bleek toen dat de vreemdeling onder een valschen naam reisde. Hij was de koninklijke Beiersche rentmeester Josef Kuiser, 43 jaar oud, gehuwd, vader van een achttienjarigen zoon en een veertien jarige dochter. De dame, met wie hij te Weenen was aangekomen, was niet zijne echtgenoote, maar een minnares, genaamd Rosine Hampfmuller. In het midden der vorige maand had hij zijne familie verlaten en was met Rosine naar Weenen vertrokken, om gelijk hij verklaarde er samen te sterven. Dit moest namëlijk dien nacht plaats hebben. Alvorens het hotel evenwel te verlaten, hadden zij een schriftelijke ver klaring onderteekend, dat zij vrijwillig ter dood gingen. Hierbij hadden zij een bank noot gelegd, ten einde, wanneer hunne lijken werden gevonden, de kosten van be grafenis goed te maken. Dit papier hadden zij in een flesch gestopt en in het bed ge legd, waar het nu, daar men de kamer nog niet had opgeruimd, ook gevonden werd. Daarna waren zij naar de Augarten-brug gewandeld. Omstreeks middernacht aldaar aangekomen, had Kaiser zijn jas, hoed en parapluie op den grond gesmeten en was over de leuning in het water gesprongen in de stellige verwachting dat Rosine vol gens afspraak hem onmiddellijk in den vloed zou volgen. Maar of hij al wachtte, Rosine kwam niet, en toen hem dit eindelijk te lang duurde, was hij weder aan wal gegaan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1878 | | pagina 1