KLEINE COURANT
HELDER. NIEUWEDIEP EN OMSTREKEN
E.
Mo. 618.
Vrijdag 17 Januari 1879.
Zevende Jaargan
abonnement
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
berkhout Co,
te HELDER.
advertentiën
rnig.
Kalender der Week.
nieuwstijdingen.
feuilleton.
Vliegend Blaadje
VOOR DEN
jorn
J.
i per 3 maanden binnen de gemeente 35 Ct.
n te 3 franco per post 60
Uitgevers
Van 16 regels35 Centeneikeregel
meer 5 Centengrootere letters worden
naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VUIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zijn.
de.
>org
enovei
larlem
benden
enegen
1 GEB
SS.E
dienst
u aan
1, Gas'
Viscb'
boven
rê week
AARLS
baat
mdschen
1876.
aart volg
gebruil—
D RUI-
Heer-
ODttoezeiiiinE liü het afsterven van Z H. PRINS HENDRIK.
Hij is niet meer, drfPrins, de Ed'le welbeminde!
Weent, Nederlanders! treurt, plengt tranen, hem zoo waard
Diep schokt de mare 't hart van ieder welgezinde
De waard'ste Oranjetelg is heengegaan van d' aard'
De deugd, de huwelijkstrouw, de helper in elks nooden,
Is dood. Fabrieken, scheepvaart, landbouw, handelsstand,
W at welvaart stichtte nu Prins Hendrik is ontvloden,
Hun veerkracht is verlamd Zucht vrij, mijn Vaderland
Weent, Nederlauderstreurt! de Vorst, dien gij vergoodde,
En wis die hulde waard, helaasHij is niet meer
Uw toekomst wordt omfloerst; de waardigste der dooden,
Door heel het volk bemind, ligt op het doodbed neer!
Wie zal 't verlies vergoên, den Lande thans beschoren?
Wie schetst 'ons, wie bepaalt, gevoelt de diepe smart,
Nu wij ons schoonst juweel, zoo kostbaar, rein, verloren,
De hoop der toekomst zelfs? Wie heelt die wond van't hart?
En thans, bij 't dubbel feest der vreugd, maar ook der rouwe
Hier huw'lijksbaud, maar ginds ontbinding van den echt;
O! diep gevoelen wij met Haar, met d' eed'le Vrouwe,
Wat die ontbinding, Haar dat rouwfeest, 't scheiden zegt.
Waar zóó men hoogtijd houdt, een huw'lijk wordt gesloten;
Op zulk een stond des tijds, hoe vreugdgezind van hart,
Daar voegt bij 't feest der rouw't eerbiedig 't hoofd ontblooten,
Daar keert de vreugd naar 't graf en teekent rouw en smart."
F
JANUARI of Louwmaand 31 dagen.
Opgang der Zon 8 u. 2 m.
Ondergang 4u. 16 m.
Zondag 19
Maandag 20
Dinsdag 21 Nieuwe Maan.
Woensdag 22
Donderdag 23
Vrijdag 24
Zaterdag 25
HELDER, 17 Jannari 1879.
De Israëlitische vereeniging
ïNut en Vermaak" vierde Woens
dagavond in Musis Saerum op fees
telijke wijze de intreden van haar 25e
vereenigingsjaar.
De avond werd zeer genoegelijk
doorgebrachteen paar tooneelstuk-
jes, die verdienstelijk werden opge
voerd, alsmede eenige voordrachten,
droegen zeer tot het welslagen van
dezen vreugdedag bij.
Deze vereeniging, waarvan de heer
M. J. Manheim gedurende al dien
tijd president was, heeft zich door
hare weldadigheidszin zeer onderschei
den een kraamvrouwenfonds behoort
mede tot hare bijzondere zorgen.
1 wStsiaa Jasper Sandra snzijnJas
ft. Hg be Oorspronkelijke Novelle door
•orstlijder, D. DEKKER.
MMEN. slot-
oen Sandersen later met zijn Geerte alleen
aaaksels li me^te hij eerst op hoe armoedig 't er
woning uitzag,
begreep licht waarheen zijn nette in-
zijn, d&I» bij de langdurige ziekte'zijner vrouw,
f 2 f was' maar durfde echter niet te vra-
f 1 _naar de jas.
en hij eindelijk ontdekte, dat ze er niet
f 0.65 val wag^ vertelde Geerte, hoe zij dit stuk
ievenstaan«)0r weinige weken had bewaard en ineere
Alleen ecbden, maar, door den nood gedrongen,
e d i e p bjad moeten verkoopen, echter met het
D 'J'exel b Tan wederinkoop, na verloop van een
T GROO'den Hjd, die nog niet was verstreken.
"toTTTT T ^et £?0°tete deel had zij 't geld er voor
-'HU 11 Qp bericht helderde zijn gelaat
Medembli\ju j8 je fouj. herstellen, wijfje,"
ikbuizen bhij vroolijk. „Gij hebt natuurlijk een
1 J.BRUUl gèef 't mij en mijn naamgenoot zal
—1 ook weer in onze woning zijn.
gQgR Jfte haaste zich 't bewijs te halen
1 ;ot haren schrik vond zij 't niet meer
wtse, waar zij het geborgen had.
zocht langen tijd te zamen, maar te
vergeefs. Sandersen begaf zich daarom naar
den winkel van den uitdrager, doch moest
de voor hem verpletterende tijding hooren,
dat de jas sedert eenige dagen door een on
bekende vrouw tegen teruggave van het be
wijs was ingekocht.
Spaan bezat het bewijs nog en vertoonde
het aan Sandersen, die in wanhoop weer
naar zijne woning stormde, zich voor het
hoofd sloeg en uitriep„We zijn arm Geerte
door mijn schuld, door mijn dwaas begrip,
door mijne geheimzinnigheid tegenover mijne
eigene vrouw
Geerte, die zich maar niet vergeven kon
niet beter op het bewijs gepast te hebben,
daar het stellig gestolen was, kon zich de
wanhoop van haar echtvriend niet verklaren
en drong er op aan om te weten, hoe huu al
of niet arm zijn nu kon af hangen van't bezit
van de jas.
„Ja," sprak Jasper, „nu zij toch verloren
is, blijft liet mijn geheim."
„Maar, beste vriend, ik begrijp niet...."
„Neenge kondt ook niet begrijpen.
Dwaas, die ik was," vervolgde hij na eene
dersen vernomen en was heengesneld om hem
welkom te heeten en hare vriendin geluk te
wenschen. Zij droeg een pak, dat zij op
een stoel wierp, en na dé eerste begroeting
opende zij het en zeide„Op een ver
nieuwd huwelijksfeest moet de trouwjas ook
weer dienst doen. Daar heb gij ze."
Geerte en Jasper lachten en schreiden te
gelijk op het gezicht van het teruggevonden
voorwerp. Het kwam vooreerst niet tot eene
opheldering, want de vreugde der echtge-
nooten, vooral van Sandersen, was zoo groot,
dat Mina niet aan 't woord kon komen.
Sandersen danste met de jas de kamer
rond, maar ten laatste zocht hij een mes,
tornde de kraag van de jas af en riep ver
heugd uit„Hier Geertehier Minazit
mijn geheim! Ik bewaarde mijn geld altijd
heel zuinig. Toen ik 25 jaar oud was, had
ik reeds een aardig sommetje bespaard. Ik
gaf het in handen van een, naar ik meende,
rijken en eerlijken koopman, en toen ik van
mijne reis terug kwam was de koopman
failliet en verdwenen.
Sedert dien tijd hield ik mijn geld altijd
korte poos, „maar vraag mij niets meer, £ij mij en droeg het in bankpapier, inge-
't is in ons belang mijn geheim te bewaren^ tusschen de voering van een kleeding-
omdat we de jas dan misschien nog kuunf SP1
terugvinden, althans eerder dan dat ik
openbaarde.
Terwijl de echtgenooten nog over b
val spraken, kwam Mina Drossens 1
Zij had de gelukkige terugkomst va
^dat ik altijd bij de hand hield, om
- c H.
'hipbreuk of ander onheil dadelijk
Redden en voor diefstal gewaar-
V<5or mijn huwelijk liet ik
voering van den kraag mijner
Hier heb ik het," ver-
Het st. Celebesvau Batavia
naar hier, te Napels aangekomen,
vertrok vau daar 15 Januari des
morgens.
Benoemd tot ontv. der reg. en
dom. te Venlo A. Westra, thans te
Helder.
Tot hnlpouderwijzeresse aan de
gemeente-school No. 7, is door den
raad benoemd mej. J. L. V. Weckesser.
De off. mach. 2de kl. A Jonkees,
geplaatst bg 's Rijks werf te Wil
lemsoord, word met 15 Februari a. s.
op non-act. gesteld en met den ljn
daaraanvolgende vervangen door den
off. mach. 2de kl. C. R. Vau Kooten.
Het overlijden vau Z. K. H.
Prins Hendrik was, blijkens de berich
ten uit Luxemburg, zeer onverwachts.
Niets deed de mogelijkheid van de
katastrofe voorzien. Zondag werd de
prins als herstellende beschouwd, of
schoon hij een weinig meer koorts
had. Z. K. H. liet nog den minister
van staat van Luxembnrg, baron von
Blochausen, ontbieden, om van hem
een omstandig verhaal te hooren vau
de huwelijksfeesten te Arolseu.
Maandagnacht ten twee uur nam de
zieke zijn medicijnen nog en was zijn
volgde hij, want de naden waren door hem
losgetornd, terwijl hij er verscheiden bank-
billetten tot een belangrijk bedrag uithaalde
en voor zich op tafel neerlegde.
blijdschap en verwondering sloten voor
eene wijl den mond der vrouwen.
„Ziet ge," vervolgde de bootsman,
terwijl hij na de knoopen en hij had er
met opzet zeer veel aan laten zetten van
zijne jas aftornde, „ziet ge, hier heb ik
nog een kleinen spaarpot. Het vormpje
van icdcren knoop bestaat uit een Engelsch
goudstuk van 12 gulden," en werkelijk
verkreeg de bootsman langzamerhand een
aardig stapeltje goudstukken voor zich.
Nu alles in orde was, volgde de ophel
dering van Mina Drossens, die den dank
der echtgenooten niet aannam, maar met
veel aandoening sprak „Ik dank God, dat
ik, zonder het te weten, iets voor uw geluk
deed. Reken het in mindering voor al het
leed, u door Willem aangedaan. Vergeef
den ongelukkigeGod heeft reeds tusschen
u en hem gerichthij is krankzinnig en
zal naar de verklaring van den arts spoedig
sterven."
Diep bewogen stonden daar alle drie.
Tranen sprongen uit hunne oogcu en met
aandoening sprak de brave bootsman
„Moge God den ongelukkige even zoo
vergeven als ik."