Markt-Berichten.
loo aanvoerde, miss Cotton is de
kleindochter van den Engelschen
Veldmaarschalk Cambermere.
Aanstaanden Zaterdag zal te
Londen een wedstrijd van een geheel
nieuwe soort worden gehouden,
namelijk tusschen acht groote lucht
ballons, die 's namiddags ten 5 ure
buiten de stad zullen opstijgen.
Voor den luchtreiziger, die binnen
anderhalf uur den grootsten afstand
aflegt, heeft de luchtvaart-vereeniging
een zilveren medaille uitgeloofd.
Amerika is reeds lang bekend door
de vlugwerkende, tijdsparende werk
tuigen, die men er weet te vervaar
digen. Een der beste bewgzen daar
van leverde onlangs de Heer Lawton,
een welgesteld landbouwer in Carle-
ton County (Missouri.) Hij volbracht
het kunststuk, om zijn gasten gebak
voor te zetten van tarwe, die 4 mi
nuten en 87 seconden vóór den maal-
tjjd nog op 't veld stond.
Te vier uur juist zoo verhaalt
»De Standaard stond het maai-
werktuig, met muilezels bespannen,
gereed om in het korenveld te gaan
arbeiden. Op uiterst kleine afstanden
waren in een ljjn lieden geplaatst,
die de tarwe-aren, zoodra zij vielen
moesten overgeven. Een man te paard
wachtte op het gedorschte koren, om
het haastig naar den molen te brengen,
16 roeden ver. Aan den molen stond
weer de Heer Lawton klaar om het
meel over te nemen, terwijl zijn vrouw
en nicht alles in orde hadden om
zoo dra mogelijk aan het bakken van
pankoeken en beschuit te gaan.
Op een gegeven teeken begonnen
de muilezels te trekken, en binnen
1 minuut 15 seconden was een zak
rogge aan den wachtende ruiter af
geleverd. 1 minuut 17 seconden later
had mevrouw Latvton het meel in
huis, 3 minuten 55 seconden nadat
het maaiwerktnig was begonnen te
arbeiden, bracht het nichtje aan de
gasten eenige welgeslaagde pannekoe
ken. Mevr. Lawton bakte intusschen
voort aan de beschuit, die te 4 min.
37 sec. gereed was!
Bij een der vele overstroomingen
die dit jaar in Hongarije hebben
plaats [gehad, stortte door den drang
van het water ook het huis van een
eenvoudigen dorpsbewoner in, die
met zgn familie in de golven en
onder het puin omkwam. Toen men
den volgenden morgen naar de lijken
zocht, vond men in een wieg een
slapend kind van 10 maanden vol
komen ongedeerd. De kleine was
gered gebleven door een dwarsbalk,
die schuin over het wiegje tegen
een staande gebleven muur was ge
vallen. Daartegen hadden zich andere
planken en het verdere puin opge
hoopt, zoodat het kind een kleine
doch goed beschutte ruimte had
overgehouden. Wel was de wieg
met zand en puin bedekt, doch 't
kind was gezond en opende vroolijk
de oogjes, onbewust van het verlies
dat het dien nacht geleden had.
In de Parijsche „Figaro" wer
ken drie of vier redacteuren mede
aan de hoofdartikelen. Heden bevat
het blad als zoo'n artikel een brief
van een dier schrijvers aan zijn
collega, waarin gesproken wordt over
een vroeger artikel van een derden
hoofdredacteur. Dat hadden de heeren
toch waarschijnlijk wel op hun bureau
kunnen afhandelen.
Volgens de Amerikaansche
bladen zou Dr. Tanner door zijn
hongerlijden goede diensten bewezen
hebben, zooal niet aan de wetenschap
dan toch aan de beurs. Hij heeft,
naar mededeelen, het volgende ver
diend
Door zijn eigen weddenschap 5000
dollars; door die van een agentschap
12,223 dollarsdoor den verkoop
van zijn photographisch potret 1500
dollars; entreegelden van zijn bezoe
kers 78,915 dollars; van een aan
tal fabrikanten om zijn naam voor
hun waren te mogen gebruiken
11,102 dollars; geschenk van den
Staat Ohio 5000 dollars en van het
Huis Liebig C°. 20,000 dollars;
te zamen 136,740 dollars (f341,850)
't Is waarlijk een aardig sommetje.
Jammer maar voor Dr. Tanner, dat
er in die opgave waarschijnlijk veel
Amerikaansche hambug schuilt.
Om kinderen op een aangename
manier sparen te leeren heeft meu
reeds menigen aardigen spaarpot
uitgedacht, als bjjv. het heertje, dat,
als men hem een geldstuk in de
hand geeft, het in een kist gooit,
en met een hoofdknik bedankt, en
dergelijken.
Het nieuwste op dat gebied is een
metalen hond, een Amerikaansche
uitvinding, die, als hem een geldstuk
in den bek wordt gestoken, het in
slikt, met de oogen knipt, als teeken
van dankbaarheid kwispelstaart en
vrooljjk begint te blaffen.
EEN ONRUSTIGE NACHT.
Een Amerikaanse!» stations-chef verhaalt
in zijne gedenkschriften het volgende merk
waardige avontuur:
De trein Nó. 39 was een vol uur te
laat, maar de reden daarvan liet zich ge
makkelijk begrijpen. Er woedde reeds se
dert vele uren een vreeselijke storm; de
regen viel bij stroomen uit de donkere
wolken, welke de lucht aan alle kanten
bedekten, terwijl de eene donderslag op
den anderen volgde. Het sloeg reeds zeven
uur, toen de roode lichten van den trein
eindelijk bij de laatste kromming zichtbaar
werden, en het was mij een pak van het
hart, toen ik dit levensteeken zag. Er
waren toch twee gevaarlijke bruggen tus
schen het laatste station en het mijne. Wat
had er bij., dit vreeselijke weer niet kunnen
'gebeuren
Maar de trein was aangekomen en ik
van alle zorg ontheven. Ik was evenwel
zenuwachtig, ook om andere redenen, die
mij onrustig hadden gemaakt. Voormid
dags 12.30 had ik een pak moeten ont
vangen met 13,000 dollars aan geldswaarde.
Het was niet gekomen en men had mij ge
seind, dat het nu met dezen trein komen
zou. De gedachte zulk een aanzienlijke
geldsom 's nacht3 in bewaring te moeten
houden, was verre van aangenaam, daar ik
het station geheel alleen bewoonde. Twee
passagiers stapten uit den trein/Eigenlijk
moest ik zeggen maar één passagier, want
de andere werd in een houten doodkist uit
de goederenwagen gedragen. „Wie is het P"
vroeg ik, toen men dat akelige vrachtgoed
in het stationsgebouw droeg. „Het lijk
mijner schoonzuster," antwoordde de aan
gekomen vreemdeling. Zij was een nicht
van den heer Eldridge, dien u wel zult
kennen en zal hier in het familiegraf bij
gezet worden."
Dan zal het lijk hier van nacht moeten
blijven P" vroeg ik verder. „Ja," was
het antwoord kortaf. „Denkt u dat ik
zelf nog de villa van den heer Eldridge
zal kunnen bereiken?" „In zulk een
storm," antwoordde ik, „zal dit bezwaarlijk
genoeg zijnik zou u liever raden in het
hötel hier dicht bij te overnachten."
Ik wees daarop den vreemdeling den weg
naar het hotel en voegde mij bij den con
ducteur, die mij het geldpakket overhan
digde met de woorden„Opgepast, Bill.
Hier is genoeg in om een of anderen deug
niet in de verzoeking te brengen u een
kogel door het hoofd te jagen, zonder u
gelegenheid te geven daartegen te protes
teeren." Ik gaf een schertsend antwoord,
dat, openhartig gezegd, evenwel slechts ge
dwongen over mijn lippen kwam. Daarop
gaf de conducteur het teeken en de trein
zette zich in beweging. Ik zag de roode
lichten achterna en toen deze verdwenen
waren, overviel mij het gevoel van een
zaamheid en verlatenheid in zijn volle
zwaarte.
In huis teruggekeerd, wierp ik nog een
blik op de doodkist, die in een hoek van
de goederenloods neergezet was en begaf
mij daarop in mijne aangrenzende woon
kamer om mij het zoo gezellig mogelijk te
maken. Ik wierp eenige blokken hout op
het vuur, zette het water op, om mijn grog
gereed te maken, stopte mijn pijp, en nam
een nieuwsblad ter hand en ging in mijn
ouden leunstoel zitten. De storm, die
daar buiten huilde maakte een goed ver
warmd vertrek dubbel begeerlijk. Toch
was ik niet recht op mijn gemak. Mijn
pijp wilde niet branden, de grog smaakte
mij niet en ik kon mijn aandacht niet bij
mijn nieuwsblad bepalen. Enkel om eenige
verstrooiing te vinden, begon ik naar het
getik der telegraaf te luisteren, 't welk
als het ware een behoorlijk verstaanbaar
gefluister van een vriend voor mij gewor
den was. Plotseling sprong ik verschrikt
op, toen ik heel duidelijk de woorden hoorde
„Watch the box!" (Geef acht op de kist).
Na een poos nog eens: „Geef acht op de
kist" en later ten derde male: „Geef acht
op de kist."
Het was met mijne rust gedaan. Yan
wien deze waarschuwing? Wat zou zij be
duiden P Het werd mij op eens duidelijk,
dat mij iets bijzonders te wachten stond.
Onwillekeurig zocht ik mijn oud pistool
op, dat mij evenwel, ongeladen en verroest
als het was, van niet veel dienst kon zijn.
Daarop zag ik nogmaals of alles in huis
veilig was, ik sloot de blinden en opende
de deur, welke van mijn kamer naar de
goederenloods toegang gaf, om zoodoende
bestendig het oog op de kist te kunnen
houden. Ik telegrafeerde toeu naar alle
stations langs de lijn, of men mij geseind
had, maar van allen kreeg ik een ontken
nend antwoord. Ik begon mij te verbeel
den, dat ik wel misgehoord zou hebben,
ging weder bij het venster zitten en hield
mijn oog op de kist gevestigd, toen ik
op eens weer heel duidelijk hoorde: „Geef
acht op de kist." Ik nam nu het vaste
besluit dezen nacht wakker te blijven, en
wierp mij geheel gekleed op bed.
De wind was gaaD liggenlangzaam
hoorde ik mijn oude hangklok tikken en
den loop des tijds aangeven. Het werd
elf uur, het werd twaalf uur, alles
bleef stil. De lamp brandde in de goede
renloods en ik hield de kist bestendig in
het oog. Op eens werd de stilte nogmaals
door het getik der telegraaf afgebroken en
nogmaals werd mij toegeroepen„Geef
acht op de kist.". Ik gaf gehoor 'aan de
waarschuwing. Daar was het, alsof ik in
de richting van de kist een geluid hoorde
als van een schroef die langzaam in een
scharnier gedraaid werd.
Mijn hart klopte hoorbaar, ik luisterde
en toen ik het geluid nogmaals hoorde,
stond ik langzaam op en sloop met het
pistool in de hand met onhoorbaren tred
naar de kist. Hier bleef ik stilletjes staan,
en hoorde hoe daar binnen een grendel
werd weggeschovennog een oogenblik
en het deksel werd langzaam opgeheven.
Ik werd angstig op dit zonderling en
akelig gezicht, maar nam spoedig een be
sluit en wierp mij op de kist. Wie of wat
daarin mocht zijn, mocht er. niet uit, dat
stond vast; terwijl ik het deksel met mijn
geheele zwaarte naar beneden drukte, hoorde
ik een angstkreet. Ik wist nu dat ik met
geen spooksel te doen had. De in de kist
opgeslotene poogde nu het deksel met ge
weld op te lichten, maar zijn kracht was
daartoe ontoereikend. Ik zat er boven op
en zag om mij heen, om hier of daar iets
^te vinden, waarmede ik het deksel sluiten
kon. Er lag een touw op den grond, dicht
nevens mijik nam het op, trok het onder
de kist langs, wond het er tweemaal om
heen en knoopte het duchtig vast. Snel
greep ik nu naar hamer en spijkers, en in
weerwil van het smeeken van mijn gevangene
spijkerde ik de kist dicht, waarbij ik alles
behalve zuinig met de spijkers te werk ging.
Daarop maakte ik alarm met de telegraaf naar
het naaste station en verzocht dringend om
hulp; want ik was er zeker van dat wij
nog niet aan het einde waren van hetgeen
er in dien nacht gebeuren zou. Ik blies
de lamp uit en wapende mij met een korte
ijzeren stang. Men komt u te hulp," luidde
het sein, en nu wachtte ik met meer kalmte
de dingen af, die komen zouden.
Er mochten nauwelijks tien minuten
verloopeu zijn, toen ik voetstappen hoorde.
Er bleef iemand voor de deur staan en
daarop werd er zachtjes geklopt. Ik gaf
geen antwoord, „Michiel!" riep een stem
en toen alles stil bleef, klopte de nachte
lijke bezoeker iets harder. Ik hield mij nog
stil. Potseling werd er met kracht op de
deur gebonsdeen der paneelen werd los
geslagen en een arm greep naar dén grendel
der deur. Met een snel besluit greep ik de
hand. Er ontstond een vreeselijke worste
ling; mijn tegenstander trachtte zich met
alle geweld los te rukken, maar ik hield
hem met een ijzeren vuist vast. Wij moch
ten onze krachten ongeveer tien minuten
gemeten hebben, toen mijn ongenoodigde
bezoeker mij de komst van een trein aan
kondigde. Met inspanning van alle krach
ten beproefde hij nogmaals los te rukken;
maar ik liet hem niet los. Ik hoorde het
gefluit van de locomotief en de trein hield
stil; haastige schreden naderden. „Daar
is hijriepen verscheidene stemmen en ik
voelde, hoe mijn gevangene van buiten los
getrokken werd. „Doe open!" riep mijn
collega van het naaste station en ik deed
de deur open. De dief, want het was iemand
van dat beroep, lag gebonden op den grond.
De spoorwegbeambten traden binnen, ver
heugd nog bij tijds gekomen te zijn. „Een
goede vangst, meende zij; dat brengt u 500
dollars op." „Dit is nog niet alles" zei ik,
„ik heb nog een tweeden gevangene" Waar,
waarP" klonk het van alle kanten. Ik wees
naar de doodkist en verhaalde wat er ge
beurd was.
Wij vonden het niet gemakkelijk de kist
te openen. „Wanneer alle doodkisten op
die manier dicht gespijkerd waren," zei
mijn vriend, „zou ten jongsten dage geeu
sterveling kunnen opstaan."
Wij kregen evenwel ten laatste het dek
sel open, en eer nog het gewaande lijk
tijd vond overeind te komen of gebruik te
maken van zijn revolver, hadden wij ons
van hem verzekerd. Het was een der ge
vaarlijkste roovers van Michigan, op wiens
hoofd de prijs van 1000 dollars gesteld
was, en ik had dus door hem en zijn kame
raad een staatspremie van 1500 dollars
verdiend, en ontving bovendien een aardig
cadeau van den heer Eldridge, toen ik hem
zijn 13.000 dollars bracht. Het wa3 een
voordeelige nacht voor mij geworden en
mijn naam is er nog beroemd door gewor
den bovendien. Ik begeer intusschen niet
voor de tweede maal zulk een nacht te be
leven, want niet altijd komen er telegram
men, die door niemand afgezonden zijn.
Stoomvaart-Berichten
Het stoomschip Koningin Emma, van
Amsterdam naar Batavia, vertrok 1 Sept.
van Port-Saïd.
Het stoomschip Koniug der Nederlanden,
van Batavia naar Amsterdam, vertrok 1
September van Napels.
Het stoomschip Conrad, van Amsterdam
naar Batavia, vertrok 31 Aug. van Sout-
hampton.
Texel, 31 Aug. Aardappelen f 3 a 5
per mud, Wol f 1 a 1,10 per p., Hooi f 18
per 500 p„ Koeboter f 1.40, Schapenboter
f 1,20 per P., Kippeneieren f3,40 a 3,75
per 100.
Purmerende 31 Aug. Aangevoerd 9
Veulens, weinig handel, 39 Paarden, ge
middelden handel, 351 Runderen, Melkkoeien
hoog in prijs, vette Koeien minder in prijs,
veel aanvoer, 152 vette Kalveren f 0,60 a
0,80 per kgr., handel vlug, 76 nuchtere
dito f 8 a 22, handel stug, 2097 Schapen
en lammeren, vette Schapen minder in prijs,
Lammeren hooger in prijs, 81 vette Varkens
f 0,58 a 0,68 per kgr., handel vlug, 119
Biggen f7 a 11, handel matig, Kipeieren
f3,50 a 3,75 per 100, Boter f 1,85 a 1.45
per kgr., 300 heet. Appelen f 3 a 5, 200
heet. Peren f 5 a 6 per heet.
Kleine kaas f 38, middelbare f30, aan
gevoerd 394 st.
Sghagen, 2 Sept. 13 paarden f 50 a 250.
Stieren f70 a 160. 75 geldekoeien f90
a 250. Kalfkoeien f 190 a 260.10 nucht.
kalveren 6 a 18. 1100 Schapen f 12 a
28. 20 magere varkens f 20 a 25. 40 Biggen
f9 a 13. 40 kippen f 0,40 a 1,50. Boter
per kop f 1.10 a 1.30. Kaas per kilogram
f 0.40 a 0.45. Kipeieren per 100 f 3.50 a
3.75.
Visscherij-Berichten.
1 Sept. Eenige schuiten binnen. Tang
en tarbot hooge prijzen. Rog per stuk 40
ct. Kleine schol niet gevangen.
Vele schuiten die Dinsdag naar zee
gingen, konden, wegens stilte, niet binnen
komen.
2 Sept. Eenige schuiten binnen. Tong
en tarbot hooge prijzen. Kleine schol per
mandje fl.50 tot f2.30. Rog per stuk
20 tot 30 ct. Scharren per mand f3.00.
Hedenmorgen 20 schuiten binnen met
wat tong en tarbot, duur. Kleine schol per
mandje f 2.10 tot f 2.35. Rog per stuk 20 ct.
Burgerlijke Stand Helder.
Van 31 Aug. 3 Sept. 1880.
ONDERTROUWD: N. C. Smit,loods-
leerling, en E. W. Brouwer. G. v. d.
Woerd, scheepskok, en J. C. Mosmans.
W. Langhout, machinist, en M. Kramer.
GETROUWD: A. J. Geensenen S.W.
Reedel. H. Meij en H. G. Vrijer. G.
Bruin en A. Zweerus. C. Iche en E. S.
Steehouwer. C. Kreugel en L. M. Harach.
BEVALLENM. J. Levering, geb.
Buddingh Z. J. Peeters, geb. v. d. Wissel
Z. M. W. Dorlijn, geb. Azaert D. J.
Vos, geb. Kissing D.
OVERLEDEN: J. v. Woerden 45 j.
A. Schellinger, geb. Koppen 78 j.
Burgerlijke Stand Texel.
Van 25 Aug. tot 1 Sept.
ONDERTROUWD en GETROUWD:
Geene.
GEBOREN: Johanna, dochter van Jo-
hannes de Graaf en Naantje Bakker. Cor-
nelis Pieter en Trijntje, zoon en dochter
van Pieter Keijzer Tz. en Cornelisje Kuiper
Geertje, dochter van Pieter Krul en Geertje
Gielepijn.
OVERLEDEN: Geene.
Als proeve van briefstijl vertoont men
ons de volgende briefkaart:
Adres An K Denhoed lig matstros aan
boort adolv wagship Nieuwediep.
Karei ik hep een brifkart gesturd raar
ik dag as dat ge nit zou Schrijfc mar
nau ik gehort hep as dat je geschrijf heev
zoo mot gij die kaar mar verschuure
maar mijn aderes tuinstrat 68 C Ooster-
wale mar as gij gouw en briv stuur denk
dan en mijnen Moeder Veijardag wand zei
is Zondag jaarig gewees uwe zou har en
briv gesturd heben mar het is nou niet
anders verder gegroet van mijn liena ooster-
waalen ik heb het gehoort van Jan izak
wil mijn het niet zegen
de Kompelemete Jan en Jas
CORRESPONDENTIE.
Nog twee brieven lett. A. B. Z., liggen
ter afhaling aan het Bureau.
ERRATUM.
In de advertentie „weggenomen broek en
vest," zie vorig nommer, staat ingeslapen,
voor hetwelk men gelieve te lezen INGE
SLOPEN,
Vervolg- der Berichten.
't Floralia-feest, dat steeds hier
ter plaatse zooveel bijval vond, schjjnt
dit jaar zeer luisterijk te worden.
De ingezonden collectie bloemen is
bijzonder ruim en bevat een groot
aantal uitmuntend geslaagde exem
plaren. 't Bestuur, als altijd val gver,
is druk in de weer om de ingezonden
bloemen en planten te rangschikken.
We twijfelen niet of 't aantal bezoe
kers zal groot zijn, daar de inzen
dingen van zoo groote belangstelling
getuigen. We hopen op gunstig weer
en vertrouwen dat Floralia ook dit
jaar een goed succes zal hebben.
Boven den ingang der groote
zaal van 't Instituut der Marine
alhier zal binnen weinige dagen het
gedenkteeken voor prins Hendrik
worden onthuld. Het marmeren
borstbeeld van den Prins, in half
verheven arbeid prjjkt in ovale lijst
en wordt omgeven door de zinne
beelden van krijg en zeevaart, om
vlochten met laurieren en eikeblade
ren. Het geheel vult een halfcirkel-
boog, met omschrift: Hulde aan
onzen admiraal Prins Hendrik der
Nederlanden."
H. M. de Koningin en de jonge
prinses zijn tot heden zeer welvarende.
Het dagblad merkt op, dat de
Woensdag geboren prinses Wilhelmine,
de eerste Koningsdochter is in ons
Vorstenhuis, H. K. H. prinses Mari-
anne is namelijk geboren vóór den
terugkeer der Oranjes en H. K. H.
priuses Sophia, groothertogin van
Saksen Weimar trad het leven in,
tijdens haar vader nog Kroonprins was.
Het blad wijst tevens op de gevolgen,
die de geboorte der prinses heeft voor
de erfopvolging in het Koninklijk
Stamhuis. Zg is niet de naaste erfge
naam van de Kroon na de Prins
van Oranje; want mocht deze on
verhoopt komen te vallen, zonder
manlijke erven achter te laten, dan
is Prins Frederik het eerst tot den
troon geroepen. Want alleen bij
ontstentenis van elk mannelgk oir
uit het Huis van Oranje-Nassau gaat
de Kroon over op de dochters van
den Koning.
Mocht prins Frederik nog Koning
worden, dan volgt hem zgne dochter
prinses Maria von Wiqd op. De pas
geboren Prinses wordt dus eerst tot
de Kroon geroepen, indien haar broe
der, de Prins van Oranje, zonder na
komelingen mocht komen te overig
den, 's Konings echt intusschen niet
met een of meer zonen is gezegend,
en alsdan ook prins Frederik reeds
is heengegaan.
Intusschen gaan de rechten van
prinses Wilhelmine, volgens de grond-
wettige bepalingen, thans reeds vóór
die van 's Konings zuster prinses
Sophie van Saksen-Weimar en hare
kinderen, vóór de prinses von Wied
en haar kroost (behalve ingeval haar
vader prins Frederik Koning mocht
worden) en vóór prinses Marianne
('s Konings tante) en hare afstam
melingen.
Texel, 3 Sept:
Sedert de laatste opgave zgn van
hier nog verscheept: 581 Schapen,
320 lammeren en eenig ander vee.
Tevens werden verscheept 62 balen
wol.
Ofschoon de droogte voor 't bin
nenhalen van den oogst niet genoeg
te waarderen was, is nu de wensch
naar en de behoefte aan regen zeer
groot. De hooggelegene weiden staan
vaal en dor en leveren aan 't vee
geen genoegzaam voedsel. Ook in
de lagere landen ziet 't er niet voor-
deelig uit.
Eenige flinke regenbuien zouden
veel goed doen.
De nieuwe muntbiljetten van
f 10 zgn thans in omloop. Ze dragen
nog de handteekening van Minister
Gleichman. Het uiterlijk is zeer
bevredigendde rand aan de voor
zijden is, ofschoon van boven wel
wat breed en zwaar, smaakvol be
werkt. Ook de toon: een bruine
rand op lichtblauwen ondergrond
is behagelgk rustig. De achterzijde
is een doorwerkt stuk, met de bekende
strafbepaling in gewonen en ave-
reehtachen druk.