'T VLIEGEND BLAADJE. KLEINTE COURANT VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 797. Dinsdag 5 October 1880. Achtste Jaargang. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Advertentlën Abonnem ent per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers 2 UitgeversBERKHOUT Co. te Helder. BnrexDiSPOORSTRAAT ea ZUIDSTRAAT. Grootere letters wórden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 5 Oct. 1880. Zondagavond gaf de Zangver- eenigiüg »Cecilia," een uitvoering in Musis Sacrum. In de voorgedragen nummers handhaafde 't gezelschap zijn ouden roem. Bijzonder muntte uit »EngelenzaDg" 2o gedeelte, waarin de heeren Meijer en Smit 't duet voortreffelijk zongen. Beide heeren kunnen in onze gemeente als eerste musici gerekend worden. Ook de sopraansolo in het eerste gedeelte klonk zeer lief. Le pardon de Ploër- mel werd verdienstelijk gezongen. Een geanimeerd bal volgde op de zanguitvoering. Texel, 2 October. Alhier is aangespoeld een naambord waarop „Cormicopia" Op last van den Minister van marine, zijn ter verstrekking aan de verschillende oorlogsbodems aange schaft 200 exemplaren van het werk, getiteld „Op de Zee." Bjj de tweede Kamer is ingediend een ontwerp van wet, betreffende de verzending van pakketten per post tot 5 kilogram. Bet bepaalt o. a. den vrachtprijs voor een pakket van 1 kgr. op 15 ct.van 13 kgr. op 20 ct.boven 35 kgr. 25 ct. bij vooruitbetaling. Yoor het verloren gaan, of het in 't ongereede raken, of voor toegebrachte schade wordt, behoudens eenige uitzonderingen, vergoeding verleend, niet te boven gaande f 2.50 voor elk kilogram. Aangifte van inhoudswaarde is tot f 500 toegelaten, tegen een evenredig recht van 10 cent voor elke honderd gulden. Deze bepalingen betreffen het binnenlandsch verkeer. Dat met de koloniën en vreemde Staten wordt nader geregeld. Uit Rotterdam wordt gemeld dat Zaterdag de binnenkomende Vlaar- dingsche haringlogger »Concordia" door een uitgaande Engelsche stoom boot is aangevaren en gezonken. Twee jongens, broeders, zijn bij die ramp verdronken. Een werkman, die de vorige week te Zwijndrecht het ongeluk had in de keet der heeren Gerrit van Hoogstraten en Zoon in een kokende zoutpan te vallen, is aan de gevolgen der brandwonden overleden. Hij laat een weduwe met twee kin deren achter. Delfzijl, 20 Sept. In den nacht van Zaterdag op Zondag had op de Eems een treurig voorval plaats. Kapt. Knijpenga, gezagvoerder van het te Termunter tehuis behoorende kofschip Agida, is, nadat hij eerst de opvarenden gedreigd had, over boord gesprongen en verdronken. Misbruik van sterken drank schijnt de oor zaak. De loodsboot heeft op verzoek van den stuurman Vos twee man zjjner opvarenden op de Agida over gezet ten einde het schip naar de plaats zijner bestemming over te brengenhet is Vrijdag bereids te Vlieland aangekomen. Een ingezetene uit Wormerveer was dézer dagen voor zaken te Am sterdam. Gedurende zijn afwezigheid ontving zijne vrouw een telegram van hem, met bevel om een wissel van f 75 die haar in den loop van den dag zou worden vertoond, dadelijk betalen. Inderdaad kwam des middags iemand met een quitantie voor dat bedrag, die door haar onmiddellijk werd voldaan. Toen haar echtgenoot des avonds terugkwam bleek tot beider schrik, dat men het slachtoffer was geweest van sluwe bedriegerij, daar hij zelf van het telegram niets afwist. De oplichter zal natuurlijk moeielijk te vinden zijn. Rotterdam, 1 Oct. Volgens een bericht van kapt. Schultsz, voerende het stoomschip Braunsweich, van de Nordd. Lloyds Comp., verliet hij Bre merhaven 10 September en was des nachts 12 u. bij Helgoland. Ten 1 u. het vuurr van Helgoland uit het gezicht verloren hebbende, nam de wind zoo hevig toe dat wij moeielijk onzen koers sturen konden en de loods bevel gaf halve kracht te stoomen. Het schip werkte zwaar en kraakte hevig soms, ten 3 u. des ochtends kraakte het plotseling zeer zwaar en brak het schip midden door. Ieder zocht zijn leven in de booten te red den, daar het schip in vijf minuten zonk en verscheidenen van de equipage over boord moesten springen. De sloep waarin zich 13 personen be vonden, werd door de Oosteljjke wind ver in zee gedreven, totdat na 30 uren gedreven te hebben, zij opgenomen werden door een passeerende stoom boot, waar zij tot Woensdag aan boord bleven en toen te Skagen aan land gezet werden om over Kopen hagen naar Hamburg te reizen. Bij het aan boord komen op die stoom boot is er een man verdroken. Vol gens oordeel van den kapitein was de Braunsweich, naar verhouding te lang om in dit jaargetijde de reis te kunnen doen. Vrijdag is in het huis van arrest te Middelburg overgebracht een varensgezel van de mailboot van Vlissingen op Engeland, Prinses Eli- sabeth, als verdacht van den nacht van Zondag op Maandag 26 Sept-., zich aan boord van dat stoomschip te hebben schuldig gemaakt aan het open breken van een koffer, en daaruit o. a. ontvreemd te hebben een gouden hor loge met ketting,gouden broches en een broche met tal van diamanten. Ver schillende der vermiste voorwerpen zijn bij hem gevonden. Elseneur, 30 Sept. Het schip Johanna Klasina, kapt. de Winter, van Amsterdam naar Riga, is vol gens nader bericht bij Lysegrund aan den grond geraakt en later ge zonken. De equipage is hier aange komen. De schoolmeester te W., een klein dorp even over de Belgische grenzen gelegen, een zonderling in alles, was op een zekeren dag met zjjne vrouw overeengekomen, dat zij met elkander van één bord zouden eten, tot zij met elkander in twist kwamen. Toen steller dezes vier jaar geleden dezen vriend zijner jeugd bezocht, vond hij het geluk kige paar nog steeds van één bord etend, zooals zij dit naar 's meesters zeggen, reeds 17 jaren lang gedaan hadden. Verleden week werd èr mee opgehouden, maar niet omdat de vrede uit het hnis was geweken, maar wijl 's meesters vrouw naar het kerkhof werd gedragen. Een raadselachtige moord is in het bosch Vincennes gepleegd. Een dienstmeisje, dat alleen wan delde, werd eensklaps door een man overvallen, die haar een messteek in den rug toebracht. In hechtenis ge nomen, verklaarde hij zijn slachtoffer niet te kennen en alleen tot den moord gedreven te zijn door het verlangen om een vrouw te dooden. Op een boerekermis te Wen- newick is een jeugdige knaap, een kind van 11 jaren, het slachtoffer vau het gebruik van sterken drank geworden. Men had hem uit tal van glaasjes laten proeven, totdat hij waggelende de herberg verliet en buiten neerviel. Toen men hem eenige oogenblikken later ging zoe ken, vond men slechts zijn lijk. Het knaapje werd bij een land bouwer groot gebracht: zijn vader bevindt zich in hechtenis, omdat hij, in verregaanden staat van dron kenschap, zijn vrouw heeft vermoord. Omtrent het behoud van het Engelsche stoomschip Queen Victoria, dat in Juni 11. van Londen naar Oalcutta vertrok en waarvan sedert niets meer vernomen werd, heeft men thaus alle hoop opgeven. Er waren 50 personen aan boord en de lading had een waarde van 150,000 p. st. De berichten, dat de „Jeannette," het Amerikaansche-Noordpoolschip, verongelukt zou wezen, zijn geheel ongegrond. Men heeft in 't geheel geen tijding van het schip ontvangen. Maar volgens het oordeel der deskun digen, o. a. Prof. Nordenskjöld eu de poolreiziger Hayes, is er volstrekt geen reden om zich ongerust te maken over het lot van het kloeke vaar tuig. Dezer dagen overleed in het dorp Liverpool aan het meer Onon- ja, in de Am. St. New-York, een vrouw, wier gelaat met een zwaren langen baard versierd was. Zij kreeg dat manhaftig sieraad eerst op haar 44e jaar, en liet zich toen op verschillende plaatsen als een merkwaardigheid zien, totdat .,de vrouw met den baard" haar aantrek kingskracht voor het publiek verloor, en zich in landelijke rust terugtrok. De moord te 's Gravenhage. Sinds 10 dagen reeds zijn in alle bladen kolommen gevuld met mededeelingen, be schouwingen, geruchten betreffende de mis daad, die tot in het buitenland zelfs ont zetting heeft gewekt, om haar onmensehelijk karakter; en toch hoe weinig weet men nog, hoe is de jammerlijke geschiedenis nog in een geheimzinnig waas gehuld. Het gerucht als zoude zware vermoedens tegen zekeren heer A. die verwant is aan do familie Bogaard, zijn gerezen, wordt door de justitie te 's Hage zelve weer sproken. 't Blijft nog steeds de vraag, of bij den moordenaar wraak of geldafpersing de hoofdzaak is geweest en of hij de zaak van de wraak of van geldafpersing op 't tapijt heeft heeft gebracht, om de aandacht van zijn persoon af te leiden. Voor 't eeu en ander is iets te zeggen. In den brief wordt van de „zaken opfleuren" gesproken, de brief begint en eindigt met de geld kwestie, die daarin geheel domineert. De wraak op mevrouw is alleen even aangeroerd en later in een briefkaart vooropgezet. Zou wellicht tegenstand van den jongeling, gerucht door hem gemaakt, den misdager niet tot den moord hebben kunnen brengen? Want was wraak de eerste grond, moest dan de waarschijnlijke dader niet eerder zijn aan te wijzenwant de wraakzucht moet vreeselijk zijn, om zich zoo lucht te geven. Intusschen men kan slechts gissen en blijft in 't duister rondtasten. Nog wordt gemeld, dat door de justitie een telegram is opgevraagd, dat den 23n September aan het Rijnspoorwegstation te Voorburg is aangenomen en overgeseind. Men meent, dat dit telegram op den moord betrekking zou kunnen hebben. Ook wordt in verband met den moord gebracht het vinden van een degenstok met platronden pleetzilveren knop op den Rijn spoorweg bij Utrecht, niet ver van het sta tion, in de nabijheid van den tunnel, die naar het station van den Staatsspoorweg leidt. Op dien knop zijn twee letters ge graveerd, die bijna zijn uitgesleten, doch waarvan een duidelijk een A of V is. De stok is in handen der justitie gesteld. Blijk baar was li ij van de overzijde weggeworpen waarschijnlijk met het doel om hem in 't water tc gooien, doch doordien hij met te veel kracht werd gegooid is hij op den kant terecht gekomen. Onder de bewoners der .Hoef kade, te 's- Gravenhage, is een verhaal in omloop, vol gens 't welk de vermoedelijke moordenaar zich daar des Vrijdags van de vorige week zou hebben opgehouden, op het uur, dat de dienstbode van den heer Bogaardt het geld zon brengen. Het volgend verhaal geeft grond aan die veronderstelling. Tusschen 3 en 4 ure zon een manspersoon over de heining geklommen zijn van eene woning, gelegen aan het einde van een der straten, uitkomende op de Hoefkade. Toen de verraste bewoners hem die vrijpostigheid onder het oog brachten, zou bij gevraagd hebben of men dan nog niets van een moord vernomen had, verder voor gevende te behooren tot de politie, die op den uitkijk stond. De lieden geen kwaad vermoedende, stelden den man in de ge legenheid zijne taak nog beter te vervullen, en wezen hem een zolderkamertje aan, vanwaar hij een vrij en ruim uitzicht over de Hoefkade en achtergelegen landerijen had. Van uit dit observatorium schijnt de man alles te hebben gadegeslagen, ook dat de politie zich in den omtrek bewoog. Na het vertrek van de vrouw, die door deu heer Bogaardt gezonden was, kwam hij naar beneden, en vertrok in draf door de Jacob-Catsstraat. Later moet gebleken zijn, dat niemand van de politie last had ontvangen zich daar te posteeren. Vandaar de gedachte, dat de voorgewende politieman wellicht de moorde naar kon zijn, te meer daar kleeding en uiterlijk met het later bekend signalement overeenkwamen. De belangstelling, die Z. M. de Koning in deze zaak stelt, bleek Vrijdag jl. weder, toen Z. M. met den prokureur-generaal van het hof te 's Hage, die mede het onderzoek leidt, een onderhoud had, dat een uur duurde, en dezen bij herhaling zijn wensch te kennen gaf, dat de misdadiger ontdekt moche worden. Het geëerbiedigde hoofd van den staat is hierin de tolk geweest van het geheele volk, dat vurig hoopt, dat deze schandelijke misdaad niet ongestraft blijve. Volgens den schrijver der Brie ven uit de Hofstad in de Am. Ct., heeft men den koetsier, die den vermoedeljjken moordenaar van Marius Bogaardt gereden heeft, in een hee- renpak gestoken, en wordt hg in alle koffiehuizen binnengeleid, in alle sociëteiten geïntroduceerd, om te trachten onder de gelagmakers en leden den misdadiger te ontdekken. Daar men, (zegt de correspondent) om elke verdenking te weren, den man wel verteringen zal moeten laten maken op al deze heel of half open bare plaatsen, vrees ik voor zgne moraliteitwie weet hoeveel werk hij nog aan den Haagschen kanton rechter geven zalTot nog toe schgnt echter het bezoek aan de sociëteiten op den man eer afschrikkend dan verleidend te Rebben gewerkt, indien het waar is althans wat men van hem vertelt, dat hij den eersten dag van zijn bezoek aan «deWitte" tegen vijf uur de handen van ontzetting ineengeslagen heeft met de woorden „ik wist niet dat de fatsoenlijke lui zooveel jenever dronken!" Staat de man vast in zgne schoenen, dan zeker kan deze kennismaking met 't drank gebruiken der „heeren niet dan goed werken, en met name de totstandko ming der „drankwet" gemakkelijker maken. Alle bepalingen tegen 't jenevergebruik wekten tot nog toe bij den minderen man ontevredenheid, omdat ze alleen hem betroffen, en de wijndrinkende heeren ongestoord lie ten. De koetsier kan nu aan zijns gelijken getuigen, dat de doeltreffende en billgke bepalingen, die bij voorbeeld in de sociëteit even goed gelden als in de kroeg, de heeren gelijkeljjk zullen treffen als de lagere klasse. Men schrijft uit de residentie: Dinsdagavond ging een ingezetene van hier met zijne beide kinderen nng ftfln wandeling doen in de Scheveningsche boschj«s. Op da hoogte van den zoogenaamden »Ba- taafschen Boer" gekomen, vonden zij twee pantalons tusschen het ge boomte. De een was zwart en zoo goed als nieuw, de andere donker bruin. Beiden zjjn, van boven op zijde gescheurd, blijkbaar door het haastig uittrekken, 't Schgnt dat de persoon een dubbel of driedubbel stel kleeren aan had, om vermom ming te vergemakkelijken. De wan delaar heeft zijn vondst onmiddellgk afgegeven aan een agent, dien hg bij zijne terugkomst ontmoette. Omtrent de ontdekking van het lijkje van den armen knaap wordt uit goede bron nog nader het vol gende gemeld: Het knaapje* is gevonden met de tong uit den mond, de oogen pui lende uit het hoofd; zijn pet had hem de moordenaar over het gezicht getrokken. Het buisje van het kind was geheel ongeschonden, zelfs de knoopjes waren vast, maar het vestje daaronder was losgerukt en niet meer dichtgemaakt, terwijl de wonden door het ondergoed heen toegebracht zijn; alle wonden zijn door of in den omtrek van het hart; zelfs één steek is door en door gegaan. De ongelukkige vader moest zjjn kind herkennen" op de moordplek, althans op de plek waar 't lgkje gevonden werd. Geen geluid kwam over zijn lippen, geen traan brak uit zijn oog, maar in stomme ver twijfeling rukte hij zich de haren uit het hoofd. De echtgenoot van den heer B. zag haar kind voor het eerst na de daad, toen het reeds in zijn met bloemen versierd kistje lag. Zij sloeg zich, der wanhoop ten r^rooi, voor het hoofd en barstte in een krampachtig snikken uit. Omtrent de lieftalligheid en zacht aardigheid van het jeugdige slacht offer gaat slechts een stem op. Ge regeld kon men hem zomers 's mor gens met zgne twee zusjes en de kinderjuffrouw aau het strand vin-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1880 | | pagina 1