w
Ëooio flopöt ie SIEDIEDIEP, KANAALffEG 12.
puit baste BOTER,
Visite-oHaitaaitjes,
ANNAPAÜLOWNA.
Taritl ra af
HUTSPOT,
ORIGINEELS NAAIMACHINES;
u
Dubbele stiWeel Handnaaimachines van af f 18
Dt rechte firfieiM.
SiNGEE,'S
de goedkoopste aller soiiede Naaimachines.
Arabische Gomballen,
van STOPPEL te Alpirsbach,
BERKHOUT Co.,
Ontvangen
Berkhout Co.,
ST-A-TIOIN
Aan het reizend publiek wordt
bericht dat met aanvang van het
nieuwe Patentjaar, g©ÖH
STERK RIN' DRANK meer verkocht
zal worden in het Buffet van boven
genoemd Station.
Chocolaad
Koffie
Maderawijn
Punsch. warm of koud
Amstel-Bier per halve kruik 0.10.
Breda's Prinsesse flesch D.10.
Alles van de beste kwaliteit.
Zegt het voort.
per kop f 0.10.
ii H - 0.10.
per glas-0.10.
Handelsblad, per 3 maanden f7.—
Dagblad, >3 -6.50
N. Rotterdam. Courant -6.—
Rotterdainscli Nieuwsblad - 2.55
Vaderland-4.90
Standaard-2.90
Tp-6.00
Nieuws van den Dag -2.50
Op bovengenoemde Bladen en alle
Provinciale of locale Couranten, hier
uiet genoemd, kan men zich abon-
neeren in den Boekhandel van
BERKHOUT CoHelder.
Het nieuwe kwartaal vangt aan
1 Jannari a.s.
lefkwaliteit Geldersche
in vaatjes van 10 en 20 kilo.
Ook bij mindere hoeveelheid ver-
krijsbaur.
P. OETËLMANS, HoQfd£racht.
De prijzen der OrigineeieSinger-Naaimachineszijn
HAND-MACHINE zonder Kast f30.—.
met - 35.
TRA P-MACHINE zonder -40.-.
met t> - 45.
Yoor Hand en Trapbeweging zonder - 50.
met -55,
Centraal Naaimachine-Magazijn van G. B. SCHULMAI1ER Go.,
SPOORSTRAAT (j 17, HFI.DFR.
Ar-4i
waarvan reeds méér dan 4 millioen stuks in gebruik
zijn, hebben tot nu toe reeds meer dan 200 hoogste be
krooningen en eereprijzen verworven.
Geene tweede Naairaachiuffabriek der Wereld kar»
zich op zulk suecès beroepen.
Deze Machines worden op wekelijksche afbetalingen
van f X.of tegen contante betaling met hooge
korting afgeleverd en zgn niet alleen de door het publiek
MEEST GEZOCHTE, doch sedert de laatste prgs-
vermindering ook
FEUILLETON.
64.
ROMAN
Uit 't Duitsch.
Aldus deukende en in zich zelve spre
kende, had zij den weg naar het dorp af
gelegd en sloeg nu de breede straat in,
aan de rechterzijde waarvan „De Gouden
Leeuw" gelegen was. Zij had zich vast
voorgenomen geen blik op de herberg te
werpen, doch dat voornemen kon zij niet
ten uitvoer brengen, want de heer Kügel-
man stond met een klein pijpje in den mond
voor de deur zijner woning en die man
zonder te groeten voorbij te gaan was ge
heel onmogelijk; zij zou dat dan ook niet
hébben durven nalaten, zelfs al hadden
dan honderd vurige, oogen van af de eer
ste verdieping haar begluurd.
„Ah, goedeu avond juffrouw Berghofer,"
riep de waard uit den „Gouden Leeuw"
haar tegemoet, daarbij reeds den hoed af
nemende, ofschoon 't meisje nog niet vlak
veor hem stond.
„Goeden avond, mijnheer Kügelman,"
zeide Anna vriendelijk, doch eenigszins ver
legen, want zij moest ook nu hare oogen
naar den man opslaan, die haar groette,
en zonder het te willen kreeg zij daar
bij ook een gedeelte van het venster
der eerste verdieping in 't zicht. Goddank,
daaraan was niets verdachts te zien, want
waren daarachter twee vurige oogen zicht
baar geweest, dan had zij, dat gevoelde ze,
nogmaals moeten blozen. Toch voelde zij
reeds een eigenaardige hitte in het gelaat
Dij de gedachte daaraan.
Opgeruimd ging zij verder. Daar stond
reeds de kerk, waarachter de pastorie lag;
nu had zij nog slechts het kerkhof achter
om te loopen en dan was zij er.
Hoe kwam het nu, dat zij het weemoe
dig gevoel niet bad, waardoor zij steeds
overvallen werd, wanneer zij het huis zag
met den scheeven gevel, waarin zij geboren
waz. Zij gevoelde zelfs niets toen zij door
de geopende deur het groote voorhuis bin
nentrad.
Het was doodstil in huis; er was geen
mensch in de kamers noch in de keuken'
welke Anna doorliep, te vinden. Slechts
van tijd tot tijd hoorde zij een eigenaardig
kloppen, alsof het van onder den grond
kwam.
„Waarschijnlijk" dacht Anna, „zit de
familie in de» tuin, zooals zij bij warm
weder des avonds en 's namiddags gewend
is te doen."
Zij liep naar de tuindeur, opende deze
stond spoedig In den tuin. Ook daar
was niemand te vinden.
Zouden zij in het tuinhuis zijn?
Dat tuinhuis was een niet geheel lood
recht staande houten gebouwtje, waarvan
men den ingang, wanneer men langs den
hoenderhof kwam, niet kon zien, want de
deur was aan de achterzijde geplaatst, om
geen last te hebben van koude, wanneer
er eeu oostenwind woei. Om echter van dien
kant uit toch een gezicht op den tuin te
hebben, had men een venster aangebracht.
In bet huisje zelve was het recht gemoe
delijk. Daar stonden een paar oud-modische,
doch gemakkelijke CRnapé's, een ronde tafel
met een rood kleed en eenige stoelen. De
muren waren met groene tapijten bekleed
en van den zolder of hing een lamp, die
op schoone zomeravonden een zacht, en
helder licht verspreidde.
Anna naderde met rassche schreden het
„paviljoen," zooals het tuinhuis reeds ge
noemd werd in den tijd toen hare oudere
nog leefden, doch plotseling bleef zij ver
schrikt staau't was of zij geen adem kon
balen. Zij werd nu niet rood, maar zag
van schrik bleek, want van voor het ven
ster van het paviljoen zag zij datgene wat
zij bij het voorbijgaan van den „Gouden
Leeuw" had willen vermijden te zien, na
melijk een paar vurige oogen, dezelfde
waarvoor Rosamunda haar nog zoo kortge
leden gewaarschuwd had.
Zij had geen tijd om er over na te den
ken of zij blijven of wegloopen zou, want
dadelijk stond de eigenaar van die vurige
oogen, een buiging makende, voor baar en
zeide
„Ik geloof de eer te hebben mejuffrouw
Berghofer te zien mijn naam is Willi-
am Tanner gij hebt waarschijnlijk reeds
te vergeefs den heer Paulsen of zijne vrouw
gezocht. Eerstgenoemde zit met mijn
grootvader op een der bovenvertrekken in
't huis. Wij hebben zooeven de verzame
lingen gezien mevrouw Paulsen heeft
zich even verwijderd, om de beide heeren
aan de theetafel te noodigen. Ah, daar
komen zij reeds."
De laatste woorden waren voor Anna
een verlossing; in een zoo pijnlijke onstan -
digheid bad zij zich nog nooit in haar le
ven bevonden. Welk een geluk dat zij zich
nu kon omdraaien ten einde naar mevrouw
Paulsen te gaan en alzoo haar al meer en
rr.eer verhit wordend gelaat uit het bereik
van die oogen te brengen.
De jonge dame werd door het echtpaar
Paulsen zeer hartelijk begroet, terwijl me
vrouw haar voorstelde aan den ouden heer
Tanner. Vijf minuten li
de tafel in het paviljoen.
Er werd een zeer geanimeerd onderhoud
gevoerd. Grootvader en kleinzoon verhaal
den beurtelings omtrent Amerika en slaag
den er in de toestaudeu in dat land in
levendige kleuren te schilderen. De heer
Paulsen en zijn vrouw vertelden 't een en
ander omtrent het dorp hunner inwoning
en de omstreken, terwijl Anna hen onder
hield met iets omtrent het slot en zijn be
woners. 't Meisje was weder geheel beko
men van haar schrik en hare beschroomd
heid was geweken. Van nabij gezien waren
de oogen waarvoor zij zoozeer gevreesd
had, niet in het minst vreeswekkend,
integendeel daaruit sprak zooveel levens
lust, geluk en vergenoegdheid, zij spraken
zoozeer voor het bezit van een warm en
edel hart, dat het werkelijk een lust was
ze te zien. En daar de eigenaar van die
oogen dezelvcn bijna onafgewend op Anna
gericht had, genoot zij dat genoegen in
ruime mate.
De beida heeren Tanner waren reeds den
vorigeu dag door den heer Paulsen op een
„koude tafel" en eeu glas wijn verzocht.
Zij hadden die uitnoodiging met genoegen
aangenomen en waren reeds vroeg gekomen,
te vroeg haast, want mevrouw Paulsen was
nog niet geheel gereed met het in orde
brengen der tafel. Deze omstandigheid
deelde laatstgenoemde juffrouw Berghofer
fluisterend mede, toen men, na de thee ge
bruikt te hebben, opstond, om voor het aan
tafel gaan nog een wandeÜHg in den tuin
te maken.
Mevrouw Paulsen verwijderde zich tot,
het maken van de laatste toebereidselen
voor het avondmaal en Anna ging mede
om haar te helpen. Laatstgenoemde ver
leende die hulp zeer gaarne en telkens
wanneer zij in de pastorie vertoefde, maakte
zij zich op de eene of andere wijze nuttig.
Zij verheugde zich reeds in het vooruit
zicht eenmaal zelve de besturing van een
huishouden op zich te kunnen nemen, zoo
als zij dat van bare moeder gezien had. Op
het slot bestond daartoe geen gelegenheid,
omdat zulks niet passend geacht werd en
men alles aan de bedienden overliet.
De heer Paulsen en zijn vrouw waren
zeer fijn opgevoede en weldenkende lieden,
die in den geheelen omtrek zeer bemind
waren. Zij hadden drie knapen, die heden
een voetreisje naar Langenheim maakten,
waar een koorddanaers-gezelschap zijn toe
ren ten beste gaf. Tusschen Anna en Me
vrouw Paulsen bestond niettegenstaande het
verschil in jaren een innige vriendschap.
Laatstgenoemde kwam het aanbod om
hulp te verleenen zeer van pas, want er
viel nog al wat te doen. Ham en ander
vleesch moest nog gesneden, op de borden
tegen hoest, heeschheid en aandoening
der slijmvliezen. Het is een losmakend
en verzachtend middel, dat onmiddel
lijk de prikkelingen in de keel, waar
door het hoesten ontstaat, wegneemt.
Doosjes van 20 en 40 Cts.
Hoofd-Depöt bij A. W. GROOTE,
Kalverstraat 43, Amsterdam, en ver
der verkrijgbaar bij L. JELGERSMA
Gz., Helder.
Humoristische, (Thed. Bom,) f 0.75.
Humoristisch-Satirische -0.90.
Humoristische, geïllustreerd -1.25.
Ten Kate -0.90.
De Genestet, verschillend in
prjjs.
Christelijke -1.00.
Katholieke -0.50.
Ch. Dickens, verschillend in
prijs.
Hollandsche - 0.30.
Memorandum -0.80.
op Standaard -2.25.
-5,00.
Maandelpksche - 0.50.
Dichterlijke -0.75.
Elegante -0.90.
Nederlandsehe Auteurs, ver
schillend in prijs.
Gymnasten Scheurkalender -0.70.
FRAAIE WANDKALINDERS.
Alle niet genoemde Kalenders zijn
ook voorhanden. Ook de ordinaire
voor minder dan 30 Cent, maar die
bevelen wij om de mindere fraaiheid
niet aan. Het schild van een Scheur
kalender, waar men een geheel jaar
het oog op gevestigd heeft, mag wel
iets meer kosten, om die een Schilderij
te kunnen noemen.
ZUIDSTRAAT.
50 Cent de 5 ons.
P. 0ETELMANS, Hoofdgracht.
Attentie
Dames en Heeren, die zich vóór
Nieuwjaar wenschen te voorzien van
worden verzocht er THANS opgave
van te doen. Bestellingen, veel later
ingekomen, zouden niet op tijd kunnen
worden afgeleverd.
BOEKHANDEL.
De extra fijne, maagversterkende
LIKEUREN
alsmede het
Boonekamp-Maagbitter
der Firma WAUTERS DE BUS-
SCHER, te Mechelen, Hofleverancier,
Succursale Fabriek Roseudaal,
ft* &eh0»niieyi,
bekroond op negen verschillende ten
toonstellingen, zijn te bekomen vol
gens prijscourant, bij of door
tusschenkomst
i. DAARNH0UWER, Dijkstraat,
en J. DITO, Kruisweg,
alsmede bij den ondergeteekende.
J. J. MEIJER, vertegenwoordiger,
ANKERPARK.
HH. Koffiehuishouders
en Slgters genieten rabat.
gelegd en met pieterselie versierd worden,
er moesten nog glazen klaar gezet, servet
ten, messen en vorken op de juiste plaats
gelegd worden, enz. enz.
Onderwijl men dezen arbeid verrichtte,
vroeg mevrouw Paulsen aan het jonge
meisje-
„Zeg me nu eens, Anna, hoe bevalt u
de jongen Tanner?"
„Zeer goed," antwoordde zij, zonder te
blozen.
„Het schijnt inderdaad eeen beminnens
waardig man te zijn."
„Ik had niet gedacht, dat men zoo on
gedwongen mot hem kon praten."
„Hij heeft u gisteren reeds op het slot
gezien."
„Zeer vluchtig."
„Desniettegenstaande moet gij toch in
druk op hem gemaakt hebben."
„Indruk P Hoedat P" riep Anna eenigs
zins angstig, terwijl haar gelaat door een
hoog rood overtogeu werd.
„Wij bekeken daar straks de verzame
lingen van mijn man en waren daarmede
nauwelijks gereed, toen hij mij verzocht
met hem verder in den tuin te gaan. Ik
vond aanvankelijk dat verzoek wel een
beetje vreemd, doch bemerkte spoedig
waarom hij mij alleen wenschte te spreken.
Hij bracht dadelijk het gesprek op u, ver
telde mij dat hij u gezien had, sprak zeer
gunstig over uw lief uiterlijk en richtte
veel meer vragen tot mij dan ik kon be
antwoorden. Al die vragen en hetgeen hij
mij gezegd heeft te zarnen genomen, kan
ik tot geen andere conclusie koraeu, dan
dat gij piotseling op hem een indruk moet
gemaakt hebben."
„O, dnt is verschrikkelijk
„Verschrikkelijk P Dus hij is u dan in het
geheel niet bevallen P"
„Ja, dat is hij wel, maar ik verzoek u
lieve mevrouw
„Stel u toch gerust, Annahij zal heden
avond nog niet om het jawoord komen."
„Om 't jawoord. Ik wordt gekweld door
een verschrikkelijken angst!"
„Waarom datP Uw hart klopt toch nog
niet voor een ander."
„Neen zeker niet."
„Ik kan mij ook vergissen alles kan
bloote nieuwsgierigheid van den heer Wil-
liara Tanner geweest zijn."
„Wel zeker, het is niets dan nieuwsgie
righeid geweest, mijn beste mevrouw."
„Zou het zoo erg wezen, als 't eens iets
anders wasP"
„Zeer zeker. Denk maar eens na, als hij
mij met een voorstel aan boord kwam, zou
ik dan uiet van sciiaamte moeten blozen."
„Wanneer gij niet ongetrouwd wilt
blijven, zal toch eenmaal de dag aanbre
ken, waarop u om het jawoord gevraagd
wordt."
„Ik beef reeds bij de gedachte daaraan."
„Maar het zou ook schriftelijk kuunen
geschieden."
„Dat zou inderdaad heel wat beter zijn."
„Heden avond zijt ge in ieder geval
nog voor een bezoek gevrijwaard; laat dus
de gedachte aan de mogelijkheid daarvan
varen en behoud uw goede luimen. In
ieder geval zal ik hem nog eens goed in
't oog houden en zien of hij werkelijk zoo
veel goede eigenschappen bezit, dat men
hem zijn hart met vertrouwen zou kuuneu
schenken. Gij zult dan in staat zijn om
wanneer hij later met een aanzoek komt,
hem dadelijk al dan niet het jawoord te
geven."
„Dat kan men toch zonder gevaar doen."
„Hij is een recht schoon man."
„En heeft vooral mooie oogen."
Mevrouw Paulsen moest onwillekeurig
lachen en dacht: „Dat zaakje zal wel in
orde komen." Tegen Anna zeide zij: ,,'t
Zou eigenlijk al te mooi zijn, als wij huur
lieden werden."
„Buurlieden
„Ja, want de heer Tanner wil zich een
fraai woonhuis achter de ruïne laten bou
wen. Wanneer gij nu daarin als zijne gade
resideert, dan konden wij elkander dage
lijks bezoeken."
„Dat zou nog het beste van de geheele
historie zijn."
„Het besteP Gij zijt een schelmDech
scherts ter zijde gelaten, ik zou mij er zeer
over verheugen, als
„Hij denkt daar in 't geheel niet aan,
mevrouwtje, evenmin als ik. Ik kan u
wel zeggen, dat ik zulk een zondige ge
dachte nog nooit gehad heb."
„Die gedachte is toch zoo zondig niet."
„Na elkander tweemalen ontmoet te heb
ben." Ja, dau is zij het wel."
De tafel was gedekt, de eieren waren
gekookt, do wijnflesschen ontkurkt, de lam
pen aangestoken, in 't kort alles was in
orde. De dames begaven zich weder naar
den tuin en mevrouw Paulsen noodigde de
heeren uit om aan tafel te komen. De onde
heer Tanner bood haar zijn arm en de heer
Paulsen wilde dit bij Anna doen, doch door
een behendige beweging was de jonge
Tanner hem daarin voor. Men ging nu in
huis.
„Ik gevoel mij zeer gelukkig, dat het
toeval u heden naar hier gevoerd heeft,"
fluisterde William het jonge meisje onder
't gaan toe. Deze woorden zeggende drukte
bij voelbaar haren arm in den zijnen.
Wordt vervolgd,