f2.000
Advertentiën.
verlicht. Er zijn onmiddellijk maat
regelen genomen tot ondersteuning
van de gezinnen der slachtoffers,
waaronder vele brandweergasten.
Een ontzettend ongeluk heeft
Woensdag, volgens een telegram uit
Moskau, op denMoskau-Kurkspoorweg,
tusschen Tscherny en Rastyjewo,
plaats gehad. Een spoortrein met
217 passagiers is daar verongelukt,
door het instorten van een gedeelte
van den weg, die door de aanhou
dende regens ondermijnd was. De
trein stortte van een aanzienlijke
hoogte neer 8 waggons werden on
der de aard bedolven. Negen en
dertig passagiers werden meer of
minder gekwetst te voorschijn ge
haald. De overige, dus 178 personen
kwamen om het leven.
Een metselaarsbaas te Kassei,
bekend als een vroolijke Frans, had
zich daar dezer dagen voor het ge
recht te verantwoorden wegens een
grap, die hem duur te staan kwam.
Hij zag onlangs op straat een dame
die hg kende, wenkte een in de na
bijheid staanden huurkoetsier en liet
deze de dame uitnoodigen om met
hem (den lastgever) een uurtje in de
drosclike te toeren. De dame was
over die ongepaste ruwe aardigheid
zoo verontwaardigd en beleedigd, dat
zij een aanklacht tegen den metselaar
indiende. De rechtbank heeft hem
tot een geldboete van 450 mark ver
oordeeld, alsmede tot de vrij aan
zienlijke rechtskosten.
Uit Hongarije wordt gemeld,
dat men aldaar, indien het weder
niet bijzonder ongunstig wordt, een
oogst verwacht, zoo rijk als in geen
jaren is voorgekomen. Vooral de
tarwe belooft een zeer ruime opbrengst.
iSfGEZOKDEN.
Onderatftünd ingezonden stak, over de
plechtige begrafenis van Donderdag 11., werd
yoor ons nummer van Vrijdag te laat ont-
T«Sen- Red.
Mijnheer de Redacteur
De plechtige, hartroerende begrafenis van
de achttien eerstgevonden slachtoffers der
ramp, de Adder overkomen, is volbracht.
De stoet, die hen ter laatste rustplaatst
geleidde, is ontbonden, de dichte volksme
nigte, die aan weerszijde van den weg stond
geschaard en door eerbiedige stilte blijken gaf
van haar groote en hartelijke deelneming, is
verspreid en hen, die dat alles goldzij
liggen daar onder het mulle zand, onwetend
van hetgeen om en met hen geschiedde en
rusten uit van hunne aardsohe zorgen, van
de angsten en pijnen, die zij hebben door
gestaan en geleden.
Allerfcandoenlijkst was die plechtigheid,
dat doffe geluid der omfloersde trommen,
die schoone aangrijpende treurmuziek, die
verslagenheid, zoo duidelijk zichtbaar op de
gelaatstrekken van hen, die den treurigen
stoet vormden, maar bovenal die negen lijk
wagens, versierd met schoone kransen.
Ohet greep ons allen zoo diep in het
harte en de tranen, die tolken van het
gevoel, zij lieten zich bij velen niet wachten.
Zoo trok de stoet langzaam langs Helder's
stratengeen huis waar langs hij zich be
woog, waarvan niet de luiken gesloten waren.
Ziedat was voor de achterblijvenden
een bewys hoe algemeen de deelneming was
in hun droevig lot, en voorzeker goot dat
een druppel van vertroosting in den bitte
ren beker.
Daar nadert eindelijk de lange trein het
kerkhof en onder het doffe geroffel der
trommen, afgewisseld door de heerlijke
schoone muziek der Marine-kapel, werden de
slachtoffers in treurigen optocht naar hunne
laatje, gezamentlijke rustplaats gedragen.
Huiveringwekkend oogenblikvoorwaar
toen die achttien zwarte met de Hollandsche
vlag bedekte „en met prachtige kransen
versierde kisten een voor een in de groote
groeve werden neergelaten.
Hoortdaar klinken de salvo's uit de
geweren der mariniers. Eenmaaltwee
maal en toen de stoffelijke overblijfselen der
aohttien braven aan de aarde waren toe
vertrouwd, toen knalden de schoten ten
derden male, ten bewijze dat de plechtige
teraardebestelling was afgeloopen. Maar
neen want zietdaar ontbloot de eerbied
waardige chef der Marine het hoofd, allen
volgen hem daarin na en diepe ademlooze
stilte heerschte alom.
Met door aandoening trillende stem, met
tranen in de mannelijke oogen, wijdde hij
een laatst vaarwel aan die mannen, die zoo
dikwijls den dood trotseerden op het trou-
welooze element en thans in het gezicht
der vaderlandsehe kust op zoo treurige
wijze het leven moesten verliezen.
Waarlijk, hij sprak goed die achtings
waardige man, want men zag het hem
aan, hij sprak uit het hart.
Jahij sprak goed, dat getuigde de
<^epe stilte, aie om hem heerschte, dat ge
tuigde de aandoening, die zichtbaar op ieders
gelaat te lezen stond, dat getuigden boven
al de tranen der familieleden en ja van
zoovele anderen.
O hoe gaarne zouden die achtergebleven
betrekkingen voor die troostvolle toespraak
luide hunnen dank hebben betuigd, maar
ach hoe zouden zij dat kunnen, overmees
terd ais zij waren door hunne diepe ont
roering. Spreken het was hen onmogelijk
en slechts in hunne blikken ken men de
gevoelens lezen, die hen op dat oogenblik
bezielden.
EnZoo liep de plechtigheid ten
einde? Ja! zoo liep zij ten einde, want
niet een van hen die daar onder de vele
belangstellenden stonden en van wie men
het kon en mocht verwachten, omdat toch
zij gewoon zijn te spreken, ook in ziel-
schokkcnde omstandigheden en die werkelijk
de gave der welsprekendheid bezitten, nam
het woord, om den edelen admiraal, om
alle overigen die de laatste eer aan de over
ledenen bewezen, daarvoor uit naam der
diepbedroefde familiën te bedanken.
Dat was een kleine schaduw op die
aandoenlijke plechtigheid; waarlijk het deed
pijn, dat gevoelden velen met mij en be
droefde hen zonder twijfel.
Ware dit te verwachten geweest, wellicht
zou er iemand anders, minder welsprekend
zeker, en al lag het niet op zijn weg, zijn
stem hebben doen hooren, maar men zag
ze daar immers staan, die mannen, die wij
dikwijls zoo goed en onder allerlei omstan
digheden het woord hoorden voeren. Wat
mocht men dus anders verwachten, dan
dat een hunner de droeve taak der familiën
had aanvaard, om zij het dan ook in weinige
woorden, den dank uit te spreken voor de har
telijke welmeenende woorden, zooeven ge
hoord, voor de hartelijke deelneming, door
zoo velen aan den dag gelegd.
Edoch, geen stem verhief zichlaat ons
aannemen dat ook zij te aangedaan waren
om te sprekenmaar toch een kleine on
aangename gaping ontstond er en ach die-
ware zoo gemakkelijk aan te vullen geweest.
Gelooft echter niet, geachte admiraal, dat zij,
familieleden, ja allen die u hoorden, U niet
dankbaar voor de hartelijke uiting uwer gevoe
lens tegenover uwe ontslapen wapenbroeders,
waren. Neen waarlijk nietZij waren, zij zijn
en blijven dat in de grootste mate, O
zij gevoelden zoo diep, zoo innig de waarde
van die roerende taal en al dankten zij u
niet luide, daarom toch staan uwe woorden
in hunne harteu gegrift, onvergetelijk, on-
uitwischbaar.
Ja, zij gevoelen ze diep en in hunne
harten vermengen zij die dankbare ge
voelens met de bede, dat de Nederlandsche
Marine voor altijd gespaard moge blijven
voor rampen, als haar thans in het vergaan
der Adder heeft getroffen.
D.
X vraagt, in overeenstemming met vele
landgenootea, of de Regeering niet in het
ongelukkig geval met de „Adder" dient vocrr
te gaan in ondersteuning van hen, die door
't verlies van den broodwinner in hulpbe
hoevende omstandigheden verkeeren. Yolgens
zijn inzien behoort de publieke liefdadigheid
hier wel te volgen, maar niet op den voor
grond te treden.
Stoomvaart-Berichten
Het stoomschip Prinses Amalia, van Am
sterdam naar Batavia, passeerde 14 Juli
Point de Galle.
Het stoomschip Prins Hendrik werd in
den afgeloopen nacht te IJmuiden binnen
verwacht.
Het stoomschip Prinses Marie, van Ba
tavia naar Amsterdam, is 16 Juli te Suez
aangekomen en zet heden (17Juli)dereis voort.
Het stoomschip Celebes, van Java naar
Amsterdam, is 16 Juli te Marseille aange
komen en 17 Juli van daar vertrokken.
Het stoomschip Prins Erederik, van Ba
tavia naar Amsterdam, vertrok van Batavia
den 15en Juli.
Het stoomschip Conrad, van Amsterdam
naar Batavia, vertrok van Southampton den
J5en Juli.
V isscherij-Berichten
18 Jnli vm. Binnen 25 korders, weinig
vangst, 10 tot 20 groote tongen, p. stuk
60 tot 70 ct. 80 tot 100 kleine tongen,
p. stuk 12 tot 20 ct. Seharren per mand
f12. Kleine schol, meest doode, per mand
f2.50; enkele rog, p. stuk 45 ct. Andere
schuiten nog naar zee.
Burgerlijke Stand Helder.
Yan 14 tot 18 Juli.
ONDERTROUWD: Geene.
GEHUWDGeene.
BEVALLENP. Moll geb. Kooijman,
z. A. Gomes geb. Koning, z. N. Korper geb.
Dupont, d. T. de Jong geb. Bijl, z. A.
Leijdeckers geb. de Klerk, z. T. Oudijkgeb.
Luijting, d. A. M. v. Yeen geb. Kamp, d.
S. Govers geb. Smit,-d. J. J. Buijs Collard,
d. N. Immink geb. Smit, d. J. Klik geb.
Quak, d.
OVERLEDEND. Yalentijn, 49 j.
Vervolg der Berichten.
Gisterennamiddag werd hier
door een Urker visseher uit zee aan
gebracht het lijk van den luit. t. z.
2e kl. G. Borel. Het lijk was reeds
bijna onkenbaar.
Het stoffelijk overschot van den
luitenant Borel werd heden middag
per trein van 1 u. 26 m. naar 's Gra-
venhage vervoerd, om aldaar morgen
ter aarde te worden besteld, Op
de lijkkist was een uiterst fraaie
krans gehecht door het état-major
van Zr. Ms. ramschip Schorpioen.
Yan bevoegde zijde wordt nog
medegedeeld, dat het personeel stokers
van de Adder" bestond uit slechts
twee stokers die vroeger reeds gevaren
hadden en acht miliciens, die pas
eenige dagen in dienst en dus waar
schijnlijk allen zeeziek waren, terwijl
de dienst aau de monitors tien be
kwame mannen eischt.
De vier machinist-leerlingen 1® kl.
aan boord van de Adder" deden
hunne eerste zeereis.
Nadat de loodstransportstoomers
Schelde en Frans Naerebout hier
Zondag hun steenkolenvoorraad had
den aangevuld, vertrokken zij in
den namiddag weder derwaarts. Ook
Zr. Ms. ramschip Schorpeoen ont
ving orders tot vertrek en verliet
Zondagavond de haven met bestemming
naar de Noordzee, kruisende langs
de kust.
Onderscheidene Egmondsche
visschers hebben zich bij den Minister
van Marine aangeboden, om met een
10-tal bomschepen in de Noordzee
naar het wrak van de Adder" te
zoeken, onder voorwaarde, dat zij voor
hun moeite en kosten f 6000 zouden
ontvangen. Op dit per telegraaf aan
het Departement van Marine inge
komen aanbod is van wege den Mi
nister aan de visschers geantwoord,
dat vooralsnog daarvan geen gebruik
kan worden gemaakt.
Uit Zandvoort zijn 2 bomschuiten
vertrokken om gezamenlijk te dreggen
naar de Adder."
Een vlet, bemand met twee
personen, sloeg gisteren in de nabij
heid der haven om. De opvarenden
mogen hun behoud danken aan den
spoed, waarmede anderen een vlet ter
hulp toezonden, waardoor zij behouden
op het drooge kwamen.
Oudeschild, 18 Juli
Met genoegen vernemen wij, dat
de rederijkerskamer »Heije" alhier,
't voornemen heeft een uitvoering te
geven, geheel tenvoordeele der na
gelaten betrekkkingen van de jam
merlijk omgekomen manschap van
den monitor Adder." 't Zal zeker
overbodig zijn tot algemeene deel
neming op te wekken, waar zulk een
goed doel beoogd wordt.
Texel, 16 Juli
Tijdens het onweder, dat gisteren
over ons eiland heentrok, bracht een
windhoos hier en daar heel wat
schade teweeg. Daken, molens en
gebouwen werden gehavend, wagens
omgeworpen, hooischelven vernield,
hooirooken weggevoerd of vernield.
In het Eierland geraakten eenige
schuiten los en op drift. Gelukkig
geraakten zij aan den grond. Som-
mige personen, die zich op den
weg bevonden, zagen zich genood
zaakt door plat in greppels te gaan
liggen, zich in veiligheid te stellen.
Ook moeten in een weide vier schapen
door den bliksem zijn gedood.
Aangenomen het beroep naar
de Doopsgez. Gemeente te Wieringen
door Ds. A. Blaauw, te Wolvega.
De heer Ronte, inspecteur der
Holl. IJzeren spoorwegmaatschappij
der lijn Rotterdam Amsterdam
Helder, standplaats Haarlem, is als
zoodanig overgeplaatst op den Ooster
spoorweg dier maatschappijlijn
Amsterdam Amersfoort Zutfen
Winterswijk, ter standpl. Amersfoort.
Zaterdagavond heeft boven
Amsterdam een vreeselijk onweder
gewoed, waarbij regen, hagel en vooral
wind het hunne deden om in korten
tijd op verscheidene plaatsen een niet
onaanzienlijke schade aan te richten.
Pannen vlogen van de daken, boomen
werden ontworteld en de bliksem
sloeg bij »Kras" in, doch gelukkig
zonder brand te veroorzaken.
De vrouw van den voerman
Yan dor Yeen te Koevorden is gisteren
morgen op een jammerlijke wijze
om 't leven gekomen. Ze gaat met
den emmer naar buiten om water te
halen, valt in den put en verdrinkt.
Niemand had het gezien, niemand
had haar gehoord. Toen haar man
eenige oogenblikken later te huis
kwam, vond hij slechts haar lijk.
Te Oudkarspel is een knaapje
van 6 jaren, eenig kind zijuer ouders,
in het water geraakt. Er was geen
dadelijke hulp aanwezig. Eenige
oogenblikken later is het kind dood
opgehaald.
Uit de Haarlemmervaart te
Amsterdam is Yrijdag het lijk op
gehaald van een man van middel
baren leeftijd, bij wien een vrij be
langrijke som werd gevonden.
Ook te Middelburg heeft het
geregend. Donderdagavond werd een
concert gegeven in het Schuttershof,
waarvan de »Midd. Ct." eene plas
tische beschrijving geeft voor zooveel
de bezoekers betreft, ten getale van
veertienhonderd, die echter, ondanks
den regen, voor een groot deel bui
ten de zaal en kolfbaan moesten
big ven.
Niet lang na zessen, zegt zij, be
gon het te plassen en slechts kort
waren de tusschenpoozen, waarin
des hemels sluizen gesloten bleven.
Het water drong overal door, waar
het niet door het glazen dak der
kolfbaan of door het pannen dak
der zaal absoluut buitengesloten werd.
Het droop tusschen uw boordje het
sijpelde uit uwe mouwen, het baande
zich een weg door uwe broekspijpen.
Het doofde uw sigaar uit, het maak
te van uwe koffie een >mazagran,"
van uw wijn een eau rougie, van uw
heete grog een koud, ongenietbaar
mengsel. Het deed de tafeltjes in
waterspiegels, de zittingen der stoelen
in sponsen, de programma's in dwei
len, den grond in een modderpoel,
de boomen in waterleidingen verkee
ren.
Wat het water gisteren avond ge
daan heeft, kunnen wij niet alles
na-vertellen. Men mompelt van een
manspersoon, die midden op een gras
veld, zonder eenige bedekking, met
het aangezicht steunende op den rug
van zijn stoel is gaan zitten. Toen
hij 't laatst waargenomen is, was de
rand van zijn hoed naar beneden ge
bogen, lag zijn boordje in zwgrn, was
zijn grog-glas in een overloopend
waterglas veranderd en gudste de regen
langs alle kanalen over en door hem
heen den grond in. Daarna is hij
niet meer gezien. Men denkt dat hij ge
smolten is.
Volgens de laatst ontvangen
berichten is de vaart op het Suez-
kanaal tot heden niet gestremd ge
weest en hebben doorvarende schepen
tot heden geen letsel ondervonden.
Alexandrië is, tengevolge van het
bombardement en de hevige branden,
bijna geheel verwoest.
Alexandrië, 17 Juli (11 uur 's
morgens). Er is een manifest van
Admiraal Seymour verschenenwaarin
hij verklaart met goedvinden der
Egyptische Regeering zich met het
herstel der orde te hebben belast.
De brandstichters zullen gefusilleerd
worden en wie rooft gearresteerd.
Niemand mag na zonsondergang de
stad verlaten.
De Admiraal spoort aan weder
aan het werk te gaan.
Bij Stromstad is eenflesch op-
gevischt, waarin een stukje papier,
waarop het volgende stond geschreven
Brikschip Ihor zinkt met alle op
varenden in de diepte weg, tenge
volge van zwaar stormweer. Kapi
tein Willebrucht, uit Schotland
(Noordzee 25 Mei.)"
Te Brentford zag een politie
agent, die bezig was iemand op te
brengen, een ander een stuk spek
stelen uit een winkel. Met zijn ge
vangene zette hij den dief na, doch
ziende, dat hg dezen aldus niet kon
inhalen, deed hij den gevangene be
loven op hem te zullen wachten en
vervolgde den dief alleen, dien hij
dan ook spoedig greep. Terugkomende
vond hij den gevangene op hem staan
wachten. De spekdief werd veroor
deeld, de andere, wegens de aan de
politie verleende hulp en zijne trouw
aan het gegeven woord, vrijgelaten.
Heldersche Moppen.
KIESCHHEID.
Een dame beklaagt zich bjj haar over
buurman men woont aan een breede
gracht over diens gewoonte om zich aan
te kleeden met de gordijnen opgehaald.
„Het is voor mijne dochters bepaald erg
stuitend," verzekert ze.
„Maar Mevrouwzegt de schuldige,
„op zoo'n afstand kan men nauwelijks een
persoon onderscheiden
„Ja," is het antwoord „maar met
ceu binocle!"
AL TE NATUURLIJK.
Toen de tooneelspeler Joseph Jefférson
te Chicago gastrollen vervulde, ging bij eens,
na den gehcelen dag op het meer gevischt
te hebben, zeer vermoeid naar den schouw
burg om „Rip van Winkle" te spelen. In
het derde bedrijf stelde hij, bij het opgaan
van de gordijn, den witharigen Rip voor,
nog verzonken in zijn slaap, die 20 jaren
duurde. Vijf, tien, twintig minuten ver
liepen en hij werd maar niet wakker. Het
publiek begon ongeduldig te worden, en de
souffleur ongerust. De groote tooneelspeler
wist zeker wel wat hij deed, maar hij dreef
het „realistische" toch wat al te ver. Het
geval was dat Jefferson al dien tijd wer
kelijk den slaap des rechtvaardigen sliep,
of liever, van den visseher, die acht uren
achtereen in de zon had gezeten zonder iets
te vangen.
Eindelijk werd de engelenbak oproerig,
en een van de „engelen" vroeg of dat nog
19 jaar zoo zou voortgaan. Nu begon
Jefferson juist te snorken. Dit deed den
souffleur besluiten om onder het tooneel
een valluik tc openen en Rip aan te stooten.
De vermoeide tooneelspeler begon in zijn
zak naar een denkbeeldig plaatsbriefje te
zoeken en mompelde droomerig„Ik ga
rechtdoor, conducteur."
De toeschouwers waren hoogst verbaasd
over deze geheel nieuwe opvatting, maar
meteen sprong Jefferson met een luiden
schreeuw, blijkbaar van pijn, op. De toornige
souffleur had hem met een speld geprikt.
Het stuk werd nu vlot afgespeeld.
De BURGEMEESTER te Helder
brengt ter kennisse, dat door den
Minister van Marine de som van
wordt uitgeloofd voor het vinden van
het wrak van den Rammonitor
Adder.
Helder, 14 Juli 1882.
STAKMAN BOSSE.
De ondergeteekenden betui
gen hunnen hartelijken dank
voor de menigvuldige blijken
van belangstelling, aan vrien
den en bekenden, ook aan het
personeel der Stoomwerkplaats
van de Marine alhier, onder
vonden bij gelegenheid dat wij
door Gods goedheid op den 15n
dezer ons 25-Jarig Hawelijks-
feest mochten herdenken.
A. YAN PELT,
Echtgenoote en kinderen.
Bevallen van een Dochter,
J. KLIK, geb. Quak.
Helder, 15 Juli 1882.
Bevallen van een Zoon
A. GOMES, geb. Koning.
Helder, 15 Juli 1882.
Bevallen van een Zoon:
A. LEIJDECKERS,
geb. de Klerk.
Nieuwediop, den 17 Juli 1882.
Heden overleed mijn geliefde
Echtgenoot S/BAKKER, in den
ouderdom van 30 jaar en' 8
maanden, na een smartelijk lijden
van elf maanden, mg nalatende
2 kinderen, te jong om dit zoo
smartelijk verlies te beseffen.
Amsterdam, 15 Juli 1882.
Wed. T. BAKKER—Mets.
Algemeene kennisgeving.