'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TESSEL.
Dinsdag 26 Juni 1883.
Elfde Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
No. 1081.
Abonnement
per 8 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
UitgeversBERKHOUT Co. te Helder.
BueroxSPOORSTRAAT ei ZCIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Ondergeteekenden
"Verzoeken beleefdelijk
den geabonneerden op
»'t Vliegend Blaadje," 't verschul
digde bedrag voor 't 2de kwartaal
te willen overmaken in postzegels of
per postwissel, ten einde de anders
daarop vallende kosten van lOceats
te vermijden.
DE UITGEVERS.
NIEU WSTUDINGEN
HELDER, 26 Juui 1888.
In de zitting van den gemeenteraad,
jl. Vrijdagavond gehouden, werd door den
voorzitter hulde gebracht aan de nagedach
tenis van den heer J. A. S. de Veije van
Buuren, die gedurende 30 jaren met ijver
en toewijding in den dienst der gemeente
werkzaam was, de. laatste 20 jaren als
Gemeente-Ontvanger. Aan den heer H. T.
Pastoor werd, op zijn daartoe gedaan ver
zoek, uithoofde van lichaamsgebreken, met
ingang van 1 Augustus a. s., een eervol
ontslag verleend als onderwijzer aan een
der gemeentescholen alhier. Op voorstel
van B. en W. werd besloten in eene missive
aan den districts schoolopziener, op zijn ver
zoek, eene verduidelijking te geven van 't
vroeger schrijven, waarin voorkwam, dat de
plannen tot verbouwing van school no. 6,
zooals ze door den schoolopziener werden
ingediend, bij den Raad bezwaren ontmoet
ten van techuischen en financiëelen aard.
Op een verzoek van eenige leden van ker
keraden om op den Zondag in de kermis-
week de vermakelijkheden te schorsen, werd
voor dit jaar afwijzend beschikt. Op
voorstel van het Dag. Best. werd bepaald,
daar zich geene sollicitanten opdoen
voor de vacante betrekking van plaatselijk
geneesheer voor de armen praktijk, die be
trekking t ij d e 1 ij k op te dragen aan den
officier van gezondheid Hennes, van de land
macht, alhier in garnizoen. Door de
heeren van Gijn en Vos werd het lokaal
voor den vischafslag ter sprake gebracht.
Laatstgenoemde verbond zich, een plan te
ontwerpen voor een directe verbinding van
de haven met het spoorweg-station, in het
belang van een snel vervoer.
Bevorderd tot doctor iu de ge-
neesk. aau de Rijks-Universiteit te
Leiden, de beer A. J. Jelgersma, geb.
albier, met acad. proefscbr., get.
»Het onderzoek van bet gezichtsver
mogen der manschappen, bestemd
voor den militairen dienst in Neder-
derland, van 1876 tot heden."
Men meldt van Tessel:
Er bestaat thans alle kans dat de
lading spoorrails uit het ten vorigen
jare gestrande barkschip Daystar groo-
tendeels geborgen zal worden. De
bergers, die gisteren op de strandings
plaats van gemeld schip een onder
zoek instelden, en kort na de stran
ding niets konden bergen omdat alles
onder den grond was gewoeld, ont
dekten dat de rails boven op den
zeebodem stonden, ongeveer 10 voet
onder water. Er is onmiddellijk een
boei op de ijzer massa geplaatst. Het
voornemen bestaat nu om in de vol
gende week te beproeven alles met
een helmduiktoestel te bergen.
Naar wij vernemen, bestaat,
den Minister van marine bet voor
nemen om nog een schroefstoomschip
type Atjeh, bij 's Rijks werf te Am
sterdam te doen aanbouwen.
De tweede kap, die boven bet
in aanbouw zijnde schip de Kortenaer
stond, is Donderdagmiddag door de
brandweer, bijgestaan door de beman
ning van de werf, omvergehaald en
ligt in duizenden stukken over den
grond verspreid. Van de kiel en de
spanten der Kortenaer is niets meer
te zien, daar zjj geheel onder de zin
ken platen en ijzeren bouten der kap
bedolven liggen. Men krijgt nu eerst
een recht overzicht van de verwoes
ting. Waaneer men die massa's ijzer
verwrongen, gespleten, gebogen en
gebroken op één ziet liggen, begrijpt
men niet dat dit bet werk van 't
vuur kan zijn. 't ls alsof een reus
hier zijn woede heeft gekoeld en in
driftigen overmoed niet alleen alles
heeft stukgeslagen, maar de brokken
nog afzonderlijk, stuk voor stuk ver
wrongen en verbogen beeft, opdat
alles toch vooral goed verwoest zou
zijn.
De muur, die bet ijzermagazijn van
de Kattenburgerstraat scheidt, beeft
een paar bedenkelijke uitzakkingen
gekregen, waardoor het raadzaam
wordt geacht hem te sloopen; daar
mede is dan ook reeds een aanvang
gemaakt.
Aan de Doggersbank waren de
werklieden reeds bezig met bet uit
slaan der bouten en klinknagels, een
moeielijke en treurige bezigheid, die
herinnert aan de moeite, die bet ge
kost heeft om die duizenden en dui
zenden bouten er in te drijven. De
werklieden, die wij spraken, waren
allen diep onder den indruk van de
verwoesting van dat werk, "waaraan
zij zooveel jaren hadden gearbeid en
waaraan zij zich sterk hadden gehecht.
Op 1 Juli e. k. komen in de
machinegalerij der tentoonstelling te
Amsterdam de groote werktuigen
van de Belgische papierfabriek De
Naeijer in beweging, evenals de Ma-
rioni-persen, waarop hetvoordeoogen
der toeschouwers vervaardigde papier
wordt bedrukt.
In perceel No. 9 in de Papen
brugsteeg te Amsterdam is een ge
heim dobbelhuis ontdekt, dank zij
bet scherpziend oog van de politie
der 2e sectie. De bezoekers, meeren-
deels Duitsche kellners, werden op
beeterdaad betrapt. Zij zijn reeds,
overeenkomstig de vreemdelingen-wet,
als zonder middel van bestaan over
de grenzen gevoerd.
Yier minderjarige kinderen zijn
te Amsterdam achtergelaten door Lu-
kas Kistjes, timmerman, en drie door
Herman Lienersma, terwijl Louise
Kottmau, ond 30 jaar, bet kindje,
waarvan zij 17 Mei in bet gasthuis
te Amsterdam is bevallen, ook onver
zorgd beeft achtergelaten.
Bij bet Bestuur der Willem
Barents-vereeniging zijn de volgende
telegrammen uit Solombal ontvangen:
Barents aangekomen. Allen goede
gezondheid. Niets van de Varna. Te
veel ijs om de Karazee binnen te gaan
Gouverneur misschienovermorgen
tijdingen Varna. Dalen.
II.
Volstrekt geen tij dingen Varna-
Dymphna. Geen Russische of Deen-
scbe expeditie gezonden. Gouverneur
Arcbangel belooft alle mogelijke na-
zoekingen doen. Verzoek vergunning
mjjne reis Karazee voort te zetten.
Dalen.
De vergunning is door 't Bestuur
per draad verleend.
Het groote stoomschip Stirling
Castle, dat dezen winter bier beeft
gelost, is 22 Juni te Londen aange
komen met de nieuwe thee, hebbende
slechts dertig dagen reis van Sbangoe
(China).
Te Amersfoort kwam dezer da
gen ten kantore van een effecten-
bandelaar een landbouwer uit Hoe-
velakeu, met verzoek om voor hem
»een papiertje* te koopen, waartoe
bi] zijne spaarpenningen bad mede
gebracht. Tot bittere teleurstelling
van den man, kwam bij bij deze ge
legenheid tot de ontdekking, dat een
der bankbiljetten van f100 valsch
was. Hij geeft bij de politie aangif
te gedaan en bet valsch e bankbiljet
ter beschikking van de justitie gesteld.
- Het verslag der Commissie uit de
Tweede Kamer over de zeeramp van
den rammonitor „Adder" is in
druk rondgedeeld. Wij outleenen daaraan
het volgende
De Commissie, saam gesteld uit de heeren
ussó, Mees, Kool, Reekers en Yan der
Hoop, noemt de taak, die zij vervuld heeft,
pijnlijk, de opdracht nam, omtrent de ramp
te doorloopen.
Dit onderzoek heeft ook hij deze Com
missie de overtuiging gevestigd, dat veel
heeft moeten samenloopen, eene aaneen
schakeling van tegenspoeden heeft plaats
gehad, om tot een dergelijk treurig einde
te leiden.
De Commissie hepaalt zich tot de be
handeling van eenige vraagpunten, welke
zich in deze zaak voordoen, te weten
le. Was het verantwoord met den ram
monitor „Adder" een zetveis buitenom
van IJmuiden naar Hellevoetslnis te doen
ondernemen
Uit het gezamenlijk verband der aan de
Kamer overgelegde bescheiden blijkt naar
het oordeel der Commissie, dat 't antwoord
op deze vraag bevestigend moet luiden.
Evenwel verdient het, naar hare meening,
aanbeveling om een rammonitor geen reis
door de Noordzee te doen ondernemen, dan
onder bevel van een commandant, die met
zijn onderhebbenden bodem vertrouwd is
geraakt.
2e. Bestaan er bepalingen, om de veilig
heid van rammonitors bij tochten van de
eene haven naar de andere te verzekeren
Te dien aanzien is de Commissie van
voelen, dat de voorschriften op de ver
plichte kennisgevingen betreffende de vaart
van de oorlogsbodems van de eene Nederl.
haven naar de andere dringend aanvulling
behoeven, en acht het evenzeer noodzakelijk
dat overgegaan worde tot de vaststelling
van een algemeen sein, waardoor een schip,
op zoodanige wijze, dat elke twijfel worde
vermeden, te kennen kan geven, dat 't eene
sleepboot verlangt.
3e. Zijn de bepalingen nageleefd?
Op deze vraag luidt het antwoord der
Commissie, voor zooveel de noodige kennis
gevingen betreft, ontkennend. Naar hare
meening had de directeur en commandant
te Amsterdam, ten einde te kunnen voldoen
aan het voorschrift van art. 8 der instructie
voor de directeurs en commandanten, aan
den bevelhebber van de „Adder" moeten
opdragen te zorgen, dat het vertrek naar
zee van zijn bodem aan hem, directeur en
commandant, geseind werd. Zij kan de
andere opvatting van den directeur en com
mandant te Amsterdam slechts betreuren,
maar daarin, evenmin als in de nit die
opvatting voortvloeiende gedragslijn, geen
plichtverzuim zien.
De Commissie komt tot het besluit, dat
ten aanzien van de samenstelling der
manning van de „Adder" door den direc
teur en commandant te Amsterdam, de
bestaande voorschriften niet zoodanig opge
vat en uitgevoerd zijn, als met hun geest
strookt, en dat scherpere controle op de
uitvoering dier voorschriften vanwege het
departement van marine het plaats gehad
hebbend verzuim ten deele had kunnen
voorkomen.
4e. Was de commandant van de „Adder"
verantwoord 5 Juli 1882 zee te kiezeu
Ofschoon de weerkundige aanduidingen,
zooals deze uit de overgelegde beseheiden
bekend zijn geworden, den commandant van
de „Adder" tot nadenken en voorzichtigheid
moesten stemmen, meent de Commissie, dat
het bij de zich in den morgen van 5 Juli
1882 voordoende omstandigheden (een aan
vankelijk niet ongunstige reis) verklaarbaar
is dat hij zee heeft gekozen.
5e. Ware het mogelijk geweest 't schip
in nood of althans de manschap te redden P
De Commissie is van oordeel, dat niet is
gebleken dat met betrekking tot het uit
blijven van pogingen om het schip in nood
of de manschap te redden aan een der
personenwelke den monitor gedurende
zijne reis hebben ontwaard, verzuim is ten
laste te leggen, behalve dat men van de
bemanning van de bomschuit „Twee Gezus
ters" eene poging daartoe had mogen ver
wachten.
Ten slotte spreekt de Commissie het
vertrouwen nit, dat, in verband met de in
het rapport der regeeringscommissie aanbe
volen verbeteringen, van regeeringswege
jedaan zal worden wat kan, om deveilig-
ïeid der vaart van onze gepantserde oor-
u bodems langs onze kusten zooveel
doenlijk te verhoogen. Zij meent bovendien
dat de afgetreden Minister van Marine ten
onrechte geen genoegzame waarde hecht
aan het denkbeeld der Regeeringscommissie,
dat de commandant, die bij een tocht van
een monitor over de Noordzee over zoo-
danigen bodem het bevel voert, met zijne
eigenaardigheden moet zijn vertrouwd ge
raakt. Zij meeut daarom op dit punt nog
in het bijzonder de aandacht van de Kamer
en de Regeering te moeten vestigen.
Gelijk reeds vermeld is, heeft de Commis
sie voorgesteld den Heer Minister van
Marine, onder toezending van een afschrift
van dit verslag, dank te zeggen voor de
aan de Kamer verstrekte gegevens en in
lichtingen.
- De verschrikkelijke gebeurtenis, die
in den avond van 29 Maart jl. te Gorin-
chera plaats had in de woning van den
warmoezier H. De Koning, namelijk de
moord op Maria Greve, oud 52 jaren, echt-
genoote van E. Monshouwer aldaar, maakte
Donderdag in de crimineele terechtzitting
van het gerechtshof te 's Gravenhage het
onderwerp van een langdurig onderzoek nit.
Üe 27-jarige H. De Koning, wien de af
grijselijke misdaad wordt ten laste gelegd,
was iu de bank der beschuldigden gezeten
en maakte door zijn houding een hoogst
ongunstigen indruk. Hij had namelijk bij
herhaling en op de meest omstandige wijze,
bekentenis van schuld afgelegd en thans
bepaalde hij zich tot een pertinente ont
ken tenis.
De volledige bekentenis, door beschul
digde in de instructie afgelegd, kwam in
hoofdzaak neder op het volgendeAan
vankelijk was hij klerk ten hypotheekkan-
tore te Gorinchem, maar verliet die be
trekking met een geldschuld aan zijn chef.
Hij begon toen een warmoezierszaak, die
hij voor een som van f 1600 had gehuurd,
welk bedrijf zoo weinig opnam, dat hij ee
nige dagen vóór het feit, genoodzaakt was
van den ouden Monshouwer, een man van
80 jaren, den echtgenoot van de verslagene,
een bedrag van f35 ter leen te vragen,
welk geld hij ook bekwam, zich verbindende
bij de terugkomst van zijn vrouw uit Ut
recht het terug te geven. Yan die terug-
gare kwam echter niets en op den bewnsten
avond kreeg hesch., een bezoek van der
vrouw van den ouden man, die hem tot
terugbetaling van het geld aanmaande en
met het zenden van een deurwaarder be
dreigde. Die bedreiging deed in de keuken
een woordenwisseling ontstaan en bracht
besch. bracht, in drift ontstoken, de vrouw met
een ijzeren gewicht van drie kilo een hevigen
slag op het hoofd toe, zoodat zij ineenzakte
en op den grond viel. Vervolgens trok hij
een dolkmes en bracht toen zijn slachtoffer
nit vrees voor ontdekking, nog eenige steken
in de borst toe. Toen hij vernam dat de
vrouw was overleden, waschte hij zich de
handen en het mes schoon en droeg ver
volgens het lijk naar de achter zijne woning
gelegen wagenschuur en verborg bet daar
in een chigoreikast.
Na de sporen van de misdaad zoo goed
mogelijk te hebben verwijderd, ontwaakte
bij besch. het plan, ook den man en de
zuster van de verslagene nit den weg te
ruimen en bracht hij zelfs b ij de fami
lie, in het bezit van een groo
ten houten hamer een bezoek, dat
den geheel en nacht duurde, zonder dat hij
gelegenheid vond zijn doel te bereiken. Hij
bepaalde er zich slechts toe, den ouden
menschen allerlei praatjes over de afwezig
heid van de vrouw wijs te maken en zich
op de hoogte te stellen van den financieden
toestand der familie.
In den ochtend naar zijne woning terug
gekeerd, ontvlood hij al spoedig de plaats
der misdaad en begaf hij zich naar 's-Gra*
venhage, waar hij onder een vreemden nuam
in het hotel Tuinenburg zijn intrek nam
en waar hij al spoedig door den commis
saris van de rijkspolitie, den hr. Ditsz, werd
gearresteerd, bij welke gelegenheid hij on
gevraagd berouwvol bekende den moord te
hebben gepleegd.
In bet hotel had hij vooraf aan zijn
vader een brief geschreven, waarin hij me
dedeelde, dat hij zich den vorigen dag door
drift had laten vervoeren en dat de ge
volgen daarvan zouden te vinden zijn in
de wagenschuur en de chigoreikast.
De besch. hield thans vol, dat niet hij,
maar een ander persoon, wiens naam hij
echter ook bij herhaalden aandrang door
den president niet wilde noemeu, de mis
daad had gepleegd. Hij herriep de afge
legde bekentenis met de opmerking dat hij
niet wist dat die, volgens hem logenachtige
opgave, voor hem verbindend zou worden
geacht. Het schrijven aan zijn vader be
vatte mede onwaarheid. Hij had zich naar
Den Haag begeven met de bedoeling den
proc.-generaal van het gebeurde in kennis
te stellen, maar daarin was hij door zijn
arristatie verhinderd, en om nu nog den
te noemen van den door hem be
doelden persoon, dit zou hem toch niet
meer helpen.
Wat betreft den diefstal van bet knipje
met eenig geld, dat aan de verslagene had
toebehoord, gaf beschuldigde te kennen dat
hij dit na de misdaad in zijne woning had
gevonden en toen vóór zijn vertrek on
willekeurig had bij zich gestoken.
Nadat in deze treurige zaak onderschei
dene getuigen waren gehoord, waarbij de
getuigenis der oude Jjeden Monshouwer een
pijnlijken indruk ma&kte, bleef de besch.,
nog nader ondervraagd, bij zijn ontkentemis
volharden.
Adv.-gen. mr. Gregory, het woord erlangd
hebbende, begon de toelichting van zijn re
quisitoir met er op te wijzen, dat door
hem nog nooit een manslag was behandeld,
die onder zoo afgrijselijke omstandigheden
igd was als deze; menige moord was
hem minder afschuwelijk voorgekomen dan
deze manslag. Hier toch was met de
meeste koelbloedigheid en wreedheid ge
handeld, alleen uit geldzucht, een harts
tocht welke niet gepaard kon gaan met
een goed karakter, maar zijn oorsprong
vond in den hoogmoed en den trots van
den beschuldigde, die niet kon dulden dat
hem iets in den weg stond en die ook niets
ontzag. Een weerlooze vrouw was op zeer
wreedaardige wijze als 't ware geslacht
door de hand van den besch. en toen nog
heeft hij de onmenschelijke koelbloedigheid
een tweeden, ja zelfs een derden moord te
beramen, teneinde zich te verrijken met
betgeen dat hij wist, dat in het huis der
familie Monshouwer was. Zelden had Z.
E. G. A. zooveel ondeugden en hartstochten
opeengestapeld gezien als hij dezen besch.
Nn heeft hij wel, het zou den lachlust
kunnen opwekkeu indien de zaak niet zoo
ernstig was, zijne omstandige bekentenis ter
elfder ure ingetrokken, maar dat kon en
zou den beschuldigde volstrekt niet baten.
Tal van omstandigheden toch waren voor
handen. die de eenmaal afgelegde bekentenis
ten volle bevestigenop enkele van die
omstandigheden wijst advocaat-generaal, ter
wijl hij opmerkt dat hoegenaamd geen
gronden voor de herroeping der Bekentenis
zijn bijgebracht. Hij noemt de bonding van
besch. ijzingwekkend en veel verdriet moge
hij voorzeker hebben gebracht over de fa
milie Monshouwer, niet minder is dit met
zijn eigen familie het geval. Ook de ouders
van dezen booswicht verdienen ten volle
ieders medelijden, daar het gebleken is,
welk een monster zij hebben ter wereld
gebracht.
Ad. Gen. mitsdien de schuld in alle