'T VLIEGEND BLAADJE.
KIMME COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TESSEL.
No. 1125.
Dinsdag 27 November 1883.
Elfde Jaargang
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Abonnement
per 8 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nnmmers2
UitgeversBERKHOUT Co. te Helder.
Ba reaalSPOORSTRAAT es ZCIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 27 Nov. 1883.
Vrijdagnamiddag werd door
Burg. en Weth. alhier, aanbesteed
de levering van drukwerken ten be
hoeve der gemeente-admiuistratie,
voor de jaren 1884 tot 1886. In
geschreven werd door de beeren Gebr.
Muré voor f 699.75, H. A. Stader-
manu f 592.90 en A. A. Bakker Cz.
f469.70.
Voor steenkolen ten behoeve der
gemeente-inrichtingen, door de heeren
W. Breet a 1.16, D. Baudsma a f 1.05,
P. Schagen a f 1.03 en P. van Es
a f 1.00 por 100 kilogram.
Naar wg vernemen zal de Eerw.
Heer H. Dievenbach, pastoor der Oud-
Roomsch Cath. gemeente alhier, op
Vrijdag 30 Nov. a. s. gedachtenis
vieren van zijn 25jarig priesterschap.
Men maakt zich hier zeer on
gerust omtrent bet Ned. barkschip
>Waterloo," kapt. Flugger, welk
schip reeds meer dan 100 dagen reis
heeft van Amerika naar Amsterdam.
Eenige der opvarenden behooren in
deze gemeente tehuis. De kapitein
heeft zijne echtgenoote en kind aan
boord.
Het alhier in ziukenden toestand
binnengebracht brikschip »Thelegraf"
is Vrijdag geheel leeggepompt en daar
van een lek niets is te bemerken,
moet het water door het voorluik
in het ruim zijn gekomen. Door
binnenkomende visschers wordt ge
rapporteerd dat zij langs de gronden
veel klein hout en battings drijvende
hebben gezienmen vermoedt dat
dit de deklast van de »Thelegraf" is.
Blgkens bij het Departement
van Marine ontvangen telegram is Zr.
Ms. schroef8toomschip Tromp," in
den namiddag van 23 dezer, weder
van Vincent vertrokken, ter voort
zetting van den oefeningstocht.
In de buitengronden van Ter
schelling is gestrand het stoomschip
Norsoena, met planken, bestemd naar
Antwerpen. De equipage is gered.
Dezer dagen is van Benning-
broek gevankelijk naar Alkmaar over-
FEUILLETON.
De strijd om een millioen.
ROMAN IN DRIE DEBLEN,
6. maak *t duitsch van
EPWARD AUGUST KöMG.
EERSTE BOEK.
Ebn gelukzojsker of niet
I.
„In het teBtameut nu, waarvan ik u zoo-
eren sprak", vervolgde de boekhouder, be
paalde Anton Oremerborn het volgende
Van mijne nalatenschap mllen vijf maal
honderd duizend thalers worden afgenomen
eu in solide vijf percent rentende staatspa
pieren worden belegd. Alle jaren zullen de
renten van dat kapitaal, na aftrek van de
te maken kosten tot den aankoop van meer
dere effecten bestemd worden, blijvende deze
bepaling voor vijftien jaren geldig; meldt
zich in dat tijdsverloop mijn verdwenen zoon
of zijn wettige erfgenaam aan, dan moet
hem het geheelc kapitaal worden ter hand
gesteld; doet zich echter gednrende dien
tijd niemand op, dan vervalt na verloop van
een halve eeuw do groote som aan mijn zoon
Richard of eventuëel aan diens wettigs erf
genamen. Gedurende het genoemde tijdvak
moet telken vierendeel jaars in drie Duit-
sche, Engelsche en Amerikaansche couran
ten mijn verdwenen zoon of diens nakome
lingen worden opgeroepen; tot dat doel zul-
len steeds de couranten gebruikt worden,
gebracht zekere T., uit Abbekerk,
die den heer Donker tweemaal per
brief met moord bedreigd had, wan
neer hij geen f1200 van hem ont
ving. Toen hij zich den 18n dezer
des avonds te 11 uren op de aan
gewezen plaats vertoonde, waar het
pakje door den koetsier van genoemden
heer werd bezorgd, werd hij door
dezen en drie te voren gewaarschuwde
rijksveldwachters gegrepen en aan
de politie overgeleverd.
Naar aanleiding van den brand
in de Wageuaarstraat te Amsterdam,
die voor een paar maanden plaats
greep, wijst het publiek gerucht een
zekeren S. als de oorzaak daarvan
aan. Het schijnt echter, dat hier
omtrent nog geen zekere bewijzen
gevonden zijn, want hoewel de man
reeds meermalen in het verboor ge
weest is, is hg nog steeds op vrije
voeten. Intusschen blijkt de zeer
opgewekte stemming, die over deze
zaak in de buurten buiten de Mui-
derpoort heerscht, ook uit verschil
lende kleine, met een verdraaide
hand geschreven biljetjes, die op
het aanplakbord bij de Commelin-
straat aangeplakt worden en waarin
op een ernstig onderzoek wordt aan
gedrongen.
Vrijdagnamiddag omstreeks 4
ure viel op de hoogte van den Kadijk
te Amsterdam een beschonken ar
tillerist van den fourage-wagen, met
het ongelukkig gevolg dat het wiel
hem over den hals ging en hij binnen
eenige oogenblikken een lijk was.
Dat men niet te veel kan waar
schuwen, om toch niet roekeloos met
het in den mond nemen van spelden
te werk te gaan, is te Utrecht deze
week weer gebleken. Eene vrouwe
lijke dienstdode in een der voornaam
ste sociëteiten aldaar wilde een stukje
vleesch van tusschen hare kiezen ver
wijderen, doch had het ongeluk de
speld door te slikken. Den eersten
dag daarna had zij er geen hinder
van, doch reeds den tweeden dag,
kreeg zij et>ne zoo hevige maag-aan
doening, dat zjj niet meer voorover
kon bukken en zjj zich Donderdag
ter opereering naar het stedelijk zie
kenhuis heeft moeten begeven.
Blijkens verschillende
lingen hebben eenige studenten uit
Utrecht zich te Baarn de vrijheid
veroorloofd eene meisjeskostschool
binnen te dringen. De kostschoolhou-
deres, natuurlijk op zulk rumoerig
bezoek niet gesteld, wist geen beter
middel te vinden dan de brandklok
te lniden, waarop eenige boeren te
hulp snelden. In deze omstandig
heden schijnen de studenten het ge
raden geacht te hebben zich zoo spoe
dig mogelijk te verwijderen een hunner
liep daarbij evenwel een messteek
van een der boeren op. Het heet
dat een gerechtelijk onderzoek inge
steld wordt.
De jonkman, van wien dezer
dagen in een bericht uit Tiburg mel
ding gemaakt werd en die in zeer
korten tgd ruim f5000 had zoek
gemaakt, is eergisteren te Delft aan
gehouden wegens bedelarij en naar
's-Gravenhage opgezonden. Evenals
te Tilburg wilde hij zich aldaar als
landlooper laten opnemen en toen
dat werd geweigerd, ging, hg bedelen.
De Minister van Koloniën heeft
Vrgdag zgn ontslag gevraagd.
Een Franschman, die vroeger
6 jaren als vrijwilliger bij ons leger
in Oost-Indië had gediend en nu
2 jaren geleden, na afloop van zgn
diensttijd, zich te Brussel metterwoon
had gevestigd en aldaar was gehuwd,
is te Rozendaal gearresteerd, omdat
hij andermaal zich te Harderwijk als
koloniaal had verbonden, doch zoodra
hg het handgeld a f300 had be
machtigd, verdwenen was.
Naar men verneemt, is bij 's
Konings besluit 11 dezer het terrein,
waarop de in Januari 11. verwoeste
buskruitfabriek de Krijgsman,,teMui-
den stond, aangewezen als de plaats
waar die fabriek, overeenkomstig een
door Z. M. goed te keuren plan en
met inachtneming der door Z. M.
te stellen voorwaarden, weder opge
richt en in werking gebracht kan
worden.
die het grootst aantal lezers tellen. Voor
het geval dat Richard binnen het genoemde
tijdsverloop zonder erfgenamen na te laten
sterft, vervalt het kapitaal aan de stad, om
bet tot nuttige doeleinden te bestemmen."
Zoo luidde het testament, dat, zoo gij wel
denken kant, bij de opening niet weinig
kwaad bloet zette.
„En werden die bepalingen nagekomen P"
vroeg de koster, die zijn pijp op nieuw had
aangestoken en in gedachten verzonken de
blauwe wolkjes nazag, die hij uitblies en
welke allerlei vormen en gedaanten aanna
men alvorens zij de zoldering der kamer had
den bereikt.
„Zij werden vervuld," bevestigde zijn broe
der, dc notaris die het testament heeft opge
steld zorgt daarvoor."
„En wie is in net bezit der papieren P
„Mijn patroon. Er wi-s te dien aanzien
niets verder bepaald en het beheer van het
geld bleef in zijne handen."
„En hoe groot is de som thans?" vroeg
Christine.
„Achttien of negentien jaren zijn sedert
den dood van den erflater verstreken," her
nam Karei Burgraf, „na kant wel zoo wat
berekenen hoe groot het kapitaal is. Met
renten op renten zal het meer dan een mil
lioen bedragen."
„En die groote som zal de 'jonge heer in
handen krijgen P" vroeg het meisje met stij
gende verbazing.
„Wanneer het geen bedrieger is, seker."
„Dat hij een bedrieger sou zijn geloof ik
in het geheel niet," seide de koster en een
als 't ware energiek hoodschudden bekrach
tigde deze bemerking, „hij trad daarvoor
veel te zeker op. Vrouw Lamm wilde hem
op den tand voelen, doch hij raadde oogen-
blikkelijk hare voornemens en zijn antwoord
was zoo kloek, dat zij zwijgen moest."
Karei Burgraf keek op zijn horloge en
stond op, terwijl Christine bezig was met
het aansteken van de lamp.
„Wij znllen natuurlijk alles wat de jon
geheer ons voorlegt zorgvuldig onderzoe
keu," zeide hij, „eu maanden kannen nog
verloopen eer de erfenis wordt uitgekeerd;
doch hoe ook de zaak mocht afloopen, ik zie
vooruit, dat wij genoeg ergernis
„Och wat, de geheele geschiedenis zal n
geen kommer baren," viel zijn broeder hem
in de rede, „laat dat alles maar stilletjes
aan den koopman Ommerboru over, die al
leen toch is Blechts de belanghebbende."
„Gij begrijpt dat niet, beste Frans. Christine
wees zoo goed en geef mij mijn hoed."
„Wilt ge al weg gaan, oom? Er gaat nog
een latere trein, ik reken er op, dat ge
met ons het avondeten zult gebruiken."
„Heden niet lief kind, het spijt mij zelf,
dat ik reeds weg moet, doch het is niet
anders. Het was wel mijn voornemen tot
den laatsten trein hier te blijven, doch de
onverwachte berichten, die ik hier vernomen
heb, zijn er oorzaak van dat ik spoed moet
maken. Wellicht kan ik hedenavond mijn
patroon nog spreken en hem eenigszins voor
bereiden, opdat hij wete met wien hij te doen
Uit Gronau is te Enschede aan
gekomen en naar het huis van arrest
overgebracht een Nederlander, G. B.
genaamd, vermoedelijk een der daders
van den gepleegden moord te Heinoo.
Op verscheidene boerenplaatsen
onder de gemeente Tienhoven, werden
dezer dageu de varkens dood in het
land gevonden. Allereerst werd er
aan misdaad gedacht, doch bij nauw
keuriger onderzoek bleek, dat al deze
varkens de strot doorgebeten was.
Het schijnt dat twee losloopende hon
den uit eene andere gemeente des
nachts een bezoek aan de hofsteden
gebracht en de varkens doodgebeten
hadden.
Door wijlen den heer F.
predikant te Groenloo, is aan de Prins
Hendrik-stichting te Egmond ver
maakt eene som van f500, vrij van
sucessierechten.
Uit Scheveningen meldt men,
dat dc Engelschen de laatste week
weder erg huis gehouden hebben. Yan
eene schuit vau den reeder W. Groen
werden 40 netten gehakt. Oorlogs
schepen waren er niet te zien.
De spoorwegarbeider, De Ru
genaamd, wilde Donderdagavond bg
het station Bussem een steen van de
rails verwijderen, terwijl op hetzelfde
oegenblik een trein aankwam, die hem
letterlijk doormidden sneed.
Een hoogst treurige zaak was Donder
dag aau het onderzoek van het Gerechtshof
te Den Haag onderworpen, nl. twist tusschen
twee broeders, gevolgd door moord. In
den namiddag van 30 Juli trof de beschul
digde den 31-jarigen P. S., vau beroep ar
beider, zijn broeder Antonie te 's-Gravenzaude
in een hevige woordenwisseling met een an
der arbeider. Besch., die veel van zijn
broeder hield, trachtte de twistenden te
scheiden en het gelukte hem inderdaad
Antonie, die in een heftige gemoedsaandoe
ning was, tot bedaren te brengen. Een
oogenblik daarna werd de zaak met een
borrel afgehandeld.
Bij deze gelegenheid werd een volle kruik
jenever leeg geschonken en besch. had wel
het grootste aandeel verzwolgen. Het scheen
dat men nog niet genoeg had, want ge
zamenlijk bezocht men een ic de nabijheid
gelegen arbeiderskeet, waar men zich weder
om te goed deed. Besch. viel in die keet
in 'een diepen slaap, terwijl de overigen
voortgingen met zich te bedrinken. Maar
aan alles komt een einde, dns ook aan die
zwelgpartij. Nu kwam het er op aan, om
besch., die nog steeds sliep, mede te krijgen.
Men schudde en riep herhaaldelijk, maar er
was geen denken aan, om hem tot opstaan
te bewegen. Een voor een gaven de kameraden
het op.
Antonius echter hield het langst aan. Hij
schudde hem net zoo lang, tot hij de oogen
opende, ja gaf hem zelfs toen dit niet spoedig
genoeg naar zijn zin ging, een slag in het
aangezicht. In woede ontstoken en niet
wetende wat hij deed, haalde besch. een mes
uit zijn zak en daarmede in het wilde scher
mende, bracht besch. zijn broeder Antonius
een hevigen stoot toe aan den nek. Antonius
beproefde nog eenige schreden te doen, maar
viel onmiddellijk dood neder. S. werd onmid
dellijk aan de justitie overgeleverd.
Berouwvol bekende besch. zijn daad, maar
zeide dat hij zich op het noodlottig oogen
blik van niets bewust was. Het Openb.
Ministerie achtte het bewijs weliswaar vol
komen geleverd, maar had diep medelijden
met dezen besch., die door den drank in
zoodanigen toestand gebracht was, dat hij
niet wist wat hij deed. Met het oog op
de gunstige antecedenten van dezen besch.
en zijn boetvaardig gedrag ter terechtzitting
betoond, requireerde Adv.-Generaal Bijleveld
veroordeeling van 8. tot 6 jaren gevange
nisstraf.
De vernietiging: der Sondan-Expeditle.
De bijzonderheden van de vreeselijke
slachting in Opper-Egypte, zijn sedert be
kend geworden. Het geheele leger onder
Hicks Pucha is over den kling gejaagd.
Behalve de Reutertelegrawmen, bevatten
de voornaamste bladen heden particuliere
depeches uit Cairo en de Times daarenboven
een uit Khartoum direct van „één der
beide overgeblevenen van bet ge
heele leger van Hicks Pacha."
Het beet daarin dat Hicks Pacha, na
een zegevierende schermutseling met den
vijand, door de verradelijke handelwijze
van een gids, in een hinderlaag gelokt
werd, waar de Mahdi verscholen lag. Na
een driedaagschen tegenstand, waarin zij
evenveel van dorst te lijden hadden als
van de vijandelijke kogels, werden de Egyp-
tenaren tot op een paar man afgemaakt.
Wij mogeu aannemen dat deeerste be
richten eenigszins overdreven zijn, zooveel
is zeker het Egyptische leger in Soudan
is vernietigd geweren, ammunitie en levens
middelen zijn in handen van den vijand
gevallen en en een groot aantal Britsche
officieren en eenige duizenden Egyptenaren
vonden een jammerlijken dood.
heeft, als de erfgenaam; eens plotseling voor
hem stond. Gij brengt mij zeker naar 't sta
tion FransP"
De beteekenisvolle blik, welke van deze
woorden vergezeld ging, deed den koster
duidelijk blijken, dat zijn broeder iets op het
hart had, wat hij in tegenwoordigheid van
Christine niet wilde zeggen; de koster was
dan ook oogenblikkelijk bereid aan de geuite
wenscli gehoor te geven en nadat het meisje
zoo hartelijk mogelijk van haren oom afscheid
had genomen, verlieten beide het huis en
sloegen, arm in arm loopende, den weg naar
het station in.
„Hebt ge me nog iets te zeggen?" vroeg
de organist, nadat zij eenige oogenblikken
zwijgend naast elkander waren voortgegaan.
„Jawel", zeide Karei Burgraf aarzelend
en met zachte stem, „het jonge kind behoefde
dat niet te weten eu ik hoop, dat gij ook niet
verder zult vertellen, hetgeen ik u zeggen
zal. Ik kan mij vergissen, zeker weet ik het
niet, maar 't geen mij drukt moet mij van
't hart en buiten u heb ik niet een trouwe
ziel, voor wien ik mijn gemoed kan uitstor
ten. Ik vrees dat mijn patroon in de laatste
jaren het kapitaal niet goed beheerd heeft:
nu zal de erfgenaam komen, het bedrag en
en de afrekening vorderen, dat is hetgene
wat mij drukt."
Verrast was de koster blijven staan; bij
zag zijn broeder strak aan, terwijl deze met
het boofd schudde alsof hij wilde zeggen:
hier is goede raad dnnr en ik weet niet waar
ik dio balen zal.
„Het is slecht te begrijpen," zeide de
koster, „doch wanneer ge daarvoor bewijzen
hebt, dan kan men slechts de gewetenloos
heid van uwen chef
„Wij moeten dadelijk niet zoo streng rech
ten," onderbrak de boekhouder hem schie
lijk, „want ook hier zijn verzachtende omstan
digheden, die in de weegschaal moeten ge
legd worden. Sedert twintig jaren is de be
wuste oproeping jaarlijks vier malen in de
voornaamste dagbladen geplaatst en tot heden
bad zich niemand aangemeld; mijn patroon
mocht dus wel aannemen, dat de erfenis hem
of zijne erfgenamen zou toevallen. Hij was
er steeds over uit zijn humeur, dat een gril
zijns vaders hem genoodzaakt had die bedui
dende som uit de zaken te nemen en als
't ware braak te leggen, iets wat men in
hem zeer goed kan blijken."
„Maar daardoor was hij volstrekt nog niet
gerechtigd dat kapitaal aan te spreken. Kan
hij dan vooruit weten of hij of zijne kin
deren na verloop van 30 jaren nog in leven
zullen zijn? Voor zoover ik weet heeft hij
slechts twee kinderen, een zoon en een doch
ter, zij kunnen beide ongehuwd sterven en
in dat geval heeft de stad aanspraak op het
geld."
„Zeker, zeker," zeide Karei Burgraf, ,,'t is
dan ook verre vau mij de handelwijze van
den koopman te rechtvaardigen, ik zeg alleen
maar dat er verzaohtende omstandigheden
zijn, die voor hem pleiten."
„Nooit,"
Wordt vervolgd.