'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
No. 1137.
Woensdag 9 Januari 1884.
Twaalfde Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Abonnement
per 8 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
UitgeversBERKHOUT Co. te Helder.
Bureau: SPOORSTRAAT ea ZUIDSTRAAT.
AdLverteutlën
van 1 tot 5 regels 25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
NIEL) WSTIJDINGEN.
HELDER, 9 Jsn. 1884.
Naar men verneemt zal het
gedeelte der jongens, dat op uit'
April a. s. bij de buitendienststelling
van Zr. Ms. opleidingsschip Admi
raal van Wassenaer" nog aan boord
is, overgaan aan boord van Zr. Ms.
opleidingsschip >Anna Paulowna,"
terwjjl het voornemen bestaat om
laatstgenoemden bodem, thans te
Rotterdam liggende, te Vlissingen te
stationneeren.
Voor het gerechtshof te Am
sterdam stonden een drietal personen,
J. F., schilder, H. L., smid, en G. B.,
schilder, terecht, beschuldigd van
diefstal iu een bewoond huis, met
buitenbraak eu inklimming. De eerste
had zich bovendien nog wegens twee
andere diefstallen te verantwoorden.
In den nacht van 14 op 15 Sept
hadden de twee eersten ingebroken
bjj den goud- en zilverkashouder
Speijer te Amsterdamterwijl de
derde op den uitkijk bleef staan. zs
sloegen met een steen een ruit in
en haalden door de gemaakte opening
verschillende gouden voorwerpeu naar
zich toe. De beide andere zaken be
troffen een jas,
""'.beschuldigde uit
eön^TGllIbuer, door hemmtf een
particuliere woning ontvreemd.
Het Openbaar Ministerie eischte,
bij monde van mr. Op ten Noort,
tegen den eersten beschuldigde, een
recidivist, een tuchthuisstraf van zes,
tegen den tweeden een van vijfjaren,
en tegen den derden een celstraf van
twee jaren.
Woendag jl. is te Rotterdam
een paartje opgepakt, dat zich op
handige wijze van eens anders eigen
dom had meester gemaakt.
Maandagnacht namelijk werd er
aan een huis op de Keizersgracht te
Amsterdam gebeld, dat bewoond
wordt door een dame en twee vrou
welijke dienstboden. Allen waren
naar bed en eerst nadat 't schellen
zich had herhaald, besloot een der
dienstboden te gaan zien wie nog
zoo laat de rust in huis kwam storen.
Het was een kruier, die een bood
schap had van mevrouw's moeder.
Mevrouw's moeder was plotseling
ongesteld geworden en zou gaarne
hare dochter bij zich zien.
Mevrouw kleedde zich aan en ging
met een van de dienstboden naar
hare moeder, die echter volstrekt
niet ongesteld bleek te zijn en op
haar beurt niet begrepen had, wie
er midden in den nacht kwam aan
schellen. Men verdiepte zich in allerlei
gissingen en bleef al pratende eeni-
gen tijd bij elkander.
Toen mevrouw en hare geleidster
thuis kwamen, was de andere dienst
bode verdwenen en met haar een
koffer, eenig zilverwerk en andere
artikelen van waarde. Zjj bad
dit bleek later met een gewezen
koetsier van de tram het boeltje
bjjeengepakt en was met hem ver
dwenen. Te Rotterdam had de politie
hen gauw weer opgespoord.
In het afgeloopen jaar is het
aantal nienwe huizen te Amsterdam
met vier honderd dertig vermeerderd.
Ook een ingezetenen van Does
burg mocht zich verheugen dat op
zijn lot in do tentoonstellingsloterjj
een prijs van 100 francs viel. Toen
het voorwerp in ontvangst werd ge
nomen bleek het een lamp te zijn,
hoogstens ter waarde van f20 a 25.
Zekere Haagsche j nffrouw leende
aan haar beminde een sommetje van
ongeveer f60, waarvoor de schuldenaar
haar een kleedingbon (in den vorm
van een bankbiljet van f25) wist in
de hand te stoppen. Het engagement
raakte echter af en nu deed de juf
frouw, die het bedrog had bemerkt,
daarvan aangifte bij de politie.
Uit Winschoten wordt van 3
Januari gemeldOndanks de tal-
looze voorbeelden en herhaalde waar
schuwingen bracht gisterenavond de
16-jarige zoon van een praamschipper
alhier een pot met gloeiende kolen
in het vooronder de nachtelijke
verblijfplaats van den flinken jongen
om den vochtigen toestand van
het kleine verblijf te verdrijven.
Weinig tijds later begaf hij zich ter
ruste, de kap echter sluitende. Toen
de moeder hedenmorgen in de vroegte
tot haren schrik in het achteronder
het deksel van den kolenpot zag
liggen, ontdekte ze weldra dat de
door den eersten I zoon tegen haren wil van een nabij
een slaapstee, en woiyyukr Juhtep* «knier J^geaociit
en bij het ter ruste gaan bovendien
verzuimd had den pot te sluiten.
Die onvoorzichtigheid werd met
den dood geboet.
Te Seheveningen is Zaterdag
weder een groote hoeveelheid dyna
miet aangespoeld. Het wordt door
de politie geborgen.
Uit Noordbroek schrijft men
dd. 2 JanuariJl. Zondag is in 't
Noordbroeksterdiep, onder de gem.
Sappemeer, gevonden het lijk van
den arbeider Jan Pronk, te Stoots-
horn woonachtig. Zaterdagavond van
de fabriek te Sappemeer, waar hij
werkzaam was, vertrokken, is hij niet
in zijne woning teruggekeerd. Eenige
kwetsuren aan het hoofd en het op
den weg verspreid vinden van eenige
voorwerpendie hjj bij zich had
(eenige winkelwaren, zijn pet en stok)
hebben het vermoeden doen ontstaan
dat aan een gewelddadigen dood kan
worden gedachthet is echter ook
niet onmogeljjk, dat het ongeval al
leen aan misbruik van sterken drank
te wijten is. De politie doet ijverig
onderzoek.
De maréchaussees te Eindhoven
deden dezer dagen een jjoede vangst.
P. S., wissel wachter aan 't station
te Utrecht, werd gearresteerd wegens
diefstal aan voormeld station. Vroe
ger dezelfde betrekking in Eindho
ven hebbende bekleed, bekende hij
thans bij zijne aanhouding aan het
station aldaar een baal linnen te hebben
gestolen, een groot deel daarvan ver
kocht te hebben aan den baanwachter
L. R., heden nog in diezelfde betrek
king bij den dienst der staatsspoor
wegen te Eindhoven. De laatste ont
kende alle schuld doch byeen onderzoek
in zijne woning kwam veel linnen
en andere voorwerpen van waarde
voor den dag, waarvan hij de her
komst niet kon opgeven. Heler en
steler zjjn gevankelijk naar 's-Bosch
getransporteerd.
Naar de N. Gron. Ct. verneemt,
heeft de directeur van het Noorder
Tooneelgezelschap W. L. Jamboers
»met de noorderzon" Groningen ver
laten, zijn geheele gezelschap, op dit
oogenblik nog uit elf personen be
staande, geheel broodeloos achterla
tende. Het gezelschap wil echter alles
aanwenden om in Groningen te blijven
en zal nu voor eigen rekening voor
stellingen geven.
Te Bregenz had iemand bjj het
oude jaar uitschieten de domheid om
zich van een dynamietpatroon te be
dienen. Door de ontploffing werd de
schutter zelf doodelijk gewond, terwijl
in een koffiehnis niet alleen alle rui
ten en het glaswerk in het buffet
verbryzeld werden, maar ook personen
lichte kwetsuren bekwamen.
De Hertog van Calvina, uit
Trapani, op Cicilië, die door roovers
gevangen genomen, maar onlangs
weer vrijgelaten werd, verhaalt het
volgende omtrent zijn wedervaren bij
de bandieten. De roovers lieten hem
na zijn gevangenneming den geheelen
nacht doormarcheeren, tot men aan
een magazijn kwam, waar hij den
eersten dag doorbracht. Daar werd
hem de eerste brief gedicteerd,
's Avonds werd de tocht- weer voort-
I gezet. Men bond hmr een abeÈ voor
'uè oogen en wierp hem, om hem
voor de regen te beschutten, een zak
van wasdoek over het hoofd.
In den derden nacht kwam men
op de plaats, die tot zjjn verblijf be
stemd was. Hij moest door een gat
in een grot kruipen en werd vandaar
neergelaten in een lager gelegen hol,
waar hij dertig dagen alleen door
bracht, zonder het daglicht te zien.
Hij sliep daar op een stroozak, die
nooit vernieuwd werd en kreeg er
niets te eten en te drinken dan brood
met kaas en water. Schoon linnen
goed aantrekken mocht hij niet.
Toen hij in het hol was neerge
laten, gingen de roovers heen en zij
kwamen niet anders terug dan om
hem voedsel te brengen. Eens bleven
zij twee dagen weg. Voor het sclirijven
van den tweeden brief aan zijne fa
milie liet men een klein lampje naar
hem neer en zeide hem van boven
af voor, wat hij schrijven moest.
Nadat de lange, met veel vaardig
heid gevoerde onderhandelingen tot
een resultaat hadden geleid, trok men
hem eindelijk uit zijn hol, en liet
hem, na het geblinddoekt afleggen
van een langen weg, in don omtrek
van Castellamare weer vrij.
Opmerkelijk is het, dat de Hertog,
die aan zenuwlijden onderhevig was,
in zijn treurigen toestand van die
kwaal volstrekt geen last had.
Holloway, dezer dagen overleden,
heeft niet 60 millioeu gulden, doch
slechts een millioen p. st. (f 12,000,000)
nagelaten. Zijn zwagers, Martin en
Driver, zijn met de uitvoering van
zijn uitersten wil belast, waarbij be
halve zijn college voor meisjes en zijn
krankzinnigengesticht, een aantal
liefdadige instellingen bedacht zijn,
die hij bij zijn leven in het geheim
ondersteunde. Zjjn vermogen valt,
na aftrek van de sommen voor wel
dadige doeleinden, aan een zijner naas-
ste bloedverwanten ten deel.
Tegenover de vergoelijkende arti
kelen van Times en Daily News,
waarin Holloway's kwakzalverij met
diens weldadigheid wordt verontschul
digd, verklaart het weekblad Spectator
op tameljjke krasse wijze, dat het veel
liever gezien zou hebben wanneer
Holloway, rijk geworden, de geheele
wereld door zijn leedwezen had gead
verteerd over het opvijzelen zijner
pillen en het aldus misleiden van
onkundigen, dan dat hij voor barm-
hartigen Samaritaan speelde jegens
krankzinnigen en mildelijk zorgde voor
het onderwijs van meisjes.
»We gelooven in alle^ernst,zegt
het blad, »dat Holloway door een
dergelijke herroeping aan Engeland
meer goed zou hebben gedaan dan
door een dozijn liefdadige stichtingen."
De werkstaking onder do Pa-
rij sche koetsiers van de maatschappij
Urbaine heeft zich verder uitgebreid.
Verreweg de meesten hunner hebben
de leidsels uit de handen gegeven. De
koetsiers blijven echter over het al
gemeen kalm. Slechts één, die het
voorbeeld der werkstaking zijner ka
meraden niet heeft willen volgen, is
bedreigd geworden. Toen kwamen
twee politiedienaren tusschenbeide en
de koetsier heeft daarop rustig zijn
werk kunnen hervatten. In een door
meer dan 300_kassiers bezochte ver-
g^uciïiig is met eenparige stteiiKmen
besloten niet toe te geven.
De voogdijschap over Mariette
Peltzer, het dochtertje van Armand
Peltzer, is nu door de rechtbank, in
overeenstemming met den eisch van
het openbaar ministerie, aan den
vader ontzegd.
Op den 6en Februari 1603 werd
de Chileensche stad Villa Real door
de Araukaniers verwoest, en sedert
heeft men daar niet meer van gehoord,
omdat de blanken er in al dien tyd
geen voet hebben gezet.
Dit feit is op zichzelf niet bijzon
der interessant maar wat wel de
aandacht waard is, is de beschrij viog
van deze doode stad, door een reizi
ger, die tot haar heeft weten door te
dringen.
Hoewel de bouwvallen bedekt zijn
door een dicht aaneengegroeid bosch,
dat uit zeer hoog opgaande boomen
bestaat, kan men nog duidelijk genoeg
de richting en de breedte van de
straten nagaan, om nauwkeurig de
uitgestrektheid van de honderd hui
zengroepen, waaruit de stad bestaat,
na te gaan. Merkwaardig is het, dat
in al die groepen de huizen nog ta
melijk goed bewaard zijn en hier en
daar nog muren ter hoogte van drie
en meer meters verrijzen. Ook de
openingen, die eenmaal door deuren
werden afgesloten, zijn nog zeer goed te
herkennen.
Interessant was de ontdekking van
het bestaan van grachten. Deze zjjo
drie in getal en loopen midden door
de hoofdstraten van de stad.
Zij hebben een breedte van éen
meter en een diepte van vijftien of
vijf en twintig centimeter. Groote
afmetingen hadden die grachten dus
niet; waarschijnlijk zijn zij gegraven,
om de een of andere beek door de
stad te leiden, want tegenwoordig
loopt het water er nog door. Intus-
schen zijn zij, niettegenstaande de
bladeren, die er jaar in jaar uit in
gevallen zijn, niet verstopt geraakt of
langzamerhand tot den bovenkant
van den wal opgevuld.
Verder nog gevonden een drietal
molens, waarvan de een zich nog in
zoo goeden toestand bevond, dat hjj
met weinig kosten voor het gebruik
geschikt zou kunnen gemaakt worden.
Twee molensteenen zijn volkomen in
tact gebleven. Rondom de stad vindt
men een natuurlijken dichten muur
gevormd door zware boomen en dicht
aaneengegroeide heesters, die de zon
nestralen beletten in deze vallei des
doods door te dringen.
Daags na den moord, door de
nihilisten op den inspecteur van
politie Sndeikin te Petersburg ge
pleegd, ontvingen de redacteurs der
dagbladen en een aantal ambtenaren
een kennisgeving van 'tUitvoeren^
comité van de party van den Volksof
wil" dat ingevolge het vonnis vf
het comité, waarbij Sudeikin ter dc
veroordeeld was, de straf was vol
trokken.
Sudeikin had een doodelijken haat
tegen de nihilisten opgevat en was
er in geslaagd hen gedurende eenigen
tijd in bedwang te houden. Zijn
stoutmoedigheid was buitengewoon,
hetgeen hij in 1880 te Kieuw heeft
bewezen.
Op het vemeiïfroji&lj Tfl uih;v
we^uWflUKN. 16 Ct. per 5 ons.
met -TQlJens een huis te huur
een gendern,^ -".r#estr»at.
trapte de deur in en maan.!*)
hekend. Het hoofd der politie werd
met een aantal revolverschoten be
groet, waardoor de gendarme gedood
werd. Sudeikin bleef ongedeerd en
nam de nihilisten, door een troep
politicagenten, die op het hooren
der schoten toegesneld waren, bijge
staan,-gevangen.
De weduwe van Sudeikin zal een
pensioen van 50000 roebels ontvan
gen en zijne kinderen zullen op
staatskosten worden opgevoed.
Deze moord heeft te Petersburg
een diepen indruk teweeggebracht.
Men beweert nu dat kolonel Kihirieff,
een der hoogere officieren der politie,
die onlangs is overleden, vergiftigd
is. Men zegt zelfs, dat het ongeval,
dat den keizer onlangs op de jacht
is overkomen, een eenvoudig venin-
sel is om een moordaanslag te ver
bergen.
Als een bewijs hoe in Duitsch-
land de vervalsching van tabak op
groote schaal geschiedt, wordt gemeld
dat in Thüringen jaarljjks 20.000
centeuaars beetwortelbladen tot tabak
gebruikt worden, terwyl in het Mag-
denburgsche en in den Paltz veel
aardappel- en cichoreiblad daarvoor
in de plaats gesteld wordt. De Vevey-
sigaren in Zuid-Duitschland bevatten
in het geheel geen tabak, maar be
staan uit gewasschen kool- en beet
wortelbladen, die lang in tabaksaus
gelegen hebben. Ook bietbladen zjjn
een zeer gewenscht vervalschings-
middel. Verder is het bekend dat
zout, stroop, drop, suiker, rum, sal-
moniak, oliën, salpeter, potasch, anijs,
gom, dextrine, enz. gebruikt worden
om rook-, kauw- en snuiftabak te
fabriceeren.
Door de politie te Brussel is
een zonderlinge ontdekking gedaan.
Den 27 Augustus werd een ljjk, dat
in de Morhne was gedeponeerd, door
een vrouw herkend als dat van haar
man. De begrafenis had daarop
U