Prins Henöril Folder, VOORVAARDEN AMSTERDAM. mm® te pdloopile BILJARTEN, GEBRS. ZUR MUHLEN. Me» lette ej» #e roerÊiÈ en onroersnfle Goederen, Berkhout Co., REGISTERS KOOPLIEDEN. T© üoOp voor billijken prijs: SCHROTEN, PLANKEN, Vuren en Greenen PLAATSTUKKEN, Greenen PLA TEN en BADDINGS, van af 15 tot 24 voet, SPIEREN van af 40 tot 60 voet, per stuk en bij partij. Bi) G. BAS, Binnenhaven No. 4. Uit de hand te koop: van de voornaamste fabriek, en 13 kleine Drankvaatjes met Koperen Kr a n e n. Te bezichtigen aan de Zuidstraat tyj F. S. G. HENNING. TEZBL. Inzet der VERIIIRIVG van de LANDERIJEN in bovenge noemden polder, den 2 September a. s., des voormiddags te elf uren, in het Logement »DE VERGULDE KIKKERT," aan Den Burg. Kaarten der te verhuren Lande rijen en inlichtingen op franco aan vrage verkrijgbaar. De Administrateur, J. E. WIN KL ER. T© Huur twee zeer nette Bovenhuizen, voorzien van vele gemakken. Huurprijs f2.75 en f3.75 per week. Adres BERKHOUT Co. J, L WINKLER, TEXEL. Gelden beschikbaar op solide onderpanden, tegen 41/. 4 *1/a%* AGENT van De Nederlandsche Onderlinge Brandwaarborg-Maatschappij LEVENSVERZEKERING - MAATSCHAPPIJ „14 FONCIÈRE." (Bijv.Een koopman, die zijne familie twintig duizend gulden wil nalaten, zoo hij door een ongeluk komt te overlijden, betaalt daarvoor slechts een premie van f 10.'s jaars.) De Spiegelglas- FEUILLETON. De laatste wilsbeschikking van een gierigaard. 6:) (Slot.) Emilie bad hem ia 't begin volstrekt niet kunnen begrijpenten laatste echter viel zij weenende op haar knieën, om den goeden Gud en haar overledenen oom te danken. Marcns trachtte te vergeefs haar tot bedaren te bren gen de overgang wus ul te plotseling ge weest en het arme kind was als buiten zicb- zelve, beschouwde aanhoudend het kistje en wëende en lachte beurtelings. Plotseling evenwel richtte zij zich bedaarder overeind, vouwde hare handen te zamen en riep op een toon, waarin zij den geheelen inhoud haars harten scheen te willen uitstorten, uit: Goddanknu zult gij eindelijk ook zoo gelukkig zijn als gij verdient Ik? riep Marcns verlegen uit. Ja, gijhernam Emilie opgewonden. Gelooft gij dan, dat ik niet opgemerkt heb, waar u dikwijls de schoen knelde Hoe gij u aftobdet en zorgdet ea toch nauwlijks kondt rondkomen P.... O, ik heb in dat alles in stilte deel genomen en mijne armoede pijnigde mij minder dan de uwe, want de mijne was ten minste vrijwillig. Maar gij, gij verdiendet een beter lot. Neem gij daarom alles, doctor, behoud het gansche kistje voor n, zooals het daar ishet moet u toebehooren, alles Terwijl zij deze woorden uitsprak, waarbij tranen van vreugde en dankbaarheid over hare wangen parelden, spande zij hare krach ten in, om hst kistje op te lichten en het den doctor te overhandigen. Dr. Marcus was eerst verwonderd en daar na aangedaan en wilde haar met vriendelijke dankzegging tot bedaren brengen, maar Emi lie riep nog levendiger uit Neen, neen, gij moogt mij geen weige rend antwoord gerenHeb ik dezen gehee len rijkdom niet aan u te danken P Ik wil dat ieder het verneme en vooral die inhalige brouwers-familie, welke u zelfs datgene ont bonden wilde, wat u rechtens toekomt De dootor verklaarde, dat dit niet noodig was, maar Emilie hoorde niet naar hem. Zij keek juist uit het venster en zag Strumpf met zijne vrouw het achterhuisje binnengaan en wilde hen toeroepen, doch Marcus hield haar verschrikt tegen. Wees zoo onbezonnen niet, lief kind zeide bij ernstig, wilt gij dan weêr verliezen wat een gelukkig toeval u in handen gegeven heeft P Verliezen? Hoe datP Begrijpt gij dan niet, dat mijnheer Strumpf de uitlevering van het kistje zou kannen vorderen P lloo dat? Gij zeidet mij immers, dat het miju eigendom was P Zeker, maar de bewijzen daarvan ont breken u. Emilie verschrok en zag haar vriend met ontroering aandaarna vraagde zij met vast beradenheid: Dat wil dua eigeutlijk zooveel «eggeu, als dut het kistje mij niet toebehoort P Volstrekt niet! Alles bewijst dat uw peet dit kistje met hetgeen daarin is voor u bestemd heeft, maar de wet eischt helaas andere bewijzen! En aan de wet is iedereen gehoorzaam heid verschuldigd, zoo als ik altijd van mijn meester geleerd hebriep Emilie uit. In zooverre als men ziju geweten niet tegen de wet kan overstellen en dat zelfs boven de wot kan stellen, hernam de dcotor. Emilie schudde levendig haar hoofd. Neen, neen! riep zij uit; dat begrijp ik zoo niet en hond ik niet voor eerlijk. Het geweten kan ons wel verhinderen, dat wij van ons recht gebruik maken, maar het kan ons nimmer in de nakoming onzer verplichtingen doen te kort schieten. Het geweten moet onze nauwgezetheid vergrooten, maar niet onze uitvluchten vermenigvuldigen; wij mo gen "om der wille van ous geweten geen ver bod schenden. Ik had n verkeerd ver staan deze schat behoort mij niet toe en mijn vermeend geluk was slechts een kortstondige droom Bij deze woorden was zij zeer bleek gewor den, maar noch hare stem, noch haar blik ver ried eenige de minste aarzeling. Haar onbe dorven, deugdzaam gemoed had geen oogen- blik in de keus geaarzeld en de smart, over de verijdeling van zulk eene sckittereude verras sing, had haar gevoel van wat recht was geen duimbreedte van het pad des pliehts doen afdwalen. Maar na zoovele aandoeningen was de schok al te hevig; Emilie wankelde naar een stoel en viel daarop neder. Wat er op dien oogenblik in het binnenste van Marcus omging is moeiclijk te bepalen. De teederste zorg voor het lieve kind kampte met de oprechtste bewondering in zijn boe zem. Al de vernuftige gevolgtrekkingen en schijngronden, welke hij sedert den vorigea avond had opgespoord en te zamengevoegd, vielen voor deze ongekunatelde, onbedorvene, onbevlekte rechtschapenheid in duigen. Deze eerlijkheid der arme wees werkte in- tusscben aanstekend eu onder haar invloed had hij spoedig het edeler, beter gedeelte van zicbzelven terug gevonden. Hij verzocht Emilie tot zijne terugkomst hier te blijven, eu ijlde naar het kantongerecht, om van de vondst behoorlijke aangifte te doen en de na tuurlijke erfgenamen des overledenen op te roepen. In minder dan een kwartier hadden de vrederechter, een notaris eu een klerk de plaats, waar het gevondene verborgen was geweest, onderzocht en WHren zij rnet Strumpf en echtgonoote in den salon des doctors bij eikaar. De rechter ontving uit Marcus han den do ongedeerde kist. Met behulp van een kleinen sleutel, dien de erfgenamen om den hals des overledenen gevonden hadden, werd zij terstond geopend en aan de verstomde blikken der toeschouwers vertoonden zich daarin onderscheidene stukken zilverwerk met veel contant geld in groote stukken, goud, banknoten en staatspapieren, welke blijkbaar vele duizenden waard waren. De bierbrou wer en zijne gade weenden van vreugde; Emilie was rustig en bedaard en Marcus niet minder. De notaris en de vrederechter telden en sorteerden het geld, en maakten een inven taris van het geheele kistje op. Het contante geld bedroeg over de tienduizend gulden, de effecten meer dan het dubbel. Bais Strumpf lacuto als een halfwijze, wankelde als een be- schonkenc naar dc tafel toe, zoodra het kistje leeg was en keerde het om, als wilde hij zich overtuigen, dat er niet nog meer iu was. En ziet, duar viel uit het kistje een plankjeeen dubbelen bodem, en daaruan zit een papier vastgehecht, dat met het plankje op den grond viel. Hij reikte het den notaris met deze woorden over: Hier is nog iets, dat bij den schat be hoort. De notaris ontvouwde het toegeslagen pa pier, las het vluchtig door en scheen er zeer door te worden ontroerd. Het is een testament, zoide hij. Een testament! riepen alleu uit. Zeker! Het is een testament in goe den vorm, waarbij de lieer Ferdinand Hart maan zijne nicht, juffrouw Emilie Weber tot universeele erfgename van zijn ganscho ver mogen benoemd. Een viervoudige kreet van verwondering, S G H Ü0IFST00M B OOTPJIN ST Van 25 Augustus tot ultimo September afgifte van litlllllll van EÏEUWEDIEP en tusschenstations naar voordeelige van Dienstneming voor het leger in Nederl. Indtë. Omschreven iu gedrukte mededee- lingen, die gratis verkrijgbaar zijn bij bet Departement van Koloniën, te 's Gravenhage, en voorts bij alle Stoombierbrouwerij JUNGHUHN&G"., to Breda. Levert 1ste kwaliteit: Dubbel PRINCESSE, Belegen GERSTE-, Oud-BREDASCH- en MAASTRICHTSCH-BIER, Prachtig helder en goed blijvend. Vraag analyses en prijzen. Bierhandelaren genieten rabat. A. S. MANHEIM, Makelaar, beveelt zicb aan tot bet koopen en verkoopen van als: Huizen, Schepen, Landerijen, meubelen en alle Handels-Artikelen. LOODSGEACHT 1403, Helder. BBBICHTlgR»*!? firma s in verschil lende dagbladen voor minderen prijs worden aangeboden, worden door ons zonder bijkomende kosten tegen de zelfde prijzen geleverd. VOOR Koningstraat. Helder. Radicale genezing, des- verkiezend wordt over eengekomen voor een bepaal den prijs, betaalbaar na genezing. Daartoe zijn 20 kamers ter beschikking der patiënten gesteld. WAERSEGERS,heelmeester v. breuken,Groeneplaats 35,te Antwerpen vreugde en bitteren toorn weerklonk door het vertrek. In zijne eerste woede wilde Strumpf zich op bet papier storten en het den notaris ontrukken, maar de klerk stiet hem terug en moest ten laatste geweld gebruiken, om zich van de twee teleurgestelde erfgenamen te ontslaan, die zich onder het uiten van ver- wenschiugen en bedreigingen verwijderden. De advocaat Leuchtweiss, wien zij raad pleegden, vertelde hun, dat er tegen dezen slag des noodlots niets te doen was en ont trok zichzelven aan de zaak. Baas Strumpf en zijne vrouw moesten ten slotte nog blij zijn, dat Emilie hen niet aan klaagde, maar integendeel vurige kolen op beider hoofden verzamelde en hun den reeds weggedragen roof liet behouden. Emilie was bijna in flauwte gevallen, toen zij haar geluk vernam, dat iedereen haar har telijk gunde. Toen de vreemden waren weg gegaan eu de doctor en de wee3 alleen tegen over elkander stonden, toen bleven beide eene poos sprakeloos. Haar blik was met hare ge heele ziel op hem gevestigd en hij bemerkte het niet; want zijne oogen waren in verle genheid op den grond gevestigd. Eindelijk trad zij zachtjes naar hem toe, legde hare hand op zijn arm en zeide: Doctor, beste vriend! wilt gij mij nu uog weigeren mijn rijkdom met u te deelen, die dan alleen waarde voor mij hebben kan, als gij er mede van geniet P Een half kwartier later wareu Adolph Mar cus en Emilie Weber verloofd, vier maanden later een gelukkig echtpaar. Emilie was voor haar echtgenoot niet alleen eene deelgenoote in zijn geluk, maar ook eene raadgeefster en een steun. Haar onbedorven gemoed, hare vlekkelooze rechtschapenheid waren voor hem eene soort van levend geweten, als de drog redenen der wereldsche wijsheid hem van het pad der onverbiddelijk gestrenge deugd wil den doen afdoolea. Haar vroom gemoed wist alle gevaren en verzoekingen voor hem uit den weg te ruimen, welke rijkdom en over vloed iederen zwa&ken mensch te gemoet voe ren en hare vrome, echt christelijke wijsheid wist ook den kinderen, waarmede de Voor zienigheid hun echt zegende, die bescheiden heid, tevredeuheid en reinheid des harten en dat vrome, gemoedelijke vertrouwen op God in te planten, welke zij en Marcus beide als den onvcrliesbaarBten schat beschouwden, dien ze aan de bezoekingen in hunne jeugd verschuldigd waren De Monsterbazin. EENE HERINNERING. Een monsterbaas, lezer, is zooveel als eene mannelijke besteedster; hij is namelijk de aangewezen persoon om, als een schip op vertrek naar verre gewesten ligt, de noodige manschappen bijeen te zoeken en ze te huren, voor de aanmonstering te zorgen en er voor te waken dat de „Jantjes" tijdig en bekwaam (dat „bekwaam" laat wel eens te wenschen over) aan boord zijn. In den gulden tijd, toen onze dokken opgepropt met zeilschepen waren en de Ne derlandsche vlag op alle zeeën vertoond werd, bloeide het vak zeer, maar tegen woordig schijnt de luister getaand en het vet van den ketel te zijn. Nu ge weet, wat een monsterbaas is, begrijpt ge natuurlijk, dat een monsterbazin precies hetzelfde, maar in 't vrouwelijke is. Meer dan waarschijnlijk kan de historie niet veel namen van dames noemen, die in het, voor een vrouw tamelijk oneigenaardige, vak werkzaam waren, maar toch zijn er mousterbazinnen geweest en wij hadden zelfs jaren geleden, het voorrecht, er eene te kennen, die in een onzer havensteden woonde en de bloem, het neusje van den zalm onder de conoarrenten mocht worden genoemd. Mina Muller was een kranige vrouw geboren en opgevoed in de welbeklante tapperij haars vaders, was zij al heel jong in de geheimen van het vak ingewijd en toen papa dezer wereld overleed en broerlief de zaken niet langer kon waarnemen, nam zij de opengevallen plaats achter de toonbank in en wist het best met zeerobben te rooien. De booze wereld wist te vertellen, dat haar broeder aan het zwak sukkelde, om te veel zijn eigen klant te zijn en dat de affaire mooi aan bet verloopen was, maar de booze wereld vertelt zoo veel en maakt soms menschen dood, die nog springlevend zijn, zoodat wij voor ons veel liever als waarheid aannemen„dat Hein eigenlijk een stumper was, weet uwee, eu zooslap als een vaatdoek." Mina bleef ongehuwdwaarschijnlijk ver koos zij den jonkvrouwelijken staat, omdat zij, door den dagelijkschen en geregelden omgang met mannen, al de gebreken en eigenaardigheden van het verdorven geslacht grondig had leeren kennen en tot de over tuiging was gekomen, dat het huwelijksjuk vaak zwaar te dragen is. Zij maakte brillante zaken en zag zich dan ook in staat gesteld, om, na een leven vol zorg en arbeid, van haar renten te gaan leven; wie haar in lateren tijd zag, wanneer zij in een zijden japon gehuld en versierd met mantille, flu weelen hoed en parasol een grachtje rond- kuierde, zoude bijna in de verbeelding kun nen verkeerd hebben, dat hij met een hof dame te doen had. Als Mina eenmaal van een stuurman, of zeilmaker, van een bootsman of matroos had gezegd„dat is niks", dan was hetook „niks", want zij had een machtig scherpen blik en deed, op haar eigenaardig terrein, voor een Napoleon of Von Moltke niet onder. Wee over den man, die het zonde gewaagd hebben*- om in hare eerzame woning schan daal te mnken; onverbiddelijk werd hij bui ten deur gezet en mocht zich gelukkig achten wanneer de monsterbazin zich later niet on verzoenlijk toonde; was het bepaald noodig, dan zag Mina er niet tegen op, om hoogst- eigenhandig twee of drie man tegelijkertijd uit de tapperij te verwijderen. Wee ook over den ongelukkigen derden stuurman die, na een paar reizen te hebben gemaakt, iu hooger rang wilde gaan varen. „Wil jij je als tweede stuurman laten aan monsteren P" „Ja juffrouw!" „Je ziet er anders jong genoeg vooruit. Heb je al lang als derde stuurman gevaren P" „Ik heb twee reizen naar Oost-Indië ge maakt 1" „Zoo, zoo, en dan al hooger op Dan moet je heel wat in je mars hebben jongentje; laat me je „diploma" reis zien." Met sidderende hand reikte de candidaat zijn diploma over en Mina begon het met arendsb likken te bestudeeren. „Zeg eens, al de talen zijn doorgeschrapt, weet je dat wel P Dat Is voor een tweede stuurman wat heel erg. Yoor een land-krab komt het er minder op aan, als hij geen vreemde talen kent, maar een zeeman dient toch bijvoorbeeld Engelsch te kennen. Als je kapitein in een vreemd lane kwam te sterven en de eerste stuurman was van boord, wat zou je dan beginnen als een vreemdeling je wilde spreken „„Als juffrouw,"" stotterde de man „„als zoo iets gebeurde, nu dan zou ik mij wel red den; zoo'n vraag zoudt n, op die manier, ook wel aan een licht matroos kunnen doen."" „Iïoor eens, als je hertaal wordt, kan je wel opdoekenAllemachtig, daar staat me bij „bepalen van den gang van tijd meters" „middelmatig." Ja juffrouw, maar Je hebt niets te maren. En hier vind ik bij „het bepalen en opheffen der lokale afwijking" ook al middelmatig! Weet je wat je doet, wijk jij maar uit mijn lokaal, denk je, dat ik me heeren (de goede vrouw meende daarmede de boekhouders van schepen) kat in den zak wil verkoopen P Je kunt gerust afbrassen hoor! Mina Mul ler zal wel oppassen, dat ze je vooreerst niet als tweede stuurman huurt; ga jij eerst nog maar eens een beetje leeren De ongelukkige stuurman kon zich over tuigd houden, dat Mina zich niet liet ver- murven en droop stilletjes af. Niet enkel een stuurman, maar elk ander lid eener équipage moest een soort examen ondergaan. „Weet je wat een „deutel" isP" vroeg zij een timmerman. „Neen, juffrouw „Groote goedheid, en dat wil als tim merman gaan varen. Mensch ik maak me sterk, dat je ook nooit van een „muis" en van een „slaper" hebt gehoord en een „doove jut" gaat zeker heelemaal boven je verstand. Ga jij je maar gerust bij een ander verhuren, schaveling zoeker Bij de aanmonstering van Mina groot; „hebben wij iedereen gehad", klonk haar ietwat schelle sopraanstem, „hebben wij stuurlieden, bootsman, timmerman, zeilen maker, kok en hofmeester allen gehad P Is er! geen mensch meerP Dan maar een matroos aan de beurt." Het was niet om de matrozen te ver nederen, dat ze hen niet met menschen gelijk stelde, het was ook geen plagerij in den geest van den soldaat, die tot zijn korporaal zeide„jij bent geen man, want er wordt altijd gecommandeerd: zes man en.... een korporaal!" het was enkel en alleen onnadenkendheid en zij meende het volstrekt niet kwaad; de matrozen wisten dat dan ook wel en droegen haar volstrekt geen kwaad hart toe en hun eerste gang was, om als ze van zee kwamen, bij Mina een praatje te gaan maken en een „oor lam" te koopen. Zullen wij nog vertellen, o Mina, hoe ge wist rond te springen met de vrouwtjes, die „maandceelen" hadden of eens kwamen aanwippen, om te hooren of er ook tijdin gen van het schip waren waarop manlief voer? Zullen wij vermelden, hoe ge de rechterhand der gezagvoerders waart, die ge met gratis adviezen ter zijde stondt en die er op konden rekenen, dat de personen, die gij „aanrecommandeerdet", ook werke lijk „aanrecommandabel" waren? Moeten wij nog aantoonen, hoe ge vol maakt op de hoogte waart van de hande lingen en daden der vrouwen van de zee lieden, die gij aangemonsterd hadt, zoodat men er op aan kon, wanneer gij verklaar- det: „ziet u die man is maar een neger, maar het is een beste kerel en 't is zonde, dat hij zoo'n varken van een wijf heeft", of: „ze zeggen wel, dat die timmerman over boord gevallen is, maar ik beweer, dat hij zieh verdronken heeft, want hij zei verleden jaar al, dat hij er het zuur aan had om weêr bij zijn vrouw te huis te komen." Maar neen, wij zeiden reeds genoeg, om aan te toonen dat ge de monsterbazin der monsterbazinnen waart. Wij weten niet, Mina, of ge nog in het land der levenden behoort; is zulks, en wij hopen het, het geval, dan drukken wij u in gedachte de hand. Zijt ge echter tot de vaderen verzameld, dan wijden wij een stille traan aan uwe nagedachtenis en denken wij met weemoed aan u terug, o schim, die ons aan tijden herinnert, die nooit terugkéeren, tijden, toen Amsterdam's zeilvloot groot en machtig was.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1884 | | pagina 4