'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINTE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1315
Woensdag 23 September 1885.
Dertiende Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
AlDonnement
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
UitgeversBERKHOUT Co., te Helder.
BnreaoxSPOORSTRAAT en ZCIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn
Aan onze geabonneer-
den buiten deze gemeen
te wordt verzoebt 't abon
nementsgeld, Vliegend Blaadje, 3de
kwartaal, te willen overmaken in
postzegels of per postwissel
vóór 5 Oetober, zullende anders daar
voor met 10 cents verbooging per
post beschikt worden. De Uitoevees.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 22 Sept. 1885.
Door dc officieren van zee- en land
macht en schutterij alhier werd Zaterdag
een onderling schietconconrs gehouden, waar
van de uitslag is als volgt
Vaste baan geweer. 1ste prijs, 1ste luit.
der inf. Van Munster 2de id., 1ste luit.
der inf. Gerdessen; 3de id kapt. der ma
riniers Stenfert4de id., luit.-ter zee 1ste
kl. Böhtlingk5de id., 1ste luit.-adj. der
inf. Bruee en 6de id., adelborst 1ste kl.
Soutendam.
Vrije baan geweer, lste prijs, kapt. der
schutterij Zurmühlen2de id., kapt- der
mariniers Stenfert en 3de id., kapt. der inf.
jhr. Franckenberg en Prosehlitz.
Vaste baan revolver, lste prijs, off. van
adrn. 2de kl. Veldman; 2de id-, luit. der
mariniers Ente van Gils3de id., luit.-ter
zee lste kl. Velthuijzen en 4de id., luit.-
ter-zee 2de kl. Goedhart.
Vrije baan revolver, lste prijs. luit. der
mariniers Ente van Gils; 2de id.. luit.-ter
zee lste kl Velthuijzen en 3de id., luit.-j
ter-zee 2de kl. Van der Mandele.
Bij de Tweede Kamer is voor eenige
dagen een verzoekschrift ingediend door P.
Preijer, voormalig werkman bij de marine
werf alhier en, volgens dat adres, niet naar
bebooren behandeld. Na 15 jaren eerst als
leerling, later als bankwerker in dienst te
zijn geweest, kreeg bij, naar hij verhaalt,
in 1878 in en door den dienst een wond
aan het oog en later nog eenige verwon
dingen, waarvan een ernstige aan de knie
schijf. In 1884 werd hij bij de afdanking
van een deel van de werklieden ontslagen,
doch zonder pensioen, omdat na onderzoek
werd verklaard, dat hij geschikt was door
handenarbeid in zijn onderhoud te voorzien,
Op zijn verzoek, tot den minister van marine
gericht (met een verklaring van prof. Gun
ning) om herplaatsing of pensioen, werd hem
plaatsing in geval van vacature in uitzicht
gesteld. Toen hij zich echter na oproeping
aanmeldde, werd hij te Willemsoord afge
keurd, wegens volslagen zwakte van zijn
gezichtsvermogen. „De doctoren te Wil
lemsoord," zegt hij in zijn adres, „spraken
er schande van, dat hij zoo uit den dienst
was verwijderd en gaven hem den raad op
nieuw te requestreeren, zooals hij heeft ge
daan, maar weder zonder gunstig gevolg."
Daarom wendt hij zich nu tot de Kamer.
Deze zal naar men vertrouwt termen
vinden om van den minister van marine
inlichtingen te vragen en den ongelukkigen
huisvader, indien hem onrecht is aangedaan,
recht verschaffen.
Als een bijzonderheid deelt
men ons mede, dat bij den landbou
wer S. Rotgans, te Wieringen, een
tip, geboren 8 Mei 1885, reeds den
8 September jl. en vervolgens alle
dagen een ei beeft gelegd.
De Minister vau waterstaat,
handel en nijverheid beeft bij de
Tweede Kamer ingezonden een no
ta van inlichtingen met betrekking
tot bet wetsvoorstel van den beer
Reekers, aangaande de visscherij in
de Zuiderzee.Blijkens dit stuk
de Regeering van oordeel1°. dat
er geene termen bestonden om bet
eerst in bet najaar van 1884
sloten debat over den wonderkuil
een halfjaar later te heropenen 2°.
dat, nu dit werd toegelaten, 't hero
pende onderzoek tot bevestiging van
de vroeger verkregen slotsommen in
geen geval tot aanneming van bet
wetsontwerp van den beer Reekers
bad moeten leiden. Het verbod van
visscben met den wonderkuil moet
dus, naar het oordeel der Regeering
voorloopig worden gehandhaafd.
Maar ook al ware bet wenscbelpk,
thans met deze beperking niet voort
te gaan, dan nog schijnt baar bet
wetsontwerpt, zooals bet daar ligt,
onvoldoende.
In de crmineele zitting van
bet gerechtshof te Leeuwarden, ge
presideerd door den beer mr. W.
Terpstra, stond Donderdag terecht
Peeter Pijpker, oud 46 jaren, gebo
ren te Marum, wonende te Weer-
dingermarke, thans in hechtenis, be
schuldigd dat bij in den avond van
25 Juni j. 1. Tijmen Luik moedwil
lig zoodanig tegen den grond beeft
ge worpen,dat deze onmiddellijk daar
op is overleden.
Behalve de 11 door bet O. M.
gedagvaarde getuigen, werden er
nog 4 getuigen a décharge geboord.
Adv-Geu. mr. G. G. Visser requi-
reede, dat bescb. zal worden ver
oordeeld tot 5 jaren tuchthuisstraf.
De verdediger mr. M. Oldenbuis
Gratama critiseerde zeer sterk bet
visum repertum der deskundigen en
concludeerde op grond daarvau, dat
bescb. wegens eenvoudige mishande
ling zal worden veroordeeld tot een
lichte straf en van bet meerder ten
3te gelegde vrijgesproken.
Uitspraak over 8 dagen.
Eene oude vrouw is Vrijdaga
vond te Amsterdam, door bet ge
drang van bet volk, bij de optocht
van Algemeen Stemrecht, op de
Heerengracht, bij pe Kattenstraat,
in bet water gevallen. Zij werd
dood naar bare woning vervoerd.
Nadat bet getuigenverhoor in
de zaak van Jeanne Lorette Donder
dag was afgeloopen, beeft de Procu
reur-Generaal Vrjjdag zijn requisitoir
oorgedragen.
Het hoofdpunt is de beschuldiging wegens
manslag met voorbedachte rade en geleider
lage. Proc. Generaal kan kort zijn. 't Is vol
komen waar dat de akte van besch. de beken
tenis van bescb. vooropstelt. Natuurlijk, op
zich zelf is die bekentenis geen bewijs, maar
een groot element van bewijs. Het feit van
den doodslag is meer dan voldoende bewe
zen uit de getuigenverklaringen van de getui
gen te Rotterdam. De vraag is dus slechts
Wat is er van de voorbedachten rade P Zij
blijkt bet sterkst uit de bekentenis van bescb.
gemotiveerd door een door haar erkend ge
schrift, eenige uren voor de misdaad opge
steld.
In dat geschrift zegt zij zich te dooden en
den verslagene, omdat hij is een misérable
egoiste. Dat stuk is geschreven om Ui uur,
terwijl de misdaad omstreeks 4 uur werd ver
richt. Dat besch. Sakurada heeft nagereisd
met een geladen revolver, daarin zoekt Proc.
Gen. de voorbedachte rade niet, omdat het
bekend was dat zij dien revolver vroeger be
zat en gebruikte. De voorbedachte rade be
gint pas van 't oogenblik dat zij den brief in
't hotel te Rotterdam schreef, waarin zij baar
voornemen om Sakurada te dooden uitsprak.
Ook de gekochte dolk maakt voor Proc. Gen.
geen element van het opzet, omdat zij die
legen zichzelf heeft gekeerd.
Geleiderlage. Dit woord doet denken aan
hulp van anderen en schijnt dus overbodig
daar alles hier door een persoon is verricht.
Maar Proc. Gen. meent dat nuar den geest
der wet bet weinig afdoet of een of meer per
sonen bij de zaak betrokken zijn. En bier zit
de guet apens in bet meevoeren van Sakurada
naar Rotterdam in een hotel om daar een
nacht met hem door te brengen en aldus de
gelegenheid te hebben baar doel te bereiken.
Zij hield hem, zij 't ook door lief kozingen, in
bedwang. Proc. Gen. komt nu in zijn requi
sitoir. Hij gaat VQoraf na de mogelijkheid
van verzachtende omstandigheden en vindt
die uitsluitend in de jeugdige jaren van be
schuldigde-. Daarom vraagt hij geen levens
lange tuchthuisstraf. Doch evenmin bet mini
mum der straf.
Te zeer tooh laat men zich door medelijden
voor besch. bewegen, omdat men haar ziet.
Maar men vergete niet den verslagene, een
man die toch zeker respect inboezemde, die
gehuwd was en wiens echtgenoote en kinde
ren den verslagene betreuren. Hij requireert
ten slotte veroordeeling tot 10 jaren
tuchthuisstraf, met aanneming van ver
zachtende omstandigheden.
Besch. hoort dit requisitoir staande en
weenende aan.
Pleidooi.
Alsnu is het woord aan mr. Ph. A. Haas,
verdediger van besch. Hij begint met te wij
zen op den diepen indruk, dien het eerste be
richt van de misdaad maakte. Ieder begreep
dat het hier gold een „drame d'amour," een
hoogst belangrijke gebeurtenis met 't oog op
den verslagene en de persoon der besch. Al
dadelijk vermeldden de dagbladen allerlei
berichten. Men wist niet wat men er van den
ken moest, of men te doen had met een mis
dadigster of een slachtoffer, dat de hand had
opgegeven om een hoon te wreken, waartegen
de wet geen recht geeft; of.de daderes zich
wreekte op den man die haar verleid of onge
lukkig gemaakt heeft.
Bij ons wordt het publiek niet ingelicht
door mededeelingen uit de instructie. Men
kent hier geen interviewers van rechter com
missarissen. Maar men la3 toch zoovele bij
zonderheden, dat men daardoor juist nieuws
gierig werd te weten of men hier te doen heeft
met een mishandelde vrouw of een misdadig
ster.
Die vraag moet het hof uitmaken. Het lot
n besch. en hoogere belangen zijn daarvan
afhankelijk. Aan pleiter de taak om die
vraag gemakkelijker te maken.
Pleiter had niet gedacht hier voor deze
besch. op te treden. Zij was aanvankelijk
door hare betrekkingen aangespoord hem te
raadplegen. Maar pleiter kreeg geen toegang
tot haar. Het bleek dat besch! geïnspireerd
was om een ander raadsman te kiezen. Later
werd hij door besch. aangezocht om toch voor
haar op te treden. Hij deed dit op twee voor
waarden. Hij wilde het nobile officium be
langeloos ten dienste stellen van besch. en de
behandeling der zaak eerst doen plaats heb
ben na zijn terugkomst van een buitenland-
sche reis. Beide voorwaarden werden hem
toegestaan. Pleiter verheugt zich de taak te
hebben op zich genomen, omdat hij de over
tuiging bezit, dat gij geen misdadigster maar
een ongelukkige voor zich heeft, op wie toe
passelijk is het woordC'est le crime qui fait
la bonte et non pas 1'echafeaud. De plaats
waar besch. thans zit strekt haar niet tot
schande.
Wie is beschuldigde? Een 20-jarige, die
na al de rampen die zij doorleefde, geen uit
komst wist dan zich zelf te dooden. Een
slachtoffer dat wilde heengaan op een leeftijd
als voor anderen de jeugd pas begint en die
nu reeds van haar verleden durft te spreken.
Jeanne Lorette is de dochter van een
Vlaamsch kunstsmid, die aanvankelijk een
goede zaak had en daardoor tot een goede
positie kwam, maar zijn huwelijk was een
mariage mal assorti. Zijn vrouw toch was een
vrouw van beschaving en opvoeding, die in
haar laatste levensjaren voortdurend aan
haar ziekbed gekluisterd, alleen werd opge
past en verzorgd door de jeugdige 12 a 14-
jarige dochter Jeanne.
Pleiter schetste daarop de opvoeding en
levenswijze van beschuldigde, die uit het ge
tuigenverhoor voldoende bekend zijn. Toen
pleiter haar bezocht in de gevangenis, zeide
zij hem op grond dier feiten: ma vie est
brisée, sauvez mon honneur! Toen kreeg
pleiter achting voor haar en nu zal hij zaken
publiceeren, die den rechter zullen kunnen
doen lezen in 't hart van besch., die haar eer
boven haar vrijheid stelde Pleiter komt
hierop dadelijk terug.
Voor 't oogenblik brengt hij een aantal
attesten ten processe van vroede en goed be-
I kende ersonen. Het onberispelijk gedrag
van Jeanne, haar zelfopoffering voor haar
moeder, haar zorg voor't huishouden van haar
vader worden daarin geroemd. Zij was een
brave, eerlijke, eerbare dochter in den waren
zin des woords, zegt een attest. Een ander
erkent dat de oppassing barer moeder door
besch. geschiedde als ware zij een echte gast
huisnon. Zij werd aangewezen als voorbeeld
van adel en kinderliefde. Al die personen uit
Mechelen hebben Jeanne en hare familie
jaren lang gekend en prijzen Jeanne op de
meest lofwaardigste wijze. Pleiter zal ze aan
't Hot overleggen. In haar eerste jeugd was
't karakter en de persoon van besch. boven
allen lof. Met de verzorging van haar moe
der, legde zij zich toe op 't geven van muziek
onderwijs en voorzag in den lateren minder
gunstig financieelen toestand van het huis
gezin.
Verschillende omstandigheden brachten
haar later op den verkeerden weg. Zij kwam
in kennis met een dame die haar twee maan
den lang in haar huis liet doorbrengen en die
bleek onder een schijn van fatsoen een lage
ziel te bezitten, evenals de mannen die haar
bezochten.
Ziedaar de zaak, zegt pleiter. Zij is in dat
huis geweest,- maar onder die omstandighe
den na verleid te zijn, niet wetende wat te
doen en in het slechte gesteund door mannen
nomina sunt odiosa die op de hoogste
trappen van de maatschappelijke ladder ston
den. Dat zij nu erkent in dat huis te zijn ge
weest en zichzelf beschouwt als une femme
depravé, onteert haar niet, maar eert haar.
In die omstandigheden maakte zij kennis
met Sakurada. In hem zag zij het middel om
zich op te heffen uit het slijk waarin men haar
gebracht had. Zij had indruk op hem ge
maakt. Hij vroeg haar hem te volgen. Zij
deelde hem mede wat er met haar was voor
gevallen. En Sakurada vroeg haar en schreef
haar met hem mede te gaan, belovende haar
te zullen huwen in Holland of later in Japan.
De correspondentie van haar met Sakurada
getuigt van eene geheel andere relatie dan
van een vrouw, die de wereld kent en voor
deel zoekt bij 't zingenot dat zij verschaft.
Pleiter betoogt thans dat J eanne Sakurada
volgde in de gedachte zich te kunnen rehabi-
liteeren. Haar leven was ingetogen en voor
beeldig. Dat buiten echtelijk beschouwde zij
als een huwelijksleven dat haar voor 't oogen
blik redde en in de toekomst een gewenschte
positie zou verschaffen.
Hij schetst het onwaardig gedrag van Sa
kurada ten haren opzichte en ontkent dat
Jeanne zich van hem zou hebben laten loskoo-
pen. Voorts wijst hij op Jeannes eerlijke be
kentenis en komt thans tot de quaestie der
toerekenbaarheid. Waar twijfel bestaat zegt
pleiter, dat geen Nederlandsch rechter een
grond voor dien twijfel ter zijde zal leggen en
een ongelukkige ten prooi van dwaling bren-
gen.
Pleiter is aan 't einde van zijn taak.
„Moge gij, Jeanne Lorette," zegt hij, „als
gij straks in de eenzame muren der gevan
genis zijt teruggekeerd, troosteloos zonder
vrienden of magen, in een vreemd land,
neem dan met u mede de hoop, dat gij u
bevindt voor Nederlandsche rechters, man
nen van recht, maar ook van gemoed.
„Er zijn twee soorten van arresten, een,
dat waarde heeft voor de rechtsannalen,
een ander gegeven onder bepaalde tijds
omstandigheden en met 't oog op omstan
digheden, waarin belangrijke vraagstukken
van waarheid en recht ter sprake komen.
Er zijn arresten, die men vergeet. Er zijn
andere waarvan landgenoot, en vreemdeling
gewaagt, waarop de tijdgenoot, roem en
eer vraagt. Zoodanig arrest verwacht ik
van u voor de beschuldigde."
Het pleidooi van mr. Haas met veel
zeggingskracht en vaak met gloed voor
gedragen, maakte veel indruk. De besch.
hoorde het aandachtig aan, vaak hare tra
nen afwisschende. Om ongeveer 4 uur was
het pleidooi afgeloppen.
De procureur-generaal, mr. Van den Bergh,
repliceerende, wijst er op, dat wel uit Me
chelen maar niet uit Molenbeek St. Jean
gunstige attesten zijn overgelegd. Hij komt
er tegen op, dat de verdediger Sakurada,
die zich niet kan verdedigen, bezwaart om
zijne cliente in de hoogte te steken, al aoht
hij het een fout, dat de verslagene zich in
een vicensen kring bewoog. Hij ontkent,
dat Sakurada een trouwbelofte heeft gedaan,
veeleer kan uit het slechte Fransch van Sa
kurada worden opgemaakt, dat hij besch.
aan een ander wilde huwen.
Vergelijkingen met buitenlandsche recht
spraak gaat niet op. Armand Peltzer, in
België ter dood veroordeeld, zou hier door
geen Procureur-Generaal ten crimineele zijn
vervolgd en wat de zaak van mevr. Clovis
Hugnes betreft, waar zijn hier de beleedi-
gingen, waaraan die vrouw heeft bloot ge-
lan
Mr. Haas dupliceertHij houdt vol, dat
er een trouwbelofte aan besch. is uitge
geven en zijn heilige overtuiging is, dat een
vergrijp als de verslagene tegen deze besch.
pleegde, haar zijn woord te geven en het te
breken, hem maakte tot plus misérable qu
'elle.
Tal van Nederlandsche vrouwen zien dan
ook met belangstelling en sympathie naar
het vonnis over deze vrouw. Het briefje,
dat besch. schreef te Rotterdam, bewijst of
niets öf dat de schrijfster krankzinnig was.
Zij was te trotsch voor haar nagedachtenis
omdat zij als victime d'amour zou willen
sterven voor dien Japannees. Daarom schreef
zij het briefje. Ten slotte doet pleiter een
beroep op de rechters. Waar besch. zeide
Mijn leven is geëindigd, daar roept pleiter
de hulp in van de rechters om het leven
te redden van een 20 jarige vrouw, die zoo
geleden en gestreden heeft, dat de maat
schappij niets meer van haar te eisohen
heeft.
„Van u, mijne heeren, verwacht ik steun
om dat léven niet te vernietigen, maar dat
gij het, met den eed voor God en uw ge
weten afgelegd zult kunnen overeenbrengen,
om deze vrouw dadelijk of binnen den kortst
mogelijken tijd terug te geven aan de maat
schappij, waarvan zij met haar aanleg nog
wellicht eenmaal een sieraad worden kan
(Levendig en aanhoudend applaudissement
op de tribune, bravogeroep.)
De Voorzitter: „Er mogen geen teekenen
van goedkeuring gegeven worde, zelfs niet
na de grootste welsprekendheid. Beschul
digde, hebt ge nog iets toe te voegen aan
hetgeen uw verdediger heeft gesproken
De besch.„Alleen dit, dat alles wat ik
bedoelde, als ik zelf sprak, was, dat ik niet
worde beschouwd door het publiek en de
rechters als een slechte, maar als een onge
lukkige, diep gevallen vrouw.
De Voorzitter: „Het Hof zal uitspraak
doen a. s. Donderdag, 24 dezer, des na
middags te 3 uur.
Een dronken tuinman, genaamd
John Williams, had verleden Woens
dag een ontzettend ongeluk in Li-
verpool. Hij viel in slaap op een
der drijvende steigers, die met de
vloed en eb op de Mersey op en neder
gaan. 't Was eb toen hg over den
leuuing liggende in slaap viel, met
het hoofd tegen het houten huis, waar
een der stoombootdirecties kantoor
houdt. Met den vloed rees de stei
ger en raakte het hoofd van den
dronken man beklemd tusschen leu
ning en huis. Een politie-agent zag
wat gebeurde, doch 't was hem on
mogelijk het hoofd los te krijgen,
dat meer en meer in de klem geraakte.
Men stelle zich den doodsangst van
den dus wreedgewekten dronkaard
voorDe politie-agent riep om hulp
en een paar voorhij komende tim
merlieden snelden toe en zaagden
een vierkant uit de beplanking van
het huis. De man werd gered na
een ontzettende les te hebben gehad.
Op last van de Italiaansche
regeering heeft Krupp( te Essen, een
stuk geschut vervaardigd, dat 120.000
KG. weegt. Het monsterkanon moet
thans naar zijn bestemming worden
vervoerd, maar voor zulk vrachtgoed
heeft geen enkele spoorwegdirectie
haar materieel ingericht. Den fa
brikant blijft geen anderen weg open
dan het kanon per scheepsgelegen
heid naar Italië te laten overbrengen.