T
'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINTE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
No. 1320
Zaterdag 10 October 1885.
Dertiende Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
DE TRIOMF DER LIEFDE.
AlDonnement
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
BnreaniSPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
AtiLvertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Kalender der Week
OCTOBER, (Wijnmaand), 31 dogen.
Opkomst der Zon 6 u. 20 m.
Onderg. 5 u. 10 m.
Zondag 11
Maandag 12
Dinsdag 13
Woensdag 14
Donderdag 15
Vrijdag 16 Eerste kwartier.
Zaterdag 17
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 9 Oct. 1885.
De 1ste luit.-ingenieur J. Z.
Stuten is van bier naar Amsterdam
overgeplaatst, om werkzaam te zijn
op bet bureau van den majoor, eerst
aanwezend ingenieur aldaar.
Maandag is het testament van
mevr. Kleine geopend. De laatste
wil der kunstenaresse is geweest,
dat bare erfgenamen slechts het
vruchtgebruik zullen hehben van bare
geldelijke nalatenschap. De sommen,
die telkens vrijvallen, zullen worden
gebruikt tot vorming en uitbreiding
van een fonds, dat den naam van
Kleine-fonds" draagt, en waaruit
aan oude en behoeftige tooneelisten
hulp kan worden verleend.
Schenkingen en bijdragen voor bet
fonds worden gaarne aangenomen.
De overledene beeft tot administra
teurs van het fonds benoemd de hee-
ren A. C. Wertheim, S. J. Bouberg
Wilson en J. L. A. Schut.
De koninklijke goedkeuring op de
statuten van dit fonds is gevraagd
en reeds verkregen.
Het Haagsche Dagblad kan
thans mededeelen, dat Jeanne Marie
Lorette aan Z. M. den Koning gratie
heeft gevraagd van de haar opge
legde correctioneele (gemeenschappe
lijke) gevangenisstraf, zóó en in dier
voege, dat die straf zal worden ver
anderd in een celstraf van minder
langen duur.
Zooals gemeld is, wordt de so
cialist Van Raaij gerechtelijk ver
volgd wegens zijn Stemrechtlied. Van
welk allooi dit lied is, kan hieruit
blijken, dat de leden der Eerste Ka-
FEUILLETON.
42.
Roman van
B. M. KAPRI.
met daarin genoemd wordenWoe
keraars, dieven, eerste klas."
Over gezonde en zieke zenu
wen is de titel van een geschrift
van den door geheel Europa beken
den en gewaardeerden krankzinni
gen-dokter baron von Krafft-Ebing,
dat nu in 2den druk te Tubingen
is in 't licht verschenen. Het is een
populair en aangenaam geschreven
werk voor een hoofdkwaal van on
zen tijd, de zenuwachtigheid, en be
vat zeer veel nuttigs, om dat kwaad
zooveel mogelijk tegen te gaan. In
de inleiding wordt onze nerveuse
tijd geschetstin hoofdstuk I het ze
nuwkapitaal en de zenuwarbeid be
handeld in hoofdstuk II de oorza
ken van de zenuwziekte nagegaan
in hoofdstuk Hl het behouden van
de gezondheid der zenuwen in een
aanhangselhet voorkomen van de
zenuwziekten bij daartoe voorbe
schikte menschen in hoofdstuk IV
worden behandeld de vormen, waar
onder genoemde ziekten zich uiten
in hoofdstak V algemeene grond
stellingen voor de behandeling van
zenuwziekten. De strijd om het be
staan met al zijne talrijke gevol
gen maakt een groote bron uit van 't
kwaad, wat evenzeer geldt van de
gejaagdheid over het geheel, waar
onder het leven thans bij zooveel
menschen zich voordoet.
Thans hebben ook Gedeputeer
de Staten van Noord-Holland ad-
haesie betuigd aan het plau der hh.
Buma en Van Diggelen, in zake
de afdamming en droogmaking der
Zuiderzee. Het bestuur van alle aan
grenzende provinciën ook van Dren
te zal op de vergadering verte
genwoordigd zijn.
Naar de Z- C. verneemt, zal de
algemeene vergadering eerst uitge
schreven worden als zoo niet al
le dan toch het meerendeel der te
verwachten antwoorden bij de hh.
Buma en Van Diggelen is ingeko
men. 't Is dus van veel belang dat
de beetnren zich zoo mogelijk spoe
dig verklaren.
Zaterdag vervoegden zich bij
den goud- en zilverkashouder v. H.
aan de Voorstraat te Dordrecht een
heer en een damt, die eenige voor
werpen wenschten te zien. Voorge
vende geen keus te kunnen maken,
verlieten zij kort daarna den winkel,
doch bij het opbergen van het ver
toonde bleek, dat een gouden hals
ketting, ter waarde van circa f12,
met hen verdwenen was. Terstond
werden nasporingen in het werk ge
steld, doch tot heden tevergeefs.
Een commissionair in plaats
vervangers en nummerverwisselaars
te Amsterdam, zekere B., heeft zich
dezer dagen uit de voeten gemaakt,
zeer ten nadeele van aantal milicien-
plaatsvvervangers der lichting 1884,
die in September met onbepaald ver
lof zijn vertrokken en hunne afbe
taling wachtten.
Deze manschappen, zoo schande
lijk bedrogen, hebben zich thans tot
de ouders der lotelingen, voor wie
ze gediend hebben, gewend om ver
goeding,
Dieven hebben Woensdagnacht
van het booze weder gebruik ge
maakt om eens goed hun slag te
slaan.
Het perceel No. 9 aan de Prins
Hendrikkade bij de Haarlemmersluis,
te Amsterdam waarvan het beneden
gedeelte onbewoond is, is Maandag in
veiling geweest en was dus in de
vorige week op zekere dagen publiek
te bezichtigen. Na een dier kijkda
gen werd wel is waar een sleutel van 't
sousterrain vermist, doch hierop werd
geen acht geslagen. Toch schijnt men
zich van dien sleutel bediend te
hebben, om binnen te komen.
Het schot, dat het benedenhuis
scheidt van den ingang der boven
woning, was zeer dun en daaruit kon
dus gemakkelijk zoodanig een stuk
worden uitgebroken, dat de dief met
zijn hand de deur van dat bovenhuis
van binnen kon openen. Toen moet
hij weer buitenom zijn weg hebben
gekozen om de bovenverdiepingen te
bereiken, waar hij uit een linnen
kast een bedrag van f 480 aan geld
en bankpapier en eenige sieraden
ter waarde van f600 a f700 heeft
ontvreemd.
Een penantkastje, eveneens open
gebroken, bevatte niets wat van des
bezoekers gading was.
De dief heeft zich gewoon weder
door de huisdeur verwijderd, die hij
behoorlijk achter zich heeft toege
trokken.
De bewoners, die nog een ver
dieping hooger sliepen, hebben van
het nachtelijk bezoek niets ge
merkt.
De commissaris van politie Stork
heeft Woensdagmorgen een onder
zoek in loco ingesteld.
In de Kerkstraat, te Hilver
sum, had Dinsdagnamiddag te half
zes een ongeval plaats, dat ernsti
ger gevolgen had kunnen hebben.
De heer P. bemerkte dat het in
een zijner vertrekken naar gas riek
te. Om de oorzaak ervan op te
sporen, streek hij een lucifer aan,
waarop onmiddellijk het gas ont
brandde. De uitwerking was hevig.
Met een geweldigen slag werden
de glasruiten verbrijzeld en de
vlam sloeg naar buiten, Het deur
kozijn werd uit zijn verband gerukt,
terwijl de kamerdeur en een der wan
den scheurden. De heer P. bekwam
gelukkig slechts weinig letsel.
Voor de Haagsche rechtbank
verschenen Maandag twee ventjes
uit Leiden, 11 en 12 jaren oud. Zij
huilden dat het een aard had en
toonden diep berouw te gevoelen
over de daad, die hen derwaarts
voerde het plukken van een hoe
veelheid peren uit een boomgaard
aan de grens der gemeente op 3
Aug. jl. De bestolen landbouwer
verscheen slechts als getuige om de
vruchten als zijn eigendom te her
kennen, daar hij wel meermalen over
perenstrooperij door jongens geklaagd,
doch geen aangifte van dit geval ge
daan had. 't Waren twee- politie
agenten, die de knaapjes op heeter-
daad betrapt en naar het commis
sariaat medegenomen hebben, bin
nen welks muren zij reeds voor hun
snoepzucht hadden geboet met een
arrest van 's middags 3 tot 's avonds
10 uren.
Op verzoek van den Viee-presi-
dent constateerden de twee politie
dienaren dat 't hun niet bekend was,
dat de commissaris de kinderen over
die toeeigening van peren had on
derhouden, wat z. i. wellicht wen-
schelijker geweest ware, terwijl een
der rechters bovendien wegens de
uiterst geringe waarde van de peren,
in de verschijning van die knapen
hier nogal iets hards gelegen vond.
De kleinste van de twee zeide ge
plukt te hebben omdat »hij dacht
dat het land van niemand was."
De subst.-offic. wees op de talrijke
vruchtelooze klachten van eigenaren
van tuinen te Leiden, over wegne
ming van vruchten en meende dat
nu eindeljjk eens een les moest ge
geven worden, overtuigd dat deze zou
uitwerken, dat voortaan in de tui
nen de eigendom door de Leidsche
jeugd meer gerespecteerd zou wor
den. Al vond hij 't treurig dat kin
deren reeds op zoo jeugdigen leef
tijd moesten terechtstaan, achtte hij
zich niettemin verplicht tegen ieder
f3 boete of een dag gevangenisstraf
wegens eenvoudigen diefstal te
eischen.
Uitspraak over 8 dagen.
Door de dames J. te 's-Hage
is, door tusschenkorast van ds. Moll,
een som van f 9000 geschonken
voor stichting van een Normaal
school voor christelijke onderwijzers
aldaar.
Naar de Voltaire verneemt,
hebben de Zwitsersche douanen een
met den geest der tijden strookende
vermeerdering van werkzaamheden
gekregen.
Wanneer het grensbeambten noo-
dig voorkomt, zullen de »poufs" van
dames, die op de wijze der Hotten-
totsche Yenus getooid zijn, in den
vervolge worden onderzocht.
De moderne uitwassen der moderne
tijden worden op de grenzen van
Zwitserland veelvuldig tot smokke
len aangewend.
„Het doet er niet toe; ook die mogelijk
heid schrikt mij niet af, dokterriep Alferro.
„Marion zal gelukkig zijn, want zij heeft mij
lief en ik, ik aanbid haar. En krijgt zij een
maal haar verstand terug, dan zal dat ontwa
ken geen schrik meer voor haar zijn. Zij zal
zich hier als meesteres gevoelen, en tevens
als bewonderde, aangebeden vrouw van een
man, die getuige was van haar onverdienden
smaad en die alleen door haar zijn eerlijken
naam te geven, bewijzen kan, dat hij niet aan
haar twijfelde."
De dokter wischte zich deoogenaf; toch
klonk zijn stem toornig en driftig.
„Ik wensch u geluk! dat zal een fraaie
echtverbindtenis wordenseide hij met eene
mislukte poging om den draak mei Aiferro's
plan te steken. „En gij denkt werkelijk, dat
ik mijn hand zal leenen tot die dwaasheid P
Ik ben bpvendien recht nieuwsgierig, om te
weten, hoe gij haar dat huwelijk aan het ver
stand zult brengen."
„Met uw vaderlijke hulp en raad zal dat
wel gaan, dokter."
„Met mijn.... hm? gij zegtP Dat is sterk!
Integendeel, reken er op, dat gij in mij een
tegenstander vindt. Ik acht het mijn plicht
u van dat huwelijk af te. houden."
„Dat zult gij niet, dokter. Gelooft gij dan,
dat Marion, als zij genezen is, den man, die
baar vurig bemint, zou afwijzen, als hij haar
om haar hand vroeg."
„Dat is een ander geval.... dat is...."
De dokter zeg op zijn horloge.
„Sapristi ik moet weg.... ik hoop,
dat gij, als ik terug kom, verstandiger znlt
wezen.,.."
En de kleine dokter ging haastig heen,
zonder cr zich rekenschap van te kunnen ge
ven, wat hij denken moeBt van dat grooto
kind, van dien dertigjarigen man, die voor
het eerst van zijn leven beminde, en wel be
minde met zooveel vuur.
negende hoofdstuk.
De herfstwind ruischte door de takken der
boomen in het park en dreef de gele bladeren
voor zich uit.
Vaak stond Marion voor het venster harer
prachtige woning en keek naar buiten naar
den zoom van het woud, dat dagelijks bree-
dere roode eu gele streepen toonde. Pe treu
rige verandering in de natuur stemde haar
droefgeestig. Wat was er van haar paradijs
overgebleven P
„Zoo wisselen dan ook in den hemel lente,
zomer en herfst!" vroeg zij treurig. „Ook
hier verwelken dus de bloemen, verstommen
de vogels en vallen de bladeren af P"
„Ook hier Marion," had Alferro haar eens
geantwoord, toen hij haar in zulk een stem
ming vond, „maar om spoedig weer opnieuw
te gaan bloeien, mijne geliefde."
„Ik dacht, dat het hier eeuwig zomer zou
blijven," antwoordde Marion.
„En waarom, MarionOok hier luistert
alles naar de wetten der natnur. Alleen de
liefde in ons haart bloeit eeuwig."
Het jonge meisje leunde haar hoofd tegen
den arm vaa den markies en zag hem pein
zende aan.
„Nu begrijp ik het eerst," zeide zij glim
lachende.
Wat bedoelt gij, mijn meisje-"
..Zie! Gij weet dat ik u menigmaal ge
vraagd heb, waarom het toch noodig is, dat
onze liefde ook bier nog plechtig zou worden
ingezegend. Ik dacht eerst, dat het genoeg
was, als onze harten zich zoo geheel aan el
kaar hadden overgegeven. Maar thans be
grijp ik, dat het waar is, wat gij mij in den
laatsten tijd reeds meermalen zeidet, dat wij
ons ook hier houden moeten aan de wetten
der natuur en des levens. Want ook wij zul
len hier veranderen, verwelken en vallen als
de bladeren daar ginds, om eenmaal weer in
een anderen nog schooner hemel op nieuw
vereend op te staan."
Verrukt en toch weemoedig hing Alferro
met blikken van liefde en bewondering aan
het schoons gelaat der lieve dweepster, die
hij in zijne armen hield Zal dan, zoo dacht
hij, deze heerlijke ziel met dien onuitputte-
lijken schat van reine gevoelens nooit meer
tot baar volle bewustzijn komen P
8ederthij Marions jawoord meer afgedwon
gen dan verkregen had, meende hij vaak op
gemerkt te hebben, dat hare gedachten hel
derder en verstandiger geworden waren. Het
«m vaak, alsof hare woorden weer geheel het
kenmerk van een terugkeerend verstand droe-
geu, maar met ontzetting dacht hij er dan
aan, wat wellicht weer het gevolg zou zijn
vau eene poging, om Marion geheel aan haar
waan te ontrukken.
Ook Dubois ging het zoo. Maar toch
duurde het wachten hem bijna te lang, en
zeker met niet minder ongeduld dan Alferro
verlangde hij nu naar het oogenblik, dat Ma
rion Aiferro's echtgenootc zou zijn, opdat hij
nogmaals eeu poging tot genezing zou kun
nen aanwenden.
Eindelijk brak dat oogenblik aan. Op een
middag vau een der laatste dagen van Sep
tember zat in het salon van Marions woning
een diep bewogen groepje te wachten op de
komst der jonge bekoorlijke bruid. In een
stoel bij het venBter zat de goede dokter Du
bois. Hij zou de plaats vau bruidsv ader ver
vullen. Hoeveel moeite hij ook aanwendde,
toch was het ook hem niet mogelijk zijne aan
doening geheel te verbergen. Hij had het
zeker nooit gedroomd, ja eigenlijk begreep hij
het zelf nog niet, hoe hij, Dubois, er toe kon
komen, getuige te zijn bij het huwelijk van
een waanzinnige met een waanzinnige,
want zoo noemde hij Alferro somtijds, hoewel
hij toch ook langzamerhand meer gunstige ge
volgen van dezen stap was gaan verwachten.
Ondanks alle moeite, die hij aanwende, om
zich als bruidsvader in zijne eigen oogen be
lachelijk te maken, kon hij toch niet ontken
nen, dat hij heden ernstiger gestemd was dan
ooit. Zijn hart vloeide over van vriendschap
en bewondering voor Alferro en van vader
lijke liefde en deelneming voor Marion.
Verder vinden wij nog vrouw Bertrand in
de kamer, zoo sierlijk als zij slechts komen
kon. Van tijd tot tijd lachte zij Alferro be
moedigend toe, maar vaak toch bracht zij,
door aandoeaing overmand, haar zakdoek aan
de oogen.
Wat Alferro betrof, zijn hart was vervuld
met vreugde en tevens met zórg, en
zijn gelaat verraadde dit maar al te duidelijk.
Dubois zag hem bezorgd aan.
„Gij ziet bleek, zeer bleek, Alferro," zeide
hij; „Vergun mij als vriend u nog ter elfder
ure onder het oog te brengen, dat niemand
het u kwalijk kan nemen als gij terugtrekt,
wanneer u deze stap te zwaar valt."
Alferro legde zijn hand op den arm van
Dubois.
„Gij vergist u volkomen in mij, Dubois,"
zeide hij kalm. „Ik heb nog geen oogenblik
gehad, waarin de gedachte dat Marion mijn
vrouw zal worden, mij niet tot de gelukkigste
aller stervelingen maakte."
„Hm.... onzin, Alferro," viel de dokter
hem in de reden.
„Tooli ia het zoo, Dubois; hoe zou ik an
ders den moed gehad hebben, mijn lot aan
dat van Marion te binden. Voel ik niettemin
al den ernst van het oogenblik, dan is het,
omdat ik met medelijden op haar neerzie,
daar zij niet al do vreugde mede kan onder
vinden, die mijn hart op dit oogenblik ver
valt. Als deze dag haar nu maar niet in haar
vorigen toestaud terugbrengt, dan ben ik
voor de toekomst niet oang. Een zoete hoop
fluistert mij toe, dat mijH sohoone, beminde
Marion, aan de hand eener zorgende liefde,