't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
TUBSGQEN KRUIS E TEMPEL
No. 1371.
Woensdag 7 April 1886.
Veertiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
EEN GOUDEN FEEST.
FEUILLETON.
ATDonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
AdLvortoiitiüii
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn
HELDER, 6 April 1886.
De zaal van Tivoli, netjes gedeco
reerd, was Zaterdagavond stampvol, en
geen wonder, men wist, dat men wat
goeds en schoons zou zien. De Scherm
en Gymnastiek-Vereeniging «Oefening
kweekt Kunst" herdacht op feestelijke
wijze haar vierjarig bestaan. Denken
we terug aan het eerste jaarfeest, dan
is de uitdrukking »met reuzenschreden
vooruitgaan" hier ten volle van toepassing.
Dit heeft de vereeniging te danken aan
de goede leiding van 't bestuur, aan de
bekwaamheid en energie van den direc
teur, den heer Oosteuveld, en bovenal
aan de eendrachtige samenwerking der
leden. Na de opening door den presi
dent, den heer C. S. Jaring, begonnen
de werkzaamheden, waaraan ook de aspi-
ranten-afdeeling, knapen van 12 tot 16
jaren, deelnam, 't Verwonderde ons niet,
dat menig moederoog met snelheid de
rijen overzag, om daarna den blik te laten
rusten op haar zoon haar zoon, die
ook in zijn helderwit pakje en getooid
met een blauwe sjerp, een kranig figuur
maakte. We vertrouwen, nu de ouders
gezien hebben,hoe de schooloefeningen aan
de ringen werden geleid, geen moeder
zich meer bezorgd zal maken, dat haar
lieveling bij de gymnastiekles een onge
luk zal krijgenimmers we zagen met
eigen oogen, dat van de knapen geen
kunsten gevergd worden, die bezorgd
heid kunnen wekken. We hebben om
te beginnen, van de aspiranten gespro
ken, omdat de knapen voor 't eerst toonden,
wat ze geleerd hadden een gymnastiek-
uitvoering van jongens is toch voor de
meesten een onbekende zaak. Waartoe
een goed gymnastiekonderwijs leiden kan,
zagen we aan de leden van «O. k. K"
Waren de toeren aan rek en ringen niet
stout, niet gracieus Kon men bij de
orde-oefeningen hier niet ten volle den
nadruk op orde leggen Zagen we
geen proeven van kracht, moed en vlug
heid, die met recht een daverend applaus
verdienden en dan ook ontvingen Dat
werken spreekt tot 't hart der jeugdige
knapen, beter dan de uitgezochtste woor
den kunnen doen, en onder hen zouden
we reeds kunnen aanwezen, die bij vol
hardende oefening niet minder zullen zijn,
wanneer ze den volwassen leeftijd naderen.
Met juisten blik heeft 't bestuur begrepen
dat ook op 't terrein der gymnastiek de
dichtregelen van toepassing zijn
in der jonkheid hand
Ligt de toekomst van ons land."
En daarom is men begonnen met onzen
spes patriae de gelegenheid tot oefe
ning te geven. En de toekomst der
gymnastiek, aan 't noordeinde van Hol
land, leden van L. t. K., vertrouwen we
gerust toe aan uwe handen, al zijt ge
jong van jaren. Uw krachtig optreden
en volhardende ijver hebben 't spoor ge
baand, dat door 't volgende geslacht kan
betreden worden. Aansporing, om op
den ingeslagen weg voort te gaan, be
hoeft ge niet, want dat denkbeeld ligt
reeds in u.
Een paar zustervereenigingen, «Pro-
Patria" en «Lycurgus" uit Schagen, ver
eerden 't feest met hare tegenwoordig
heid. Hadden dé gymnasten in den voor
avond een zware taak en parelden bij
menigeen de zweetdroppels op 't voor
hoofd, tengevolge der inspanning, van
vermoeidheid was geen sprake bij jonge
lieden, wier kracht door oefening gestaald
isdat was blijkbaar op 't bal, waar
met een ijver werd gedanst, alsof men
in plaats van gewerkt te hebben, eenige
uren had zitten rusten.
De officier-machinist der 2de klasse
A. J. Over de Linden, geplaatst bij de
conservatie aan 's rijks werf te Amster
dam, wordt met 1 Mei a. s. overgeplaatst
bij de conservatie aan 's rijks werf te
Willemsoord en vervangen door den offi
cier-machinist der 1ste klasse J. Gudde.
Tengevolge van het dezer dagen
door den Min. van Oorlog vastgestelde
voorschrift op de verstrekking en de ver
antwoording van munitie, zal het artil
lerie-magazijn te Amsterdam, behalve voor
een aantal andere garnizoensplaatsen, ook
moeten voorzien in de noodige munitie
van draagbare wapenen voor de dd. schut
terij te Helder.
De samenstelling der bemannin
gen, die dienst zullen doen aan boord van
de verschillende oorlogsschepen, welke dit
jaar in dienst zullen worden gesteld, wordt
overgelaten aan den directeur en com
mandant der marine te Willemsoord, en
zal derhalve niet meer plaats hebben aan
de afdeeliug personeel van het departe
ment van marine.
Naar men verneemt, zal aan de
tenue in gewonen dienst voor de onder
officieren der Kon. Ned. zeemacht wor
den toegevoegd een hoog sluitend jasje,
vervaardigd, naar gelang van het klimaat,
van duffel, laken of greiu, en voorzien
van twee rijen, elk van vijf gebombeerde
vergulde knoopen.
Yan de uit zee terugkeerende Kat-
wijksche bomschuit De Jonge Dirk is,
terwijl men gep. Dinsdag 's namiddags
7 uur beneden Katwijk visschende was,
door een golf overboord geslagen de ma
troos Jacob van der Bent, oud 19 jaren.
Pernis, 2 April.
De stoomlogger Satoe beeft onze haven
verlaten en is naar Vlaardingen vertrok
ken, om van daar uit onder de reederij
van den heer Pot, ter visscherij te gaan.
Het bleek spoedig dat de nieuwe schipper
al even weinig er mede kou verdienen
als de oude, daar niettegenstaande voor
de vangst hooge prijzen worden gemaakt,
de besomming verre beneden de onkosten
bleel. Uit informatiën uit andere lauden
ontvangen, blijkt dat het daar met de
stoomvisscherij al even slecht gesteld is,
en zoowel in Engeland als in België ver
scheidene schepen niet meer uitgaan.
Men schrijft uit Schagen
Ten opzichte der verlichting verkeeren
de burgers onzer gemeente eenigszins in
spanning. De concessie onzer gasfabriek
spoedt ten einde; de Raad is niet geneigd
de fabriek voor rekening der gemeente
te doen exploiteeren, terwijl de pogingen
van hen, die getracht hebben de fabriek
over te nemen om daarna de concessie
te aanvaarden, schipbreuk hebben gele
den op de booge eischen van den tegeu-
woordigen eigenaar. Voor de groote ka
pitalen, voor den aanleg betaald, zoowel
door particulieren als door eorporatiën
(de N. H. Kerk alleen betaalde daarvoor
meer dan 1500 gulden) zou het zeker
jammer zijn, dat de fabriek nu werd ge
sloten. Ook dé straatverlichting, die al
niet schitterend is, zou er niet heter op
worden.
De schrijver der Brieven uit de Hof
stad aan de Arnh. Ct. deelt mede, dat
de vergadering van den sociaal-democra-
tischen bond, waarop tot Yan Raay's uit
werping besloten werd, zóó onstuimig
was, dat de president na het uiteengaan
buitengewone voorzorgsmaatregelen noo-
dig achtte. De heer Domela Nieuwen-
huis werd dien avond naar huis geleid
door een eerewacht van twee politie
agenten, die den apostel der sociaal-de
mocratie moesten beschermen tegen zijn
eigen sociaal-democraten. Ziedaar Ne-
mesis in hare volle humoristische kracht
aan het werkDe zoo wakker uitge
scholden politie ingeroepen om den wel-
doenden burger tegen de onwillige bur
gers, zijn volgeliugeu, den goeden herder
tegen de weerspannige schapen de hand
boven het hoofd houdenZulk een con
trast doet de wezelijken waarde der bewe
ging, maar vooral die van den snorken
den aanvoerder, die al opruiende en sto
kende zich in den regel zoo fraai buiten
schot weet tc houden, aan het licht tre
den.
Te Parijs, dus vertelt het Berl. Tagbl.
had een jeugdige vicomte een liaison met
een jonge dame, die zeer op de producten
der nieuwere roinau-lectuur gesteld is en
Mr. de Camors, Nana, Les Liaisons dan-
gereuses, Artnand Sylvest.re en in het bij
zonder La dame aux Camelias, letterlijk
verslonden heeft.
Op zekeren dag, toen zij zich in haar
bondoir bevond, werd de vader van den
vicomte aangediend en zij liet hem bin
nenkomen. «Madame" begon de bezoe
ker, een elegant oud heer, die de orde
van het Legioen van Eer droeg: «mijn
zoon heeft u lief."
»Ja mijnheer," antwoordde de dame.
«Mijn zoon heeft.
«Een zuster", riep de juffer, aan de be
kende scène tusschen Marguérite Gauthier
en den ouden heer Duval denkende.
«Neen, geen zuster, maar een nichtje,
waarmee hij sedert jaren verloofd iswilt
gij de liaison met mijn zoon afbreken, dan
bied ik v tweehonderd-duizend francs,
waarvoor ik u dadelijk een chèque zal
geven." De dame ging op het voorstel
in; zij schreef een briefje met de woor
den: «Cher Raoul, ik heb je niet langer
lief, ik geloof zelfs dat ik je nooit heb
lief gehad. De hemel zij met je, pour
toujours" enz'
De papa kreeg het biljet, stak het in
zijn zak en gaf den beloofden chèquehij
kuste de hand der dame, die hein zijn
zoon terruggaf plengde een traan en ver
dween.
Nauwelijks was lig vertrokken, toen
de jonge dame een ring ter waarde van
tienduizend francs miste, die zij van zoon
lief ten geschenke had ontvangeneen
nader onderzoek toonde aan, dat ook vele
andere voorwerpen van waarde waren
verdwenen.
De pseudo-papa was een zeer gewone
spitsboef geweest, die de bestolene nog
een tweede leelijk koopje bakte, want bij
stuurde haar briefje san den jongen vi
comte.
Tot op den buidigen dag heeft de be
klagenswaardige ring, geld noch vicomte
teruggezien Pauvrette
Charleroi, 3 April.
De toestand is zeer bevredigend. Overal
wordt gewerkt. Maandag werd algemeen
het werk hervat.
Maandag is een oproer uitgebroken
in de gevangenis van jeugdige veroor
deelden te Florence. De weerspannigen
moesten door de militaire macht worden
bedwongen velen van beide zijden wer
den gewond. Den vorigeu dag zijn 33
gevangenen uit een huis van arrest bij
Montpellier ontsnapteen groot deel van
hen is weder gevat.
In 1885 werd op de Noordwestelijke
kust van Jutland (Denemarken) een zeer
groote hoeveelheid schol gevangen, in het
geheel, wel 12 millioen KG. Daar men
op zulk een vangst niet was voorbereid,
moest het grootste deel voor spotprijzen
worden verkocht. Ook dit jaar belooft
de vangst ruim te zullen zijn, maar zijn
tevens maatregelen genomen voor uitvoer
bij geheele wagenladingeu, twee malen
per week.
Door armoede gedreven, hebben een
man en vrouw zich te Parijs in een klein
hotel het leven benomen. Zij hadden
geloot wie van beiden den ander zou ver
moorden, om daarna de hand aan zich
zelf te slaan. Het lot had den man aan
gewezen, die zijne vrouw door middel
van een zakdoek worgde. Hierna schoot
hg een revolver in den mond af. In een
brief, welke op tafel was achtergelaten,
werd de reden van den dubbelen moord
beschreven.
Voor een onzer plaatsgenootenden
heer H. Daarnhouwer, die als hoofd der
gemeente-school no. 3 sinds 1841 en in
dezelfde kwaliteit te Koegras van 1836
1841, meer dan een geslacht heeft helpen
opvoeden, is 't heden een gewichtige dag.
Vijftig jaren iu dezelfde gemeente de
leiding eeuer school gehad te h°bben, is
een zeldzaamheid. De lieer D. heeft dan
ook velen zijner leerlingen overleefd en
van 't thans bestaande geslacht is door
hem meermalen grootvader, zoon en
kleinzoon onderwezen. Na zulk een
langdurigen en zwaarwichtigen arbeid,
waarbij ook nog in de laatste jaren het
directeurschap der Normaalschool gevoegd
wasmag men zonder overdrijving van
een welverdiende rust spreken.
Begrijpelijk is het, dat menigeen zich
opgewekt gevoelt om dezen merkwaar-
digen dag voor den geachten jublilaris
tot een feestdag te maken een feestdag
bij uitnemendheid en gaarne stemmen we
in met den wensch, dat de heer D. nog
lange jaren van zijn pensioen genot moge
hebben en op zijn ouden dag den zegen
der gezondheid genieten.
Door de goede zorgen van het onder
wijzend personeel was het schoolgebouw
netjes en doelmatig gedecoreerd. De
kinderen zagen er knapjes uit en wacht
ten hedenmorgen de komst van hunnen
onderwijzer af. Toen de heer Daarnhouwer
Een roman uit den tegenwoordigen tijd
van
39. H. WIGHART.
Manuel ontstelde; een donkere, toornige
blik was op de steeds langzamer sprekende
Olga gevestigd.
Laat hem zijn geluk, mijn hartje, en
kom bij mijmorgenvroeg moest ik vertrek
ken, maar ik wil niet. Alleen als gij bij mij
blijft, zal ik hun gehoorzamen, hun, u, de ge
heele wereld, maar hem niet! Hij wilde mij
kwijt zijn, daarom wees hij mij de deur;
kom, laat ons gaan! Zij kuste de zachte lip
jes en drukte de kleine handen aan haar
gloeiend voorhoofd. Ik heb zoo onuitspre
kelijk naar u verlangd, lieveling, gij moogt
niet weggaan, gij moogt niet, of ik sterf met
u! Ik was zoo ziek toen hij mij wegjoeg en
ik kon toch niet blijven, ik kon niet riep
zij luid snikkende een meid had hij beter
behandeld dan mijGij weet niet wat ik bij
hem te wachten had, gij weet het niet, Bruno
Hare smart was zoo hoog ernstig, dat de
professor haar niet in de rede durfde vallen.
Maar ik zondigde toen ik wegging. O
hoe hard straft God mij voor wat ik misdre
ven heb! Hij maakt dat mijn geweten mij
aanhoudend verwijten doet. De storm buiten
huilt van mijne zonden, de bliksem verkon
digt ze aan de menschen, om hen te waar
schuwen, en de donder roept ze door de ge
heele wereldHoort ge wel wat een weer
he^ is? Wees maar niet bang, lief zoet kindje,
ik zal je tegen alles beschermen het onge
luk is heilig en ik ben zoo ongelukkig!
Doe dit niet, Olga! gij hindert het kind.
Zijne stem klonk niet meer zoo scherp.
Zij zag op bij het hooren van die stem
Ik niet, gijzelf hebt het kind doodgemarteld,
omdat gij het zijne moeder ontnomen liebt
in plaats van haar hebt gij anderen geroepen
bij mijn kind! Wat heeft deze vrouw met
Olga's kind te maken? Weet gij niet, dat ik
haar haat, haar, u en de geheele wereld?
Zij weet niet wat zij zegt, verontschul
digde tante.
Geef mij mijn kind, zij zal het niet aan
raken riep zij buiten zichzelve zij zal
niet! Met een onverwachten greep nam zy
den kleine uit zijn wiegje en stond zegevie
rend voor de aanwezigen.
De professor kon zich niet langer beheer-
schen hij ging naar de wonderlijk staren
de vrouw en trachtte haar het kind af te ne
men.
Het kind ligt te sterven riep hij, be
vend van aandoening wilt gij zijn dood
strijd verlengen onnatuurlijke moeder?
Raak mij niet aan!
Een bliksemstraal verlichtte het vertrek en
werd door meerdere gevolgd, die een zwavel-
achtigen reuk achterlieten. Kletterend sloeg
de regen tegen de ruiten, donderslagen deden
het huis dreunen. En te midden van dezen
vreeselijken strijd der elementen stond eene
doodsbleeke vrouw met een zonderlingen blik
in hare blauwe oogen.
Manuel zal met bevreemding de vochtige
door den regen bemorste japon, de fladderende
verwarde haren, het strakke ingevallen ge
laat. Haar uiterlijk vervulde hem met ver
wondering en vrees
Naast de tafel stond een kleine eenvoudige
stoel, waarop zij vaak den kleine gestreeld en
gekust had. Olga ging er op zitten met
haren lieven buit en boog zich geheel over
Bruno heen, als wilde zij hem ontrekken aan
de blikken der aanwezigen. En de kleine
opende nog eenmaal de oogen, een teeken van
leven dat de moeder met een vreugdekreet
begroette zij streelde en kuste de koude
1 landen en fluisterde er tusschen in, totdat de
dood de oogleden voorgoed sloot en de laatste
ademtocht zich in haren kus oploste.
Manuel kwam naar haar toe. Zij draaide
onwillig het hoofd om. Hij slaapt den
doodslaap! De doffe klank zijner stem deed
haar opschrikken zij tilde het kleine lichaam
op, legde haar oor aan zijne lippen, zij luisterde
naar het kloppen van zijn hart alles bleef
stil, vreeselijk stil. Toen ontsnapte hare borst
een zucht zoo vol smart en droefheid, zoo uit
het diepst liarer ziel geboren, dat Manuel een
rilling door de leden voer. Op dit oogen-
blik gevoelde hij zijn medelijden ontwaken.
Olga, zeide hij teer en zich met geweld
bedwingend, gij moet berusten, wij hebben
hem verloren!
Zij beefde of zij de koorts had, de smart
scheen haar den adem te benomen.
Geef mij het lijkje, zeide hij en hij strekte
zijne hand uit.
Met angstige kalmte zag zij hem aan en
legde waarschuwend den vinger op de lippen:
Hij slaapt, zeg ik u. O stil, stil, maak hem
niet wakker. Ga weg, hij is bang, dat gij
hem uit mijne armen wilt nemenKijk hij
daar eens liggen. Ja, nu kan ik liet mij weer
herinneren.
Zoo lag hij ook toen gij hem mij gaaft om
hem voor 't eerst te kussen. Doe uwe oogjes
open, lieveling, dan kunnen zij niet meer zeg
gen dat gij dood zijt. Spoedig, ik ben zoo on
gerust! Gij komt toch niet in den Hemel,
zeggen zij, keer dus weder! Wat wilt gij doen
onder die liefdelooze engelen, die geen krans
mogen vlechten om uw mooi haar en uwe
stem zullen doen verstommen, keer tot ons
weer om u te laten streelen en kussen! Ik
kan het toch niet helpen, lieveling, dat zij u
minachten.
Olga, Olga, bezin u Manuel nam
haar bij den arm waar zijn uwe gedach
ten?
Red hem, red hem! riep Olga gij
hebt uzelven zoo vaak een redder in den
nood genoemd red nu ons kind! zij
greep Manuels hand en hield haar va3t.
Zeide ik niet, dat ik uwen godsdienst haatte
Geloof het niet, Manuel red het kind en
het zal u toebehooren, u alleen. Laat hem uw
geloof aannemen, maar red hem van den dood.
Gij kunt het! Ontwaak, riep zij gillend
wat zou u anders in den slaap kunnen sto
ren, als het mijne stem niet ware, die met
den donder wedijvert? O, blijf daar niet zoo
strak en bleek voor mij liggenkon ik do
wereld maar uit hare voegen rukken, om mij
onder hare puinhoopen te begravenDe furiën
glijden op den bliksem naar omlaag, het berouw
met zijn lijkkleur voorop en daarachter de
vrees met haar klapperend gebeente en de
schaamte met hare bloode trekken zij dra
gen ketenen aan de handen zij stormen op
mij aan o, red!
Manuel was geheel verslagen hij greep
haar hand, zij was klam en koud. Alleen
haar voorhoofd was gloeiend heet. Bedaar,
bedaar toch, zeide hij geruststellend ik ben
bij u.
Bij mij zeide zij, luisterend. Het
is niet waar Manuel is dood zeg hem,
Bruno, als gij hem weer ziet, dat ik morgen
weg moet morgen vroeg ach wie weci
waarheen? Zij wreef zich krampachtig over
het voorhoofd. Weet gij, fluisterde zij met
een vertrouwelijk lachje, wat zij mij van hem
verrellen? Hij moet een vrouw gehad hebben,
oen trotsche voorname dame, die ook vroom
was ja, vroom moet zij geweest zijn
maar hij, hij moet haar nooit lief gehad heb
ben, maar wel een andere, een Joodsch meisje,
die heeft hij bezocht o wat moet zij schoon
geweest zijnIk weet alles wat zij samen ge
fluisterd hebben, want ik heb het ook onder
vonden, toen maar het is zoo lang gele
den, dat ik het bijna vergeten heb.
Wordt i
elgd.