't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1388.
Zaterdag 5 Juni 1886.
Veertiende Jaargang.
Atoonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advortontlën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
KALENDER DER WEEK.
JUNI, (Zomermaand), 30 dagen.
Opkomst der Zon 3 u. 42 m.
Onderg. 8 u. 15 m.
Zondag 6
Maandag 7
Dinsdag 8
Woensdag 9
Donderdag 10
Vrijdag 11
Zaterdag 12
Eerste Kwartier.
Israël. Pinksteren.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 4 Juni 1886.
Bij het lilt. math. examen ie Leiden,
is Dinsdag nog geslaagd de heer A. Met
selaar alhier, eveneens leerling aan de
school voor lager en meer uitgebreid
lager onderwijs van den heer Vastenou
alhier.
Het in de vorige week alhier aau
de Binnenhaven opgehaald lijk is geble
ken te zijn van een vroegeren inwoner
alhier, genaamd Wisse.
Blijkens een bij het departement
van marine ontvangen telegram beeft
Zr. Ms. schroefstoomscbip 4de kl. »Java"
in den namiddag van 31 Mei jl. Point
de Galle verlaten, koers stellende naar
Batavia.
De bewering, dat de vele en soms
hooge assurantiën veeltijds oorzaken der
vele branden op het platteland zijn, heeft
eenige maatschappijen, waaronder die te
Zutfen en anderen, op nieuw tot een
onderzoek in Drenthe gebracht naaf de
verzekerde panden, om eenige wijziging
in de verzekeringen te brengen. Zoo
wil b. v. de Zutfensche Maatschappij van
gebouwde eigendommen slechts het 3/4
der werkelijks waarde verzekeren, terwijl
de verzekerde het 1/4 dier waarde voor
eigen rekening neemt. In dat geval zal
er niet zoo licht iemand door den brand
uit den brandkomen. De verzekeringen
worden algemeen zeer verschillend ge
sloten, en eenig onderzoek daarnaar is
ook voor verzekerden zeer wenschelijk.
Het aantal verzekeringen tegen brand
schade neemt op het platteland in Drente
in de laatste jaren zeer toe. In dorpen,
waar vroeger slechts enkelen der meest-
gegoeden hunne eigendommen hadden
verwaarborgd, is thans zelfs de kleinste
keuter of veehoeder tegen brandschade
verzekerd.
Een huzaar, van het 3de regiment,
te 's-Gravenhage in garnizoen, die Maan
dagavond wegens wanordelijk gedrag door
een patrouille werd gearresteerd, maakte,
bij zijn overbrenging naar de kazerne,
van een onbewaakt oogenblik gebruik
om bij de brug over het water aan de
Mauritskade zijn geleiders te ontsnappen
en in den modderpoel water is het
niet te noemen te springen.
Hoewel spoedig hulp werd verleend,
was de man reeds in de modder gestikt.
In de »Dord. Ct." leest men het
volgende schrijven
Aan Het Buraau Der Dorsche Drukkerij
der Koorant te Dordrecht.
Sliedrecht 29 mei.
Var zoek aan u edele De aventensie te
Herroepen in uwe korant van 29 Mei
daar er Geen C. Gemeente te Dirksland
bestaat en ik Gistere eerst het beroep der
rrjje Griffermeerde gemeent aldaar ont
vangen heb dus Geen spraake kan zijn
van bedanken Dus moet zijn Beroepen
bij de vrije Ger Gemeente te dirksland
Ds M v d Spek te sliedrecht Leeraar bij
de vrije Ger Gemeente te sliedrecht.
U Dienaar Ds M v d Spek.
In Januari jl. verzond iemand te
Maarsbergen naar 's-Gravenhage een kist,
inhoudende twee stukken spek, een car-
bonade, boerenkool, appelen en peren. De
geadresseerde vermiste daaruit twee stuk
ken spek en een carbonade. Van die
vermissing werd bij den stationschef aan
gifte gedaan. Een dientengevolge ingesteld
onderzoek bracht aan bet licht, dat zich
in het keteltje van O., die als conduc
teur had dienst gedaan op den trein,
waarmede het goed verzonden was, twee
stukken spek bevonden, welke volgens
den alzender van bet goed groote over
eenkomst hadden met de verzonden
stukken. Het gevolg was, dat tegen den
conducteur O. een strafgeding werd aan
hangig gemaakt, hetwelk ten gevolge had,
dat hij zich Dinsdag voor het Hof te
Amsterdam te verdedigen had tegen de
beschuldiging van diefstal. Zijn bewering
luidde, dat hij aan dat misdrijf ten eenen-
male vreemd was en dat hij het in zijn
keteltje gevonden spek gekocht had van
een boer te Emmerik, van waar de trein
gekomen was. Een mede-conducteur, als
getuige geboord, verklaarde, dat bij O.
inderdaad te Emmerik met een boer
heeft zien spreken hij had echter niet
opgemerkt, dat die boer iets verkocht
bad aan O. De advocaat-generaal, mr.
Jolles, was van oordeel, dat de diefstal
en de schuld van den besch. daaraan,
wettig en ovprtuigend bewezen waren en
requireerde, met het oog op de geringe
waarde van het ontvreemde, 4 maanden
celstraf. De verdediger, mr. Th. Heemskerk,
poogde de verschillende aanwijzingen, die
tegen den beschuldigde waren te berde
gebracht, te ontzenuwen en drong op
vrijspraak aan.
Het Hof te Amsterdam heeft Dins
dag vrouw T. en hare dochter, beiden
wonende te Amersfoort, vrijgetproken van
de beschuldiging, gezamenlijk een boer,
die haar herberg bezocht, bestolen te
hebben.
Over het verband, dat er tusschen
het groeien en het toenemen van den
mensch bestaat, heeft docter Hansen, de
directeur van het Instituut voor doof
stommen te Kopenhagen, nauwkeurige
waarnemingen gedaan. Te dien einde
woog hij drie jaar lang de 130 kinderen
uit zijne inrichting driemaal daags en
mat ze iederen dag éénmaal. De uit
komst van zijne onderzoekingen was, dat
de mensch niet regelmatig, maar met
tusschenpoozen grooter wordt, en dat in
de tijdperken van rust zijn gewicht toe
neemt. Het maximum van toeneming in
gewicht lag bij verreweg de meeste kin
deren in den herfst en den winter; bij
het begin van den zomer begonnen ze te
groeien en bleef hun gewicht op dezelfde
hoogte. Hansen vergelijkt deze uitkom
sten met zijne waarnemingen van plan
ten, bij welke ook bleek, dat zij in den
tijd dat zij bladeren en bloesems krijgen,
niet in dikte toenemen. Eerst van Juni
of Juli af beginnen zij te groeien en in
den herfst komen zjj tot rust. Behalve
deze jaarlijksche bewegingen heeft Hansen
ook nog kleinere afwijkingen waarge
nomen, zooals bijv. die, dat het lichaam
bij een verhooging der atmosferische
temperatuur over het algemeen aan ge
wicht toeneemt.
In Fraukrgk wordt weder het proces
over de zestig millioenen van Jean Mistral
voortgezet, dat reeds herhaaldelijk voor
de rechtbanken kwam. Men kent de ge
schiedenis. Sedert 1840 vertoeft in het
krankzinnigengesticht Point-Saint-Cöme te
Montpellier de millionnair Jean Mistral
sedert veertien jaar nu geeft zich een
bloedverwante van dezen grijsaard alle
mogelijke moeite om hem uit de gevan
genschap te verlossen.
Jean Mistral had als verkwistend zoon
van een gierig vader zich eenige buiten
sporigheden veroorloofd, was tegen den
zin zijner familie naar het buitenland
gegaan, bad in Polen een chanteuse,
Dombrowska, getrouwd, en zich met deze
naar Provence op reis begeven, toen zijn
geld opraakte. Met vrouw en kind wist
bij, liedjes zingend, door Duitschland en
Frankrijk naar huis te komen; naast een
ellendige kar met een mager paard loo
pend, in lompen, kwam hij eindelijk in
zjjn geboorteplaats Saint-Rémy aan, en
passeerde een café, waar zijn vader met
eenige vrienden zat.
De oude Mistral sprong woedend op,
greep zijn zoon aan, met de woorden
Hij is gek!" en riep politie-agenten die
den jongen man in hechtenis namen. Na
eenige heftige tooneelen werd Jean Mistral
door de bemoeiingen zijns vaders in een
gekkenhuis gebracht, en zijn vrouw, wier
huwelijk met hem nog niet in Frankrijk
gelegaliseerd was, met smaad en schande
weggejaagd. Het kind stierf later, zij
zelve trouwde met een ander, en verscheen
nog voor drie jaar, als getuige voor de
rechtbank.
De oude Mistral was iutusscbeu gestor
ven met achterlating van een groot ver
mogen het kwam aan zijn twee kinderen,
een getrouwde dochter en den zoogenaam-
den krankzinnige. De man en later de
zoon van deze dochter, mevrouw Ber-
nardMistral, administreerden het ver
mogen van den krankzinnigen oom, dat nu
met de rente ongeveer zestig millioen be
draagt. Het proces loopt nu tusschen de
Bernards en een neef, Fournier, die Jean
Mistral wil doen vrijlaten. De Bernards
beweerden, dat Jean Mistral geheel on-
feschikt was om het gesticht te verlaten
'ournier zeide, dat| veertig jaren in een
dolhuis voldoende zouden zijn om een
zeer verstandig man gek te maken, maar
dat Mistral het redelijk goed uitgehouden
had, en zich zeer goed bedroeg. Het bof van
Tarascou, dat de zaak te behandelen had,
besloot Mistral zelf te hooreu. De grijs
aard verscheen, wel zeer schuchter, maar
verstandig, en de rechtbank beval zijne
invrijheidsstelling. Thans houdt het regelen
van zijn vermogen de belanghebbenden
meer bezig dan de late rechtvaardigheid
jegens een man, wieu men 47 jaren van
ziju leven onroofd heeft.
Een hevige brand heeft Zaterdag
avond laat te Berlijn groote schade aan
gericht, en verlies van menschenlevens
veroorzaakt. Hij brak uit in een mackine-
oliefabriek in de Schinkelstrasse. Uit een
der ketels stroomende olie vatte vlam, en
binnen weinige oogenblikken stond dit
gebouwwaar een paarhonderd vaten
olie lagen, en waarbij 5000 vaten bars
waren opgestapeld, in lichte laaie. De
aldus gevoerde ontzettende vlammen wa
ren niette stuiten, en tastten de omstaande
buizen aan, welks bewoners ternauwer
nood tijd hadden om het leven te redden.
Een bejaarde vrouw kwam in de vlam
men om en een andere vrouw wercl ge
dood door een wanhopige sprong uit een
venster. Twee brandweermannen werden
gewond; een hunner zeer ernstig. Voorts
zijn een aantal huisdieren, vooral hoen
ders en ander gevogelte, verbrand. De
puinhoopen beslaan nagenoeg een uitge
strektheid van één hectare. De schade
wordt geraamd op 4 a 5 millioen Mark
en een groot deel dergenen die alles ver
loren, onbemiddelde lieden, waren niet
verzekerd.
Van alle landen op deez' aard
Is Holland m(j 't meeste waard.
Zoo ooit, zelfs in de roemrijkste dagen van de
Republiek der Vereenigde Provinciën, deze spreek
woord geworden dichtregelen waarheid bevatten,
dan voorzeker is het nu. Wij Nederlanders, waar
om weet ik niet, maar de naam Hollanders is mij
liever, hebben inderdaad reden ons gelukkig te ge
voelen te leven in ons klein, maar dierbaar vader
land.
Laat sommige Nurksen gerust beweren dat dit
leven slechts voorwaardelijk zoo genoemd mag wor
den, dat 't woord vegeteeren meer van toepassing
zou zijn, er zijn redenen te over om ons te verheugen
iu ons betrekkelijk hartstochteloos bestaan. Een
slechts vluchtige blik op andere volken, schijnbaar
materieel beter bedeeld dan wij, kan dit reeds staven
en m. i. kan 't geen kwaad voor een enkelen keer
rond om ons te zien, ten einde te beter te kunnen
waardeeren de voorrechten, die wij genieten.
Vestigen wij het oog op het machtige Albion, dan
verbijstert ons een rassenhaat, waarvan wij hier
geen begrip hebben. Is het mogelijk, vragen wij ons
af, dat twee volken, nevens elkander wonende, na
genoeg dezelfde belangen hebbende, zoo verschei
den van nationaliteit en karakter kunnen zijn, el
kander z<5<5 innig kunnen haten als slechts heersoher
en beheerschte, overwinnaar en overwonnene dit kan
nen doen? En is 't niet een droevig versohijnsel, dat
de overmachtige zoo zeer is ingenomen met zich
zelf, zoo onvoorwaardelijk aan eigen voortreffelijk-
heidgelooft, dat, wanneer in zijn midden een eerbied
waardige, bewondering afpersende grijsaard, een
man, jeugdig ondanks zijn ouderdom, edelmoedig,
rechtvaardig, wiens doorzicht en onbaatzuchtigheid
door vriend en tegenstander om 't zeerst worden
geroemd, zich opwerpt als kampioen eener onder
drukte natie, dat zulk een man zal ondergaan in
een strijd, dien hij voor z. i. verdrukten heeft aan
gebonden P
Gladstone, door 't Hof niet gesteund, door eene
groote meerderheid tegengewerkt, ondanks al
len, ook die alleen het verhevene van zijn moed en
de heiligheid zijner overtuiging begrijpen, zal val
len als een slachtoffer van nationale ijdelheid, die
Ierland een eigen bestuur weigert.
De gevolgen van dien val, of liever van het niet
aannemen van de ingediende Home-Rule Bill zijn
niet te overzien, doch ook zooder prophetischen
blik is het te voorzien, dat ton langen leste een
bloedige burgeroorlog niet kan uitblijven. Dit, ge
voegd bij de onophoudelijke inspanning, die Enge
land behoeft, om zijn gezag (P) te doen gelden in
Birma, in Egypte, op zoovele andere plaatsen
nog, kunnen o. i. niet anders dan onrust wekken
voor ben, die bij vrede in Engeland belang hebben.
Pas nog zijn onlusten in België in bloed ge
smoord, onlusten, die met weinig meer de propor
ties van een burgeroorlog hadden kunnen aanne
men, en het volk wordt stelselmatig opgewonden
door dagbladen van elke richting. Zonder te
spreken van „Le peuple" of„ni Dieu ni Maitre",
organen, die of vermomd öf openlijk de anarchie
voorstaan en die ondanks het doodzwijgen,
dat andere bladen op hen toepassen voort
durend en in steeds wijderen kring van ontevre
denen propaganda weten te maken, hitsen liberale
en clericale om 't zeerste de volksbartstochten aan.
Geregeld noemen de liberale bladen de partij
der independenten (een ander woord voor clerica-
len), die van den moordenaar van der Smissen,
een afgevaardigde die zijns vrouw heeft gedood,
terwijl de tegenpartij niet achterwege blijft even
zeer op de onwaardigste wijze hare tegenstanders
met ergerlijke ea laat ons er dit bijvoegen
laffe insinuaties te overstelpen.
Het gevolg is, dat van samenwerking zelfs
tegen het dreigende spook der anarchie geen
spoor is te vinden en dat België, in evenredigheid
een der meest industrieele landen der aarde, aan
een vooravond staat van eeneu industrieelen crisis,
die, met behulp van nog een paar werkstakingen,
haar van de wereldmarkt zal verdrijven.
Is het in Frankrijk beter? Geven ook daar de
werkstakingen te Decazeville, enz., de ondersteu
ningen die de stad Parijs daaraan toezendt, de pro
paganda, die de afgevaardigdeu in de kamer ma
ken, de verkiezingen te Parijs (honderdduizend
stemmen gegeven uan een anarchist) geen reden tot
bezorgdheid
Heilig Holland, waar noch Domela Nieuwen-
huis, noch anarchist vooralsnog kans hebben naar
't Binnenhof te worden afgevaardigd.
Duitschland, dat zich verheugt in het bezit van
den grootsten staatsman zijner eeuw, vindt het toch
noodig de scherpe wetten af te vaardigen op het
verblijf van niet-Duitschers binnen zijn grenzen.
Bismarck wil voorkomen, dat zieh mettertijd een
Dnitsch-Ierland vormt, hetwelk een bron vau onuit
sprekelijke ellende zou kunnen worden.
Wanneer heeft ooit onze regeering ook maar de
linste reden tot bezorgdheid gehad over een volk
als de Friezen, bijv., die met andere zeden ook eene
andere volkstaal hebben
Rusland, nu de tanden latende zien aan Enge
land, dan weer aan Turkije, Bulgurije, Oostenrijk,
Duitschland, China of welke natie ook, in zijn bin
nenste langzaam maar zeker verwoest door een
nihilisme, dat helaas maar al te zeer zich kon ont
wikkelen, om de verdorvenheid, omkoopbuarheid en
baat en heerschzucht van die lieden, die geroe
pen waren voor alles de voorspoedige en vreedzame
ontwikkeling des volks in de hand te werken.
En Turkije, waarlijk wel bet minst benijdens
waardige land van Europa. Aangevallen en ge
trotseerd door natiën, in kracht ver beneden het
staande, waagt het niet, anders dan door zekere
negatieve kruchtsvertooning, op te treden, wijl het
zich bewust is bijna zonder sympathie in ons wereld
deel alleen te staan. Bijna onverbloemd toch durfde
nog dezer dagen een Russisch blad de nabijzijnde
uitvoering te verzekeren van het testament van
Peter de Groote, dat men zegt de verdrijving van
de halve maan uit Europa voor te schrijven.
Maar meer nog dan zijne positie ten opzichte
van het buitenland, is de inwendige toestand hache
lijk. Het is onnoodig en ligt ook niet in het bestek
van dit artikel daarbij stil te staan, doch wel is het
voor de meesten onder ons duidelijk, dat het weder
Europeesch worden van Byzantium slechts eene
quaestie van tijd is.
Slaan wij Griekenland over, dat op 't oogenblik
het voorbeeld geeft hoe een geheel volk niet weet
wat het wil. Waar van daag bet bevel van giste
ren wordt ingetrokken, om morgen weer te worden
uitgevaardigd of vervangen door een ander ding,
even onlevensvatbuar.
Zelden i> 't wel vertoond, dat een gansch volk
den eenen dag even geestdriftig toejuichte, wat
het den vorigen als landverraad brandmerkte.
Van Spanje willen wij alleen hopen dat het ge
rucht waarheid bevat, dat de finantieele hulpmid
delen van Don Carlos zijn uitgeput en bem dus de
groote factor ontbreekt tot het organiseeren van
een opstand. Niettemin dreigt der monarchie in
deze oogenblikken een ernstig gevaar van de zijde
der republikeinen, terwijl ook de anarchisten, voor
heen nagenoeg onbekend, thans onrustbarende
vorderingen maken.
Duisterder echter dun in Denemarken is wel ner
gens de binnenlandsche politieke toestand. Daar
regeert Koning Christiaan met zijn minister Estrup
en maalt evenveel om de volksvertegenwoordiging
als wijlen Dathenns om zijn oude schoen. En bei
den, het volk en zijn vertegenwoordiging laten zich
dit welgevallen, betalen belnstingen, die niet door
de kamer ziju goedgekeurd en oefenen zich mid
delerwijl druk in den wapenhandel. Minister Estrup
ook. Deze engageert tegen hooge bezoldiging een
soort van leger-politie of politie-leger, waarop hij,
bij voorkomende en niet onmogelijke gebeurtenis
sen, kan rekenen. Het is echter te wenschcn en
ook wel te verwachten dat de Deensche libera
len, al voortgaande bclaiting te betalen en te wa-
penhandelen, in die beide uitspanningen een ge
schikte afleiding zullen vinden voor hun gemoede
lijken toorn.
Is het, vraagt ge mij, dan in Nederland zooveel
beter dan overul elders, dat daardoor de aanhef
van uw geschrijf wordt gereohtvaardigdP Ik aarzel
niet daarop volmondig ja te zeggen.
Wel hebben we een oorlog met Atjeh, die lang
zamerhand de afmetingen van onzen tachtigjarigen
aanneemt, en parenthesemen hoort en leest
steeds van een oorlog met Atjeh en zelden slechts
van de betengeling van den opstand aldaar. Wat
ter wereld, vraagt nu 't gezond verstand, kan ons
aanleiding geven om met een wildvreemd volk
oorlog te gaan voeren? Dat die lieden minder goede
zeden hebben (een der argumenten), kan wel waar
zijn, maar 't Nedcrlandscke volk is nog geen bende
ciitheobiseermeesters, en als de Atjehers op zeeroof
uitgaan moeten ze bestraft worden, maar kunnen
deze zaken aanleiding geven tot een veertienjarigen
oorlog en wel vraagt men zich af of die oorlog
niet mag eindigen; maar voor 't overige is'tin
onze overzeesche bezittingen rustig.
Wel wordt ook bij ons de Kamer naar huis ge
stuurd, maar bij zoo'n gelegenheid slaakt het volk
eeu zucht van verlichting en geen kreet van ™")ede,
want met dit congé wordt aan den bartewensch van
het groote deel des volks voldaan. Minder nette
lieden zonden zeggen, dat men 't gewauwel moede
is, dat een schijngevecht voert over de school, waar
aan du sedert onheuchelijke tijden bijna alle en
zeer dringende be'u »en worden opgeofferd.
Wél wc.-Jen vau4ijJ ^iljjd cont-acten
en concessiën verleend (men denke aan Billtou en
de gasfabriek te Amsterdam) waarbij een wèl on
derlegd handelaar de klus kwijtraakt, en wel zijn
er nog vele andere zaken, die juist niet een bron
van genot of tevredenheid opleveren, maur summa
suiumurum, wat leven we hier niet rustig,
wat zijn we niet vrij, wat heerscht er niet, ondanks
alle geschetter over malaise, een betrekkelijke
voorspoed.
Vreedzaam sohrijden wij voort en voorwaarts,
alles goeds verwachtende van de ongestoorde
ontwikkeling van ons zei ven en onze kinderen,
niet met wantrouwen in het hart tegen onze
regeering, maar vervuld van liefde en innige ge
hechtheid aan onzen Koning en zijn Hui9. We
weten dat onze rechten in Zijne hand veilig zijn,
en dat Hij de eerste zou ziju ons te wapen te roe
pen, tegen ieder die ze zou willen aanranden.
Mogen de gezegende regeering van onzen dier
baren Vorst nog jaren lang de beste waarborg
zijn voor de welvaart van Nederland en zijn volk.
L.
Handel reefct*
Handel recht, bij wel en wee
't Zij uw wachtwoord heel uw leven
In den strijd als in den vreê,
Moet het u voor oogen zweven.
Blyf trouw aau deez' leus gehecht
Handel recht
Handel recht! 't Zij men u prijst,
Of in 't slijk tracht te vertreden
't Zij men eerbied u bewijst,
't Zij gevloekt of aangebeden.
Goed is goed en slecht blijft slecht;
Handel recht
Handel recht! Waar 't kwade lonkt,
En tot slechtheid u wil sporen
Waar 't een boozen gloed ontvonkt,
't Goede in uw hart wil smoren.
Hoe ge ook tegen 't booze vecht,
Handel recht!
Handel recht! Vraag daarom niet
Hoe de menschen u wel heeten
Doe al wat uw plicht gebiedt,
Volg de stem van het geweten
Wat die stemme spreekt is echt.
Handel recht!