't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1418. Zaterdag 18 September 1886. Veertiende Jaargang. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Vertrekdagen der Mail naar Oost-lndië. KALENDER DER WEEK. NIEUWSTIJDINGEN. Abonnement per 3 maanden Linnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Aavertentlën van 1 tot 5 regels25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. 21 ii Hollandsche mail (uit Amsterdam). 21 ii ii (over Marseille). 25 i, Fransche Napels). Laatste lichting aan het Postkantoor alhier 7 uur 's avonds; alleen voor de Hollandsche mail over Marseille 1 uur 's namiddags. SEPTEMBER (Herfstmaand) 30 dagen. Opkomst der Zon 5 u. 48 m. Onderg. 5 u. 58 m. Zondag 19 Maandag 20 Dinsdag 21 Laatste Kwartier. Woensdag 22 Gelijkheid van dag en nacht. Begin van den Herfst. Donderdag 23 Vrijdag 24 Zaterdag 25 HELDER, 17 September 1886. Omtrent het boven water brengen van de te Nieuwediep gezonken Schorpioen wordt nog bet volgende gemeld aan bet Vaderland" Zooals vroeger is medegedeeld, bestond bij de commissie van ingenieurs van den waterstaat geen bezwaar tegen de afmaling van het dok tot 2.40 M. onder volzee. Sedert heeft echter de directie der marine tot vergemakkelijking der werkzaam heden tot opboeiing van de Schorpioen (waarvan het laagste pnnt van het vaste dek aan bakboord zijde op 3.70 M. onder volzee ligt) den wensch geuit om het dok tot 3.70 of 4 M. onder volzee itf te malen. Dit is op de Donderdag 9 dezer te Willemsoord gehouden tweede conferentie tusschen de waterstaats- en marine-ingenieurs van de zijden der eersten niet geweigerd, doch daaraan is toen de voorwaarde verbonden van afsluiting der zee- dokslnis aan de oostzijde met een dubbele schot- balkrij en grondvulling. Is genoemd blad goed ingelicht, dan hebben daarop de marine-ingenieurs langzamerhand wat van dat verlangen laten vallen, en is ten slotte het vroeger overeengekomene, namelijk afmaling tot 2.40 M. onder volzee aangehouden met die uitbreiding, dat, bij voldoende middelen om weder water in het dok te laten, wanneer dat noodig mocht worden, het dokpeil zooveel mag worden verlaagd, dat de vloerdeuren der zeedoksluis 2-60 M. water keeren, en daarbij in geen geval het dokpeil lager daalt dan 3 M. onder volzee. Hier door zal bet mogelijk worden, omstreeks laagwa- ter eenige uren met een lageren waterstand dan 2.40 M. onder volzee aan de opboeiing van het ramschip Schorpioen te werken, wat diea arbeid aanzienlijk vergemakkelijken en bespoedigen zal. In plaats van tegenwerking is bier dus slechts van medewerking en tegemoetkoming sprake. Zaterdagochtend 10 uur is de afmaling van het dok begonnen Maandag middag 12 uur was het dokpeil tot 2.40 M. onder volzee afgemalen. Zondag is de door den waterstaat aangegeven versterking der ijzeren vloeddeuren van de zee doksluis met geschoorde balken aangebracht, waarmede men des avonds 11 uur gereed is ge komen. Maandagmorgen is met bet opboeien van de Schorpioen langs de geheele bakboordzijde en aan de stuurboordzijde nabij den voorsteven begonnen. Het dokpeil wordt nu door de stoompompen op 2.40 M. onder volzee gehouden. Overeen komstig het op de conferentien bepaalde is het afmalen en de versterking der deuren geschied onder toezicht van den ingenieur van den water staat Welcker uit Alkmaar, die daartoe Zondag te Nieuwediep is gekomen. De le luit. bij het korps mariniers A. PTimmers, geplaatst bij 's rijks werf te Amsterdam en belast met den dienst der draagbare wapenen, wordt met den len Oct. a. s. ter beschikking gesteld van den commandant van dat korps en ver vangen door den ln luit C. N. Cazaux van Staphorst, terwijl aan den ln luit J. A. Gauw met denzelfden datum wordt opge dragen de betrekking van adjudant bij het 2de bataljon alhier. Naar men verneemt, bestaat het voornemen half November een transport van ongeveer 180 onderofficieren en min dere schepelingen der zeemacht per par ticuliere gelegenheid naar Oost-lndië uit te zenden. De kapitein van 't Ned. drankschip, die wegens smokkelen te Hartlepool is opgebracht, is veroordeeld tot een boete van f 540, terwijl de goederen aan boord ter waarde van f 4200 verbeurd zijn verklaard. Door een groot aantal grossiers, koffiehuishouders, tappers, slijters en ver dere belanghebbeuden bij den verkoop van gedistilleerd, benevens door de afdee- lingen van de Vereeniging Vergunning" de vereeniging Onderling belang,' te 's-Hage, en de »Vereeniging van klein handelaren in gedistilleerd" in Noord- Brabant, zetel Rozendaal, is een verzoek schrift verzonden aan de Tweede Kamer, waarin de grieven van den kleinhandel in sterken drank tegen sommige bepalin gen der drankwet worden uiteengezet. De verschillende verzoekschriften worden gesteund door een adres van instemming met de klachten dezer requestranten, on derteekend door groothandelaren in ge distilleerd te Rotterdam, oud-Delftshaven, Schiedam, enz. Bij de Dinsdag in den vroegenmorgen te Scheveuingen hervatte pogiügen, om door middel van lijnen, uit een vuurpijlen toestel geschoten, een stuk muur vau het afgebrande Kurhaus omver te halen, week een vuurpijl, met 3 kilo's buskruit ge laden, af, veroorzaakte eerst in Let Spuit waterbuisje onder de Galerie, en daarna in de restauratiezaal van dat gebouw groote schade aan meubelen en glaswerk, veranderde, toen zij tegen een muur dei- eetzaal stuitte, van richting, en ontplofte j ten slotte tegen den muur van het door j den brand gespaarde gedeelte van het Kurhaus. De machinist, met de bediening van het toestel belast, bekwam lichte verwondingen aan banden en gezicht. Binnenkort zal mevr. Bulkley naar de cellulaire gevangenis te Rotterdam worden overgebracht, daar die te Dord recht voortaan slechts als huis van be waring wordt gebezigd. Maandagnacht is aan den Wester- doksdijk te Amsterdam, een ark, waarin een geheel huisgezin aanwezig was, ge zonken. De vrouw alleen heeft zich kun nen redden, terwijl de man met vier kinde ren verdronken zijn. De vrouw kwam Dinsdagavond om 10 uur aan het bureau om eenige kleedingstukken vragen, daar zij niets had kunnen redden. Te Berkenwoude is in den nacht van Zaterdag op Zondag jl. een vreeselijke misdaad gepleegd. Een laudbouwersknecht is op zulk een gruwelijke wijze aan het hoofd gewond, dat hij eenigen tijd daarna aan de gevolgen is overleden. Kort vóór zijn dood heeft de ongelukkige de namen der daders genoemd. Door een paar personen was in het te Groningen verschijnend dagelijks ad vertentieblad een advertentie geplaatst, waarin voor f 5.50 per week een flink persoon werd gevraagd om eenig loep- werk te verrichten. Sollicitanten hadden zich tusschen 10 en 5 uur aan te melden aan het opgegeven adres. Tal van ge gadigden kwameu zich op de aangegeven uren aanmelden en de winkelier kon er zich op beroemen, nog nimmer zooveel drukte te hebben gehad. Wat was echter het gevalhij had geen looper noodig. De advertentie had dienst moeten doen om een vriend" te plagen; de inzenders hadden echter het adres verkeerd opge geven, waardoor de toeloop niet daarheen ging waar zij het wenschten, maar naar een van hen zelf. De persoon, die ge fopt zou geweest zijn, had van de zaak lucht gekregen en stond in zijn deur glimlachend de drukte bij zijn huurman aan te zien. De 21ste Juli was de warmste dag van dezen zomer. De thermometer Fahr. toch teekende toen ten 4 ure nam. 80°. Wat deze zomer te kort kwam aan warmte, gaf hij in ruime mate van half Augus tus tot eenige dagen in September een kleine maand lang, wanneer de thermo meter vaak tot boven de 80° teekende. Toch was deze zomer met zijn afwisselend weer zeer vruchtbaar. Na een langen winter, tengevolge waarvan de veldarbeid moest uitgesteld wo- ien, kwam in Mei de groei en daarmede telkens een ver kwikkende regen. Het weiland groende en bracht overvloed van gras voorthet rundvee had nergens gebrek. De hooi bouw slaagde uitmuntendook zonder op nahooi te rekenen, was de boer voor den winter geborgen. Voor de aardbeziën en frambozen was het weer soms te koud en te regenachtig; toch bleef de pluk verre van ongunstig. Er was een overvloed van aalbessen. Allerlei moeskruiden wer den met volle korven gewonnende voorraad aardappelen overtrof verreweg de behoefte aan dit gewas. De ziekte, die in den aardappel ontstond, had geen invloed op de toch reeds lage prijzen. Dat de zomer vruchtbaar was, bleek nog meer toen geheele scheepsladingen snij- boonen, komkommers en augurken ver zonden werden. Menigeen kon voor weinige centen ziju disch voorzien van malsche tuin groenten. Hoewel wat de boomvruchten, zooals peren en appelen, betreft, niet gespot mag worden, is de pluk van appelen op sommige plaatsen toch voldoende. Geurige meloenen wer den uit de bakken gesneden. Er kwamen pruimen, groot van stuk en êel van smaak ook perziken en abrikozen. Er zijn witte en blauwe druiven van het beste gewas en om te stelen. Het Westland slaagt ook met zijn wijnstok van den kouden grondde twijfel is opgeheven, dat de teelt van de beroemde Westlandsche druif, die achter was, dit jaar zou mislukken. Men dacht in Juli "1 moerbeien te plukken, maar het koele weer werkte niet mede Augustus en September hebben echter daartoe nog gelegenheid gegeven. Dat deze maanden met haar blakenden zonne schijn nog goed hebben gedaan aan het rijpend ooft en de eer van den grilligen zomer hebben opgehouden, valt niet te betwisten. De roos bloeit nog even bekoorlijk als in Juni; zij verloor nog niets van haar jeugdige kracht. En zoo zijn lusthoven en buitenplaatsen nog als overvol van allerlei heerlijke bloemen. Gelderland prijst zijn tabaksteelt en men weet niet dat ooit de welriekende hop zoo weelderig gebloeid heeft als dit jaar. Hoe bemoedigend voor onze Hol landsche dampers en geen bier zonder hop hoe geruststellend voor onze bier drinkers. Het is om er van boven zijn bier" te geraken. De Zeeuw belooft lekkere late aardappelen, die zeer weinig of in het geheel niet door ziekte ziju aange tast de zooveel voedzamer capucijners en groene erwten zijn reeds gedorscht. Yeur komt in de andere maand met een best gewas van andijvie en Rijnsburg met zijn hagelblanke bloemkool. Er zullen veel okkernoten te pellen vallenwaaruit weerprofeten opmaken dat er een strenge winter te wachten is. (Leid. Ct.) De beruchte roover Brunodie Calahrië gedurende verscheidene jaren onveilig maakte, is eindelijk gevangen genomen. Hij werd verborgen door aan hangers eener merkwaardige sekte, wier bestaan men niet vermoeden kan. Deze secte predikt de gemeenschap van goe deren en vrouwen en houdt geheime sa menkomsten, waaraan zeldzame ceremo niën en gruwelijke orgiën verbonden zijn. Zaak-Geel. Johan Herman Geel stond Woensdag voor het Hof te Amsterdam terecht ter sake van poging tot moord op den commissaris van politie Stork. Acht getuigen verschenen ter terechtzitting. Hunne verklaringen leverden niets nieuws op. De heer Stork verklaarde o, a. dat hijuit het vergaderiugslokaal buiten komende, bij het gebouw van den conciërge een vijftal menschen zag staan, die hem sterk fixeerden. Plotseling trad Geel, die in hun midden was, te voorschijn en de aanslag geschiedde. Bij zijn eerste verhoor voor den heer S. verklaarde Geel „met weerzinwekkende bedaardheid," dat hij hem had willen dooden. Met d9t plan had hij den heer S. opgewacht. Desgevraagd antwoordt de heer S. nog, dat tusschen den aanslag en G.'s eerste verhoor ongeveer een uur verliep. Besch. was bij dat verhoor uiterst kalm. Op een vraag van Mr. Boot, verdediger van Geel, antwoordt de heer S., dat hij bij zijn komst in het Volks park G. niet dadelijk heeft opgemerkt. Evenzoo dat op den bewusten dag de inspecteur Doornen- bos in botsing is geweest met den stoet, die zich gevormd had bij de aankomst van Domela Nieu- wenhuis. Maar de sabel is niet gebruikt„alleen het stokje is er eventjes uit geweest." Op dit alles verklaart G., dat hij bij zijn ver hoor op het bureel zeer zenuwachtig was, tenge volge van de onaangename bejegening, die men hem daar zonde hebben aangedaan. Den heer S- is van zulk een bejegening niets bekend. G. was z. i- zeer kalm. De rechercheurs Wagener en Panhorsfc, die besch. per rijtuig naar het bureel voerden, ver klaren dat G. onder weg hun medegedeeld heeft, dat hij den heer S. heeft opgewacht, met het plan hem te dooden, niet uit persoonlijken haat tegen dien ambtenaar, maar „om de zaak-' De winkelier in galanteriën Gille verkoopt revolvers als deze, waarmede de misdaad is be gaan. Maar hij kan niet verklaren een zoodanig wapen aan Geel verkocht te hebben. Get. de Boer, conciërge van het gebouw in het Volkspark, verklaart, dat Geel is bestuurslid van den Bond en dat het zooal niet diens taak, het dan toch op diens weg ligt de orde op het ter rein buiten de zaal te haddhaven en dus daar te surveilleeren. Get. Mater, secretaris vau den bond, zegt, dat Geel dit kon maar niet behoefde te doen. De Boer verklaart verder, dat besch. in het algemeen kalm is, maar zich wel eens zenuwachtig maakt. Van zenuwtoevallen, waar aan G. zonde lijden, weet hij niets. Bij zijn verhoor door den Voorzitter, geeft G. op dat hij niet weet, of hij, op 't oogenblik van het schieten, den wil had den heer Stork te doo den. De Voorzitter wijst G. er op dat hij door deze opgave afwijkt van hetgeen hij èn in de in structie èn voor den heer S. heeft verklaard. In de instructie verklaarde bij den heer S. te hebben willen dooden en ten bureele zelfs, dat bij met dit plan den heer S. had opgewacht. Op dit alles komt G. thans terug. Nadrukkelijk ook ontkent hij thans, dat hij zich geposteerd had met het doel den commissaris op te wachten en te dooden. De heer Mr. Jolies, adv.-gen., begon met den heer Stork geluk te wenschen met de mislukking van den aanslag en hoopte, dat deze den moed en de kordaatheid, die hij immer betoond had bij de uitoefening van zijn moeielijken plicht, zonde behouden. De eenige vraag die hier gedaan moet worden, is deze of er voorbedachten raad heeft bestaan Spr. beantwoordt die vraag bevestigend, vooral op grond van G.'s eigen bekentenis ik heb den heer S. opgewacht, met het doel om hem te dooden. Dat hij die bekentenis thans terug neemt, verandert niets aan de zaak. Als verdediger was thans het woord aan Mr. W. Boot. Deze betreurt het dat niet de gekozen raads man is opgetreden, èn omdat hij de zaak reeds langer kende dan spr. èn omdat deze in ervaring, wetenschappelijke kennis en welsprekendheid zoo veel hooger staat. Toch zal pl. zijn beste krachten inspannen. In de eerste plaats betwist hij het aanwezig zijn van voorbedachten raad. De jurisprudentie onder vigneur van den Code Pénal leert men o. a. kennen uit het arrest van het Haagsche Hof, in zake Jeanne Lorette, waarbij het niet bestaan van praemedita- tie werd aangenomen, terwijl het Hof niet zeker was dat er tusschen het tijdstip waarop het voorne men werd opgevat en dat, waarop het werd vol voerd, een moment van „kalm beraad" heeft gele gen. Dit nu is de juiste omschrijving. En al moge men haar voor den C. P. verwerpen, het nieuwe 'etboek geeft geen definitie en laat dus het begrip over aan de wetenschap, en deze erkend de ziens wijze vau het Haagsche Hof als de jniste. Welnu, tusschen het tijdstip dat ged. het voornemen op vatte, en dat, waarop hij het volvoerde, lag geen oogenblik van kalm beraad. Pl. tracht dit te be wijzen, door o. m. te wijzen op het feit, dat G. niet poogde een tweede schot te lossen of te ontvluch ten. En aan G's bekentenis becht hij weinig, dewijl zij ten politie-bureele, d. w. z. onder weinig kal- ineerende omstandigheden, werd afgelegd. Pl. is van meening, dat G. oorspronkelijk niet het voor nemen om den heer S. te dooden heeft opgevat, maar toen de heer 8. passeerde, werd G. opgewon den, en in dien toestand loste hij het schot. Pleiter vestigt eindelijk nog de aandacht op de omstandig heid, dat G. aan epilepsie lijdt. Spr. kan zulks niet bewijzen, maar besch. en zijne moeder hebben het hem verteld. De heeren drs. van der Eiden en Muntendam, die G. vroeger behandeld hebben, wilden geene verklaring afgeven, dewijl het reeds te lang geleden was, dat G. hun patiënt was. Welnu, die epilepsie veroorzaakt bij besch. een voortdurend zennwachtigen toestand, die voorbedachten raad uitsluit. Wat betreft de mogelijkheid om met het ge bruikte wapen iemand te dooden, naast de verkla ring van den ter terechtzitting gehoorden deskun dige, die zoodanige mogelijkheid aanneemt, staat die van een in de instructie gehoorden deskundige, die de mogelijkheid ontkent. Eindelijk nog protesteert pl. tegen den zwaren eiseh van het O. M. Geel toch is nooit met de justitie in aanraking geweest en heeft getoond een goed werkman te zijn, ten bewijze waarvan spr. overlegt een getuigschrift van een vroegeren pa troon van Geel. De besch. is geen moordenaar van professie, hij pleegde den aanslag niet uit eigen be- Eindelijk nog wijst pl. er op, dat er bij het volk te Amsterdam een zekere afkeer tegen de politie, niet tegen de autoriteiten in het algemeeu bestaat ons Vorstenhuis, onze burgemeester zijn bemind, alleen de politie niet. Daartoe is, naar pl.s. mee ning, wel eenige aanleiding. De taak der politie is zeker moeielijk, maar bij de vervulling daarvan ge bruikt zij niet altijd den noodigen takt. Vandaar zekere afkeer tegen haar. Welnu, ook dit moet z. i. eenigszins als verzachtende omstandigheid gelden. Streng moge's Hofs oordeel zijn over den dief, den moordenaar van professie, waar het geldt een on gelukkige, die in opgewonden toestand handelde, .1, naar plvertrouwt, 's Hofs uitspraak clement zijn. Na re- en dnpliek werd het onderzoek gesloten en de uitspraak bepaald op Dinsdag a. s. des morgens om 10j uur. In een boudoir. Op een tafel tusschen een assa photografieën ligt die van vorst Alexander van Bulgarije. Mejuffrouw A., het portret van den vorst ter hand nemendEen interessante verschijning, dat moet gezegd worden. Mejuffrouw B.Ik vind, men krijgt een schok door de leden er van Zoo gaat het mij ook, wanneer ik een we zenlijken vorst zie Dat verwondert mij niet. De mooie juffrouw A. luistert niet. Zij is zeer verdiept in de beschouwing van den „interes- santen" man. Heeft hij ooit bemind P lipst zij, in smach tend gepeins verzonken. Met een zekere Rosette of Risette of Rosi- nette moet hij in Sofia Och, zeker een vluchtige vorstenluim, een capriceZijn hart heeft zij niet kunnen vullen Overigens heeft zij sinds lang reeds afstand gedaan Evenals hij Hij heeft slechts als vorst afstand gedaan, niet als interessant man integendeel Dat is waar. Zijn ongeluk verleent hem een bijzondere bekoorlijkheid. Zijn ongelukP Laat ons zeggen zijn geluk! Hij is nu vrijgeheel vrij en bij -verdient het, gelukkig te zijn, gelukkig aan het hart eener vrouw, die hem bemint en hem verstaat. G. Alexander! Beklagenswaardig portretDe oogen van de looie juffrouw A. verteeren het bijna, en hun vuur brandt op de schoone beeltenis nog lang nadat mejuffrouw B. vertrokken is. Wat heeft zoo snel verdreven P Ook zij snelde naar den naasten platenwinkel, om zich de photografieën van den interessanten man in alle voorradige poses aan tc schaffen, en ook zij zit nn thuis en richt liefdesverklaringen tot de portretten en face en de portretten en profil. Één wenk, o, Alexander, en duizend blanke armen openen zich voor u en gij vindt aan menigen warmen boezem een anderen troon, een schooner Bulgarije. Gelukkige Alexander Ingezonden. Texel, 12 September. Als aanvulling van het stukje, behandelende de eigenschappen van 't Texelsoh schapenras, zou nog kunnen dienen, dat het bij ondervinding ge bleken is, veel sterker te zijn, en veel beter dan het gekruiste in staat is, ontberingen het hoofd te bieden; hetzij bij veel vochtig weer, of sterke droogte of felle koude, houdt het Texelsche schaap zich veel beter. Moet het gekruiste schaap steeds door kracht voer ondersteund worden, het Texelsche kan met veel minder even goed zijn vleesch behouden. Ook aan ziekten, waarvoor het gekruiste schaap ligt vatbaar is, schijnt het Texelsohe niet zoo onderhevig te zijn. Het blijkt om kort te gaan, dat het Texelsche schaap op Texel tehuis is. en het gekruiste zoowat als kasplant beschouwd kan worden, dat steeds oppassing vereischt. Daarenboven is het vleesch veel fijner, niet zoo vet en vrij van dien sterken reuk; die het Engelsch soort kenmerkt. Om al deze gunstige eigenschappen wordt het Texelsche schaap nu meer dan vroeger gezocht. De voorraad zuiver volbloed ras is evenwel niet groot, daardoor besteedt men thans ook flinke prijzen voor goede exemplaren. Heldersche Moppen. SLIM. Een boertje, dat in de stad zijn beurs is kwijtgeraakt, gaat het geval by de politie aan geven. „Hoeveel zat er in vraagt de commissaris. „Vijftig gulden," antwoordde het boertje, „maar schrijft u liever van rijf, want als ze weten dat er zooveel inzit, mochten ze het eens houden

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1886 | | pagina 1