Een bezorgd gemeenteraadslid.
GEÏLLUSTREERD HUMORISTISCH WEEKBLAD.
In de raadsvergadering eener kleine provin
ciestad kwam aan de orde„het bouwen van
een schouwburg." Toen nu de vroede vade
ren deze aangelegenheid wijd en breed had
den besproken, en wilden overgaan tot het
kiezen van een geschikt terrein, werden ver
schillende plaatsen genoemddoch all.en ver
worpen. Eindelijk werd besloten dat de schouw
burg op het Muntplein zou verrijzen. Daar
verheft een der leden zich van zijn zetel, naar
's mans uiterlijk te oordeelen een welgedane
spekslager, vraagt het woord en zegt: „Mijne
heeren! vóór wij beslist bepalen of het Munt
plein de aangewezen plaats zal zijn, meen ik
eerst iets in het midden te mogen brengen.
Mijns bedunkens dient in de allereerste plaats
door onzen gemeente-architect onderzocht te
wordenof op het Muntplein genoegzaam acus
tiek voorhanden is om er een schouwburg te
bouwen." 't Behoeft nauwelijks gezegd te wor
den dat het gesprokene een homerisch ge
lach deed uitbarsten, van den kant der leden
die wisten wat acustiek is; de anderen, die
dit niet wistenraakten in een pijnlijke verle
genheid, omdat zij het met zich zelf niet eens
warenaan welke zijde zij zich te scharen
hadden aan die van de lachers of aan die
van den van verontwaardiging glimmenden
spekslager, wien het vet zich door de poriën
zijner huid een uitweg baande. Aan dit oogen-
blik van spanning, waarin de eene partij aan
hare lachlust den vrijen teugel vierde, terwijl
het dof en onheilspellend gemompel dat uit de
andere partij opsteeg, een naderend onweer
voorspeldetrachtte de voorzitter een einde
te makendoor op welwillenden toon het voor
de acustiek bezorgde lid te onderrichten, dat
er eerst na het bouwen van den schouwburg
sprake kon zijn van acustiek. Nauwelijks wa
ren de woorden van 's voorzitters lippenof
daar barstte het onweer in volle woede los.
Met de vleezige vuisten op de groene tafel
slaande, zoodat de inktkoker en het notulen
boek telkens verschrikt opsprongen en het
lachen als bij tooverslag verstomdebulderde
de spekslager er in den waren zin des woords
op los, terwijl de lachers de onmogelijkste
grimassen zaten te maken om niet opnieuw
uit te barstenen de andere partijdoor met
een gelaat nog steeds van verontwaardiging
gloeiend, elkaar toe te knikken, hunne instem
ming betuigden met de woorden die van des
redenaars lippen rolden, en in Jt vijandige
kamp ontzetting moesten teweegbrengen. „Ja
juist, mijnheer de voorzitter, zóó gaat het hier
altijdzóó wordt er met de financiën van deze
gemeente omgesprongenzóó wordt hier altijd
het paard achter den wagen gespannenMaar
ik zeg het hier op deze plaats, waar de vrije
keuze mijner medeburgers mij geroepen heeft
om hunne belangen te behartigen, om te wa
ken dat er niet roekeloos omgesprongen zal
worden met de financiën dezer gemeente, dat
ik den plechtigen door mij afgelegden eed
trouw zal opvolgen, dat ik mij met al de mid
delen die eer, plicht en geweten mij voor
schrijven, ja met alles wat in mij is zal ver
zetten tegen uwe dwaze handelingen. Waar
zou het henen indien het nk den bouw eens
bleek, dat er geen acustiek was? Neen! ik
herhaal het: eerst de acustiek en dan de
schouwburg. Ik ben vóór dat dit belangrijke
punt ter tafel zou komen, met verschillende
aannemers te rade gegaan, en toen ik hun uwe
plannen meedeelde hebben ze allen zich letterlijk
den buik vastgehouden van 't lachen, en mij natuur-
i lijk in het gelijk gesteld. Toen heb ik ook gelachen
en kwam 't een oogenblik in mij op, dat ik
I uwe plannen misschien verkeerd kon begrepen
hebben; maar nu ik zie dat 't u ernst is, nu
j lach ik niet meer, nu kan ik alleen de ge-
j meente beklagen, die zulk een hoofd heeft."
Een daverend applaudissement van het publiek,
dat geheel schijnt te vergeten op welke plaats
j het zich hier bevindt, noodzaakt hem te zwij-
I gen, van welke gelegenheid hij gebruikmaakt
om zich het zweet van het glimmend aan-
schijn te vegen; maar nauwelijks is het pu
bliek tot de orde geroepenen wil de voor
zitter het woord nemen om hem te antwoor
den, of met een afwijzend handgebaar, ver
volgt hij: „Om zeker van mijn zaak te zijn,
ben ik een kijkje wezen nemen in de nieuwe
gevangenis te Arnhem. Daarmijneheeren
heeft de architect eveneens de onvergeefelijke
fout begaan van zich niet te overtuigen van
de acustiek van het terrein, vóór en aleer hij
begon te bouwen. En wat is het noodlottige
gevolg er van? De uitkomst heeft het alweer
geleerd: eerst doen en dan bedenken, 't is ver
keerd, mijne heeren! daar is op dat terrein,
in die gevangeniseen acustiekdie het prestige
van een gevangenis, vierkant naar de maan
helpt. Acustiek hoort in den schouwburg thuis,
niet in eene gevangenis. Daar was de acustiek
niet gewenschtze is er tochhier, waar ze
gewenscht wordt niet alleenmaar waar ze ver-
eischte is, zal ze misschien niet voorhanden
zijn, of niet in genoegzamen voorraad. Ik blijf
er dus op staan, wat ik zooeven gezegd heb:
den gemeente-architect zal opgedragen worden,
op de meest nauwkeurige manier, zooals zijn
vak hem dat geleerd heeftte onderzoeken of
het Muntplein genoegzame acustiek oplevert,
om daar een schouwburg te bouwen!"
Is het om op adem te komenis het omdat
zijn koker leeg is, de kloeke wachter, aange
steld om te waken voor de belangen der ge
meentenaren, de man die ten volle de ver
plichting begrijpt hem opgelegd door het in
hem gestelde vertrouwen, zwijgt, en de voor
zitter maakt van deze gelegenheid gebruik om
het voorstel in stemming te brengen, dat ten
slotte met schier alle stemmen verworpen werd,
daar verscheidene leden, die er aanvankelijk
mede ingenomen warenzich door de hilariteit
van de heeren leden en van het publiek, had
den laten bekeeren. Woedend staat de mis
kende man nogmaals op en zegt met eene door
drift bijna verstikte stem: „Mijnheer, de voor
zitter! gij hebt uw haan weer koning zien
kraaien; het spreekwoord: 't is slecht kersen
eten met de grooten, ze gooien u met de
steenenis hier weer aan den volke zichtbaar
vertoond; maar pas op, let op mijne woorden
als de schouwburg later afgebroken moet worden,
omdat er verzuimd werd eerst te onderzoeken
of er wel genoeg acustiek op het terrein voor
handen is, dan zult gij, groote, met steenen
gegooid worden. Wee u die de gemeente ten
verderve voert! wee de gemeente, die hare
kas gedwee als een lam ter slachtbank laat
voeren. Ik leg mijn mandaat nederik wil niet
langer zitting hebben in een raad, die 't zich
als hoofddoel schijnt te stellen de gemeente
ten gronde te richten; maar: ik verzoek aan-
teekening in de notulen, dat ik mij met hand
en tand tegen dit roekelooze besluit verzet
heb." En hiermede verliet hij de vergaderzaal.
Had hij gedacht zich onmiddellijk naar huis te
begeven om aan moedér de vrouw zijn weder
varen de vreeselijke miskenning die hem aan
gedaan wasmede te deelendan had hij ge
heel buiten den waard gerekend. Een joelende
menigte ontving hem daarbuiten met open ar
men en begeleidde hem huiswaarts onder het
zingen op eene bekende wijze van
En onze meester slachter, en die kent er geen
vrees
Hij zegt altoos waar het op staat
Hij zorregt altijd voor weduw en wees
Dat ze die niet zetten op straat.
En nu het er op aankomt waar de schouwburg
zal staan
Heeft hij weer eens flink mee gepraat;
Zonder acustiek kan er toch geen tooneel bestaan
Niet eerst bouwenwant danis het te laat
En onder een luid hoerahvan het dankbare
volk, stevende het gemeenteraadslid tusschen
hammen en zijden spek en groote worsten en
kleine worsten zijn winkel door, naar de stille
achterkamer, waar alle miskenning was buiten
gesloten.
I Neen, daar werd hij niet miskend, in die
ruime achterkamer: daar stond zijn breede
armstoel, zijn zetel als hoofd van het gezin.
Daar was hij zelf voorzitter, en hij maakte
nooit onzinnige plannen, zooals de burger
meester, die 't in ze'n hersens had gekregen, I
om een schouwburg te laten bouwen, zonder i
zich eerst te overtuigen of er wel genoegzaam
acustiek op het terrein voorhanden was. Daar
waren geen leden die hem in zijn facie uit- I
lachtendaar was zijn wilwet. Hoe schokte i
het 's mans gemoed toen hij weinige uren la- I
ter vernam dat het liedje, door het volk ge-
zongen bij zijn naar huis gaan, eenige oogen-
blikken te voren door enkele aannemers onder u
het publiek verspreid was.
F. T.
Op de jacht.
MullerPang! die zal wel niet meer op
staan.
MeijerWie? Wat? ik zie niets.
Muller (vruchteloos rondzoekend naar het
haas dat hij meent geschoten te hebben): Wel
sapperloot! Geraakt heb ik het toch; dan heb
ik het zeker tot stof geschoten! ik mis nooit!
Volstrekt geen waarde.
Dichter (tot recensent)'t Kost mij niets om
verzen te maken.
Recetisent: Uwe verzen kosten dan niet meer
dan zij waard zijn.
In de rechtzaal.
Rechter (tot advocaat die een ellenlang plei
dooi houdt, en 't slot niet schijnt te kunnen
vinden): Mijnheer, het Hof verzoekt u, einde
lijk uwe conclusie te nemen!
AdvocaatDan concludeer ik, dat het Hof
mij ten einde toe zal aanhooren.
Gegronde verontschuldiging.
Rechter: Dus beklaagde, je bekent dezen
schimpbrief geschreven te hebben? In mijn
veeljarige praktijk is mij nog nooit zoo'n op
eenstapeling van vuile en lage uitdrukkingen
onder de oogen gekomen. Heb je ook nog iets
tot je verontschuldiging in te brengen?
Èeklaagde: Ja ziet u, meneer de rechter,
toen ik dien brief schreef, was het avond en
bijna stikdonkerzoodat ik niet goed heb kun
nen zienwat ik eigenlijk geschreven heb
Behoedzaam.
Student Janssen (zit in het bierhuis te wach
ten op zijn vriend Klaassen, die tegen zijn
gewoonte nog niet daar is en eindelijk binnen
treedt)Hoe zoo laat van avond, Klaassen?
Klaassen (geheimzinnig)Jk Heb 'n brief ge
schreven.
Janssen: Nu, maar daar heb je toch geen
half uur over noodig gehad
Klaassen-. Ik kan mijn ouden heer toch niet
reeds op 't eerste zijdje om geldvragen!
Goed begrepen.
Luitenant (bij de theorie in de kazerne)Ver-
der is er een order die luidt: Wanneer een
soldaat in een bierhuis met een burger in
twist geraakt, dan drinkt hij bedaard zijn bier
uit en gaat naar huis. Milicien Van Harpen,
wat doe jij dus wanneer je twist krijgt met
een burger?
Van Harpen-. Dan drink ik bedaard zijn ij
bier uit, en ga naar huis.