't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Woensdag 9 Maart 1887.
Vijftiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
No. 1467.
Atoonnement
per S maand#* binnen. de geneemie50 Gent.
>8 franeo per post75
Afionderlyke mmmers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMOKGENS vó»r 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Vertrikdagen der Mail nar Ooit-lndië.
12 Maart Fransche mail (over Napals.)
18 Maart Hollandsehe mail (uit Amsterdam.)
18 Maart Engelsche mail (over Brindisi.)
19 Maart HoUandsche mail (over Marseille.)
Laatste liahting aan hat Postkantoor alhier
6.55 uur 's av.; voor deHollandsahe en Fransche
mail ovar Marsaille 12.55 uur 's namiddags.
Tijdelijk over Marteille.
FosterU ©n
LIJST DER BRIEVEN enz.,
aan onbekenden, gedurende de 2de helft der
maand December 1886
G. van der Voorde, Amsterdam. Mej. L.
Bitter, Haarlem. J. Oosterhof, Leeuwarden.
Briefkaart. Mej. M. Snoek, Rotterdam.
Brieven, verzonden geweest naar Amerika.
C. Timmerman, Cleveland. G. Salvesen, New-
York. Duitschland. Ida v. Wahaesburg,
Gaarden. Frankrijk. G. Salvesen, Havre.
E. Hougseun, Parijs. Ned. Oost-Indië. Stecker,
Batavia.
HELDER, 8 Maart 1887.
Morgen, Woensdagavond, zal de
Raad vergaderen tot bet behandelen van
de navolgende punten
1. Gemeente-reiniging. 2. Benoeming
leden Commissie middelbaar onderwijs.
3. Adres klokluiders. 4. Adres van den
heer Govers over brandkranen. 5. Plan
nen verbouwing scholeii. 6. Mededee-
ling ingekomen stukken.
In de nabijheid van Wieringen is
het lijk opgevischt van een aldaar woon
achtig ongehuwd manspersoon, die, naar
men vermoedt, ziehzelven van het leven
heeft beroofd. Op het lijk, zoowel aan
den hals als in de broekzakken, werden
zware steenen gevonden.
In elk geval mag Domela Nieuwen-
huis nog van geluk spreken, zegt het
Ce*trum, dat hij in deze voor zijn „party"
zoo noodlottige dagen hoog en droog in
Utrecht achter sterke muren en grendels
zit
Naar het x>Vad." verneemt, zal door
particulieren, die daartoe gelden bijeen
gebracht hebben, aan Anton Kabelaar een
gouden horloge .met ketting worden aan
geboden. In 't horloge zal een inscriptie
worden gegraveerd, vermeldende zijn ver-
verdienstelijke daad bij het tot staan
brengen der hollende paarden voor het
rijtuig der Koningin op 10 Febr. jl.
De koetsier Anton Kabelaar heeft van
belangstellenden uit 's Gravenhage en
Utrecht twee geschenken ontvangen als
blijken van waardeering van zijn moedige
daad op 19 Februari. Het eene geschenk
bestaat uit een zilveren lucifersdoosje.
Aan de eene zijde is het opgchrift ge
plaatst>19 Februari 1887," terwijl de
andere zijde de inscriptie draagt: >voor
Moed, Beleid en Trouw." Het geschenk
uit Utrecht is een album, in blauw pluche
gebonden, met een dof verguld schild,
waarin op sierlijke wijze een W is gesneden.
(Hbld.)
Met den trein van 3 uur kwam te
Amsterdam Vrijdag uit België een Am
sterdammer aan, die in zijn woning ko
mende, een bedrag van zes-en-dertig dui
zendgulden, dat hij aan ruwe diamanten bij
by zich had gehad, vermiste. Hij vermoedt,
dat de diefstal te Rijssel heeft plaats ge
had, waar hij voor een oogenblik den
spoorwegwaggon verliet, het pakje met
diamanten, in een reisdeken gewikkeld,
achterlatende.
In een tapperij op de Prins Hendrik
kade te Amsterdam, heeft een timmer
man Vrijdag f210 ingeboet in het kaart
spel met z. g. kwartjes vinders.* Hij deed
aangifte by de politie.
Zaterdag is ter griffie der arron-
dissements-reehtbank te Amsterdam ge
deponeerd een groote hoeveelheid wapenen,
die tijdens het oproer bij Penning op 't
Waterlooplein en op de arrestanten in
beslag zijn genomen. Daaronder bevindt
zieh ook een kanonnierssabel. (A. C.)
Een koopman uit Charlois had de vo
rige week het ongeluk op de varkensmarkt
te Rotterdam zijn portefeuille met 1 bank
biljet van f 100 en een muntje van f10
te verliezen', zonder dat hjj dit bemerkte.
Toen hij het verlorene miste, bleek by
onderzoek, dat de portefeuille tusscheu
de varkens was gevallen, die thans bezig
waren haar te verslinden. De arme man
bad het geluk een stuk van bet bankbil
jet terug te vinden, waarop hij hoopt bij
de Bank uitbetaling te verkrijgen. Het
muntje was reeds geheel verdwenen.
Uit Stavoren wordt gemeld:
De mist maakt de overvaart van Enk
huizen naar hier, en om
Donderdagavond heeft de laatste veer
boot, die hier omstreeks kwart over 8
verwacht wordt, omstreeks -een uur tegen
over den havenmond rondgezwalkt, maar
toch gelukkig eindelijk den ingang gevon
den, waarbij de op het Noorderhoofd ge
plaatste misthoorn goede diensten bewees.
Dank zy de tot stand gekomen overeen
stemming tusschen boot en spoor, konden
de passagiers nog met den trein hunne
reis vervolgen. Vrijdagmorgen spande
het ook weer. De stoomboot Holland",
die kwart over 9 hitr moet aankomen,
kon den havenmond ook maar niet vinden,
en geraakte vast op het voormalige Zui-
derboofd. Zij kon echter bare passagiers
en de postery met bare sloepen aan wal
zetten, zoodat een en ander nog met den
trein kon vertrekken. De passagiers, die
te 10 uur met den sneltrein aankwamen,
moesten nu wel een uurtje geduld oefenen,
maar toen werden zy toch ook verder
geëxpedieerd.
Een waarzegster
Onze goede stad zoo schrijft men
uit Hoorn heeft haar Sybille verlo
ren. Dit bedrijf werd uitgeoefend door
een oude, ellendig arme vrouw, in de
wandeling ,,Bop" genoemd. Verleden
week op een avond had zij het licht van
haar profetischen geest voor eenige be
langstellenden doen schitteren, waarbij
het gebruik van opwekkend vocht niet
was vergeten, toen, na het vertrek der
gasten, de huren een ongewoon geschom-
mel in haar stulp waarnamen. Binnen
tredende, vonden zij de profetes branden
de in een hoek. Men bluschte het vuur
en bood haar ter verfrissching een kop
koffie aan; met verontwaardiging wees
dien drank echter af en eischte voor
zestien of ten minste, voor acht centen
jenever.
Naar het gasthuis gebracht, overleed zy
kort daarna aan de bekomen brandwon
den. Te wenschen is het, dat de politie
wake, dat de affaire niet door een au der
worde voortgezet, want het getal slasht-
offers overledene, vooral onder den boe
renstand, was legio.
Sedert eenige dagen is uit Nijme
gen verdwenen zekere koopman A. W.
met zich'nemende een som van ruim f 1000
aan koopmanspenningen, en met achter
lating van zijn gezin. Met hem verdween
ook zekere koopvrouw H. uit zijn buurt,
mede met achterlating van haren man
en vijf kinderen. Niettegenstaande de
ijverigste nasporingen, is het nog niet
mogen gelukken de verblijfplaats der
vluchtelingen op te sporen. Te oordeelen
naar de gisting, die sedert hun vertrek
onder de bevolking hunner buurt heerscht,
en de dreigementen, die vernomen wor
den, staat hun by eventueele terugkomst
geen gunstig onthaal te wachten. Reeds
heeft zich een troep buurtgenooten een
paar avonden naar het spoorwegstation
begeven, gewapend met knuppels, ketels
en poken, om hen af te wachten, daar
zich het gerucht van hunne terugkomst
had verbreid, hetgeen echter een loos ge
rucht bleek te zijn.
De Salvation-army, leger des heils, is
va* plan weldra Nederland te bezoeken.
De vorige week kwam te Amsterdam
uit Londen een zaakgelastigde van dat
leger, om voorbereidende maatregelen te
nemen voor dat bezoek. Binnen 3 of 4
weken wordt de veldtocht in Amsterdam
geopend.
De zaakge astigde is naar Stuttgart
vertrokken, dat na Nederland een bezoek
krijgt-
De huisknecht van een mevrouw
te 's-Hage, van wien dezer dagen werd
gemeld dat hij voortvluchtig is met een
aanzienlijke som geldswaarde, heet Hen
drik Reitsma, 26 jaren, geboren te Bols-
ward, vroeger zeevaarder.
De arrondissements-recbtbank te 's-Gra-
venbage beeft rechtsiugang met bevel tot
gevangeuneming tegen hem verleend, ter
zake van verduistering.
Een voerman te Pantin verdacht
zyne vrouw en overviel haar onverwachts,
doch de minnaar was uit het raam ge
sprongen en zweefde aan een ijzeren stang
tusschen hemel en aarde. De voerman,
niets ontdekkende, viel voor zijne vrouw
op de knieën en vroeg vergiffenis, dat hij
haar een oogenblik had kunnen verden
ken. Op straat gekomen, werd zijn aan
dacht getrokken door een menigte men-
scben, die in de lucht staarden. Hij hief
het hoofd op en zag den zwevenden
minnaar zijner vrouw, wien een boven
bewoner een touw toewierp, terwijl een
benedenbewoner den man bij de beeneu
trachtte te vatten. De bedrogen echt
genoot, in woede ontstoken, legde zijn
rèvolver aan en trof een der buren in 't
gezicht. Yoor deze daad is hy nu tot 10
dagen gevangenisstraf veroordeeld.
Omtrent de gas ontploffing in een van de
kolenmijnen in de JBorinage meldt een bericht
gever van de Indëpendance het volgende:
De mijn behoort aan de „vennootschap der 24
aandeelen" cn is bekend onder den naam Sainte
Désirée. In deze mijn worden vier kolenlagen
gevonden, welke doorsneden worden door twee
galerijen, een op 404, de andere op 495 meter
diepte. De ontploffing heeft in de benedenste
galerij plaats gevonden, doch ook hoogerop
verwoesting aangericht. Op het oogenblik der
ontploffing waren 210 mannen in de mijn werk
zaam
Uit de bovenste galerij is een zeker aantal
werklieden gered, maar op een diepte van onge
veer 340 meter was 'de schacht verstopt door de
ingestorte aarde, zoodat men daar benoden niet
kon doordringen. Bijna al de arbeiders, die
op het oogenblik buiten de mijn w.aren, zijn on
der leiding der twee directeuren aan het werk
getogen om de verstopte gang open te maken.
Te vier uur 's oehteuds werden de eerste drie
lijken gevonden, spoedig daarna vijf zwaar ge
kwetsten en twee mannen, die nagenoeg onge
deerd waren.
Omtrent het lot van de ongeveer 200 arbei
ders, die nog bedolven zitten, verkeerde men toen
in de grootste ongerustheid. De meesten kon
den er het leven niet afbrengen, waut de instor
tende aarde en steenen, de vlammen en de rook
waarmede de ontploffing vergezeld ging, moeten
samengewerkt hebben om de ongelukkigen te doen
omkomen.
De gouverneur der provincie Henegouwen en
de ambtenaren van de rechterlijke macht zijn op
de plaats der ramp aanwezig. Zooals gewoon
lijk, verdiept men zich in gissingen over de oor
zaak der ontploffing. Liet mijngas kan ontvlamd
zijn bij het openen eener nieuwe galerij, of een
nijnwerkerslamp kan gebroken zijn door onvoor-
;ichtigheid of door nedervallende stukken steen.
Uit de twee ongedeerd te voorschijn gekomen
arbeiders is niets te halen, zij zijn als verwezen
van schrik.
Volgens de laatste berichten had men de be
nedenste galerij bereikt. Een zestigtal mijnwer
kers waren ontkomen. Het aantal doodeu wordt
op 144 geschat. Vele lijken zijn geheel zwart,
het gevolg van verstikking; andere verpletterd of
zwaar verminkt.
Een vreeselijke bijzonderheid is dat de bevol
king van het district, onder den indruk van de
ramp, in eenen toestand van versuffing schijnt te
verkeeren. De kroegen zijn vol bezoekers, waar
van sommigen stomdronken. Een vrouw, wier
man en twee zonen omgekomen zijn, bedient rustig
de gasten in hare herberg, en heeft slechts na
en dan moeite om hare tranen te bedwingen.
In de kolendistricten in het Noorden van Frank
rijk zijn, naar aanleiding van deze ontploffing,
buitengewone maatregelen van voorzichtigheid
voorgeschreven.
Op de reede van Toulon is Vrijdag
het Fransche schip Iphigenie met zijn
lading verbrand. De gezagvoerder en
verscheidene schepelingen werden gewond
of half verstikt door den rook. Eerst na
veel. moeite gelukte het de Iphigenie in
het havenbassin te brengen en te laten
zinken om een ontploffing van het kruit,
dat aan boord was te voorkomen. Het
geld, de papieren en de instrumenten
werden gered.
Een Chineesch schip is dezer da
gen, op reis van Haiuau naar Siam, ver
ongelukt. Van de passagiers en de be
manning te zamen 600 menschen
moeten niet meer dan zes gered zyn.
Op een der Eugelsche Trans-Atlan
tische stoomvaartlyueu kwam dezer dagen
een poging tot zelfmoord voor van een
jongmensck, die des nachts zijn geld in
den rook-salon geheel verdobbeld had.
Het sehijut, dat deze rook-salons nog
al eens ontaarden in speelholen, waar
drinkgelagen niet zeldzaam zyn. Op de
zelfde boot werd door een paar dames
des nachts het geroep van „moord" ge
hoord, eveneens het gevolg van een koog-
gaanden twist bij het spel. Een aantal
passagiers maken thans in een der grootste
Engelsche bladen een klacht openbaar
over het toelaten dezer feiten, die de rust
der overige personen aan boord verstoren
en de reis onaangenaam maken.
De machinekracht in Engeland ver
tegenwoordigt thans een werkkracht van
400,000,000 menschen.
Een früitkraampje op de markt te
Berlijn heeft ondanks het verbod van sta-
tionneering buiten de markthallen, bij
keizerlijke kabinetsorder zijn standplaats
op het Karelsplein mogen behouden. De
eigenares had, evenals de anderen, bevel
gekregen op te trekken, daar de markt'
nu als standplaats was aangewezen, maar
het oudje wendde zich tot den keizer,
terwijl ze er zich op beriep, het leger
acht zoons te hebben geleverd en het
hielp. Zij staat daar nu eenzaam, maar
voordeelig.
De Kerstnommers van de Graphic
van 1880 hadden een oplage van 400.000
exemplarenacht dagen vóór de uitgave
waren die alle verkocht. De nointners
van 1881 werden in oplage van 502.000,
die van 1882 van 520.000, die van 1883
van 520.000, die van 1884 van 535.000
en die van 1885 van 550.000 exemplaren
gedrukt. Met het nummer van 1886 be
gon men reeds in Januari met drukken.
Daar de verschillende vellen in 613
kleureu gedrukt werdeu, beliep 't aantal
vellen druks tot in de millioenen. 20 persen
en cirea 130 personen waren daarmede on
afgebroken bezig. In de laatste vijf
maanden moesten de nachten te baat
genomen worden, om de exemplaren op
den juisten tijd te kunnen uitgeven.
De strijd tusschen geschutgieters
en pantserfabrikanten kan al niet grooter'
zijn dan die tusschen slotenmakers en
de ingenieuse koppen, die de kunstigste
sloten zonder geweld weten te openen.
Nu weer is aan een ook hier te lande
bekend slot, het zoogenaamde Protektor-
slot, de kroon van het hoofd gerukt. Een
Keulsch fabrikant heeft ten aanschouwe
van autoriteiten laten zien, dat deze veel
geroemde sloten, zonder eenig vooraf
gaand onderzoek van slot of sleutel, met
een stuk blik gemakkelijk geopend en zelfs
weer gesloten kunnen worden.
Dit feit is van gewicht genoeg geacht
om in de Rijnprovinciën van overheids
wege meegedeeld te worden aan de be
sturen van spaarkassen enz.
Berichten uit Genua melden, dat
de toestand in de dorpen langs de Itali-
aunsche kust zeer treurig is. De bevol
king durft nog steeds niet terugkeeren
naar hare huizen. De koude verergert
de ellende. De bergen zijn bedekt met
sneeuw en een ijzige wind, gepaard met
regen, gaat over de vlakte.
Sommige dorpen, als Oneglia en Diana
Marino zyn nagenoeg geheel verwoest.
In Oneglia zyn 8000 inwoners zonder
dak.
De minister van openbare werken reist
door de geteisterde streken, om zich van
den omvang der schade te overtuigen.
Koning Huoibert zond reeds tweehonderd
duizend francs en de Paus twintigduizend
francs tot het lenigen van den nood.
De bevolking der Biviera is wanhopend,
daar tot dusver reeds 90,000 vreemdelin
gen de streek hebben verlaten.
Te Genua vertelt men, dat op den
avond voor de aardbeving de zee drie voet
verder terugliep dan gewoonlijk. De
visschers begrepen instinctmatig dat er
gevaar dreigde en brachten den nacht in
hun schuiten door.
Machinisten hy de Marine.
Over de positie der machinist leerlingen en ma
chinisten bij '8 Rijks zeemacht is in deu lautsteu
tijd veel geschreven. Inderdaad behooren, we
gens de groote bcteekenis welke het stoomwerk
tuig aan boord van onze hedendaagsche oorloge
schepen heeft, de vooruitzichten van de personen,
die met het gebruik dier machines belast zijn,
zoodanig te worden geregeld, dat die mannen
hun taak met lust en toewijding vervullen.
Aun den machinist worden thans hooge eischen
van bekwaamheid gesteld, waaraan de rang en
de bezoldiging, die hun worden toegekend, niet
geëvenredigd zijn.
Die grieven vindt men nogmaals uitvoering en
helder uiteengezet in een vlugschrift, door Sin-
cerus bij Küppers Laurey te Haarlem uitge
geven. De schrijver toont daar aan, hoe groot
de teleurstelling is van beschaafde jongelieden,
die zich voor de betrekking van machinist laten
opleiden en zich met onderofficieren zien gelijk
gesteld, in plaats van, als de scheepsklerken (ad
ministratie). tot den officiersrang te kunnen op
klimmen, wat hun wetenschappelijke opleiding
behoort mede te brengen. Ligt de oorzaak van
die achterstelling in de kostelooze opleiding en
de toelage van f120, welke de machinist-leer
lingen genieten, dan verzekert de schrijver, dat
de onders gaarne f200 voor opleiding en onder
wijs zullen betalen, evenals voor de aspirant-ad
ministrateurs geschiedt, indien hun zoons dan op
gelijke wijze werdon verpleegd en gelijke voor
uitzichten kregen.
De minister van marine staat hier voor een
belangrijk vraagstuk, welks goede oplossing te
vens voor onze marine van groot belang is tc
achten. (Hbld.)
Tiende Winter-Concert
op Dinsdag 8 Maart, 's avonds 8 uur, in Tivoli.
1. Fest-Ouverture über Luthers Clioral
«Ein' feste Burg is onze Gott," Otto Nicolai.
2. Première Symphonie (Rd mineur) J. G. II.
Mann, (manuscrit). A. Mr. Jules Masscnct,
Membre de 1'Institut de France. a. Allegretto
Sostenuto, Allegro molto vivace appassionata,
b. Scherzo, c. Andante tranquillo, d. Finale,
Allegro impetuoso,(door vriendelijke bewilliging
van den componist). Pauze. 3. „Maximilien
Robespiè'rre," Grande Ouverture Dramatiquc,
Henri Litolff. 4. a. ,/Unterm Balcon," Sere
nade, Richard Wüerst. b. „Tniumerei," (fiir
Streichquartett), Robert Schumann(op verzoek).
5 Melodiè'n Congress, Tongemalde, A. Conradi.
6. Manoio Walzer," Emil Waldteufel.
Marine en Leger.
Een 66tal jongens aan boord Zr. Ms. opleidings
schip „Admiraal van Wassenaer" zijn bevorderd
tot lichtmatroos, waarvan 7 wegens uitmuntend
gedrag zijn opgenomen in liet vaste korps.
Nader verneemt men, dat de sluiting van's rijks
lijnbaan te Amsterdam definitief lo Juli a.s. zal
plaats hebben.
Naar men vnrneemt heeft de Minister van
oorlog een koninklijk besluit geprovoceerd, waar
bij bepaald is, dat de adjudanten bij de batal
jons infanterie voortaan ook den rang van
kapitein zullen kunnen bekleeden. Dientengevolge
zal een bataljons-adjudant, die voor bevordering
tot kapitein aan de beurt komt, ook in zijnen
nieuwen rang in zijne betrekking gehandhaafd
kunnen blijven en zullen eventueel ontstaande va
catures van bataljons adjudant nu en dan door
kapiteins, in stede van door luitenants, aangevuld
kunnen worden. Het bovenbedoelde besluit zal
alzoo geleidelijk een niet onbelangrijke vermeer
dering van het aantal kapiteins-plaatsen te weeg
brengen. Bij den zoo tragen gang der bevorde
ring bij de infanterie is dit besluit derhalve voor
de officieren van dit wapen van groot belang.
Bij het korp3 mariniers zijn toegekend voor
24- en 12-jarigen eerlijken en trouwen dienst; de
zilveren medaille aan den sergeant-majoor A. J.
van Kamen, den sergeant A. J, Geensen, den
korporaal A. Don; de mariniers le kl. G. W.
Bovendeert, A. van Hemert en H. Schuur, de<
laatste gepensioneerd.
De bronzen medaille aan: den sergeant J. J.
Westers, de fonriers W. van der Putten en T. J.
Kuipers, de korporaals G. H. Eijlders, H. Ilo-
genkamp, P. J. van Walraven en J. C. Meijer;
de mariniers Jc kl. J. Prillevitz, P. J. van Wil
ligen, A. Favenier, J. Stolk, P. van der Plasse,
J. Johannes, J. E. Supplij, B. J. van Engelsho
ven, C. F. J. flolling, A. Fisscher, H. A. Voort
man en P. van Dongen, en de mariniers 2c kl.
J. de Ruiter en M. D. Spuls.
Ingevolge machtiging des Konings, bij besluit
van 4 dezer, wordt Zr. Ms. fregat Evertsen, lig
gende alhier, met 21 April a.s. in dienst gesteld,
en het bevel daarover opgedragen aan den kapt.-
luit. t. z. M. A. Medenbach.
Met iugang van den len Mei a. s. zijnlo.
de kapt. t. z. J. C. Joekes en de kapt.-luit. t. z.
JC. Commijs eervol ontheven van het door hen
gevoerde bevel over Zr. Ms. opleidingsschip Admi
raal van Wassenaer en wachtschip te Hellevoet-
sluis, en 2o. is het bevel over voornoemde bodems
respectievelijk opgedragen aan de kapt.-luits. t. z.
P. G. Bruch en C. J. de Jongh Hzn.
Door den commandant van bet instructieschip
Nautilus zullen aau boord van de opleidingssche
pen Admiraal van Wassenaer en Anna Poulowna
de jongens worden uitgezocht, die geschikt wor
den geoordeeld voor de opleiding tot bootsman-
leerling.
Z. M. heeft de tijdelijke officieren van gezondh.
2de kl. bij de zeemacht dr. T. M. Gumplowicz
en dr. J. G* E. van Pée, bij het eindigen van