't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1484.
Zaterdag 7 Mei 1887.
Vijftiende Jaargang.
HALENDEB DEB WEEE.
Bekendmaking.
NIEUWSTIJDINGEN.
Atoonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEBEHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertontlön
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
MEI, (Bloeimaand), 31 dagen.
Opkomst der Zon 4 u. 20 m.
Onderg. 7 u. 34 m.
Zondag 8
Maandag 9
Dinsdag 10
Woensdag 11
Donderdag 12 Veemarkt te Schagen.
Vrijdag 13
Zaterdag 14 L. Kwartier. Veem, te Hoorn.
Burgemeester en Wethouders der ge
meente Helder brengen ter openbare
kennis, dat het voljaarskohier van den
Hoofdelijken Omslag, dienstjaar 1887,
door Heeren Gedeputeerde Staten dezer
provincie bij besluit van den 27en April
1887, is goedgekeurd en heden in afschrift,
gedurende maanden, op de Secretarie
der gemeente voor een ieder ter lezing
nedergelegd.
Helder, 4 Mei 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
C. BOON, Secretaris.
HELDER, 3 Mei 1887.
Dinsdagavond gaf Helders Mannen
koor, onder directie van den heer H. A.
Egbers, zijn laatste concert in 't winter
seizoen. Als soliste trad op mej. E. Berg-
huijs, van 't conservatorium te Amster
dam. Mocht de zangeres reeds bij de
voordracht van »Die Uhr" en Trost"
blijken van sympathie verwerven, bij 't
lied »Von ewiger Liebe" werd de geest
drift zoo opgewekt, dat aan Tt applaus
geen einde kwam, eer zij weder optrad,
om door 't voordragen van een extra
nummer den wensch der toehoorders te
bevredigen. Reeds na 't eerste door haar
gezongen nummer bood de heer J. A.
Meijer mej. B. een fraaie bouquet aan.
Men was zeer ingenomen, niet alleen met
de inderdaad lieve altstem, maar ook met
de gevoelvolle voordracht der zangeres.
Als solist bracht de heer Egbers in de
eerste afdeeling een tweetal stukken ten
gehoore, waarbij hij zijne reputatie als
meesterlijk violist, handhaafdein de
tweede afdeeling droeg de heer J. C.
Reijers twee solo's op de violoncel voor,
die een welverdiend applaus verwierven.
De koren werden flink en goed genuan
ceerd gezongen en 't lied »Spin, Spin!"
op algemeen verlangen herhaald. »Rem-
brandt" was een goed gekozen slotnummer.
Mej. C. Kooger, van Texel, heeft
te Haarlem voldoend examen afgelegd
voor onderwijzeres.
Het café van den heer Penning
»De Leeuw van Waterloo" op het Water-
looplein te Amsterdam, is als ruïne weder
geopend. De vensters zijn echter nog
met planken dichtgespijkerd, zoodat er
voortdurend gas moet branden de spiegel
vertoont nog slechts enkele glasscherven,
het behangsel hangt aan flarden aan de
muren en op het biljart is een tropee
gebouwd van keisteenen en alle andere
projectielen, in het café na de bestorming
gevonden, welke tropee gedekt werd door
allerlei wapens als talhouten, pooten van
stoelen en door tal van andere daar ver
nielde voorwerpen.
Van het vernielde café zullen photo-
graphische afbeeldingenin den handel
worden gebracht onder het motto: >De
praktijk onzer Grondwet."
Dinsdagnamiddag te ongeveer 6 uur
is aan boord van de op Alkmaar varende
stoomboot nabij de Houthaven te Am
sterdam, in het IJ gesprongen en ver
dronken, een onbekend persoon, naar gis
65 a 70 jaar, met hoog voorhoofd, grijs
haar, blauwe oogen, gebogen neus, spitst
kingele gelaatskleur, zonder baardge
kleed met bruin buksking overjas, zwart
geruit vest, dito pantalon, wit flanellen
hemd, katoenen onderhemd, half hemdje,
zwarte wollen kousen, wit katoenen dito
alles ongemerkt, gutta percha pantoffels.
Op dit lijk, ter plaatse opgevischt en in
middels naar de Oosterbegraafplaats over
gebracht, werd gevonden een wit katoe
nen slaapmuts en een wit katoenen zak
doek.
Het zoogenaamde reddingsleger is
(zooals reeds gemeld werd) sedert eenige
dagen hiér te lande vertegenwoordigd door
een tweetal officieren, uit Londen over
gekomen, met het doel ook in ons land
afdeelingen op te richten.
De eerste volkssaraenkomst zal aan
staanden Zondag 8 Mei, te Amsterdam
gehouden worden, des avonds te half zeven,
in de Gerard Doustraat.
Naar men verneemt is een ten be
hoeve van den heer Domela Nieuwenhuis
ingediend verzoek om gratie van de hand
gewezen.
Voor het hof te Amsterdam werd
Woensdag in hooger beroep behandeld
de zaak van den Engelschen zeeman Ja
mes Bond, beschuldigd van een Italiaan,
Bellamo, dusdanig met een oliekan op
het hoofd te hebben geslagendat deze
kort daarna overleed. De rechtbank had
beklaagde vrijgesproken en het Hof heeft
dit vonnis bevestigd.
Een Portugeesch handelaar in wijnen,
die in het Amstel-Hötel te Amsterdam
gelogeerd was, bracht het geheele hotel
niet weinig in opschudding door de meer
dan zonderlinge wijze, waarop hij zich aan
stelde. Op een tafel staande, maakte hij
alle mogelyke grimassen, wierp zijn hor
loge tegen den grond en stelde zich aan
als een krankzinnige. Men liet de noodige
hulp komen en den logé wegvoeren, die
naar het bleek aan dronkenmanswaanzin
lijdende was.
Een vrouw in Den Haag, die een
gouden horloge met gouden ketting ont
vreemdde, verborg deze voorwerpen in
haar tournure.
De Sumatra Ct. schrijft:
Een aldaar ontvangen telegram bericht,
dat pastoor De Vries overleden is. Met
pastoor de Vries treedt weer een dier
priesters van het levenstooneel, die door
aa geheel Ned.-Indië, bij roomschen en
niet-roomschen, bekend en geëerd en be
mind zijn. Hij was een onvermoeibaar
pioniereen vriend der armen, maar vooral
een soldatenvriend, die reeds in 1864
Westelijk Borneo had doorkruist, om aan
de daar verspreide expeditionaire troepen,
zooals hij het noemde, „een goed woordje
van daarboven te brengen."
Batavia, 2 April.
Een denkbeeld van de vreeselijke wijze
waarop de beri-beri onder de Madureesche
barisans op Atjeh woedt, geeft het vol
gende, ontleend aan een correspondentie
van de »Soerb. Ct."
4 Maart. Vooreerst dan het meest in
teressante onder het weinige, nl. dat de
beri-beri in hevige mate begint toe te
nemen en wel met zeer acute gevallen.
In hoofdzaak behoorden tot heden de
slachtoffers tot de inlandersde Euro
peanen ontsnappen nog aan de verscheu
rende klauwen van deze hydradoch wat
misschien in dit onderhavige geval nog
erger is de Madureezen schijnen niet
tegen den invloed van deze gevreesde
ziekte bestand te zijn. We zijn weer in
het eerste kwartaal van het jaar, en het
begint evenals ten vorigen jare.
Professor Pekelharing en zijn gevolg
zijn onvermoeid aan het zoeken. We
zijn nog maar in het begin der periode,
en reeds worden vele Maduieesche bari
sans in het hospitaal opgenomen, en zijn
er ook reeds eenige gevallen met doode-
lijken afloop.
10 Maart. De beri-beri is met zulk
een kracht begonnen, als we hier ooit
gehad hebben zij telt reeds in de laatste
dagen tallooze offers, doch meest allen
Inlanders. Doch wat de zaak erger maakt,
is, dat de Madureesche barisans als sneeuw
voor de zon wegkwijnen en zij het
grootste contingent in het hospitaal geven.
Op éen dag werden er volgens de meest
betrouwbare berichten 37 van de twee
compagniën met beri-beri in het hospi
taal opgenomen; terwijl de anderen, die
nog niet zoover zijn, dat zij naar het
hospitaal moeten worden gezonden, bijna
allen eveneens door die ziekte zijn aan
getast. En die slag is gevallen binnen
den tijd van één week. Alles en allen
zijn machteloos om eenige leniging te
brengen in dezen droeven toestand.
Een officier van gezondheid was
verplicht zich van 's Gravenhage voor
dienstzaken te begeven naar een aan den
Hollandschen spoorweg gelegen gemeente.
De dokter bracht daarvoor het Rijk 70
cents in rekening, zijnde de prijs van een
spoorwegkaartje eerste klasse. De Reken
kamer maakte bezwaar de declaratie te
verevenen. Zij vroeg of bedoelde offieier
wèl in uniform reisde. Toen haar ge
antwoord was, dat dit niet het geval was,
werd zijn vordering met 12 cents ver
minderd, op grond dat, wanneer hg in
uniform had gereisd, de spoorweg-maat-
chappij 58 c. gevorderd zou hebben. De
schuldeiseher heeft ten slotte het Rijk de
70 cents (of 58 c.) cadeau gedaan.
Als een bewijs hoe de handelsbe
weging te Rotterdam in de laatste jaren
is toegenomen, kan dienen dat in de
laatste 20 jaren een toename van niet
minder dan 30.950 schepen valt te con-
stateeren en ook de aanvoer van artikelen
daarmede een gelijken tred heeft gehou
den. Behalve kalk, steenkolen en steeu
werden in het afgeloopen jaar aangevoerd
2.513.168 tonnen a 1000 KG., zijnde een
derde gedeelte van den aanvoer in het
geheele rijk, welke 6% millioen tonnen
bedroeg. Voorts valt een voortdurende
verbetering van den Nieuwen Waterweg
te constateeren, zoodat de schepen tot 22
voet diepgang dezen thans ongehinderd
kunnen passeeren.
Een gruwelijke zelfmoord heeft te
Kerkrade (Limburg.) iedereen met afgrij
zen vervuld. Een zekere Ch. Gernstein,
arbeider in de kolen mijn, gehuwd en va
der van vijf kinderen, heeft zich door
middel van een dynamietpatroon van het
leven beroofd. Naar het gerucht loopt,
zou hg de patroon op zijn buik hebben
gelegd en daarna hebben aangestoken.
Vreeselijk was de knal en de uitwer
king verschrikkelijk. Het onderlijf van
den ongelukkige was totaal verbrijzeld,
een hand werd op eenigen afstand te
ruggevonden; een oog werd hem uitge
slagen, terwijl hier en daar stukken vleesch
verspreid lagen. Toen men op de nood
lottige plek kwam, vertoonde de ramp-
'ige zelfmoordenaar niets meer dan
een vormlooze massa bloedend vleesch.
Te Gorinchem ontstond in de kerk
der Chr. Ger. Gem. Zondagmorgen een
groote opschudding, doordien zekere juffr.
H. onder de godsdienstoefening plotseling
dood bleef.
Zaterdagavond jl. heeft ten huize
,Doenradeu gem. Oorsbeek (Limburg) een
brutale diefstal plaats gehad. Terwijl de
bewoner, de Heer K. de Limpens, eenige
uren afwezig was, wist men door het in
slaan van een ruit het huis binnen te
komen. Uit een kist, welke in de groote
zaal stond, zijn verscheidene kostbare
gouden heeren- en dames horloges ont
vreemd, benevens een massa anderegou
den en zilveren voorwerpenwaarvan
men de gezamenlijke waarde op meer dan
f 3000 sehat. Ondanks de ijverigste na
sporingen der maréchausséeis het tot
dusverre niet gelukt den dader of de da
ders van dezen diefstal te ontdekken.
Dinsdag bevond zich in de wacht
kamer 3e kl,. van het station te Goes een
echtpaar, dat gereed stond om naar Mid
delburg te vertrekken, ten einde den ge
sloten huwelijksband te doen ontknoopen,
toen beide partgen eensklaps tot de ont
dekking kwamen, dat toch echtscheiding
eigenlijk niet door hen werd gewenscht.
De reis werd derhalve onder de gunstig
ste voorteekenen aanvaardtemeer daar
de vrouw uit louter vreugde en als blijk
van teruggekeerde genegenheid haar man
op sigaren tracteerde.
Te Breda heeft een treffend ongeval
plaats gehad. Terwijl de heer Conincx
stalhouder ts Ginnekennauwelijks had
plaats genomen op de paardentram, welke
hg slechts met moeite had kunnen in
halen, zegt hg: „Wat word ik naar!" en
onmiddellijk stort hg van de tram en is
een lijk.
Een dienstmeisje te Oosterhont had
haar dienst verlaten en wilde het er den
dag, alvorens in haar nieuwe betrekking
te gaan, nog eens goed van nemen. Zij
bleef dan ook tot laat in den avond uit,
met het gevolg dat haar vader haar wei
gerde binnen te laten. Ten einde raad,
herinnerde zg zich dat haar vriendin, die
bg den notaris M. diende, haar wel een
onderkomen zou verschaffen. De geheele
familie was echter ait de stad. Als een
vlugge hinde klauterde zij echter over
de tamelijk hooge omheining en zag zich op
de vliering een bescheiden plaatsje te
verschaffen. Zij was intusschen niet on
opgemerkt gebleven. Een buurman stelde
de politie van 't feit in kennis. Spoedig
was de burgemeester met agenten van
politie ter plaatse en, flink gewapend,
stelden zij een onderzoek in, tot zij ein
delijk de 19-jarige schoone, in Morpheus
armen rustende, op aangeduid plaatsje
vond. Zij werd mede naar het politie
bureau genomen, waar haar moeder haar
des anderen daags op minder hartelijke
wijze vandaan haalde.
De rechtbank te Utrecht deed Dïds-
dag uitspraak in de zaak tegen G. J. B.,
van beroep horlogemaker, oud 46 jaren,
geboren te Haarlem, zonder vaste woon
plaats, thans te Utrecht in verzekerde
bewaring, beklaagd van in den avond van
2 Maart in een voor het publiek toegan
kelijk lokaal te Utrecht H.H. M.M. den
Koning en de Koningin opzettelijk te
hebben beleedigd. De rechtbank verklaarde
het ten laste gelegde wettig en overtui
gend bewezen en veroordeelde beklaagde
tot 3 maanden gevangenisstraf, met be
paling, dat de tijd, in voorloopige ver
zekering doorgebracht, in mindering van
straftijd zal worden gerekend.
Een veldarbeider te Borssele werd
dezer dagen met de geboorte van zijn
18de kind aangenaam of onaangenaam
verrast. Een 10-tal kinderen is inmiddels
overleden, zoodat zijn schamel inkomen
nog in de behoeften van een 8-tal heeft
te voorzien.
In een riviertje bij Hattenheim in
den Rijn, dat den geologen wel bekend
is, werd kort geleden weder een goede
vondst gedaan, nl. een manmouthtand van
7 voet lengte en 5 duim diameter op den
wortel.
Dat is de grootste tand, die tot dusver
gevonden is.
Opstand van doodgravers. Zelfs de
doodgravers te New-York zijn door de
opstandkoorts aangegrepen en hebben het
werk gestaakt. Zij worden per graf be
taald en klagen nu over gebrek aan werk.
Zij vragen of hooger loon, of meer werk.
De vervulling van dit laatste verlangen
staat gelukkig niet in hun macht en de
besturen der kerkhoven zullen dan wel tot
een loonsverhooging moeten overgaan.
Een hevige ontploffing had Maan-
j plaats in de kruitfabriek te Houns-
low bij Londen. De schok, daardoor ver
oorzaakt, was zoo hevig, dat men dien
te Londen duidelijk voelde en velen aan
stonds aan een nieuwen dynamietaanslag
geloofden. De meeste huizen, op een mijl
afstand van de fabriek, zijn min of meer
beschadigd.
De oorlog gaat niet door, zegt het
Soerabayasch Handelsblad. Die profetie
maken wij op goeden grond. Deze week
zijn daar aanhoudend telegrammen ge
komen bij den handel, inhoudende: Da
ling van den huidenprijs. Zoo'n nauw
verband bestaat tusschen stijging van den
prijs van het leder en de oorlogskans, dat
wij gerust durveu voorspellen: „van de
oorlog komt voorloopig niets."
Dezer dagen werd aan een Fran-
sche dame, een zuster van barones Roth-
schild, op reis van Parijs naar Lyon, een
klein valies met kostbaarheden ter waarde
van f40,000 ontstolen. Zij deed onmid
dellijk aangifte bij de politie. Deze be
gon nasporingen, en weldra was de voor
naamste dief gevonden, in den persoon
van een bekenden misdadiger. Een wijn-
huishoudster die zich met den verkoop
van het gestolene had belastwerd ook
gevat, en door haar aanwijzingen kreeg
men weldra nog 23 medeplichtigen (die
bijna allen tot de zoogenaamde „zwarte
bende" behooren,) in handen. Het groot
ste deel der gestolen kostbaarheden of de
daarvoor afgegeven bank-van-leeningbrief-
jes, heeft men teruggevonden; met de
rest is de vangst van zooveel kwaad volk
niet te duur betaald.
Te Diano Marina, een der plaatsen
welke het meest geleden hebben door de
jongste aardbeving in Italië, zijn twee
huizen, door verschillende gezinnen be
woond, op en door elkander gestort. De
bewoners werden allen gedood.
Thans heeft men onder het puin een
som van ongeveer f 100,000 gevonden.
Op dit geld maken nu de erfgenamen van
beide gezinnen aanspraak. Maar het is
nog niet beslist kunnen worden aan wie
van de partgen de erfenis toekomt.
Op een andere plaats heeft een man in
het puin f 15,000, zijn geheele vermogen,
verloren. Men kon hem, in het belang
der openbare gezondheid, niet vergunnen,
er naar te zoeken zoolang nog de doode
lichamen, die onder het puin liggen, in
staat van ontbinding zijn.
De arme man houdt nu dag en nacht
de wacht op de plek, waar zijn huis ge
staan heeft, uit vrees voor dieven die
zich minder dan hij aan het verbod der
overheid zouden storen.
EEN MISVERSTAND.
Een jong'ling stond voor 't venster,
Lang was hij ziek geweest,
En hunkerend verlangde
Hij naar het lentefeest.
Maar door de naakte boomen
Blies guur de Noordenwind,
Als waande hij by ieder
Zich om het zeerst bemind.
De jong'ling zuchtte en steunde
En rillend zag hij rond,
Verlangen sprak hem duid'lijk
Uit 't oog, al zweeg de mond.
Maar eind'lijk sprak hij: „Moeder,
Of zij nog komen zal?
't Is nog zoo guur daar buiten;
Geen bloem siert nog het dal.
Het vriest nog alle nachten,
O, kwam zij hier maar weer,
Dan was het in deez' kamer
Niet kil en somber meer."
„Mijn zoon," hernam de moeder
„Geduld maar; stil uw leed!
Zij komt gewis, de lente;
Reeds lang staat zy gereed!"
„Maar moeder!" luidt het antwoord,
„Niet zij is 't, die ik mis,
Maar wel de kachel, die hier
Reeds weggenomen is."
14-Daagsche Maildienst
van de Stoomschepen der Stoomvaart
maatschappij „Nederland."
v. Amsterdam. v. MarseiUt.
14 Mei „Voorwaarts" 26 Mei viaPadang
28 „Prins Frederik" 9 Jun. viaPadang
11 Juni „Pr.Wilhelmina" 23 viaPadang
25 „Sumatra" 7 Juli viaPadang
9 Juli „Pr. van Oranje" 21 viaPadang
23 „Pr. Alexander" 4Aug. viaPadang
6 Aug. „Koningin Emma" 18 viaPadang
20 „Burgr. den Tex" 1 Sept. viaPadang
3 Sept. „Conrad" 15 viaPadang
17 „PrinsesMarie" 29 viaPadang
Vertrek van Amsterdam des morg. te 10 uren.
Marine en Leger.
Door Z. M. is de heer L. H. Lebbe, arts, be
noemd en aangesteld tot offic. van gezondh. 2e
kl. bij het personeel van den geneesk. dienst van
het leger in Ned.-Indië.
De werkzaamheden tot gereedmaking van het
bij 's rijks werf te Amsterdam in aanbouw zijnde
schroefstoomschip „Johan Willem Friso" zullen
met kracht worden voortgezet, opdat genoemd
schip nog in dit jaar in dienst kan worden ge
steld.
De off. van gez. 2e kl. M. J. Brandtszal
naar men zegt, den off. van gez. 2e kl. J. H.
8mit vervangen aan boord van Zr. Ms. fregat
„Evertsen," zijnde deze laatste met'16 Mei be
vorderd tot off. van gez. Ie kl.
Naar men meldt zal de dirigeerende off. van
gez. Ie kl J. J. Borst, Zr. Mb. zeedienst met
pensioen verlaten.
Zr. Ms. instructiekorvet Urania is Woensdag
onder commando van den luit. t. z. Ie kl. M.
C. v. Doorn, te Willemsoord op de gebruikelijke
wijze in dienst gesteld, tot practische oefening
der adelborsten van het oudste studiejaar.
De luit.-gen. K. L. Pfeiffer, commandant van
het leger in Ned.-Indië, is op zijn verzoek, op de
meest eervolle wijze, met behoud van aanspraak
op pensioen, uit 's lands dienst ontslagen, onder
dankbetuiging voor de vele en gewichtig diensten
door hem aan den lande bewezen, een en ander
met bepaling dat het aidus verleende eervol ont
slag ingaat op den dag in de maand Juni a.s.
waarop genoemde opperofficier zijn betrekking zal
neaerleggen.
De gen.-maj. bij het leger in Ned.-Indië A.
Hage, is benoemd totluit.-gen. en tot commandant