't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1500.
Zaterdag 2 Juli 1887.
Vijftiende Jaargang.
De Huichelaar,
KALENDER DER WEEK.
VERGADERING
NIEUWSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGÈNS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Aan onze geabonneerden
buiten de gemeente, wordt
beleefdelijk verzocht het
abonnementsgeld Vliegend Blaadje, 2de
kwartaal 1887, te willen overmaken per
postwissel of in postzegels, vóór 5 Juli,
zullende anders daarover met 10 Cents
verhooging per post worden beschikt.
DE UITGEVERS.
In ons volgend nummer
zullen we een aanvang
maken met een boeienden
oman, onder den titel
vertaald door GERRIT J.
JULI, (Hooimaand), 31 dagen.
Opkomst der Zon 3 u. 45 m.
Onderg. 8 u. 22 m.
Zondag 3
Maandag 4 Kermis te Helder.
Dinsdag 5 V. Maan. Paardenmarkt te
Purmerend. Verjaardag van
Wilhelmina Frederika Anna Eli-
zabeth Maria, dochter van Z.K.H.
Prins Frederik (gehuwd met den
Prins zu Wied.
Woensdag 6
Donderdag 7
Vrijdag 8
Zaterdag 9
van den Raad der gemeente Helder,
op Dinsdag 28 Juni 1887.
Voorzitter de heer mr. K. J. C. Stakman Bosse.
Er zijn tegenwoordig 13 leden; de heeren van
Gijn, Tinkelenberg, van Neck en Korver zijn afwe
zig.
Na de opening der vergadering, het voorlezen en
de goedkeuring der notulen van de vorige zitting,
wordt met algemeene stemmen benoemd tot onder
wijzer aan de gemeenteschool no. 1 (in het Koe
gras) de heer E. J. Westendorp, onderwijzer te Nij
megen. Met den benoemde stonden op de voor
dracht de heeren A. Joman, te Oudkarpsel en P.
Drijver, te Haarlem.
Eenige af- en overschrijvingen op de begrooting
voor het dienstjaar 1886 worden, met het oog op de
eerlang intezenden rekening en verantwoording
over dat dienstjaar, ter tafel gebracht en met alge
meene stemmen goedgekeurd. Voorlezing ge
schiedt van een brief van den heer J.C.Jansen,
inhoudende het bericht, dat hij, wegens vertrek,
zijn lidmaatschap van den Raad nederlegt. In zeer
waardeerende woorden betuigt de Voorzitter hem
dank voor hetgeen hij, èn als lid van den Gemeente
raad èn als Üd der Commissie van Toezicht op het
Lager Onderwijs, gedaan heeft in 't belang der ge
meente. De leden leggen door bijvalsbetuigingen
hunne instemming met het gesprokene door den
Voorzitter aan den dag. Voor kennisgeving
worden aangenomen de mededeelingen, dat bij de
jongst gehouden verificatie van de boeken en de kas
van den gemeente-ontvanger een en ander in orde
en in kas is bevonden de som van f 21842,43£,
alsmede dat de heer H. Bitter Jr., arts, de benoe
ming tot gemeente geneesheer heeft aangenomen.
Er geschiedt voorlezing van eene missive van
heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie, be
denkingen inhoudende tegen de in de zitting van 10
dezer genomen besluiten tot verhoogde heffingen
van begrafenisrechten en marktgelden. Na eenige
discussie en na toelichting door den Voorzitter, wordt
eerstbedoeld besluit zoodanig gewijzigd, dat voor
het begraven van lijken van kinderen van 1 tot 12
jaren niet f 4,maar f 3,jizal verschuldigd zijn.
Ondanks de opmerkingen van Gedeputeerde
Staten, wordt het besluit, ter zake van marktgel
den ter gelegenheid van de Kermis, gehandhaafd.
De openbare zitting wordt opgeheven. In eene
vergadering met gesloten deuren worden vervol
gens onderzocht de ingekomen reclames tegen aan
slagen in den hoofdelijken omslag, dienst 1887.
Nadat de openbare vergadering heropend ib,
vestigt de heer J. C. Jansen de aandacht op het ge
vaar, dat voor de gemeente dreigt door de aan
komst van elders van z. g. kermiswagens met vaak
sterke bevolking. Elders is in zulk een wagen be
smettelijke ziekte uitgebroken. De Voorzitter zegt
een zeer nauwlettend toezicht der politie toe en sluit
daarop de zitting.
HELDER, 1 Juli 1887.
In Tivoli wordt de reeks der kermisver
makelijkheden Zondagavond reeds geopend door
't optreden van 't exentriciteiten en speciali
teiten-gezelschap van den heer Stroober. Deze
directeur heeft ook nu zijn best gedaan, om
de renommée, hier in vroeger jaren verkregen,
te handhaven. Zijn programma toont ons een
geheel nieuw gezelschap, bestaande uit artis-
ten op verschillend gebied. Muziek, zang en
kunstvaardige toerendoor de beroemdste
artisten uitgevoerd, zullen een aangename af
wisseling aanbieden en de bezoekers animee-
ren eens of meermalen terug te komen. We
houden 't er voor, dat de avonden, in Tivoli
doorgebracht, tot de aangenaamste kermis-
ontspanningen zullen behooren en twijfelen
ook niet, of 't publiek zal gaarne met dit ge
zelschap kennis willen maken.
't Gezelschap onder directie van den
heer van Lier begint reeds Maandagavond
met zijne tooneelvoorstellingen. Rekening
houdende met den smaak van 't groot
publiek, is 't repertoire met zorg gekozen.
«Marianne, de marketentster van't groote
legeren »De Kinderroofster zijn reeds
ontelbare malen voor een talrijk publiek
met den meesten bijval opgevoerd en zul
len ongetwijfeld ook bier talrijke bezoekers
trekken, 't Vervolg van 't repertoire zul
len we successievelijk onzen lezers mede-
deelen, wetende dat 't tooneel bier ter
plaatse steeds met ingenomenheid wordt
bezocht en als 't voornaamste onder de
kermisvermakelijkheden beschouwd.
De heeren S. Braaksma en J. Tb.
Tinkelenberg afredende als leden van den
gemeenteraad alhier, wenscben bij de a. s.
periodieke verkiezing niet herkozen te
worden.
Het Handelsblad meldt, dat van de
ontslagen werklieden van 's rijks werf
te Amsterdam, ruim een zestigtal tijdelijk,
doch minstens tot 31 December a. s., aan
's rijks werf alhier geplaatst kannen
worden.
Bij de gouvernements-marine in
Indië zijn benoemd tot gezaghebber 3e
kl. G. N. Z. Wallintot le stuurman C.
Kikkerttot 2e machinist W. G. Dietz.
Tot bewaarder bij de magazijnen en
stapelplaatsen van bet marine-etablisse
ment te Soerabaija, J. P. Kreupeling.
Zaterdagavond beeft de koetsier van
een hotelhouder te Alkmaar uit louter
jaloerscbbeid de dienstmeid met een mes
in den arm gestoken.
Commissarissen der baringjagerij te
Vlaardingen ontvingen telegrafisch bericht
uit Lerwick, dat de 2de jager, zynde de
stoomboot »Norland," Zaterdagavond ver
trokken is naar Vlaardingen met 232 ton
volle baring en 782 ton maatjesharing.
Het weder was zacht en de vangst ongelijk.
Op een nieuw adres om gratie voor
Domela Nieuwenhuis is door den minister
van justitie afwijzend beschikt.
Men schrijft aan de L. Ct.In de beide
laatste maanden, waarvan Juni nu haar einde
nadert, heeft een paar dagen de zuidenwind met
onweder en regen verkwikking aan het aardrijk
gebracht. Anders was steeds de bovenwind heer-
schende met groote droogte. Zelfs nu de langste
dag voorbij is, werd de weersgesteldheid niet
zomerachtig. De zwarte wolken, die steeds uit
het noorden opkomen, doen smeltende ijsbergen
vermoeden, en de weersgesteldheid bleef volgens
den thermometer gemiddeld 20 graden te laag.
Mei was guur en somher; Juni had verschroei-
enden zonneschijn met een ijzigen wind. Geen
wonder dat het veldgewas snakt naar regen. De
weilanden zijn dor, het gras komt niet aan voor
het vee, en de hoohonw gelukt niet. Er staat
weinig gras voor de zeis, dat tengevolge van de
koude spichtig is opgeschoten, en het hooi droogt
wel, maar het sterft niet; daaraan ontbreekt
zomerwarmtehet wordt half groen binnenge
haald. Iutnsschen jaagt de wind langs wandel
dreven en straatwegen geduchte stofwolken op,
die planten en kreupelhout met een grijze laag
bedekken, waarbij de stralende hoogstaande zon
iedere wolk, die regen deed verwachten, wegjaagt.
Zoo krijgen de groenten ook hunne beurt, die
stug zijn en niet aankomende bloemkool o. a.
die vocht verlangt, wordt gesneden, maar met
scheepsladingen bijna zonder bloem verzonden
armzalige bloemkool derhalve, waarbij de sop de
kool niet waard isUit alle oorden des lands
kwamen berichten over den voorbeeldeloozen bloei
der vruohtbooraen zeer waar. niet overdreven en
met een blijden hoop op een ruimen oogst. Maar
de vruchtzetting is bedrogen uitgekomen. Prui
men en kersen zijn klein, kleurloos en droog
aardbeziën zijn niet veel beter, missen geur en
kleur en zullen spoedig gedaan hebbenaardap
pelen ontwikkelen niet, de kooien zijn als stuiters
en het beschot is klein. Met de peren en appe
len gaat het niet veel beter. De zoogenaamde
zwarte vlieg, die de noordewind overbrengt, zet
zich in de vrucht, of de ruspen verwoesten deze
met de bladeren door hare vruchtbare nesten.
Wat er te wachten staat als de wind keert, is
duidelijkop zonneschijn volgt regen. Menigeen
kon dan wel eens zeggen wat valt er water, of
welk een nat najaar
Dezer dagen had te Amsterdam het
niet alledaagsch geval plaats, dat iemand
die in 't waterwas gevallen, door zijn redder
een arm uit het lichaam werd getrokken.
Door het te kort nemen van zijn draai,
reed een voerman met kar en paard in
de gracht. Natuurlijk lokte dit eenige
nieuwsgierigen op den walkantonder
die kijkers bevond zich ook een heer en
deze was door het schouwspel zoo ge
ïnteresseerd, dat aan zijn voet het steun
punt ontglipte en ook hij in de onwel
riekende gracht het paard gezelschap ging
houden. Maar kon dit laatste alleen door
Zincks werktuig gered worden, de gespierde
vuist van een matroos, die plat ter aarde
gelegen, den duiker bij den schouder vatte,
volbracht bij hem deze menschlievende daad.
Met een forschen ruk trekt hij den bemodder-
den heef aan den rand der gracht, doch op
eens klinkt een kreet van afgrijzen hij
hield den arm van den geredde in de
hand. Gelukkig bekwam de matroos van
den schrik, toen hij bemerkte dat het een
houten arm was, dien hij in zijn ijverig
pogen den drenkeling uit de jas getrokken
had.
Yan Oostzaan wordt bericht, dat de
begrafenis van Hottentot, die, gelijk men
weet, door een veldwachter bij een be
keuring is doodgeschoten, rustig is afge-
loopen.
Vermoedelijk is de inbraak in de
Balistraat te 's Gravenhage gepleegd door
een jongen.
Bij de nasporingen ter plaatse door de
politie vond zij in den tuin van het per
ceel, bij een muur een paar jongensschoe
nen. In huis vond zij een lederen pet
en een jongenshemd.
Een dame, die naast generaal K. woont,
heeft verklaard Zaterdagmiddag een jongen,
ongeveer 15 jaren oud, 't huis te hebben
zien verlaten. Hij trok de deur niet geheel
dicht.
Voorts vernemen wij, dat 't zilvergoed
door de bewoners, bij het verlaten van de
stad, in bewaring was gegeven bij een
andere familie. (N. Rott. Ct.)
Een Amsterdamsche familie, die
Zondag een uitstapje langs de Vecht deed,
bezocht te Maarsen het hotel »De Har
monie." Men amuseerde zich uitstekend,
totdat eensklaps de vreugde verstoord
werd door de komst van een wel geïn-
viteerden maar op deze partij niet
verwachten gast, daar een zoon zich als
wereldburger aanmeldde. (U. D.)
Maandag werd te Nijmegen in hech
tenis genomen de dienstbode J. D., 23
jaar, afkomstig uit Millingen, wegens
poging tot moord op de logèe van haren
meester, door middel van vergif.
Dat er aan de beste zeehavens zelfs
nog een en ander met betrekking tot de
scheepvaart te verbeteren valt aldus
schrijft men aan het N. v. d. D. zou
men kunnen afleiden uit het geval dat
een Fransch oorlogsschip Zaterdag jl. te
Vlissingen overkwam. Dit vaartuig la
Monette, kon aldaar geen drinkwater in
nemen en stoomde daartoe op naar Mid
delburg. Ook een zeilschip, dat te Vlis
singen zeilklaar lag, kon door middel van
de waterleiding slechts met groote moeite
zijn liggers gevuld krijgen. De aldaar
bestaande waterleiding schijnt voor dit
doel onvoldoende, en het aan de dokken
opgerichte gebouw, waarin zeewater in
drinkwater werd omgezet, is sedert lang
aan zijn bestemming onttrokken.
Te Joure heeft een hevig gevecht
plaats gehad, waarbij een verpleegde uit
het armhuis door H. H., uit Oudehaske,
een kogel door den voet werd geschoten.
Politie en omstanders kwamen te hulp,
en, hoewel de woesteling met een zeis in
het rond sloeg, werd hij gearresteerd en
achter slot gebracht.
De heer Jb. Bakker, directeur der Timmerschool,
ontving een zeer eervol getuigschrift, waarin ech
ter niet werd genoemd de degelijkheid zijner school
(zooals in 't bericht wordt gezegd), maar de wijze
waarop hij, door inzending van het werk zijner leer
lingen, het doel der Tentoonstelling heeft helpen
bevorderen.
Errata.
In 't verslag der uitreiking bekroningen Nijver
heids-Tenstoonstelling komt eene onjuistheid voor
Kanton Helder.
Zitting 29 Juni '87.
Veroordeeld zijn
1 persoon, wegens openbare dronkenschap, bij
4e herhaling op twee verschillende tijdstippen,
tot 14 dagen hechtenis en plaatsing in eenrijks-
werkinriehting, voor den tijd van 6 maanden
1 persoon wegens plegen van straatschenderij,
tot f3 boete, subs. 1 dag hechtenis;
11 personen, wegens openbare dronkenschap,
tot f3 boete, subs. 1 dag hechtenis;
2 personen, wegens het plaatsen van voorwer
pen op de straat zonder vergunning, tot f 1 boete,
snbs. 1 dag hechtenis
1 persoon, wegens het laten liggen van een
hoeveelheid kalkpnin, op de losplaats aan de haven
te Oude Schild op Texel, zonder speciale vergun
ning v. d. havenmeester, tot f3 boete, snbs. 1
dag hechtenis;
3 personen, wegens het in de maand April te
samen en in vereeniging zoeken naar kievitseieren,
op eens anders grond, zonder vergunning, met
opgave van valsche namen tijdens de bekeuring,
ieder tot f 20 boete, subs. 4 dagen hechtenis
1 persoon, wegens het, als bestuurder van een
voertuig, daarmede in de maand Januari, na des
avonds 6 uur, rijden op de openbare straat, zon
der voorzied te zijn van een brandende lantaarn,
tot f 1 boete, snbs. 1 dag hechtenis
1 persoon, wegens het laten loopen van vee
op een openbaren weg, zonder daartoe te zijn ge
rechtigd, boete f 1, subs. 1 dag hechtenis
1 persoon, wegens het laten loopen van een
hond op de openbare straat, niettegenstaande
zulks pas verboden was, boete f3, subs. 1 dag
hechtenis
1 persoon, wegens het laten loopen van niet
uitvliegend pluimgedierte, zonder daartoe te zijn
gerechtigd, tot f 3 boete, subs. 1 dag heohtenis.
Afloop der Veiling van Huizen en Erven.
Gehouden op Woensdag 29 Jnni 1887,
in het lokaal „Tivoli," ten overstaan van den
Notaris HORDIJK, te Helder.
I. Een Huis, waarin beneden een winkel, en Erf,
aan de Binnenhaven, N 71a en 71, groot 65 centi
aren. 2. Een Huis, Benedenhuis en Erf, naast
het vorige, groot 79 cent. 3. Een Hnis en Erf,
aan de Achterbinnenhaven, achter het vorige, groot
27 cent. 4. Een Hnis en Erf, naast het vorige,
groot 27 cent. 5. Een Werkloods, naast het
vorige, groot 31 cent.; de vijf perc., kooper de heer
B. Boon te Helder, voor f 2195.
6. Een Hnis en Erf, aan de Molengracht, L
256, groot 56 cent.; kooper de heer W. C. G. de
Gelder te Alkmaar, voor f1240.
7. Een Hnis en Erf, aan de Spoorstraat, P
448-70, groot 49 cent. 8. Een Hnis en Erf,
naast het vorige, groot 49 cent.; de twee perc.,
kooper de heer J. Graaff te Helder, voor f1955.
9. Een Huis en Erf, aan de loodsgracht, I 407,
groot 51 cent.kooper de heer Wijker te Helder qq,
voor f 2060.
10. Een Huis en Erf, achter het vorige, groot
33 cent.; kooper de heer N. J.Franket te Helder,
voor f 400.
II. Een Huis en Erf, aldaar, aan de Vlaming
straat, P 150, groot 84 cent. 12. Een Huis en
Erf, naast het vorige, groot 84 cent. 13. Een
Hnis eu Erf, naast het vorige, groot 84 cent.
14. Een Huis en Erf, naast het vorige, groot 63
cent. 15. Een Huis en Erf, naast het vorige
groot 63 cent.; de vijf perc., kooper de heer J. C-
Abraham te Helder qq, voor f 3141.
Oog om Oog-Tand om Tand.
Roman van Hans IIeinrich Schefsky.
33. Bewerkt door AMO.
„Ik vergeef u alles," fluisterde Vollmar met
tranen in de oogen. ,/Gij zijt ongelukkiger ge
weest dan ik."
Eer hij het verhinderen kon, bracht Dora
zijn hand aan haar lippen, trok hem toen
zacht over zich heen, sloot hem in haar armen,
en terwijl zijn hoofd aan haar boezem lag,
kuste zij hem hartstochtelijk.
Toen zij zich oprichtte, zag zij bijna vroo-
lijk rend. „Nu kan ik gerust sterven," zei ze,
„en hier, mijn vriend, neem als aandenken
dezen ring, houd hem heilig hij heeft aan
goede menschen toebehoord. Hier in deze ver
dieping, onder den brillant, is een haarlok
geborgen; ik vermoed, dat die lok van mijn
vader afkomstig is."
Met wijdgeopende oogen zag Vollmar hkar
aan; er was geen twijfel mogelijk, hier lag
de dochter van graaf Hardenberg, de erfge
name van millioenen.
In groote haast deelde Vollmar Dora zijn
vermoeden mede; alle opgaven stemden over
een de laatste beslissing zou haar moeder
geven, die in het huis van den geestelijke
vertoefde.
„Ga ga spoedig!" riep Dora, opdat ik
vóór mijn dood mijn moeder nog omarmen en
haar zegen vragen kan."
Vollmar ijlde in den stillen nacht voort;
het scheen hem toe, of alles een droom
was.
Een half uur later kwam hg met de oude
Lize en den geestelijke in de villa Mandoli-
nata terug; de dokter trad hen te gemoet:
Dora had zoo juist den geest gegeven.
Met een gil wierp de moeder zich op haar
dood kindzij had haar ring herkendzij had
haar kind teruggevonden, maar hield slechts
een levenloos omhulsel in haar armen. Zij
kuste dien kouden mond, die gesloten oogen
en haar heete tranen bevochtigden Dora's ge
laat. De geestelijke vouwde de handen en
sprak plechtig: „De wegen Gods zijn won
derbaar en ondoorgrondelijk; wat Hij doet
is wel gedaan."
„Amen!" besloot Vollmar en hij weende.
XV.
Tien jaren zijn voorbij gegaan. Op het Les-
sing-plein verheft zich nog altijd het prach
tige gebouw van graaf Hardenberg. De naam
«Paleis Hardenberg" is veranderd in //Har
denberg-AsyL"
Honderden ongelukkigen vinden hier troost
en leniging in hun lijden. Nooit werden de
millioenen van een edel mensch tot een beter
doel aangewend. Het is 's middags twaalf
uur. In zijn weelderig ingerichte kamer zit de
directeur der inrichting, Theodoor Vollmar,
een ernstig man met grijs haar. Een flinke
vrouw in haar beste levensjaren, net burger
lijk gekleed, zit tegenover hem. Zij schijnen
te spreken over eene aangelegenheid, het ge
sticht betreffende. De jonge blonde vrouw
wendt al hare welsprekendheid aan om den
directeur tot iets over te halen.
„Nu goed!" antwoordt Vollmar einde
lijk; „ik zal dan peter over uw kind zyn,
maar ik heb óón verzoek omtrent het meisje,
lieve Hulda!"
„Spreek op dan maar," zegt de jonge vrouw
„mijn man en ik, wij zullen zeker alles gaarne
voor u doen."
Vollmar zag haar ernstig aan. //Het meisje
moet Dora heeten," zei hij kort-af en wendde
zich naar het venster.
„Anders niet?" riep de jonge vrouw uit;
„dat is toegestaan en nu adieu. Ik heb
mijn handen vol met het doopmaal en groot
moeder wacht met de kleine thuis."
Vollmar ziet haar na. „Zij is gelukkig,
mompelt hij„ik heb niet slecht aan haar
gedaan. Haar man, mijn eerste beambte, is
door mij in zyn betrekking gekomen; zoo
heb ik haar mijn dankbaarheid betoond."
Een kantoorbediende treedt binnen en over
handigt zijn chef een naamkaartje.
Het luidt:
Max Hardenberg.
Farmer.
Pennsylvania.
Het volgende oogenblik treedt een krachtig
blond man binnen, vergezeld van een elegant
gekleede dame, die een flinken negen-jarigen
knaap aan de hand houdt.
„U heer graaf?" roept Vollmar met
blijde verbazing. „U en nu het te
laat is?"
„Te laat?" vraagt Max. //Gij gelooft toch
niet dat ik om dat geld kom? Dat is zoo goed
besteed, als ik het ooit zou hebben kunnen
doen; neen, ik wilde Marie (myn vrouw)
en den jongen mijn vaderland eens laten zien
en het graf van mijn vader bezoeken."
Daarop vertelde hij hoe hij na harden strijd
in Pennsylvanië grond had gekocht en door
gelukkige oogsten van jaar tot jaar zijn farm
had uitgebreid. Hij bezat nu zooveel grond
eigendom, dat hij niet met Drakenstein zou
willen ruilen.
„A propos!" riep hij vroolijk, „hoe gaat
het met mijn vriend Nathan Ehrentraut?
Heeft mijn geld hem zegen gebracht?"
Vollmar schudde het hoofd. „Ook zijne zon
den zyn aan zyn kinderen vreeselyk bezocht!
Zijn lieveling Esther stierf aan een gebroken
hart; reeds lang is zij in de groeve verteerd
en acht dagen geleden daalde zijn zoon ten
gr ave; hij stierf aan eene borstkwaal. Na
than Ehrentraut heeft zijn kinderen overleefd.
Men zegt hij is geheel versuft en verstompt;
een hulpbehoevende grijsaard. Zijn schoon
zoon Golinski is gevlucht; niemand heeft hem
ooit weergezien."
De middagzon zond haar gouden stralen
neer, toen vier personen aan het graf van
graaf von Hardenberg stondenhet waren
Max met de zijnen en Theodoor Vollmar.
„O, vader! kondet ge nu bij ons zijn," sprak
Max met luide stem; „uw zegen zoudt ge ons
zeker geven. Ik heb een brave vrouw, een
lief kind en een goed gewetenis er groo-
ter schat? is er een hooger levensgeluk?"
Vollmar vatte de hand van Max en maakte
hem bekend met hetgeen na den dood zijns
vaders was gedaan. Toen omhelsde Max zijn
vrouw, drukte zijn kind tegen zich aan en
riep uit: //De zonden der vaderen zijn thans
verzoend; vrede zij den dooden en vroolijk-
heid en welvaart allen levenden!"
Einde.