't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1578. Zaterdag 31 Maart 1888. Zestiende Jaargang. KALENDER DER WEEK. VERGADERING NIEUWSTIJDINGEN. ADonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BEBKHOUT Co., te Helder. Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Advertentlën van 1 tot 5 regels25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. Aan onze geabonneerden buiten de gemeente, wordt beleetd verzocht 't abonne mentsgeld Vliegend Blaadje, le kwartaal 1888, te willen overmaken in postzegels of per postwisselvoor 5 April e.k., zul lende anders daarover met 10 Cts. ver hooging per post worden beschikt. DE UITGEVERS. APRIL, Grasmaand, 30 dagen. Opkomst der Zon 5 u. 32 m. Onderg. u 6 u. 34 m. Zondag 1 Paschen. Maandag 2 2e Paaschdag. Israël. Dinsdag 3 Laatste Kwartier, j Paschen. Woensdag 4 Donderdag 5 Vrijdag 6 Zaterdag 7 van den Raad der gemeente Helder, op Dinsdag 27 Maart 1888. Voorzitter ar. K. J. C. Stakman Bosse. Tegenwoordig 15 leden; afwezig de heeren Maalateed en Franken. De notulen der vorige zitting worden, na de opening der vergadering, voorgelezen en goedge keurd. 't Eerst komt daarna aan de orde het rapport in zake wijziging in de aanbestedingen van de openbare werken en in de instructie van den gemeente-bouwmeester. Door den heer Janzen wordt, namens de commissie van bijstand, in zake de gemeentewerken, dit rapport uitgebracht. In verband met den inhond van dit rapport, wordt door den heer Beukenkamp het door hem gedane voorstel tot verhooging der jaarwedde van den gemeente-bouwmeester, onder verbod van 't ver- riohten van andere werkzaamheden dan die der gemeente, ingetrokken. De conclussie van 't rapport, de strekking hebbende om op de grootst mogelijke duidelijkheid in de bestekken voor de aanneming van 't onderhoud der openbare wer ken aan te dringen, wordt met algemeene stem men aangenomen. De heer Oudenhoven had nog uitstel der behandeling gewenscht, doch zijn voorstel daartoe werd met 9 tegen 6 stemmen verworpen. De gewijzigde instructie voor den gemeente-bouwmeester, werd daarop met eenpa rige stemmen goedgekeurd en vastgesteld. Door den voorzitter wordt herinnerd aan een 7-tal ingekomen adressen, inhoudende het ver zoek om bestrating in onderscheidene deelen der gemeente. Die adressen zijn onderzocht en een raming is opgemaakt van de kosten, die de ver vulling dier wenschen noodig zouden maken. Aangezien er echter slechts f 7000 beschikbaar is, wordt voorgesteld uit de onderstaande opgave een keuze te doen. Hoogstraat, raming f3780. Californiestraat, - 3170. Gravenstraat, - 5915. Breewaterstraat, -1035. 2e en 3e Molenstraat, - 5290. Vischstraat, - 325. Bassingracht en Onrust, -1000. Diaconiestraat, - 2290. Totaal f22805. Op voorstel van den voorzitter wordt, met bijna eenparige stemmen, besloten de Hoogstraat en de Californiestraat van een behoorlijk pla veisel te voorzien. Door de heeren Over de Linden en v. Twiak werden te vergeefs de be langen bepleit van de bewoners der Gravenstraat. Nog werd door den voorzitter toegestemd, dat, als er eenige gelden overblijven, aan de behoefte aan bestrating in de Yischstraat zal worden vol daan. Er geschiedt voorlezing van een adres van den pachter van het pontveer over het Heldersche kanaal, nabij de Keizerstraat, inhondende het verzoek om verlenging van het contract met de gemeente, na 1 Juli a. s. De heer Kor ver dringt aan op uitstel eener beslissing in deze, met het oog op een dezer dagen ontworpen plan tot stichting eener loopbrng, die slechts f1000 a f 1200 zou moeten kosten en in een zeer drin gende behoefte zon voorzien. Op financieele gronden wordt het plan tot het leggen van een loopbrug door den voorzitter bestreden. 8preker doet uitkomen, dat nu, bij weinig onderhond, het pontveer jaarlijks f400 in de gemeentekas doet vloeien. Dit geeft den heer Korver aan leiding op te merken, dat als zoo'n pontveer zoo nattig is, de gemeente dan beter deed, be staande bruggen af te breken en door pontvee- ren te doen vervangen. Spreker doet het be lang der zaak uitkomen en vleit zich, dat parti culieren wel bereid zouden zijn aan de uitvoering ▼an 't plan geldelijke bijdragen te verleenen. Na nog eenige bespreking wordt met 9 tegen 5 stemmen besloten een nieuwe verpachting te doen plaats hebben. Tegen stemden de heeren Yan Neck, Over de Linden, Oudenhoven, Verfaille en de voorzitter. Deze leden wilden het verzoek van adressant inwilligen en het contract besten digen. De heer Korver verklaarde zich voor uitstel van verdere behandeling dezer zaak. Door den heer A. Klik is een adres ingediend bij B. en W., om voor den opslag van petrolenm in het Heldersche kanaal een goed afgesloten ijzeren lichterschip te mogen plaatsen. Daar dit kanaal een gemeente-*ater is, wordt de toestem ming van den Raad vereischt vóór het nemen eener beslissing. Met 10 tegen 4 stemmen wordt de gevraagde toestemming verleend. Tegen stem den de heeren Janzen, Hoogenbosob, Korver en de voorzitter. De heer Klik nam aan de stem ming geen deel. Er wordt overgegaan tot de benoeming van een lid der commissie van toe zicht op het middelbaar onderwijs, in de plaats van den naar elders vertrokken heer J. C. Jansen. Op de aanbevelingslijst, door genoemde commis sie ingezonden, kwamen voor de heeren J. T. Tinkelenberg, en D. J. van Wijngaarden. De gehouden stemming had dezen uitslagde heer van Wijngaarden verkreeg 7, de heer Tinkelen berg 5 en de heer L. W. C. P. Visser 3 stemmen. Geen volstrekte meerderheid verkregen zijnde, was een nieuwe vrije stemming noodig. Geko zen werd de heer v. Wijngaarden met 8 stem men, de heer Visser verkreeg nn 4, de heer Tinkelenberg 3 stemmen. Met eenparige stemmen worden goedgekeurd en vastgesteld de door B. en W. ter tafel ge brachte voljaars kohieren voor den hoofdelijken omslag en voor de honden-belasting, beiden voor het dienstjaar 1888 en respectivelijk tot een be drag van f28609.14 en f 1657.50. Voor kennisgeving worden aangenomen deze mededeelingendat de gemeente in 1886 uit 's rijks kas te veel heeft genoten, als de vergoe ding van de kosten voor het lager onderwijs, de som van f568,31 dat de cursus 1887/88 van de industrie school, op Zaterdag 31 dezer zal worden besloten dat den heer S. T. Land, in 't hoofd -kiestrict Helder gekozen tot lid van de Tweede Kamer, door tusschenkomst van den Minister van Marine en van den commandant der zeemacht in Oost-Indië de kennisgeving zijner benoeming ia toegezonden en dat de be noemde bij aanneming terstond kan repatrieëren en eindelijk dat de commissaris van politie een uitgebreid rapport heeft opgemaakt van de werk zaamheid der politie in 1887. Bij monde van den heer Korver wordt de activiteit der politie hulde gebracht. De zitting wordt hierop ge sloten. HELDER, 30 Maart 1888. Maandag j.1. werd de gewone alge meene vergadering der Duinwaterleiding- Maatschappij van den Helder en het Nieu- wediep te Amsterdam gehouden. Uit het verslag, door den directeur, den hr. C J. v. Spal, uitgebracht, bleek, dat de werken zich m goeden staat bevinden en in 1887 een nieuwe stoomketel, gele verd door de heeren H. en J. Suiver, ge plaatst werd, die volkomen aan de ver wachting voldeed. De ontvangsten voor waterverbruik be droegen f18,325,291/*» terwjjl de onkosten £8,464,4878 waren, zoodat na uitloting en aflossing van een obligatie der leening en de gewone afschrijving, aan aandeelhou ders 5 pCt. van hunne aandeelen kan uit betaald worden. De voorzitter bracht in herinnering 't verlies, dat de Maatschappij leed door den dood van den oudsten commissaris, den heer Mr. H. J. Van Lennep, die steeds met de meeste toewijding de belangen der waterleiding behartigd had. Tot commissaris werd benoemd de hr. Jhr. Th. Brantzen. Het dividend werd bepaald op 5 pCt. te betalen op 3 April a.s. De obligatie N°. 18 wordt uitgeloot. Na dankzegging van den Directeur, voor de ijverige behartiging der zaken van de Maatschappij, werd de vergadering gesloten. Op Texelstroom is Maandag een boei opgevischt met een groot haringnet er aan. Het net, waarin nog veel haring was, is in de Texelsche haven aangebracht. Aangaande de leening der Zuider- zee-Vereeniging, ten bedrage van f90,000, verneemt men dat deze nog verre van volteekend is. Wijl de mogelijkheid be staat, dat vele landgenooten aan deze zaak nog nieü genoegzame aandacht heb ben geschonken, mag deze nog wel eens in herinnering worden gebracht. Het geldt hier geen onderneming waarbij rechtstreeksche winst te behalen is, doch het betreft de voorbereiding van een zaak, welke de mogelijkheid opent om later duizenden landgenooten tot zegen te kunnen zijn. Zoowel voor- als tegenstan ders van het denkbeeld der Zuiderzeedroog- legging kunnen zich bij deze onderneming aansluiten, wjjl deze alleen beoogt het instellen van een wetenschappelijk onder hoek naar de wenschelgkheid en de uit voerbaarheid daarvan. Gelijk wij reeds vroeger hebben mede gedeeld, is de splitsing in kleine aandee len van f 50 alleszins geschikt om be langstellenden uit alle rangen en standen aan deze werkelijk nationale zaak te doen deelnemen. Uit Vlissingen wordt gemeld, dat Jacob Hobein, de welbekende held van 1830, ernstig ziek ligt. Zijn toestand wordt zorgwekkend geacht. Een jolleman, die Woensdagmorgen drie Eng. matrozen naar hun schip in het Oosterdok zou brengen, geraakte met hen in twist over het verdiende geldmet het gevolg, dat de vlet kantelde en allen te water vielen, waarbij er een verdronkde jolleman en twee matrozen werden gered door de haven-politie en dadelijk in ar rest gebracht. Bij de nieuwe verkiezing voor de 2de Kamer der St.-Gen. zijn gekozen te Rotterdam de hr. G. H. Hintzen (liber.) Te Amersfoort A. E. Baron Mackay (anti-revolut.) Het voorbeeld van de liberale kies- vereeniging Burgerplichtte Dordrecht vindt reeds navolgingeen kiezer te Schiedam heeft uit dankbaarheid voor den uitslag der herstemming in dat district, aan de armen der Ned. Gem. aldaar een som van f 500 afgestaan. Nederland telt ongeveer 661,000 schoolgaande kinderen. Ruim 80,000 kin deren ontvangen in het geheel geen on derwas en 30,000 ouderlooze kinderen worden door de liefdadigheid verzorgd. Bij de verschilleude regimenten inf. ontbraken op 15 Maart 70 korpor. Op datzelfde tijdstip waren aanwezig 71 serg. tit. en 214 korp die wel de geschiktheid hadden om tot serg. of four. bevorderd te wordenmaar wegens gebrek aan va catures niet geplaatst kunnen worden. Dat er te Middelstum bij den laat- sten sneeuwstorm bergen sneeuw bij el kaar zijn vergaard, blijkt daaruit, dat uit een tuintje van ongeveer 5 are circa 4000 kruiwagens vol zijn weggeruimd. De gepensionneerde Vice-Admiraal O. A. Uhlenbeck, die Maandagavond j.1. te 's-Hage overleden is, werd 18 Maart 1810 geboren te Colombo (Ceylon). Op 16jarigen leeftijd werd hij geadmit teerd als cadet aan de artillerie- en ge nieschool te Delft, en den ln Juli 1829 ging hij over naar het Instituut voor de marine te Medemblik. Van dien tijd dag- teekent dus zijn in-dienst-treding bij 's- Rijks militaire zeemacht. In 1834 verwierf hij den officiers-rang als luitenant ter zee 2e klasse, den len Januari 1847 gevolgd door zijn bevorde ring tot luitenant ter zee 1ste klasse. In 1857 benoemd tot kaptein-lnitenant ter zee, in 1861 tot kaptein ter z klom Uhlenbeck op tot den rang van Schout bij-Nacht in het jaar 1866, om den len Juli 1869 den hoogsten titel bij de Ma rine te bereiken, dien van vice-aduiiraal. Reeds op jeugdigen leeftijd onderscheidde hij zich door buitengewoon moedsbetoon. In een der gevechten te Palembang werd hij gewond. Ook in het moederland heeft hij deelgenomen aan wapenfeiten. Wegens zijn gedrag op de Schelde in 1830, werd de toenmalige adelborst der Marine benoemd tot ridder 4e klasse der Militaire Willemsorde. In den loop van zijn diensttijd heeft Uhlenbeck menigmalen de vruchten gele verd van zijn wetenschappelijke studiën op het gebied der oorlogsmarine. Indertijd werd hij naar Engeland ge committeerd tot bestudeering van het vraagstuk van het varen en werken on der zee. Den 17n Februari 1854 werd hem de betrekking opgedragen van onder-inspec teur van het loodswezen te Amsterdam in Juli 1859 kreeg hij het bevel over de zeemacht in de kolonie Suriname; met 1 Augustus 1866 werd hij benoemd tot di recteur commandant der marine te Wil lemsoord, welke functie hij tot 1870 ver vulde, toen hij naar Oost-Indië vertrok, ten einde den Schout-bij-Nacht Andreae te vervangen als commandant der zee macht en chef van het departement van marine in Nederlandsch-Indië, welk bevel hij in 1870 overdroeg aan den vice-ad- miraal Geerling. In 1874 verliet de vice-admiraal Uh lenbeck met pensioen den zeedienst, ge durende welken hij herhaaldelijk bewijzen mocht ondervinden van 'sKonings bijzon dere tevredenheid, o.a. door zgne benoe ming tot ridder van den Nederlandschen Leeuw, tot grootofficier der orde van de Eikenkroon, en tot Zr. Ms. Adjudant in buitengewonen dienst. Z. M. bleef met den vice-admiraal Uhlenbeck persoonlijke banden van genegenheid onderhouden, waarvan de Koning menigmalen in het openbaar deed blijken. De vice-admiraal Uhlenbeck vertoonde het zuivere type van een vloot-bevelheb- ber, en zijn kranige, echte zeemansfiguur, zijn ronda manieren, zullen ongetwijfeld allen, die hem kenden of ontmoetten, niet licht uit het geheugen gaan. De nieuwe Duitsche keizer heeft zich bijzonder het lot der slachtoffers van de jongste overstroomingen aangetrokken. Z. M. gaf last tot maatregelen tot leni ging van den nood niet alleen, maar ook ter voorkoming van herhaling der rampen Nog in deze zitting van den Landdag verwachtte men een voordracht in dien Het door de Elbe overstroomde gebied werd door nagenoeg 10,000 menschen bewoond. Niet alleen de Mecklenburg- sche stad Doemitz, maar ook de Bran- denburgsche stad Leuzen en de Hanover- sche stad Hitzacher, alsmede 30 a 40 dorpen, staan daar onder water. Te Leuzen moeten vele menschen verdronken zijn. Ook kwam veel vee om het leven. De schade is nog niet te berekenen, en er heerscht groote ellende in de zwaar be zochte streken. Er trokken 400 pionniers uit, als tot een veldtocht tegen het vernielend element. Zij redden vele menschen, die op daken of in boomkruinen dagen lang zonder voedsel hadden doorgebracht, of die op boomstammen ronddreven. Het reddingswerk werd zeer bemoei lijkt door ysschotsen, welke de booten en de schuitjes in het varen belemmerden, en allerlei huisraad, enz., dat in het slij- kerige water dreef. Ook de Weichsel en de Nogat richtten, door ijsopstopping buiten hare oevers ge treden, groote verwoesting aan. Bij Ma- rienburg is een dijk doorgebroken over een breedte van 400 meter. Tien dorpen werden daar overstroomd en het water drong de stad binnen, zoo snel, dat de brandweer slechts met moeite de men schen kon redden uit de gevangenis, het gerechtshof, het postkantoor en particu liere huizen. Ook de voorsteden van El- bing, waar vele fabrieksarbeiders wonen, staan onder water. De steeds wassende wateren van Weich sel en Nogat voeren torenhooge ijsschot- sen mee, welke alles op hun weg vernielen. Later bericht: Steeds droever luiden de berichten om trent de verwoestingen, door de over stroomingen van Elbe, Weichsel, Nogat, Warte en Oder aangericht. Meer dan 80 plaatsen in Noord-Duitschland staan onder water, en onder dezen zijn ver scheidene aanzienlijke steden, zooals Po sen, Elbing en Marienburg. Ook Dantzig wordt bedreigd. In de lage landen van de Weichsel alléén reeds zijn 3000 men schen zonder dak. Aan de Elbe bij Boit- zenburg zijn 15 dorpen overstroomd, en bij Dannenberg 30 dorpen. Hevige regen doet het water nog stijgen en verergert de algemeene verwoesting. Posterijen. LIJST van brieven, enz., geadresseerd aan onbekenden, gedurende de le helft der maand Maart 1888 K. Slotter, Amsterdam. Mej. H. C. van Yierbergen, id. Mej. Peereboom, id. Mej, Meeuwsen, id. J. Boot, id. Mej. J. Aven- tuur, id. N. Brizé, Haarlem. M. de Winter, Middelburg. J. H. Zeeman, Nieuwer-Arastel. W. F. van Unen, Prinsenhage. Mej. G. Groenewegen, Rotterdam. Van Hypolitushoef S. D. Saangus, Rotterdam. Verzonden ge weest naar Amerike J. H. Verhorst, De Directeur van het Postkantoor, POLVLIET. Kon. Ned. Posterijen. De Directeur van het Postkantoor te Hel der maakt bekend, dat van af Donderdag den 29en Maart, 's av. ten elf ure, per stoomboot naar Amsterdam, een verzending van brieven enz., zal plaats hebben. Laatste buslichting aan liet kantoor ten 10 ure 's av. Aangeteekende brieven en voorwerpen der pakketpost worden met dezen dienst niet verzonden. Ingezonden. Mijnheer de Redacteur! Sta mij, na beleefd verzoek, eenige plaats ruimte af, waarvoor ik U alsdan bij voorbaat dank zeg. Waarom ik U, Mijnheer de Redacteur, om ee nige plaatsruimte verzocht, het is, om eene po ging te wagen, of er in de algemeen gevoerde lichten der visschersschepen niet eenige wijziging en tevens verbetering is te brengen. Dat hier hoofdzakelijk de onoverdekte vaartuigen worden bedoeld, wordt duidelijk, wanneer wij weten, dat de grootere, de overdekte vaartuigen, de bij de Wet voorgeschreven zijnde lichten voeren, ten minste zoolang dezelve zeilende en niet visschende zijn. Bij eerstgenoemde is dit e, niet het geval, immers, hetzij een zoodanig vaartuig ten anker ligt, of wel zeilende of visschende is, er wordt geen ander dan één wit licht getoond. Het be hoeft, dunkt mij, nauwelijks gezegd, dat het voe ren van een zoodanig, veelal zeer gebrekkig licht, iu drie verschillende gevallen, niet alleen zeer onvolkomen, doch ook uiterst gevaarlijk voor de opvarenden zelve is, wijl een naderend vaartuig, hetzij stoom- of zeilschip, niet zelden tot onver hoopt handelen wordt gedwongen, ten einde aan varing te voorkomen, en wel om de eenvoudigste reden, dat het niet uit te maken was, over welke boeg het visschende of zeilende vaartuig gelegen was. 't Is waar, artikel 10 van het Kon. Besl. van den 26n Juli 1885 schrijft voor, dat de hier bedoelde vaartuigen voorzien moeten zijn van een lantaarn, waarvan de eene helft groen de andere helft rood licht uitstraalt. Ten einde aanvaring te voorkomen, moet die lantaarn tijdig worden uitgestoken, met het groene licht naar stuurboord met het roode licht naar bakboord gekeerd. Ik laat in 't midden of er zich aan boord van ieder visschersvaartuig een zoodanige lantaarn bevindt, en of er in dat geval wel het noodige gebruik van wordt gemaaktvan bevoegde zijde wordt dit wel betwijfeld. Het zou dus zeer gewenscht zijn in 't belang der reederijën zelve, doch niet het minst voor de opvarenden, dat hierin eenige verbetering, werd - gebracht, hetgeen naar mijn inzien, op de vol gende zeer eenvoudige wijze zou kunnen ge schieden: „Wanneer bijv. het thans in gebruik zijnde witte licht ter zelfder plaatse werd vervangen door een lantaarn, waaruit aan stunrboord groen, bakboord rood en recht vooruit wit licht uit straalde, zou het voor een naderend schip meer duidelijk worden, hoedanig het had uit-te-wijken, terwijl het witte licht, dat recht vooruit te zien zou zijp bewees, dat het een visscheud vaartuig was, waarvoor uitgeweken moest worden ging ,en onder zeil, dat men dus ophield met visschen, zcu het witte licht onzichtbaar gemaakt kunnen worden, zoodat slechts het roode en groene lieht overbleven. Deze lantaarn zou een meer vierkan ten vorm moeten hebben dan de thans bestaande bollantaarn, terwijl de gekleurde glazen zoodanig moeten worden ingericht, dat het roode en groene licht ieder afzonderlijk niet anders te zien waren dan van recht vooruit tot twee streken achterlij ker dan dwars. De thans in gebruik zijnde bol lantaarn zou als achterlicht gebezigd kunnen worden. Misschien ben ik wat breedvoerig," met het oog op de besohikbare plaatsruimte, doch korter dan ik wel wenschte, het voor en tegen der beide lantaurns, zou met voorbeelden kunnen worden uiteengezet. Ik hoop echter door belanghbebenden begrepen te zijn, en wel zoodanig, dut een spoedige toe passing er het gevolg van wezen moge. De be staande Visscherij-Muatschappijën, alsmede h.h. reeders, zonden deie toepassing aanmerkelijk, in de hand kunnen werken. De kans van aanvaring met visschersvaartnigen zou daarom zéér zeker verminderen, hetgeen tot heden toe, helaas maar al te veel plaats vindt. Moge het blijken, dat velen toonen het in deze met den inzender eens te zijn en dat de uit komst de verwachting overtreffe. Heldeb, 28 Maart. T. Smit. Marine en Leger. De Minister van Marine brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de Commissie, belast met het afnemen van het toelatings-examen aan de adspiranten voor adelborst 3de klasse bij het ko ninklijk instituut voor de marine teWillemaoord, in dit jaar is samengesteld als volgt: Yoorzitter de gepensionneerde vice-admiraal F. A. A. Gregory, president der commissie tot het examineeren van zeeofficieren en adelborsten. Ledende gepensionneerde kapitein-luitenant ter zee titulair L. A. Walaardt Sacré, permanent lid van bovengenoemde commissiede heer Dr. G. A. Oskamp, hoogleeraar titulair in de hoogere

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1888 | | pagina 1