't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1624. Zaterdag 8 September 1888. Zestiende Jaargang. 1 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. KALENDER DER WEEK. VERGADERING NIEUWSTIJDINGEN. Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post75 Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. AdverteutlCn Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. SEPTEMBER, Herfstmaand, 30 dagen. Opkomst der Zon 5 u. 27 m. Onderg. t, 6 u. 26 m. Zondag 9 Maandag 10 Dinsdag 11 Woensdag 12 Eerste Kwartier. Donderdag 13 Vrijdag 14 Zaterdag 15 Israël. Verzoendag. van den Raad der gemeente Helder, op Dinsdag 4 Sept. 1888. Voorzitter de heer C. A. Beukenkamp. Tegenwoordig 16 leden; afwezig de heer Franken1 vacature. De tribune is zeer talrijk bezet. Na de opening der vergadering geschiedt voorlezing van de notulen der laatstgehouden gewone en buitengewone zitting. Deze notu len worden goedgekeurd en vastgesteld. 't Voorstel van B. en W., om aan den eer vol ontslagen teeken-onderwijzer, den heer J. C. Leich, een jaarlijksche toelage van f 150 te verleenen, waarover in de vorige zitting de stemmen hebben gestaakt, komt opnieuw in behandeling. Dit voorstel wordt krachtig ver dedigd door de heeren Over de Linden en Vos en door den heer Korver bestreden, daar" hij vreest, dat de Raad, het voorstel aannemende, zich voor het vervolg zou binden. Ten slotte wordt het voorstel, strekkende om den heer Leich de bedoelde toelage te verleenen, aange nomen met 8 tegen 7 stemmen. Tegen stem den de heeren Verfaille, Klik, Hoogenbosch, Janzen, v. Neck, Korver en Govers. Naar aanleiding van een herinnering van den heer Korver aan voorstellen, indertijd in gediend ter zake van het verleenen van pen sioen of toelage aan gemeente-ambtenaren, wordt door den heer Hordijk aangedrongen op voorbereiding van de behandeling dier ont werpen. In de vorige gewone zitting was door den heer Over de Linden het voorstel gedaan om, eer men overging te besluiten over de wyze van vervulling der vacante betrekking van hoofd der gemeenteschool no. 3, den wensch uit te drukken om in deze aangelegenheid voorgelicht te worden door een advies der Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs. Over dat voorstel hadden in de vorige zitting de stemmen gestaakt. Op nieuw werd dus de discussie daarover geopend. De heer Oudenhoven voerde onderscheidene krachtige gronden aan om de aanneming van bedoeld voorstel te ontraden, 't Voorstel vond daarentegen in de heeren Vos en Janzen warme verdedigers. Over de juiste beteekenis van 't voorstel werd daarop door de heeren Korver, v. Neck en Maalsteed van gedachten gewisseld en ten slotte werd het voorstel Over de Linden, strekkende om het advies der schoolcommissie in te winnen, aangenomen met 9 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heeren v. Twisk, v. Neck, Maalsteed, Ouden hoven, Verfaille en de Voorzitter. De heer Vos president der schoolcommissie ver zekerde den Voorzitter, dat het advies spoedig by het Dag. Best. zal inkomen. Vervolgens wordt aan de orde gesteld de vaststelling der rekening en verantwoording van de gemeente, van het Burgerlijk Armbe stuur en van de dd. Artillerie-Schutterij, alle over het dienstjaar 1887. Deze stukken zijn in de afdeelingen van den Raad onderzocht, en naar aanleiding van dat onderzoek, wordt nu door den heer Over de Linden rapport uitgebracht. Dit rapport heeft de strekking om de genoemde rekeningen goed te keuren en vast te stellen en goedkeuring te hechten aan het concept-besluit, door B. en W. over gelegd, ten einde de vaststelling te constatee- ren. Overeenkomstig de conclusie van het rapport, wordt met eenparige stemmen beslo ten. Bij de goedkeuring der rekening van de gemeente, houdt de heer Korver zich buiten stemming. De eindcyfers der rekeningen luiden als volgt: Rekening van de gemeente Ontvangsten f 204.711,766 Uitgaven - 201.304.755 Goed slot f 3.407.01 Rekening van 't Burg. Armbest. Ontvangsten f 10.361.815 Uitgaven - 9.519.045 Goed slot f 842.77 Rekening van de dd. Artillerie-Schuttery Ontvangsten f 2.127.65 Uitgaven -1.427.08 Goed slot f 700.57 Voorlezing geschiedt van een brief van den commandant van 't Kon. Instituut voor de Marine alhier, gericht aan den Voorzitter van den Raad, ter zake van de benoeming van een plaatselyken onderwijzer in het handtee- kenen. In dien brief wordt aanbevolen, om bij de benoeming met den commandant in overleg te treden, opdat de te benoemen on derwijzer ook belast worde met het teeken- onderricht aan bedoeld Instituut, hetgeen zijn inkomen met f700 zou doen stijgen. Na eeni- ge discussie, waarbij blijkt, dat zeer waarschijn lijk een onderwijzer met acte voor middelbaar onderwijs kan worden benoemd, worden B. en W. gemachtigd om een oproeping van sollici tanten te doen. Er wordt overgegaan tot de keuze van een wethouder. De eerste stemming daartoe levert echter geene beslissing op. De heeren Groen, Janzen en Hordyk verkregen respectivelijk 6, 4 en 2 stemmen de heeren Over de Linden en Vos ieder 1 stem en 1 brieQe was in blanco. Er werd nu een nieuwe vrije stem ming gehouden met dezen uitslagGekozen werd de heer Groen met 8 stemmen. Op den heer Janzen werden 4, op den heer Hordijk 2 stemmen uitgebracht. De heer Over de Linden verkreeg 1 stem. De heer Groen ver klaart zich bereid die betrekking te vervullen, en ook in die funtie de belangen der gemeente zooveel mogelijk te bevorderen. De mededeeling van Z. Ex. den Commis saris des Konings, bij schrijven van 20 Aug. 11., dat de heer C. A. Beukenkamp, benoemd tot Burgemeester dezer gemeente, op dien da tum den gevorderden ambtseed heeft afgelegd, wordt voor kennisgeving aangenomen. Aan B. en W. wordt opgedragen, door in zending van de vereischte stukken te bevor deren de bestendiging, ook in den jare 1889, van de heffing van een hoofdelijken omslag en van een plaatselijke belasting op het ge distilleerd, waartoe de toestemming van Z. M. den Koning gevorderd wordt. Het Dag. Best. wordt gemachtigd tot vol doening der som van f2061.775 aan den Rijks ontvanger alhier, ten zake van het aandeel ^Pfrrneene5l-èSl^.nkgWaodvlrnï® en»Ï8S* Achtereenvolgens worden drie missives voor gelezen 1. van schipper J. Klein, die besten diging wenscht van zijne ligplaats in 't Held. kanaal; 2. van den heer A. L. Leuw, die een waarschuwende stem laat hooren, waar hij meent, dat de Raad van lieverlede een phi- lantropische instelling zou wordenen 3. van mej. M. Rezel, wed. S. Zwaan, het verzoek, inhoudende om, in aanmerking genomen dq veeljarige diensten, door haar echtgenoot als doodgraver aan de gemeente bewezen, eene wekelijksche toelage te bekomen. De sub 1 genoemde missive wordt ter beslissing in han den van B. en W. gesteld; die sub 2 wordt buiten behandeling gelaten en die sub 3 wordt, als ongezegeld, ter zijde gelegd. Bij de nu volgende algemeene omvraag be komt de heer Korver het woord. Spreker deelt mede, dat tegen hem dezer dagen proces verbaal is opgemaakt door de Rijks-politie, omdat hij in zijn pakhuis meer vaten petro leum had opgeslagen, dan bij de wet wordt toegestaan. Hij billijkte die vervolging by overtreding, doch doet daarbij opmerken, dat deze onregelmatigheid was ontstaan door zijne igesteldheid en de ziekte der leden van zyn gezin. Zonder nu zich tot dit ééne feit uit sluitend te bepalen, wijst spreker op den on- houdbaren toestand van handelaren in petroleum. Spreker acht dien toestand zeer onrechtvaardig en dringt op voorziening in deze aan, vooral met het oog hierop, dat den een iets wordt toegestaan, dat den ander wordt geweigerd, Aan het Dag. Best. beveelt hij ten zeerste de noodige maatregelen in deze voor te bereiden, opdat aan den tegenwoordigen toestand een einde kome. De Voorzitter verzekert den heer Korver van de gezindheid van het Dag. Best. om den handel zooveel als mogelijk is tegemoet te komen. Doch de Voorzitter doet ook op merken, dat er vaak bestrijding is geweest, als het Dag. Best. trachtte tot beteren toe stand te geraken. De Voorzitter herinnert aan hetgeen is geschiedt bij het toestaan van "t verzoek van een der handelaren tot opslag in een ijzeren vaartuig. De heer Korver voegt aan het daar straks gesprokene nu nog toe de opmerking, dat aan eenige handelaren is geweigerd wat aan den heer Klik is toegestaan. Z. i. ontstaat er op die wijze bevoorrechting van den een boven den ander. Dit wordt echter door den Voorzitter be streden met de opmerking, dat, toen de ver gunning tot opslag aan den heer Klik, bij wyze van proefneming, was verleend, andere personen een soort van coalitie hadden gevormd. Naar 't oordeel van den Voorzitter moet echter in deze zaak de proefneming worden afgewacht: daarna kan de vraag beantwoord worden op welke wijze ook aan andere handelaren ver gunning tot uitgebreider opslag kan worden verleend. De discussie wordt hierop gesloten en de openbare vergadering neemt mede een einde. In een zitting met geslotene deuren wordt de aandacht der leden gevraagd voor eenige be zwaarschriften tegen aanslagen in den hoofd. HELDER, 7 Sept. 1888. Met belangstelling vernemen wij dat de wVereeniging voor Gemengd Koor" aanstalten maakt om haar driejarig bestaan feestelijk te herdenken, en daar die feestviering in de No- vembermaand plaats heeft, daaraan tevens te verbinden het 75-jarig herdenkingsfeest van Neerlands onafhankelijkheid in 1813. Zeer waarschijnlijk zullen alsdan de heer en me vrouw CulpKiehl, met wie velen onzer gedurende de kermis in de Holl. Opera met genoegen kennis hebben gemaakt, hunne zeer gewaardeerde medewerking verleenen. Wij hopen en zeker het bestuur dier Vereeniging met ons, dat zich velen by hen mogen aan sluiten, hetzij als werkend of als kunstlievend lid, om zoodoende het wélslagen der feestvie ring te steunen. Het electrisch licht kan met veel succes dienstbaar worden gemaakt voor de ratten jacht. Bij de proeven, welke dezer dagen met electrische lampen aan boord van de oorlogsschepen alhier wer den gehouden, zyn op het fort de Hars- sens« honderden van deze lastige dieren zonder bezwaar afgemaakt. Op hunne zwerftochten werden zij namelijk eensklaps door het schelle licht overvallen, en waren daardoor niet in staat te vluchtenzij lieten zich met veel gemak vangen, van welke gelegenheid de soldaten een nuttig gebruik wisten te maken. De geheele uitslag van het examen ter verkrijging van een akte als hoofd onderwijzer of hoofdonderwijzeres te Am sterdam gehouden, is als volgtVoor het schriftelijk examen hadden zich aange meld. ,201 mapnpliikA «n 40 yj-ryinroliiL-o candidaten. Opgekomen zyn 2oo mann. en 39 vrouwel. candidaten. Yoor het mondeling examen werden opgeroepen 291 mannel. en 40 vrouwel. candidateu, waarvan opkwamen 263 mannel. en 38 vrouwel. candidaten. Toegelaten zyn 82 mannel. en 18 vrouwel. candidaten. Af gewezen werden 183 mannel. en 20 vrou wel. candidaten. Teruggetrokken hebben zich 28 mannel. en 2 vrouwel. candida ten. De uitvoer van schapen en lamme ren gedurende de maand Augustus van het eiland Texel bedroeg 4835 stuks. Aan de veehouders werd voor die hoeveelheid wolvee ruim f65,000 betaald. Door Nederlandsche visschersschepen zyn tot 27 Augustus 39481 ton haring gevangen, of 76871 ton minder dan in 1887, 78146 minder dan in 1886 en 54035 minder dan in 1885. Het schijnt wel, dat onze Hollandsche visschers de haringscholen niet meer zoo ;oed weten op te sporen als vroeger. In iet algemeen heeft men waargenomen, dat, waar vroeger op dezelfde plaatsen haring in overvloed werd gevangen, thans weinig of geen haring te vinden was. De schepen, die vroeg in den zomer ter visscherij zyn vertrokken en zich als naar gewoonte ver noordwaarts hebben bege ven, zyn er in 't algemeen slecht aan toe istna afwezigheid van 8 tot 10 weken zyn de meestou genoodzaakt ge worden of omdat de proviand opraakte öf omdat de netten opnieuw moesten be handeld worden, met een halve lading naar huis te keeren. De nu volgende maanden kunnen zeker nog veel goed maken, maar dat de resul taten aan het einde van het jaar schit terend zullen zyn, is wel niet te denken. De hoofden van den opstand in de afdeeling Anjer van de residentie Bantam zijn thans allen door de troepen achter haald, en daar zij zich gewapend tegen hunne gevangenneming verzetten, neerge- loten. Hoewel zij bij deze gelegenheid een soort van doodsverachting hebben doen blyken, waarschijnlijk voortspruitende uit de zekerheid dat hen anders lange gevan genis en de galg wachtten, kan men niet zeggen, dat zij den moed en de vastbe radenheid hebben getoond, die zulke lieden moeten bezitten, willen zij kans van slagen hebben: de man die zich tot sultan op wierp, en de hadji die zich aan het hoofd van den godsdienst stelde, vluchtten op het eèrste schot en het eerste hoorn ge schal van een klein troepje soldaten. Ook van organiseerend talent is tot nog toe geen spoor gevonden: de voorbereiding was gebrekkig, het plan van aanval onze ker, en toen onze troepen, hoe weinig in aantal ook, zich te Tjilegon lieten zien, stoven de muiters uiteen naar alle rich tingen en bestond de grootste bende, die bijeen bleet, uit een dertig mandoch ook deze hield niet eens stand, maar trachtte in de woeste streken van Zuid-Bantam een schuilplaats te vinden. Men bewijst dezen lagen moordenaars te veel eer, wan neer men achter hunne gruweldaden een diepere beteekenis gaat zoeken. Wat iemand in een jaar fcijds al beleven kan In het voorjaar van 1887 stal R. H. van Munnekezijl twee schapen uit de weide. Hij verkocht ze, kreeg berouw, kocht twee andere schapen weer en bracht die terug in de weide, 't Werd ontdekt en H. ge straft. Toen hij weer op vrije voeten kwam, trouwde hij en werd tegelijk vader over een jongen wereldburger. Nu zou hy een gelukkig leven hebben, meende hij, doch het huwelijk was niet altijd met rozengeur en maneschijn. Huiselijke oneenigheden waren aan de orde van den dag. Laat ons elders zoeken wat we hier niet kunnen vinden, werd besloten en ze togen naar het verre Amerika. Doch men had pas Enkhuizen bereikt, of het vrouwtje kreeg reeds heimwee en keerde naar haar vroegere woonplaats terug. De man pruttelde wel tegen, maar zyn vrouw alleen achterlaten ging toch ook niet en daarom besloot ook hy maar om stil naar zyn dorpje terug te keeren. Men leefde 't oude leven weer, tot H. op de s^achte kwam om weer te ste- Kollumerland een 50-tal paarden den staart afsneed, op welke daad hy betrapt werd en onmiddellijk gearresteerd. H. werd toen levensmoede en sprong in een diepen kolk, toen de politie hem wilde grijpen. Bijna zou hij verdronken zyn, doch hy werd nog gered en zit nu in de gevangenis te Leeuwarden na te denken over de wisselvalligheden des menschen leven. theek een stomme getuige van het overleg, waarmede de beklaagden gehandeld hadden. Ver scheidene personen, zoo uit Amsterdam als uit Alkmaar, werden gehoord en daarbij waren voor alle drie bezwarende getuigenissen en lang nog véér dat de zitting opgeheven werd, gelukte het den voorzitter der rechtbank, mr. Luden, dan ook Holl de herroeping van zijn vroegere ver klaringen te doen intrekken en schuld te beken nen. Holl deed dit onder luid gesnik en blijk baar hevige aandoening, waarna hij evenals vroeger reeds Mevius aan de rechtbank alle in lichtingen verschaft, die verlangd werden. Zot, verhaalde Holl o.a. op welke wijze er gearbeid werd. Als specie bezigden zij tinnen lepels en stukken lood, die zij bijeen smolten en in gips- vormen goten. Het randsohrift werd later door middel van in de Kalverstraat gekochte letterstiften in de valsche munt ingeperst. De ruwe kanten werden later weggevijld. Opmerking verdient dat de beschuldigden Mevius en Holl van de ter terechtszitting aanwe zige munten wisten te zeggen, wie die vervaar digd hadden. Zij konden dit zien, „aan het meer of minder net afwerken van de munt". Uit het proces-verbaal van de muntcommissie te Utrecht bleek, dat de haar ter onderzoek aangeboden munten, behalve tin en lood, eenig koper en sporen antimonium bevatten. Gelijk gezegd Smitshuijsen bleef op zijn stuk staan. Als de voorzitter hem vroeg, wat de beide andere beklaagden en ook de getuigen dan toch zou kunnen drijven voor hem bezwa rende verklaringen af te leggen, dan antwoordde hij dat het niet op zijn weg lag daarop een toe lichting te geven en ten aanzien van Mevius dat het niet de eerste maal zou zijn dat weldaden, aan anderen betoond, met ondank vergolden werden. - Dinsdag jl. stonden voor de arrondisse- ments rechtbank te Amsterdam terecht J. H. Mevius, A. K. Holl en W. F. Smitshuijzen eerstgenoemde ter zake van het in voorraad heb ben en uitgeven van valsche muntde beide an deren als de vervaardigers van valsche munt en tevens ter zake van het in voorraad hebben daar- van. In dit strafproces zullen niet minder dan 78 getuigen worden gehoord. Bij het verhoor van den eersten beschuldigde Mevius, die op meewarigen toon en zelfs in quasi- rethorischen trant de rechters toespreekt en traeht te vermurwen, blijkt dat hij zich volkomen schul dig erkent aan het hem ten laste gelegde. Smits huijzen kent hij reeds van zijn 13e jaar af. In 1886 kwam hij door zijn zuster, die met S. connectie" was, weder met dezen in aanraking en vertrok met beiden naar Den Haag, waar S. hem eenigen tijd op zijn kosten deed leven. Hij ging echter naar Amsterdam, waar hij langen tijd sukkelde en voortdurend achteruit ging, wijl het hem aan werk mangelde. Hij doet evenwel op merken dat hij S., die hem telkens opzocht, ont week. In het begin van '87 vroeg S. hem of hij f 6 per dag wilde verdienen. Uit kieschheid, zegt Mevius, wilde hij S. niet vragen hoe dat mogelijk zou zijn. Eerst in April kwam hij tot de ontdekking hoe S. aan den kost kwam. Maar vervolgde hij ik kon toch den man niet verraden, die mij goed had gedaan Ik moest wel met hem misdadig worden. En hierop volg de een verhaal van den gang van zaken, die indigde met de arrestatie van Mevius te Alkmaar. Met S. en H. was hij daarheen vertrokken, gaf in die plaats valsch geld uit en werd ontdekt. Herhaaldelijk werd het verhaal van Mevius een schraal, opgeschoten jonkman van 27 jaren, met scherpe gelaatstrekken onderbroken door zenuwachtige aandoeningen. Holl was kalmer. Deze, die aanvankelijk al- j bekend had, trok nu zijn vroegere verkla ringen in en poogde van verschillende door Mevius gereleveerde feiten een andere verklaring te geven of zich onkundig te houden. Smitshuijzen, die van de drie het ongunstigst en een sluw uiter lijk heeft, bleef bij zijn vroegere ontkentenis stok stijf volharden, zoodat zijn verhoor voorloopig gestaakt werd. Thans waren de getuigen aan de beurt, waarbij telkens de overtuigingsstukken, die in het bezit der beklaagden waren gevonden, te borde kwa men. Zoo zag men daaronder petroleum-kook- toestellen, een kacheltje, een holle tafelpoot, ver schillende hoeveelheden valsche munt, kleêren en wetenschappelijke werken, waaruit naar het schijnt, de beschuldigden de bij hun bedrijf ver eischte technische kennis hadden opgediept. Logeman's Grondbeginselen der Natuurkunde, Yan den Broek's Scheikunde en Wagner's Schei kunde maakten deel uit van deze kleine biblio Ingezonden. Nationale Feestviering. Bij de' viering'van Üën "I'rinsesse-aag neen de gemeente Helder anders niet van do minste in de rij der feestvierende gemeenten een droevig figunr gemaakt. Naar de oor zaak daarvan wil ik liefst niet gissen velen meenen wel heel goed te weten wat aanleiding ;af tot het gemis aan festiviteit op dien dag. ïen kinderfeest had menigeen zoo gaarne ge organiseerd gezien. De vraag wordt nu gedaan, of dit nu in het vervolg zoo moet voortgaan, als er weer na tionale feestdagen naderen. Zou er, zoo vraagt men, niet iets aan te doen zijn om vroegtijdig voorbereidende maatregelen te nemen Als men nu reeds, tegen den 12 Mei van 't vol gende jaar, begon met een plaatselyke feest viering mogelijk te maken! Bij eenige bedienden van vischhandelaren alhier bestaat, naar men ons verzekert, het voornemen om hunne kameraden op te wekken en aan te sporen, van nu af iedere week een kleinigheid af te zonderen voor het nationale feest, dat ons ten volgenden jare wacht. Als dit voorbeeld eens door anderen gevolgd werd, ja zelfs als de leerlingen der scholen mede dat voetspoor wilden bewandelen, en de meerge- ;oeden steunden dit mettertijd door bijdragen n ééns, zou er dan niet een flink plaat selijk feest kunnen gevierd worden, wij meensn van ja. Laat ons hopen, dat onze beminde Oranje vorst gespaard blijve en dat wc ook hier ter plaatse op den 40 sten verjaardag van 's Ko nings regeering met heel het dankbare Va derland luide moge instemmen met een dank en jubelfeest. Helder, 5 September 1888. Marine en Leger. Zr. Ms. schroefstoomschip le kl. Johan Wil lem Friao, onder commando van kapt. t. z. G. Doorman, de vorige week van de reede Texel naar de West-Indische wateren vertrokken, is be stemd om de Koningin Emma der Nederlanden, onder bevel van kapt. t. z. J. H. Commijs af te lossen, welk oorlogsschip naar Nederland moet terugkeeren en alhier wordt binnen verwacht. Per stoomschip Koningin Emma is uit Oost- Indië te Amsterdam aangekomen een transport der marine, bestaande uit den konstabel v. c. J. A. Yerhaert, scheepskok P. L. Meijboom, kwar tiermeesters J. M. Verblauw en F. K. Rommel, korporaal der mariniers A. Kramer, benevens een marinier en 5 mindere schepelingen. De luit. t. z. le kl. jhr. J. C. L. VonSchmidt auf Altenstadt, wordt met 1 Oct. a. s. geplaatst in de rol van Zr. Ms. wachts. te HellevoetsluiB en belast met het bevel over Zr. Ms. stoomka- nonneerboot Havik, terwijl de lnit. t. z. le kl. J. Haremaker, tijdelijk belast met het bevel over genoemde stoomkanonneerboot, met gemeldeu datum wordt op non-act. gesteld. De luits. t. z. 2e kl. I. T. Van Slooten, G. J Van der Hout, W. Houwing en L. J. H. Wil- linge en de officier van administratie le kl. J. P. Vassenr, allen dienende aan boord van Zr. Ms. opleidingsschip Anna Paulowna, worden met 1 Oct. op non-act. gesteld, terwijl de officieren van gez, le kl. bij de zeemacht W. Schoonde*-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1888 | | pagina 1