't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. Ut No. 1668. Zaterdag 9 Februari 1889. Zeventiende Jaargang. KALENDER DER WEEK. NIEUWSTIJDINGEN. iLlDonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Gent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nnmmers2 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Advertentlön van 1 tot 5 regels25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. FEBRUARI, Sprokkelmaand, 28 dagen. Opkomst der Zon 7 u. 25 m. Onderg. n u 5 u. 5 m. Zondag 10 Maandag 11 Dinsdag 12 Woensdag 13 Donderdag 14 Vrydag 15 Volle Maan. Zaterdag 16 HELDER, 8 Febr. 1889. Bij de verschillende korpsen van het leger zullen op 19 Februari a.s., ter gelegenheid van 's KoniDgs verjaardag, aan hen, die als onderwijzer op de huis houdelijke school, bij het schermen, enz., zich hebben verdienstelijk gemaakt, zoo mede aan hen, die bjj die lessen als leer ling hebben uitgemunt, geldelijke beloo ningen worden uitgereikt. Na den storm van jl. Zaterdag is de zeekust bjj Workum als 't ware be zaaid met wrakstukken, blijkbaar van een of ander groot schip afkomstig. Door sjouwerlieden zijn reeds vele voorwerpen, zooals kasten, een gedeelte tuig, enz., aan wal gebracht. Ook moet een losdrijvende boot gevonden zijn. Ook bij den noorder havendam te Sta voren is vrij wat wrakhout aangespoeld, vermoedelijk van een in den laatsten p storm vergaan schip. Een vi8scherman uit Laaxum heeft een ljjk in zee gevonden. Met ingang van 16 dezer maand, ievorderdtot hoofdingenieur der marine, de ingenieur 1ste kl. C. L. Lodertot ingenieur 1ste kl., de ingenieur 2de kl. F. S. C. Wijstot id., de ingenieur 2de kl. H. Cop, hoogleeraar aan de Polytechni sche school te Delft, met bepaling dat hij bij het korps ingenieurs der marine pro memorie zal gevoerd bljjven. De Rechtbank te Amsterdam, 5de kamer, deed Woensdag uitspraak in de zaak tegen den gewezen reserve-conduc teur Franciscus van Hom, beklaagd van doodslag op wijlen den hoofdconducteur Ekker. Zij verklaarde hem schuldig aan het ten laste gelegde misdrjjf, achtte zijn bewering, dat hy Ekker alleen heeft willen laten schrikken, onaannemelijk en legde hem 10 jaren gevangenisstraf op. De kantonrechter te 's-Gravenhage heeft de twee Scheveningers, die verleden week terechtstonden wegens het kappon van netten nabij de Engelsche kust, op eenigen afstand van Yarmouth (de een van een Engelsch schip, de ander van den Maassluiser »Francina"), vrijgesproken. Bjj dit vonnis werd o. a. overwogen dat niet uit wettige bewijsmiddelen is geble ken dat de bekl. pp andere wijze uit de nettenverwarring hadden kannen geraken, zonder schade toe ie brengen. De schipper van de >Eben Haëzer«, die bjj 't voor anker liggen nabjj »Kjjk- duin" des nachts twee lichten voerde in plaats van een, werd tot f 10.boete veroordeeld op grond dat hoezeer, zooals bekl. tot zijne verdediging heeft aange voerd, het een zeemansgebruik is twee lichten te voeren, evenwel een wettelijk voorschrift, ter voorkoming van aanvaring, niet is in acht genomen. Het zeevisschersvaartuig »Zee- en Landbouw" was omstreeks de helft der maand Oct. in de Noordzee ter visch- vangst, toen er ongenoegen ontstond tusschen schipper H. en den matroos v. D. De matroos mopperde nogal, als het opgedragen werk niet erg naar zijn zin was en de schipper, vrij driftig van aard, trachtte dit met handtastelijkheden te verdrjjven. Zoo ook in den nacht van 17 op 18 October, toen v. D. de opmerking maakte dat het binnenhalen van het volle net in het ruim niet gemakkelijk was en hierover een woordenwisseling ontstond, welke tengevolge had dat de schipper v. D. op den grond wierp, hem op het lichaam ging zitten en een kabeltje om den hals wond, waardoor v. D. vrij ernstig onge steld werd. Deze feiten werden behan deld. Daar de schipper C. H. niet ver schenen was, werd de zaak bjj verstek behandeld en 14 dagen gevangenisstraf geëischt. Op 1 Nov. kreeg schipper S., van de Maatschappij voor zeevisscherjj te Maas sluis last om met den stoomlogger »Satoe", inhoudeude een partij visch, naar Ant werpen te gaan en deze visch daar aan den man te brengen. Onderweg echter mocht niets van de lading worden afge nomen, en zeker niet ten nadeele der Maatschappij verkocht. Tegen deze last geving zondigde de schipper, toen hij te Dordrecht aankwam en aldaar aan den cargadoor N. twee schelvisschen verkocht voor f 1,welk bedrag hjj aan borrels en vleesch voor de bemanning opmaakte. Daar van den schipper meer oneerlijkhe den bemerkt werden, werd dit feit ver volgd en had heden de terechtBstelling plaats. De beklaagde, het feit bekennende ge pleegd te hebben, verontschuldigde zich met de woorden »dat er van de lading ook voor eigen gebruik mocht woeden afgenomen en dat hij daarom gedacht liad, »dat de verkoop van deze twee vischjes zoon vaart niet zou loopen". De off. v. Just. achtte de te laste ge legde verduistering" bewezen en eischte een maand gevangenisstraf. GENEZING DER TERING. De heer J. Nord, arts en officier van ge zondheid te Amsterdam, heeft bij de firma Scheltema en Holkema een vertaling in het licht gegeven van een klein vlugschrift, waarin dr. L. Weigert, te Berljjn, de door hem ge vonden nieuwe geneeswjjze der tering beschrjjft. Deze geneeswijze berust op de ontdekking van prof. Koch, dat de tering wordt veroor zaakt door bacteriën. Het onderzoek heeft ge leerd dat deze kleine organismen afsterven wanneer zij aan hooge warmte worden bloot gesteld. Van deze gegevens maakt dr. W. gebruik, om de teringljjders zeer verwarmde lucht te doen inademen, door middel van een toestel dat in het vlugschrift wordt afgebeeld en duidelijk verklaard. Door proeven, eerst op zichzelf genomen, heeft dr. W. de overtuiging verkregen, dat de mensch zonder pijn gedu rende vrij langen tijd lucht tot 160 a 180 graden Celsius verhit kan inademen. Bjj te ringljjders verkreeg hij daardoor een afneming der ziekteverschijnselen de bacteriën verdwij nen allengs geheel en daarmede is de volko men genezing bereikt. De vertaler, de heer Nord, zegt in zijn korte voorrede, dat hij de eerste is geweest die hier te lande met de toepassing dezer nieuwe geneeswjjze heeft mogen kennis maken, en dat hij er veel heil van verwacht. Naar men verneemt, is die methode reeds in het militair hospitaal te Amsterdam toegepast. Tot het uitspreken van een oordeel over die behandeling van teringlijders zijn wij on bevoegd. De ervaring zal uitspraak hebben te doen, of daarmede inderdaad het middel is gevonden, om een der meest verspreide en vreeseljjkste ziekten met goed gevolg te be strijden. - X. verhaalt in »De Post" de volgende nog weinig bekende bjjzonderheden uit het leven van den dezer dagen overleden directeur van het Rijksentrepót, jhr. H. O. Wichers: Op 20 Augustus 1879 gevallen als minister van marine met Kappeyne, trad jhr. Wichers weder in actieven dienst en werd spoedig be noemd tot bevelvoerder op Zr. Ms. Atjeh". Twee dagen vóór den dag waarop het schip zee zou kiezen, reisde hjj in civiel van den Haag naar Haarlem. Met hem zat in de overigens onbezette coupé een adelborst le klasse, wiens fonkel-nieuwe uniform van fon- kel-nieuwe waardigheid getuigde, en voor wien het zwanendons op de tanden, in plaats van haar, verschooning vroeg voor onervarenheid zoowel als voor overmoed. wIs de jonker pas aangesteld?" dus vroeg Wichers. //Voor een paar maanden", meneer; //over morgen ga ik voor het eerst in zee, op de Atjeh"". //Zoo, zoo, en heb je daar schik in?" //O zeker, ik ben in mijn hart al een oude waterrot, en hoop dat ik eens spoedig een flinken storm mag meemaken, en daarna de //Atjeh" eens naar Atjeh koers moge kiezen". /,Wel, jonker, dat staat je flink", zei Wi chers vriendeljjk en vroeg verder, of zjjn jeug dige reisgenoot niet opzag tegen de ontberin gen, aan het leven van den zeeman op zee verbonden. z/Neen", was het antwoord, «daar zie ik niet tegen op, als wij maar een anderen com mandant hadden". z/Hoe dat zoo? Wie commandeert de //At jeh?"" wWie WichersHij moet een plt zjjn, een echte beul, even onmenscheljjk en klein geestig als willekeurig". Wichers vroeg nog verder en hoorde eenige bjjzonderheden over zjjn eigen levenswandel, die men alleen in het bewustzijn van eigen onschuld glimlachend kan hooren uiten. //Haarlem!" klonk het op het perroD. De kapitein ter zee groette zijn reisgenoot, wiens reis tot Amsterdam voerde, en vroeg: z/En wanneer, jonker, moetje aan boordzijn?" //Vandaag nog, meneer". «Geef dan dit kaartje aan den eerstaanwe- zigen officier op de //Atjeh," en zeg hem dat die mijnheer morgen om twaalf uur aan boord komt". Dit zeggende, verdween de hoofdofficier, in de handen van den bevenden jonker zijn vi sitekaartje achterlatende. Twee dagen verliepen. De commandant van de //Atjeh" inspecteerde zijne bemanning, en na de officieren werden ook de adelborsten le klasse aangesproken. Onze jonker beefde van het hoofd tot de voeten, maar de comman dant deed alsof hij hem nooit gezien had. z/Hij zal zijne gelegenheid afwachten om zich te wreken", dacht onze adelborst. Ja, Wichers had zijne wraak reeds voorbe reid. Zooals bekend is, eet een bevelvoerder op een oorlogsschip altjjd alleen, d.i. niet aan de officierstafel, maar soms vraagt hij een of' meer van zijne ondergeschikten te gast. Zoo dra de hooge dignitarissen hunne beurt gehad hadden, werd onze jonker genoodigd, en toon hjj met een zweetdroppel aan elk haar ten disch aanzat, bemerkte hij dat hij de eenige gast was. Wichers was vriendeljjk als altijd, sprak over alles, alleen niet over zijne reis van Den Haag naar Haarlem. De adelborst is thans officier, een sieraad onzer marine, even kloek en bescheiden als voorzichtig. ffNa het voorgevallene", getuigde wijlen de edelaardige Wichers aan onzen zegs man, //zou hjj voor zijn dienst en voor mij door het vuur zijn gegaan in den letterlijken zin des woords hij kon niet dulden, dat over mjj boe of ba werd gezegd. Woensdagnacht heeft er op de rivier, nabij Rotterdam een aanvaring plaats had tusschen een Duitschen tweemast schoener en de naar Grimsby vertrekken de stoomboot >Brandford". De schoener, geladen met pijpaarde, is gezonken midden in bet groote seheepvaarwater, dwars van den Schiedarn8chen watertoren, even be neden de witte ton. De stoomboot, die mede groote schade bekwam, is in het dok opgenomen. De schoener was in het Scheur over het kruithuis bij Maassluis aan den grond geraakt, maar met den vloed vlot gekomen. Drie meisjes te Oldebildtdijk (Fr.), welke uit school kwamen, besloten hand aan hand met gesloten oogen naar huis te gaan. Bjj de boerderij van den heer Hoekstra liepen echter alle drie in de Noordervaart. Gelukkig zag dit een vrouw, die spoedig twee der kinderen op bet droge had. Het derde meisje, dat mid den in de vaart was geraakt, werd niet dan met veel moeite gered. Te Meppel loopt het gerucht, dat Geert Roo, veroordeeld wegens moord op zjjn zoontje gepleegd, en thans verblijf houdende in de gevangenis te Groningen, krankzinnig is geworden. Een verrassing! Een jeugdig paartje, dat dezer dagen in het huwelijksbootje zou stappen, werd daarin verhinderd door een bijzonder ge val. Het huweljjk zou voltrokken worden op het Nieuwer-Amstelsche raadhuis. De tjjd der geboden werd, zooals bjj alle huweljjken, in eenigszins gespannen toestand doorgebracht. Eindeljjk brak de 30ste Januari aan, de lang verwachte Woensdag zou de jongelieden aan kete nen leggen. Alles was reeds den vorigen dag in orde gebracht. De bruidskleeren lagen gereed. De kasten verborgen ach ter de deuren een schat van lekkernjjen. In de groote voorkamer zaten velen recht vrooljjk in feestgewaad uitgedost, als Pinksterbloemen, om de feestvreugde eer aan te doen. In één woord, alles was voor 't plechtige in gereedheid gebracht. Nog maar één enkel uurtje en de trouwkoetsen zouden voorkomen. Som migen mompelden van: »Als alles maar goed afloopt!" Nu daar hadden ze wel reden toe, want 't duurde geen half uur of een gansche ommekeer had er in de bruidswoning plaats. Men zond den een naar 't raadhuis om te zeggen, dat het huwelijk niet door kon gaan en den an der naar den stalhouder om te zeggen, dat hjj geen trouwkoetsen behoefde te zenden, want de bruid had juist haar bruigom, buiten zjju weten, een lieven aanstaanden zoon geschonken Door een der lezers van „de Tjjd1 (Amsterdam) is te zijner bureele gedepo neerd een „kunstei," dat met nog eenige andere voor een gewoon ei werd verkocht. Het surrogaat-ei, groot van stuk en fraai van vorm, heeft de dubbele zwaarte van een ei van gewone grootte. Volgens ver klaring van den zegsman, die, niet wetende met kunsteieren te doen te hebben, be gonnen was er een gekookt te verorberen, is het wit witter en compacter dan dat van een natuur-ei en heeft een onaange- namen geurwat den dooier betreft, bestond weinig of geen verschil. Aan een der punten van het ei is een witte vlek waar te nemen, die wanneer het ei tegen het licht wordt gehouden, zich donker afteekent. Bjj iemand te De Bildt is ingebro ken en een aanzienljjke geldswaarde ge stolen. Den volgeude nacht werd bjj den bestolene, naar men meldt, een couvert onder de deur gestoken, waarin f300 waren. Een raadselachtige historie! Waarschuwing! Volgens een Engelsch blad wordt tegen woordig in het oosteljjk deel van 't graafschap Kent veel handel gedreven in oude afgeleefde paarden. Iemand uit Canterbury schrjjft aan het blad, dat deze dieren alle worden uitgevoerd naar Nederland, waar men ze slacht en uit hun vleesch een vëelgezoclit vleesch- extract bereidt. Ook naar muilezels is veel vraag. Een oude muilezel, werd onlangs op de markt te Ashford door den eigenaar voor f 180 overgedaan aan een agent, die met boven- ^genoemden handel zjjn brood verdient. Deze kreeg op zijn beurt voor het dier te Vlissingen niet minder dan f 260. Door wijlen mevrouw de weduwe J. E. De Boer, onlangs te Amsterdam overleden, is aan de Weesinrichting te Neerbosch gelegateerd de som van f 4000, vrjj van successierechten. De nadere bijzonderheden, welke om trent de vreeselijke spoorwegramp bij Groe- nendael gemeld worden, bevestigen ten volle den omvang van dit onheil. Het is natuur lijk onmogelijk, met nauwkeurigheid op te geven het aantal personen, die bij deze ramp lichamelijk letsel hebben bekomen, omdat er daaronder zijn die er met een schram of buil zijn afgekomen, maar in verband met het aan tal biljetten, die aan den gare du Luxembourg zjjn afgegeven 120 biljetten de raming van het aantal passagiers, hetwelk de trein van de stations van Schaerbeek en du Nord had medegebracht, en eindelijk de samenstelling van den trein, is men tot de slotsom geko men dat er omstreeks 310 passagiers op den trein waren, en dat er van dezen omstreeks 250 geheel ongedeerd gebleven zijn, terwjjl Maandagnamiddag het aantal dooden 16 be droeg, en er zich in de verschillende open bare hospitalen nog 27 gekwetsten bevonden, van welke de meesten aan de beenen gewond zijn on velen één of beide beenen hebben verloren. De trein was als volgt samengesteldNa de locomotief en tender volgde een bagage wagen, waarin de hoofdconducteur en een tweede conducteur zich bevonden, die wonder- baarlijkerwjjze beiden ongedeerd gebleven zijn, niettegenstaande de goederenwagen geheel is vernield; waarschijnlijk zijn zij door den schok uit den wagen geslingerd. Achter den baga gewagen volgden vier rijtuigen 3e klasse, dan twee rijtuigen le klasse, twee rijtuigen 2e klasse en eindelijk 1 rijtuig 3e klasse, waar aan de rem was, welke door den derden con ducteur werd bediend. De vier wagens 3e klasse, die vooraan waren, hebben bet meeste geleden, en onder de daarin gezeten passa giers waren de meeste slachtoffers. Toch is het aantal nog betrekkeljjk niet groot, als men bedenkt dat deze vier rjjtuigen nagenoeg vol warenelk der rijtuigen bestaat uit 5 compartimenten voor 10 personen, zoodat zij samen plaats bevatten voor 200 personen, terwijl er ongeveer 180 in gezeten waren. Ook het voorste gedeelte van het rijtuig der le klasse is verbrijzeld, en daarin was zekere mevrouw Pasture gezeten, die aan hare vree selijke kwetsuren overleden is. In het tweede rijtuig le klasse was o.a. ook gezeten de zan geres mevr. Dyna Beumer, die met den heer Bauwens en een paar andere artisten zich naar Namen begaf, waar zij 's avonds op een liefdadigheidscoiicert moest zingen, en ook werkelijk gezongen heeft, onder de onbeschrij felijke geestdrift der toehoorders over hare gelukkige redding. Ter aanvulling of verbetering, dient het volgende nog te worden medegedeeld In de eerste plaats dat de vernielde brug niet op één, maar op twee bogen rustte, welke beide ingestort zijn. Verder dafhet bericht, ook per telegraaf gemeld, dat omstreeks mid dernacht het werk aan de plaats des onheils gestaakt zou zijn, geheel onjuist isintegen deel een afdeeling genie-troepen en burger aard-werkers hebben den ganschen nacht on vermoeid doorgewerkt, terwijl eerst tegen den ochtend een ander detachement troepen de eerste is komen aflossen. Dientengevolge was men er in geslaagd het rechter spoor tegen 9 uur geheel vrij te maken, zoodat ongeveer een half uur later de trein naar Ottignies weder vrij passeeren kon. Intusschen lagen de lo comotief en het linker spoor nog onder puin en steenen bedolven, en omstreeks 10 uur zou de eerste dynamietpatroon worden gebe- om de groote gemetselde steengevaarten te vernielen, ten einde die te kunnen op ruimen. Het deskundig onderzoek schijnt geen twijfel te laten, dat de ontsporing van den trein een 20 k 30 tal meter vóór de botsing tegen de brug heeft plaats gehad, zoodat niet, zooals er geruchten liepen, de brug, die bouwvallig en oud was, door de laatste regens doorweekt zou zjjn, en nu tengevolge van het dreunen, op den trein zou zijn neergestort. Een afschuwelijke bijzonderheid vermeldt de Indépendance. Terwijl op eiken trein van den Belgischen en den Franschen Nord, zegt zij, een verbandkistje aanwezig is met de al lernoodzakelijkste eerste hulpmiddelen bij een spoorwegongeval, schijnt de administratie van de Belgische staatsspoorwegen dit onnoodigte achtten, zoodat dan ook Zondag in de eerste oogenblikken, ten einde bij de ernstigste ver wondingen het bloed te stelpen, bij gebrek aan pluksel het paardenhaar uit de kussens gebezigd is moeten worden. Dat een ver band met zulke hulpmiddelen de vreeselykste gevolgen kan hebben, behoeft wel niet te wor den gezegd. Een der reizigers van den bij Groenendael verongelukten trein beeft het volgende ver haal gedaan »Van Brussel naar Groenendael had niets buitengewoons plaats. De trein reed met ma tige snelheid en schudde niet. «Voorbij het eerste blok na Groenendael jevoelden wij voor het eerst slingeringen, die geen dertig seconden duurden. Daarna begon de trein met duizelingwekkende snelheid te rijden. Wij zagen elkaar angstig aan en lichtten instinctmatig onze voeten op. Eenigen wilden uit den trein springen. Een der rei zigers zeide tot zijn buurman «Wjj gaan te snel, heeren wy zullen ontsporen." Nauwelijks had hij de woorden geuit of een verschrikkelijk gekraak werd gehoord. Het was alsof de bliksem in den trein sloeg. De wagens werden op en over elkander ge worpen. Overal hoorde men angstkreten en in korter tijd dan ik het kan verhalen, werd ons rijtuig opgetild en aan alle zijden verbry- zeld." Het is meer dan waarschijnlijk dat nalatig heid de oorzaak van het ongeluk is geweest. Over een lengte van 20 meter vóór de brug was het zand van de dwarsliggers, waaraan gewerkt werd, weggegraven. Vijf minuten te voren was echter nog een beambte er heen aan om te zien of alles in orde was. Ipmerkelijk was, dat betrekkelijk zulk een groot aantal wagens, nl. de 5 achterste van den trein, gespaard bleven. Het schijnt dat dit moet worden toegeschreven aan het breken van den luchtcylinder van den Westinghouse- rem onder den tender, waardoor de lucht in de buizen drong en de remtoestellen werden vastgezet. Tot nog toe was men in onzekerheid om trent het lol van mevrouw Briuson en haar zoon, die zich in den trein bevonden. Het blijkt, dat zij met gebroken beenen en wonden over het geheele lichaam naar haar woning te Cureghem vervoerd was. De zoon was kort nadat men hem bevrijd had, overleden. Velen der gewonden zjjn aldus aan de gevol gen van de bekomen kwetsuren gestorven. Maar ook een dame, die volkomen ongedeerd uit het puin werd gehaald, was zoo geschrikt, dat zij denzelfdec nacht overleed. Een der gedooden, mevr. Grosjean, is Dins dag begraven. De lijkkist, die met bloemen en kransen bedekt was, werd door een langen stoet gevolgd en op aller aangezichten was het diepste medelijden zichtbaar. Woensdag en volgende dagen zullen de lijken der andere slachtoffers ter aarde worden besteld. De treinchef Landrin en een der conduc teurs, die als door een wonder ontsnapten aan het gevaar, dat hen allereerst bedreigde, zijn op bevel van den rijksprocureur gehoord. Zij bevonden zich in den goederenwagen die on middellijk achter den tender volgde en be kwamen niet het geringste letsel. Afschuwelijk is het, dat de slachtoffers der ramp op de plaats zelve door laaghartigen be roofd zijn. Aan het lijk van den heer Wal- ter Hainaut, die nagenoeg onmiddellijk is dood gebleven, zijn de portefeuille roet 600 en een portemonnaie met 50 fr. ontroofdden heer Depaturc, die in den loop van den avond in zijn eigene woning is overleden, waren, toen hij te huis gebracht werd, het horloge met

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1889 | | pagina 1