't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1871.
Woensdag 20 Februari 1889,
Zeventiende Jaargang.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advortentlën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en YRIJDAGSMOBGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 19 Febr. 1889.
De jongeling L. J. v. Emmerik,
leerling van den heer W. Bakker, heeft
te Amsterdam met goed gevolg examen
afgelegd voor surnumerair bij de H. IJ.
Spoorweg-Maatschappij.
Bij de marine kunnen, tengevolge
eener nieuwe bepaling, ook onbevaren
jongelieden, tusschen 17 en 24 jaar oud,
als lichtmatroos in dienst treden.
De visschersvloot te Katwijk is in
haar geheel behouden aangekomende
schade bestaat alleen in verlies van in
ventaris.
De 7 Katwijksche schuiten van de
firma Snaakenbroek Co. zijn verkocht
aan den heer J. Varkevisser, secretaris
der beide Katwijken.
Men meldt uit Scheveningen van
15 Feb.
Bij het opsteken hedenochtend van een
feilen Westenwind, gepaard met hooge
zeeën, sneeuw en hagelbuien, achtten de
bergers van de goederen van de Benavon
zich, ook met 't oog op opkomend laag-
water, niet verantwoord met hun perso
neel van werklieden en Engelsche zee
lieden aan boord te blijven, te meer daar
de tros, waaraan het schip ten anker lag,
was gebroken en het zich vrij sterk be
gon te bewegen. Met de booten, die in
de laatste dagen op en af naar het schip
voeren, was dit evenwel niet mogelijk,
daar de branding te sterk was. Vandaar
dat naar 't dorp werd gezonden, toen het
uitsteken van de Engelschejvlag niet werd
opgemerkt, om de reddingsboot met aan
bod van betaling der kosten. Aan het
verzoek werd voldaan en tegen 11 uur
reed de reddingsboot met haar bemanning
er heen spoedig was zij in zee en zeer
geregeld werden de lieden van het schip
gehaald, waarbij de boot echter menig
maal met stortzeeën te kampen had. 2
personeu weigerden van het schip af te
komen en zijn er op gebleven.
De bemanning van de reddingsboot ont
ving Zondag 11., wegens haar moedig ge
drag bij het afhalen van de bemanning
van de Benavon, van twee geachte inge
zetenen der residentie onderscheiden lij k
f40 en f25.
Hoewel, gelijk gemeld is, reeds eenige
dagen een vrij sterk vermoeden bestond
dat een schuit van den reeder M. de Niet,
te Scheveningen, bij den jongsten storm
zou zjjn vergaan, kon men niet weten
welke, wijl er van dien reeder twee schui
ten nog op zee waren. Heden werd die
onzekerheid opgeheven door de aankomst
van een der schuiten met schipper Pronk,
zoodat de schuit, welke vermoedelijk het
ongelukkig lot heeft getroffen, die is van
schipper Keus, een uitmuntend en braaf
schipper.
Vrijdag had ten raadhuize te Am
sterdam de gewone jaarlijksche vergadering
plaats van de Vereeniging totr oprichting
en instandhouding van het „Adderfonds,"
onder voorzitterschap van den gepens.
vice-admiraal jhr. M. W. van Rensselaar
Bowier, adjudant des Konings in buiten
gewonen dienst.
De rekening over het afgeloopen jaar
werd nagezien en goedgekeurd. In de
plaats van den heer jhr. C. Hartsen, tegen
woordig minister van buitenl. zaken, die
als lid en penningmeester is afgetreden,
werd benoemd de heer P. E. Tegelberg,
oud-zeeofficier en directeur der stoomvaart
maatschappij Nederland. Bij de verdere
gedachtenwisselingen, werd door de ver
gadering met leedwezen geconstateerd,Jdat
het fonds niet over die middelen kan
beschikken, welke het zou behoeven om
in alle voorkomende gevallen te beantwoor
den aan het doel waarmede het is gesticht,
t. w. het verleen en van onderstand aan
de betrekkingen van verongelukte schepe
lingen der marine. Voorzeker zou het
wenscheljjk zijn dat de inkomsten van het
fonds vermeerderden, opdat het bestuur,
in stede van genoodzaakt te zijn zich in
zijne uitgaven te beperken, integendeel
steeds met milde hand kunne helpen daar
waar de oorsprong en de aard van het
Fonds zulks medebrengen.
Op een vastenavondpartijtje nabij
Hoofddorp ontstond woordenwisseling,
waardoor een der gasten zóó driftig werd,
dat hij den gastheer, diens vrouw en een
anderen gast een pak slaag toediende en
14 glasruiten stuk sloeg. Zijn meisje was
inmiddels gevlucht naar een der buren.
Haar willende gaan halen, werd den
woesteling daar echter de toegang gewei
gerd, ten gevolge waarvan hij ook daar
eenige glasruiten verbrijzelde, waarop hij
door de politie in verzekerde bewaring
werd gebracht.
Dat iemand zijn eigen doodbericht
in de courant leest, is zeker een zeld
zaam geval.
Toch overkwam dit den heer J. A.
Kayser, te St. Anna, (bij Nemegen) die
Donderdagmorgen in het Vaderland las:
»De heer J. A. Kayser, te St. Anna,
concessionaris voor het aanleggen en ex-
ploiteeren van het algemeen telephoonnet
in de gemeente Nijmegen, is overleden.
De Gemeenteraad heeft goedgevonden,
dat de concessie overgaat op diens echt-
genoote of kinderen."
De heer Kayser is zoo gezond als een
visch en heeft, naar men denken kan,
hartelijk gelachen om het bericht in het
Vaderland.
Men schrijft uit Kloetinge (Zeeland)
Jl. Zaterdag heeft zijn woonplaats
verlaten en is sedert niet teruggekeerd de
secretaris en ontvanger dezer gemeente,
tevens ontvanger-griffier van het algemeen
armbestuur. De waarnemende burgemees
ter (de betrekking van burgemeester is
vacant) heeft daarvan Donderdagmorgen
kennis gegeven aan den offic. van justitie
bij de rechtbank te Middelburg, en deze
is des middags met den rechter-commis-
8aris en een beëedigd klerk hier gekomen,
en heeft de boeken van het comptabel
beheer in beslag genomen, terwjjl de voor
handen gelden onder bewaring van den
waarnemenden burgemeester zijn gesteld.
Men vermoedt, dat den afwezigen ambte-
tenaar een ongeluk is overkomen. Zijne
vrouw en vijf jeugdige kinderen verkeeren
in den grootsten angst.
Men meldt aan het U. D. uit Wilnis
Donderdag 7 dezer was ons dorp in
rep en roer.
In het huisgezin van S., slijter en win
kelier in de kom van het dorp, bestaande
uit den vader oud 80, de moeder oud 68,
één zoon van 36 en twee dochters van
28 en 23 jaren, waren de moeder, de
zoon en de dochters eensklaps in hevigen
graad krankzinnig geworden, zonder dat
er een bepaalde oorzaak voor is op te
sporen.
- Men hoopte eerst, dat het van voorbij
gaan den aard mocht wezen, doch dit is
niet het geval, waarom gisteren de moeder
en de oudste dochter, en Vrijdag de zoon
zijn overgebracht naar het geneeskundig
gesticht voor krankzinnigen te Utrecht.
De jongste dochter was reeds bij fami
lie opgenomen.
Een slachtoffer der mode
Wegens het al te sterk vastsnoeren
van 't corset, overleed te Winschoten de
zer dagen subiet een 23-jarige jongedoch-
ter. De ijlings ontboden geneesheer-con
stateerde vol verontwaardiging, dat de
anders zoo blozende maagd door het cor
set een zelfmoord begaan had.
Och, dat dit tragisch geval anderen da
mes tot waarschuwing moge strekken!
Hoe gevaarlijk het is om met scher
pe voorwerpen achteloos om te gaan in
de nabijheid van vee, bleek dezer dagen
te Randwijk (gemeente Heteren) bij den
tabaksplanter S. Een groote stopnaald,
welke gebruikt was iu het achterhuis,
waar de veestal is, geraakte in den loop
van den dag in den voederbak. Een der
koeien kreeg deze naald met het hooi in
den bek. Gelukkig weid het nog bij tijds
onteekt, doordat de koe op eens luid be
gon te bulken en uit den bek bloedde.
Bij onderzoek bleek, dat de stopnaald het
dier achter in den bek, dwars door de
tong, stak. Met veel moeite werd het
voorwerp toen nog daaruit verwijderd.
Een jongmensch te Vechel, dat
zich om de noodige huwelijkspapieren
naar 's Hertogenbosch begaf, en hiertoe
van de tram gebruik maakte, stapte te
Dinther even af om een hartsterking te
nemen. Bij zijn terugkomst trachtte hij
op de reeds in beweging zjjnde tram te
springen, met het ongelukkig gevolg, dat
hem eerst een been werd afgereden, waarna
hem de wielen dwars over het lichaam
gingen. Eenige uren later had hij opge
houden te leven.
Iemand, die van zijn vrouw sedert
een jaar wettig gescheiden leefde, van
welke scheiding verzuimd was aangifte
te doen aan het bureau van den Burger
lijken Stand, werd dezer dagen verrast
met de mededeeling, dat zijn gewezen
echtgeuoote een nieuwen wereldburger op
zijn naam had doen inschrijven.
Naar aanleiding vau het bericht
omtrent het uitzenden van drie ingenieurs
naar China, deelt men aan de N. R. C.
mede
Er zijn geen drie inginieurs uitgezonden,
maar alléén de heeren Van Schermbeek,
kapitein van de genie, die vroeger eenige
jaren in Japanschen dienst was, en de
heer Visser, aannemer te Sliedrecht.
Deze heeren zijn uitgezonden door een
Nederlandsch syndicaat, gevormd door
eenige van onze groote handelsmannen,
financiers en aannemers, waarbij zich een
paar hooge ambtenaren hebben aangeslo
ten. Het doel van de reeds in het vorige
jaar vertrokken expeditie is, van de Chi-
neesche regeering de opdracht te verkrij
gen tot beteugeling van de telkens voor
komende overstroomingen van de Hoang-
ho of Gele rivier, die, zooals men weet,
reeds aan honderdduizenden het leven
heeft gekost.
Uit Vlissingen wordt gemeld, dat de
jol van den Belgischen loodskotter VH, na
een loods op een inkomend schip gezet
te hebben, wordt vermist. De jol is ver
moedelijk omgeslagen en drie matrozen
zouden dan daarbij zijn omgekomen.
In de, in Brazilië verschijnende I-
taliaansche bladen komt een telegram
voor, aan den Koning van Italië gericht
en door 500 hoofden van gezinnen, alle
geëmigreerde Italianen, onderteekend,
waarin zij de dringende hulp van hun
Koning inroepen om hen in staat te stel
len naar hun land terug te keeren en
hunne vrouwen en kinderen van een wissen
dood te redden, daar zij ten prooi zijn
aan de grootste ellende en door geweten-
looze agenten aan ondernemers zijn afge
staan, welke niet alleen de aangegane
overeenkomst niet nakomen, doch hen bo
vendien bepaaldelijk honger laten lijden.
Een vertrouwd vriend van de familie
der jonge barones Yetsera deelt in het
Parjjsche blad »Le Matin" een aantal bij
zonderheden mede omtrent het ongeluk
kige meisje, dat door haar dood met
kroonprins Rudolf van Oostenrijk een zoo
treurige vermaardheid verkreeg. Misschien
kunnen zij strekken om in deze iets te
verklaren. Zij was, volgens de mede-
deelingen, een lief, gevoelig meisje, wat
de menschen noemen; „overdreven" in
vele dingen, ook in haar liefde voor een
man, wiens naam zelfs haar vertrouwdste
vrienden niet te weten kwamen, nu eens
uitgelaten vroolijk, dan weder diep neer
slachtig. Zij was vaak vervuld van gedach
ten aan den dood, en de uitspraak der
ouden; „wie jong sterft, dien hebben de
Goden lief" beviel haar zeer.
Het hart ging haar boven alles, en
men kan verzekerd zijn, dat geen eerzucht
in het spel is geweest bij hare liefde voor
den Oostenrijksehen Kroonprins, waarbij
haar vurig karakter de grenzen der maat
schappelijke wetten vergat.
„Met een gloeiend hart, een heet hoofd,
onrustig, ziekelijk, zenuwachtig opgewon
den," zoo zegt haar vriend, „kwam zij
in aanraking met een ander, ook ziekelijk
karakter, een man, die uit oververzadigd
heid een afkeer had van het leven, terwijl
zij, de onervarene 18-jarige, slechts levens
moede was uit vrees voor het onbekende.
Die gemeenschappelijke liefde tot den dood
heeft een vreeselijken, waanzinnigen harts
tocht doen ontstaan, welke slechts in een
woeste uitbarsting kon eindigen."
Broederlijk gedeeld
Twee broeders, beiden oude jongeheeren
uit het Zevengebergte, hadden een knappe
huishoudster. Op zekeren dag sprak de
oudste broeder tot den jongste: „Word
verliefd op onze Doortje, Dirk en trouw
haarDirk spartelde nog altegen, maakte
allerlei uitvluchten en wilde 't postje
overlaten aan zijn broeder, doch eindelijk
gaf hij toe. Toen nu op zekeren morgen
de oudste van zijn werk terugkeerde, hoor
de hij dat zijn broeder zoo juist met
Doortje naar den ambtenaar van den
Burgerlijken Stand was gegaan. Een kort
besluit: Hjj schoot zich in zijn Zondag-
sche plunje, volgde het paartje en toen
hij 't gelukkig nog had ingehaald, ver
klaarde hij, dat hij toch maar met Doortje
zou trouwen. Daar Doortje hierop niets
tegen had, trok de oudste broeder met
de huishoudster naar den ambtenaar en
hij trouwde haar.
Weinig vloeistoffen hebben in korten
tijd meer naam gemaakt en dien goeden
naam beter verdiend dan de in 1779 bij
de vervaardiging van lood water toevallig
ontdekte glycerine. De verdiensten van
dit heldere, zoete vocht zijn vele. Brandt
gij u, hebt ge springende handen, is de
huid scrophuleus, is uw keel droog of
stroef, wanneer gij sprekeu moet, dreigt
de gasmeter te bevriezen, wilt gij het
schoensmeer een nieuwe voortreffelijkheid
geven, waardoor het leder zacht en duur
zaam blijft, zoo zal het u goede diensten
bewijzen. Het laat zich vermengen met
myrrhe en dan is het probaat voor het
tandvleesch; het laat zich gebruiken bij
bet inmaken van vruchten en „vleeseh en
dan bewaart het tegen bederf; eindelijk,
het laat zich vermengen met zwavel- en
salpeterzuur, maar dan is het geduld van
het zoete goed ten einde, dan wordt dit
bewaard en als nitroglycerine jaagt het u
en uw huis in de lucht.
Met zoete dingen moet men soms voor
zichtig zijn
Een oude vrijster van zestig zomers,
die jaren lang te Parijs in dienst van een
kruidenier in Halles was geweest, stierf
eenige dagen geleden, en daar zij, naar
het gerucht liep, een aardig spaarduitje
bijeen had gegaard, zocht hare nicht,
een 18-jarig vrouwtje, die met een po
litieagent gehuwd was, langen tjjd jjverig
in kasten en laden naar den schat. Er
was echter niets te vinden, ofschoon zelfs
de matras, die bij menige oude bes uit
dien stand de rol van een spaarbank
vervult, opengesneden en nauwkeurig
doorzocht was.
Eindelijk werd een groote kaas ontdekt
in een doos onder het bed. Daar de
kaas te groot was voor het klein gezin,
werd zij voor 10 francs aan een kruide
nier verkocht. Toen de man den volgen
den dag de kaas wilde opensnijden, stiet
zijn mes op een hard voorwerp, en op
hetzelfde oogenblik rolden de goudstuk
ken naar alle kanten. Bij nader onder
zoek bleek, dat de kaas 2000 fr. bevatte
in goud en banknoten, waarbij een briefje
was gevoegd. De erflaatster vermaakte
daarin al het geld aan haren zoon, die
soldaat was te Lyon. Het arme agenten
vrouwtje zag deze schoone kans dus haar
neus voorbij gaan.
Te Bubenheim bij Koblentz zat de
zer dagen de landbouwer F. in een her
berg rustig te kaarten, toen de gemeente
veldwachter binnentrad. F. vroeg dezen
of hij ook een wapen bij zich droeg, en
toen daarop de veldwachter zjjn revolver
voor den dag haalde, ging dit wapen on
verwachts af en stortte F., door een ko
gel getroffen, dood neder. De gemeen
teveldwachter stelde zich ter beschikking
der Justitie, die hem terstond weder vrij
liet, daar het overtuigend bleek dat de
veldwachter niet met opzet gehandeld had.
In het Jodrel-theater te Londen is
dezer dagen een watergordijn" ingevoerd
ongeveer 500 stralen, welke te zamen
een waterval vormen, waardoor, bij het
ontstaan van brand op het tooneel, de
toeschouwers in de zaal volkomen veilig
zjjn voor de vlammen. Tot geruststelling
van het publiek wordt dit watergordijn
er eiken avond een oogenblik vertoond.
Te veel genomen. In een der hos
pitalen te Berlijn, werd Woensdag een
negentienjarig dienstmeisje aangebracht,
dat een poging tot zelfmoord had gepleegd.
Des morgens had zij met hare meesteres
onaangenaamheden gehad en besloten een
einde aan haar leven te maken: zij wist
aan rattenkruid te komen, waarvan zij
vijftig wichtjes, in water opgelost, innam.
Voor grooter zekerheid nam zij daarop
nog een theelepel vol van het vreeseljjk
vergift, in drogen vorm.
Door een onderzoek bleek, dat de on
gelukkige zoo veel vergif had ingenomen,
dat een geheele compagnie soldaten er
door naar de andere wereld kon worden
geholpen. Later stuurde haar meesteres
haar uit om boodschappen te doen. Reeds
na een uur werd het meisje ongesteld;
zij ging naar huis en begon op geweldige
wjjze te braken. Thans bekende zjj wat
zij gedaan had en werd naar het hospitaal
overgebrachtmen spoelde haar maag
uit en diende haar sterk tegengift toe.
Thans is het meisje redelijk wel en
men heeft hoop haar in het leven te
behouden, juist de omstandigheid dat zij
veel te veel rattenkruid innam, redde haar.
In een spiritistengezelschap te Parjjs,
had zich onlangs een Engelsch medium
geïntroduceerd, een jonkman, die in zjjn
wonderbaren slaap de tolk der geesten
van allerlei wijsgeeren was. Hjj kwam
drie avonden in het gezelschap en nam
daarna afscheid, met twee door hem mee
gebrachte vrienden. Den dag daarna
werden uit. de kamer van den gastheer
een aantal kunstvoorwerpen vermist en
zijn vrienden kwamen zich beklagen, dat
zij beroofd waren van hunne geldtasch-
jes, zakuurwerken, enz. Het bleek toen
ten klaarste, dat het medium en zijn twee
vrienden niets anders geweest waren dan
zakkenrollers, die alleen voor spiritisten
hadden gespeeld, om hunne geestver
wanten" te kunnen plunderen.
Vertrouwbare Trouwstatistiek.
De Statistiek is zeker waard
Om alles, wat ze ons openbaart,
Geëerd te worden en geacht
Veel wordt door haar aan 't licht gebracht.
Dies zinge men, al klinkt 't komiek,
Een lied ter eere van de Statistiek.
De Statistiek heeft ons ontvouwd,
Hoe nuttig 't is, dat iemand trouwt,
Wijl dat een langer leven geeft,
Dan als men ongehuwd liefst leeft
En 't trouwen schuwt; wel klinkt 't komiek,
Maar nogthans leert 't ons de Statistiek.
Getrouwde mannen, door elkaar,
Die worden doorgaans zestig jaar
Doch oude vrijers, 't is heusch waar,
Gemiddeld vijf-en-veertig jaar.
Men maak' de ontdekking vrij publiek,
Want 't is verkondigd door de Statistiek.
Terwijl van 't manvolk, dat er trouwt,
Een vierde 't zeventigste aanschouwt;
Doet dit van 't ongehuwde deel,
Een twintigste, dat is niet veel.
De laatsten zijn daarbij vaak ziek,
Zoo openbaart 't ons de Statistiek.
Dus mannen, die voor 't huwelijk schroomt,
Die dwaaslijk van uw vrijheid droomt,
Begeeft u in den buwelijksstaat,
Als gij geen Statistiek versmaadt;
Zij maakt ons 't huwelijksheil publiek,
Trouwt dus ter eere van de Statistiek.
Jan Conrftge.
Marine en Leger.
De Minister van Marine brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat in dit jaar vier jongelieden
kunnen geplaatst worden als adspirant-adminia-
trateur bij de Kon. Nederl. Zeemacht.
Het pantserfort te Hoek van Holland is onder
toezicht gesteld van den commandant der genie te
Amsterdam. De drie pantserforten die in ons land
bestaan, zijn door dien maatregel onder één ge
nie-commandant gekomen.
Naar men verneemt, zullen 1 September slechts
20 adelborsten voor den zeedienst kannen wor
den toegelaten.
De kapt. t. z. W. A. Arriëns, thans non-ac
tief, is aangewezen om nog deze maand naar
Oost Indië te vertrekken en zich ter beschikking
te stellen van den schout-bij-nacht commandant
der zeemacht te Batavia.
De luit. t. z. Ie kl. W. B. Hazenberg, die
der 2e kl. R. Posthumus Meyjes en A. J. Goos-
zen worden met den 16en Maart a.s. geplaatst
in de rol van Zr. Ms. waebtschip alhier, om,
evenals de off. van gez. 2e kl. bij de zeem. P*
R. Bentz van den Berg, reeds dienende aan
boord van genoemd wachtschip, gedetacheerd te
worden aan boord van Zr. Ms. gaffelschoener
„Argus", eerstgenoemde als commandant.
De luit. t. z. 2e kl. F. B. baron Mulert wordt
met genoemden datum geplaatst aae boord van
Zr. Ms. wachtschip te Amsterdam.