't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1711.
Woensdag 10 Juli 1889.
Zeventiende Jaargang.
Bericht.
uur honderd jaren/'
NIEUWSTIJDINGEN.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BESEHOUT Co., te Helder.
Buraaux: SPOORSTRAAT an ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels 25 Cent
Elke regel meer5
Grootere lettere worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorg-d zijn.
Wij maken onze lezers
opmerkzaam op de in dit
Blad voorkomende Bon,
voor liet prachtige Premie-
werk:
De inlevering van deze bon
moet geschieden vóór 15
Juli a.s.
DE UITGEVERS.
HELDER, 9 Juli 1889.
De werkzaamheden tot bet afbren-
fen der van de bjj Texel gestrande stoom -
oot Benbrack duren nu reeds twee maan
den, doch vorderen nagenoeg niets. Het
achterschip zit 16 voet diep in het zand.
Bg het voorschip werkt een stoomzand-
blazer, welke echter niet in staat is het
zand te verwijderen.
De Raad der gemeente Texel heeft
besloten tot opheffing van de school in
Zuid-Eierland en tot verplaatsing van de
school van Midden-Eierland. Tot hoofd
der nieuwe school zal benoemd worden
de Heer J. de Jough, thans hoofd der
school in Midden-Eierland.
De hoop der veehouders op Texel
wordt door de langdurige droogte zeer
teleurgesteld. Nagras of etgroen is er
nietde gemaaide velden staan dor en
kaal. De aardappelen lyden zeerop de
droogste plaatsen verdorren de stengels,
zonder dat de bloesemknoppen zich open
den de tuingewassen mislukken, vooral
door gele worm in den grond en door
de luis, die den groei belemmert.
By de posteryen wordt een onder
zoek ingesteld naar de bestellers en post
boden, aan wie een loopdienst van meer
dan 8 uren daags is opgedragen. Ver
moedelijk staat dit in verband met het
voornemen om c. q. hun moeielijke taak
te verlichten.
Pol lt le-visichery-Noordzee.
Overeenkomstig het verlangen van de
Britsche Regeering, is eene internationale
verklaring gewisseld tot wijziging van het
tractaat tot regeling van de politie op de
visscherg op de Noordzee.
Deze verklaring strekt, om, naar de
bedoeling van bet tractaat, duidelijk te
doen uitkomen, dat, ten opzichte van
letterteeken en nummer van de schepen
de donkere zeilen met witte en de lichte
met zwarte verf moeten geteekend wor-
dei, zoodat op dikwerf getaande zeilen,
die een roode kleur hebben aangenomen,
niet (naar de letter van het tractaat)
zwartemaar (naar zijn bedoeling) witte
letters worden aangebracht.
In zee is opgevischt en te Vlieland
aangebracht en begraven het in verge
vorderden staat van ontbinding verkee-
rende ljjk van een kort, gezet man. Op
het lyk bevond zich een portefeuille, be
vattende o. a. een afschrift testament van
Wilhelm Schellhase en zijn echtgenoote,
2 brieven, een verhuisbiljet uit Cöslin, van
Johann, Wilhelm en Emma Schellhase,
afgegeven 6 Mei 1889, 2 passagebiljetten,
afgegeven 15 Mei 1889, ten name Joh.
Schellhase, op het stoomschip »Amalfi",
van Hamburg, en 2 inentingsbewijzen van
Wilhelm en Emma Schellhase.
In de vorige week werd het wrak
wedergevonden van bet den 5n Juli 1870
op den Banjaard gestrande Engelsche
pleizierjacht >Star of the sea". Door C.
en J. Be veren te Brouwershaven en Jan
Leis te Kinderdjjk werden, met behulp
van den zuiger Nautilus", kapt. A. den
Ouden, daaruit eenige voorwerpen gebor
gen^ waaronder een paar metalen kanon-
stukjes en een kistje, inhoudende onge
veer 50 en eenige heerensieraden. Een
en ander werd ter beschikking gesteld
van den heer De Kater te Brouwersha
ven, gemachtigde van den eigenaar van
bedoeld jacht.
Pogingen, ingesteld om andere wrak
ken op den Banjaard te exploreeren, ble-
yen tot heden zonder eenig resultaat.
Donderdagnacht zijn dieven in de
kerk ingebroken te Wglre (Limburg). 2
offerbussen werden opengebroken en gele
digd. Ook de deur der Sacristij werd met
ploegkouter uit het slot gelicht.
De in gemeld vertrek aanwezige kas
ten werden doorsnuffeld, doch niets daar
uit ontvreemd. Het breekijzer is in de
kerk achtergelaten. De marechaussees van
Gulpen stelden Vrijdag een onderzoek in.
Tot heden mist men het spoor der dieven.
Hendrik Visser, bekend uit het pas te
Haarlem gevoerde proces, heeft Vrijdag
te Amsterdam in hooger beroep terecht
gestaan wegens beleediging van den Ko
ning in een socialistische redevoering. Hij
zou Z. M. een groote huichelaar genoemd
hebben. De beklaagde trachtte er nu
natuurlyk een draai aan te geven, waar
door het eenigszins anders klonk, maar de
politie bleef by hare stellige verklaringen.
Eischeen jaar (overeenkomende met
het eerste vonnis der Rechtbank, waarvan
de beklaagde in verzet gekomen was);
uitspraak: 12 dezer.
In de provincie Groningen neemt
de varkensziekte zóó toe, dat slagers de
uitoefening van hun bedrijf gestaakt heb
ben. Verscheidene veehouders verloren
al hun varkens aan deze ziekte.
Te Leiden is een joDgen, die wat
al te veel baadde driemaal per dag
tengevolge daarvan aan koliek overleden.
Blijkens de jongste berichten, is
Curafao in den loop der tweede week
van Juni door milde regens gezegend.
In het oosteljjk deel van het eiland is
het vee meerendeels bezwekenvoor het
westelyk deel is de jongste regen een
redding.
De nood bljjft echter groot.
Paville berekent, dat de Eiffeltoren
6.500.000 frs. heeft gekostwerk onder
den grond 900.000 frs., ijzer 3.800.000
frs., verfkosten 200.000 frs., ascenseurs
en machines 1.200.000 frs., restaurants,
decoratie enz. 400.000 frs.
Door den vuurwachter van den toren
te Daserort, werd aan het strand eene
flesch gevonden, waarin zich een strook
papier bevond, waarop het volgende was
geschrevenWaarde vrienden Wjj ver-
keeren in groot gevaar, 't Schip is zinkende
en er bestaat geene mogelijkheid op red
ding. Wij zullen onze woonplaats niet
wederzien. Het schip heet de »Nordstern"
en is lek gesprongen. De gezagvoerder
en de overige equipage zgn reeds verdron
ken. Was geteekend Otto Arndt en Her
man Paski, matrozen. (Het barkschip
»Nordstern", arriveerde den lsten Juli van
Huil te Gefle.
»Sic transit gloria mundf'kan met
recht gezegd worden van een 42-jarig
man ontslagen portier in een hótel te
's-Hage die dezer dagen voor de arr.-
rechtb. daar ter stede verscheen. Hij had
eene goede opvoeding genoten, een kapitaal
van f 80,000 bezeten, en stond nu terecht
omdat hg negen gulden op eene qnitantie,
hem door zgn meester gegeven, ontvangen
en ten eigen bate aangewend had.
Het O. M. vorderde 2 maanden gevan
genisstraf.
Met den trein, welke Zaterdagavond
uit Emmerik te Zevenaar aankwam, reis
den de heer en mevrouw S., van Rotterdam.
Bij aankomst in de visitatiezaal wilde
mevrouw haren reistasch, die aan een
riem over den schouder hing, aan de
de verificateurs ter visitatie aanbieden,
waarbij zg tot de ontdekking kwam, dat
een behendig zakkenroller den riem had
doorgesneden en haar het taschje met
zgn inhoud, bestaande uit verschillende
gouden voorwerpen, waarvan enkele bezet
met diamanten, afhandig bad gemaakt.
Bij de ontdekking werd door de politie
gelast de visitatiezaal af te sluiten. Na
dit bevel hadden echter nog eenige rei
zigers de gelegenheid gehad de zaal te
verlaten en vond men na het vertrek
van den trein (het onderzoek had niets
aan 't licht gebracht) het taschje met
den inhoud in den put der retirade.
Op Terschelling heeft een droevig
ongeluk plaats gehad. De landbouwer Pais
te Landrum had met behulp van zgn
vrouw, die haar kindje had medegenomen,
een voer hooi opgeladen en was juist van
plan naar huis te rijden, toen één der
paarden schrikte en met den wagen op
hol ging. Het zwaar beladen voertuig
ging den man rakelings voorbij. De moe
der zat met haren zuigeling op den wa
gen. Bij een hooibergje gekomen, wierp
zij het kind daarop, dat gelukkig behou
den bleef. Zelve gleed zij toen langs een
lijn naar beneden en wist de teugels te
pakken, doch de woeste dieren rukten
haar die nit de handen, waardoor zij on
der den wagen geraakte, die haar over
beide beenen ging.
Voor het gerechtshof te Milaan staat
op 't oogenblik eene moeder terecht, welke
zich verantwoorden moet wegens mishan
delingen, haar thans 14-jarig dochtertje
jaren achtereen aangedaan. Het arme
kind werd door de ontaarde moeder met
een ketting aan den muur vastgemaakt
op zoodanige wjjze, dat zg zich niet ver
roeren kon, en in die houding dwong zij
haar den geheelen dag te breien. Dik
wijls gebeurde het, dat het kind zelfs
's nachts aldus vastgeketend bleef. Ook
het eten, dat de arme kleine kreeg, was
geheel onvoldoende en bestond slechts uit
hetgeen hare talrijke broers en zusters
overlieten, of wel uit een korst brood,
die zg echter onmogelijk bjjten kon, daar
zg bijna al hare tanden mist, tengevolge
van de afgrijselijke mishandelingen, die
zij te verduren heeft gehad. Eene oudere
zuster, die het ouderlijk huis heeft verlaten,
heeft de moeder aangeklaagd. Het meisje,
dat door toedoen der politie in een gesticht
is opgenomen, verkeert in een beklagens-
waardigen toestand. Geheel Milaan is
van de zaak vervuld en alle standen
beijveren zich als om strgd, toegangbil
jetten machtig te worden voor de rechts
zittingen, waarin de zaak behandeld wordt.
Een zonderling avontuur is overko
men aan een douanier van Palud, ar
rondissement St. Claude. Deze douanier,
Cauthez Didot genaamd, had eene ver
kenning gedaan en keerde naar zgn post
terug, toen hij, langs eene slechte brug
over de rivier Tacon gaande, eensklaps
in het water gleed en door den stroom
werd meêgerukt. Vruchteloos trachtte
hij er uit te geraken hg werd medege-
sleept, zonk verscheidene malen in de
diepte en werd eindelijk met geweld op
eene rots geworpen.
De ongelukkige klampte zich zoo goed
mogelijk vast, maar hij was ten einde
zyner krachten en deerlijk gekwetstmet
zyne rechterhand kon hg zgn revolver
grijpen en hij loste de zes schoten, in
de hoop dat iemand hem zou hooren.
Alles was echter te vergeefs, en eerst
drie dagen later werd Cauthez terugge
vonden. Door middel van koorden werd
de ongelukkige nog levend naar boven
gebracht.
Cauthez heeft dus drie dagen lang
vastgeklampt aan eene rots en met de
helft van het lichaam in het water door
gebracht. Zgn toestand is zeer ernstig, maar
men heeft toch nog hoop hem te redden.
Volgens Figaro, is Prins Eugenius
van Zweden voornemens in het huwelijk,
te treden met Prinses Kaluhang van Haïti,
een zwarte, jonge schoone.
Omtrent de noodlottige mgn-ont-
ploffing bg Saint-Etienne, waardoor ruim
200 arbeiders 400 meter onder den grond
bedolven werden met weinig kans op red
ding, worden de volgende bijzonderheden
bericht
Terstond na het hooren van een he-
vigen onderaardschen knal in de mijn
Verpilleux, waaruit daarna een geelach
tige rook opsteeg, verzamelt zich een
verschrikte menigte weldra tot 4000
menschen aangegroeid rondom den
ingang van de mijn, waar zij in grooten
angst staat te wachten en slechts met
moeite door gendarmerie en politie te
ruggehouden wordt.
Twee ingenieurs dalen af in de mijn,
maar zg worden door de verstikkende
dampen bedwelmd. Zij hadden nog maar
even den tijd om het sein tot ophalen
van de kooi te geven en zij kwamen we
der boven met ernstige verwondingen,
door hen bekomen, nadat zg bewusteloos
in de kooi waren neergevallen.
Daarna beproeven de hoofdingenieur
Chancelle en een paar andere ingenieurs
in de mijn af te dalen. Zij komen weldra
weder boven, met het treurig bericht, dat
de mijn in brand staat en dat er instor
tingen plaats hebben, welke de pogingen
tot redding van dien kant vruchteloos
maakten.
De mgn Saint-Louis, op 200 meter af-
stands, was in gemeenschap met de mgn
Verpilleux. Men wilde beproeven of het
reddingswerk van daaruit mogelijk was.
Maar ook daar had een ontploffing groote
verwoesting aangericht, en van de 45
arbeiders, die er werkten, waren slechts
4 gered. Er bestaat dus weinig kans op
het behoud van de 157 mannen in de Ver
pilleux en de 41 in de Saint-Lonis. In
laatstgenoemde mgn werkten, wegens een
overstrooming aldaar, 100 man minder
dan anders, thans een geluk bij een on
geluk. De pogingen tot redding worden
in de eene mgn door het vuur, in de an
dere door het water zeer belemmerd.
Bg het bovenbrengen van de slachtof
fers hebben hartverscheurende tooneelen
Volgens de jongste berichten bedraagt
het aantal dooden 185 en werden er 14
gewonden en 15 lijken bovengebracht.
Een proces tegen PriDs Albrecht
van Pruisen, tegenwoordig Regent van
Brunswijk, is dezer dagen door het Kam-
mergericht te Berlgn beslist. In Maart
1886 gleed een klerk bij de postergen
uit op het trottoir bg den tuinmuur van
's Prinsen paleis iu de Wilhelmstrasse,
met het ongelukkig gevolg, dat hij een
verwonding bekwam, welke hem voor al
tijd ongeschikt voor zgn werk maakte.
Er was op het trottoir, tegen de poli-
tie-verordeningen, geen asch gestrooid,
en de verwonde stelde een eisch tot
schadevergoeding in tegen de stedelijke
overheid. Hij werd echter met den eisch
verwezen naar den eigenaar van het ge
bouw, waarvoor het ongeluk gebeurde,
en thans, na een langdurig onderzoek,
verklaringen van geneeskundigen, enz.,
heeft de Rechtbank den postbeambte een
toelage van 75 Mark per maand toege
kend, welke Prins Albrecht hem moet
nitkeeren.
Er blijken dus nog al tgd rechters te
Berlgn te wezen.
Is de nachtlucht schadelgk? De
meening, dat het inademen der nachtlucht
schadelgk is, wordt nog steeds in vele
huisgezinnen als zeker aangenomen. Wel
beschouwd is de lucht binnenshuis 's nachts
evenzeer nachtlucht, doch niet zoo zuiver
en men aarzelt dan aan de zuivere
buitenlucht de voorkeur te geven
»The Sanitary World" schrgftde helft
der menschelgke zièkten toe aan het sla
pen met gesloten vensters. Een open
venster kan, volgens dit blad, gedurende
een groot gedeelte van het jaar niemand
schaden. In volkrijke steden is de lucht
des nachts dikwijls het best en het zuiverst.
Uit een hygiënisch oogpunt zou het dus
meer zin hebben, de vensters overdag te
sluiten in plaats van 's-nachts, wanneer
er geen rook is en alles in rust. Een
der grootste Engelsche geneesheeren in
de behandeling der tering zegt, dat de
lucht in Londen nooit zoo goed is, als
na 10 nren in den avond en beveelt aan,
de vertrekken dan zoo mogelyk met bui
tenlucht te ververschen. Vensters zgn
er om geopend, deuren om gesloten te
worden. Deze waarheid wordt te veel uit
het oog verloren.
Natuurlijk zal echter de ligging van he t
slaapvertrek een factor zgn, waarmede
rekening dient gehouden te worden. Een
groot onderscheid toch maakt het, of de
kamer noordelijk of zuidelijk gelegen is,
en of de zonnestralen al dan niet gedu
rende den dag daarin toegang hebben.
Dezer dagen werd een spoortrein,
bij het verlaten van het station Bureau
(Beieren), getroffen door een bliksemstraal,
welke wel in een der rails afgeleid werd,
maar een bremserhokje op den achtersten
wagen beschadigde. De beambte, die
daarin zat, werd bedwelmd, maar niet
ernstig gewond. De overige personen op
den trein bemerkten niets van het gebeurde
vóór de aankomst aan het eerstvolgend
station; zij hadden alleen een hevigen
slag gehoord.
Raadselachtige geschiedenis. Om
trent het zonderling verdwijnen van een
inwoner der stad Parijs, waarvan wy
onlangs melding maakten, wordt thans
het volgende bericht.
In het jaar 1885 stierf te Pargs eene
Amerikaansehe dame, Tressart geheeten,
en maakte haar kamerdienaar, den Zwitser
Cadrian, tot haar eenige erfgenaam. Ca-
drian won het proces, dat de erfgenamen
der overledene tegen hem begonnen, maar
het vele geld, dat hg zoo plotseling kreeg,
bracht hem aan 't malen. In 't einde
van 1886 gaf hij 't grootste deel van zgn
vermogen in bewaring aan een slecht
befaamde inrichting, waarvan de directeu
ren, Pary en Chapotat, zich haastten er
zich meester van te maken. Toen hg zgn
geld terug wilde hebben, betaalden die
heeren hem met wissels, die op zeker
tgdstip moesten worden uitbetaald. Ca
drian moest verscheidene malen van wo-
niog veranderen, omdat zgne aanvallen
van waanzin voor de buren hinderlgk
waren.
In den nacht van 29 Januari 1888 liep
de man, halfnaakt en met een stok in de
hand op straat, maar werd weder in huis
gebracht; spoedig daarop liep hij weder,
thans geheel gekleed, de deur uit en sedert
dat tgdstip is hg spoorloos verdwenen.
De politie stelde een onderzoek in, dat
vruchteloos was, en een beheerder over het
vermogen werd aangesteld. Die beheerder
vernam dat Cadrian den geestelijke Le-
moine, van de Saint-Michel, een zak met
stukken van waarde in bewaring had ge
geven en was niet weinig verbaasd
toen die zak niets van waarde bleek te
bevatten. Thans kwam de beheerder er
achter, dat de inkomsten van Cadrian
geregeld in ontvangst werden genomen
en na ontdekte de politie spoedig, dat een
zich noemende Cadrian, zekere handels
agent Mongin was en dat de koster der
kerk de papieren uit den zak had gestolen
en door tusscheukomst van een neef van
Mongin met dezen in aanraking was
gekomen.
Mongin vestigde zich met zgn buit in
een klein plaatsje in de nabijheid van
Pargs, gaf zich voor Cadrian uit en wist
ook sommige van diens papieren in handen
te krijgen, waarmede hg Pary en Chapotat
dwong hem de wissels uit te betalen.
Thans zitten die twee heeren Mongin,
diens neef en de koster achter slot. Om
trent den waren Cadrian weet men nog
niets, doch men beweert, dat hg in een
klooster is opgesloten.
Heldersche Moppen.
Heer (tot zijn keukenmeid, die een taart
gebakken heeft): ,/Hé, die ziet er lekker uit.
Heb je die zelf gebakken?"
Meid. »Ja, heusch waar, mijnheer, 't was
een heel werk. Ik verzeker u, daar is menig
zweetdroppeltje op gevallen.
Eet smakelijk!
—o
Boekverkoopersbediende, Mag ik u om 7
gulden verzoeken volgens quitantie voor de
rekening over het jaar 1887.
Heer. Kunt ge mg van een bankje van
f100 terug geven?
Bediende. Zeker! Met genoegen
Heer. Dan zal ik u laten roepen zoodra
ik een banbiljet heb, hoor!
o
Op een bureau krygen twee collega's ruzie.
Het nadeel der positie is geheel aan den kant
van A., daar deze sterk stottert en derhalve
moeilijk zijn woord kan doen.
Daardoor nog meer in de war, laat hij zich
tot scheldwoorden verleiden en brengt einde
lijk met de grootste moeite- uit
»Jjjijjy bbbent een schssch
schavuit
»Dat zul je intrekken 1" roept de belee-
digde B.
»Nnnooit!" stamelt de ander. »Ik
ben al bbblij, dat ik het er uit heb 1"
Marine en Leger.
De commandant en officieren van het Fransche
adviesjacht „La Mouette" brachten jl. Vrijdag een
bezoek aan het marine-etablissement te Amsterdam
Het schip zal vermoedelijk nog een paar dagen
te Amsterdam vertoeven, en vervolgens opstoomen
naar het Nienwediep.
De kapitein-ter-zee jhr. T. E. de Brauw wordt
met 1 Augustus a. s. gedetacheerd in de mari
tieme directie te Willemsoord.
De gepensioneerde kapt. t. z. H. J. van Broek-
huyzen is te Wageningen overleden.
Zr. Ms. schroefstoomschip le kl. „Atjeh",
thans kruisende in de Noordzee voor oefening#-