Geheel Europa zal in vuur en vlam staan.
De legermachten, die in een dergelijken oor
log zullen opkomen, de reserven en de garni
zoenen medegerekend, zullen 12 millioen ge-
wapenden tellen. Men vraagt zich tever
geefs af, wie die milliarden moet opbrengen,
vereischt voor de mobilisatie e i het onderhoud
van dergelijke legermassa's.
Volgens officiëele gegevens brengt Duitsch-
land drie millioen geoefende soldaten in het
veld en in den blocdigen oorlog van 1870 stre
den nog geen millioen krijgers. De oorlog be
gon met 300.000 Franschen tegenover 420.000
Duitschers. Hoe bloedig was het treilen, en nu
staat het twaalfvoudige aantal, beter geoefend
gereed den kamp uit te vechten.
In 1870 hadden de Duitschers het bekende
naaldgeweer, dat bl/% kilo woog en by een kali
ber van 11 millimeter een zeker schot gaf tot
op 500 meter en waarmede 5 h 6 schoten in
de minuut gelost konden worden. Dit geweer,
destijds als zoo moorddadig bekend, is evenals
de chassepot geheel afgeschaft. De Franschen
hebben nu een geweer, dat slechts 4 kilo weegt
en bij een kaliber van 8 millimeter een draag
kracht heeft over de 2000 meter en voorzien
is van een magazijn met 8 schoten, die in 20
secondeu gelost kunnen worden. Duitschland
heeft aangenomen en heeft zijn leger binnen
het jaar gewapend met een geweer van 71/a
millimeter. Oostenryk, dat drie jaar geleden
eene herwap.ning bevolen had, met een repe
titie-geweer van 11 millimeter, is nu bezig dit
te vervangen door een van klein kaliberIta
lië wijzigt het geweer, Rusland alleen heeft
nog geene keuze gedaan tusschen de aangebo
den repeteersystemen, doch het zal weldra
moeten volgen.
Met de nieuwe wapenen zal het infanterie-
gevecht reeds op meer dan 1000 meter aanvan
gen. Het vuurgevecht begint voordat de par
tijen elkaar zien en daar de soldaten veel meer
patronen mede kunnen voeren, zal het moordend
lood nog minder dan vroeger gespaard worden.
Men beweert dan ook, dat het aantal gewon
den, in de laatste oorlogen 15%, stijgen zal
tot 30 a 50 per honderd en dat over legers
van millioenen
Yoor dat de infanterie met de bajonet kan
aanvallen, zal zij 1000 meters en meer moeten
marcheeren onder het doodend lood van den
vijand, die een regen van kogels op haar weg
kan slingeren, zoo dicht als waaraan vroeger
nooit gedacht werd en achter de infanterie in
linie wacht den aanvallenden dan nog het ar
tillerievuur, dat eenige duizenden meters ver
draagt.
Ja, een officier der artillerie houdt staande
dat een duel der kanonnen tusschen de Duit-
sche en Fransche strijdmachten, een van bei-
den moet vernietigen.
aangedaan, Editb, als je deze mededeeling
voor mij verzwegen hadt. Ik krijg hierdoor
een nieuw bewijs voor de juistheid mijner on
derstelling, dat haar verstand volkomen in or
de is. Denk eens, Edith, wat een verantwoor
delijkheid je op je schouders geladen hadt,
door mij dit te verzwijgen. Immers, nu kryg
ik een aanvangspunt, waarnaar ik anders maan
denlang met inspanning van alle krachten had
moeten zoeken."
►Wanneer je voor de toekomst hulp van mij
verwacht bij de uitvoering van je plannen,
dan moet ik je verzoeken mij eens een helder
inzicht daarin te geven. Het wordt mij telkens
duidelijker, hoe weinig mijn ervaring voldoen
de is, om op den rechten weg voort te gaan,
zonder mij te bekommeren om de meening van
anderen."
//Reeds het vaste besluit doet in zoo'n geval
veel! Onderzoeken en overwegen en vervol
gens het kaf van het koren gescheiden Heeft
men eenmaal den rechten weg gevonden, dan
moedig voorwaarts, zonder te letten op het
geschreeuw der menigte
X.
Ten gevolge der mededeelingen zijner zuster
zag Walther voor het oogenblik af van alle
pogingen, om het nieuwe verblijf zijner be
schermelinge te vinden. Doch de uitvoering
zyner plannen werd hierdoor eerder bespoedigd
dan vertraagd, ondersteld natuurlijk dat het
meisje slaagde, een briefje in de kleeren te
verbergen en dit, zonder door anderen ontdekt
te worden, in zijn bezit kwam.
Hij verheelde zich niet, hoe onwaarschijn
lijk het slagen van haar plan was. Was het
niet te verwachten, dat men haar reeds in
Werd het in den oorlog van 1870 reeds
niet meer noodig geacht bij eene cavalerieaan-
val een carré te vormen, in den toekomstigen
oorlog is eene charge der cavalerie op geoe-
dende infanterie niet meer mogelijk. De cava
lerie zal den vijand tot geen honderd meter
kunnen naderen. Vangt het infanterievuur aan
op 300 meter met een gemiddelde snelheid
van 20 schoten per minuut, dan kunnen de
escradrons elkaar niet zoe vlug opvolgen, dat
één den strijd met de sabel kan openen.
De draagkracht van het belegeringsgeschut
is over de tienduizend meter gestegeD. Een
granaat van 15 centimeter, die in 1870 sprong
in 40 a 45 stukken, berst nu uiteen in 300
ii 350 scherven van +10 gram en 800 van
kleiner gewicht, die alle de kracht bezitten
een plank van 2% centimeter te doorboren.
Waar moet dat alles heen En nu wordt
uit Amerika gemeld, dat daar een stuk geschut
met luchtdruk is uitgevonden, dat 250 kilogram
dynamiet uitwerpt, voldoende om een pantser
schip te vernietigen, wanneer het water,
niet het schip, binnen een kring van 100
meter om het doel geraakt wordt.
Waar moet dat heen?
Zou het waar zijn, dat er een tijd komen
zal, dat de staatslieden den oorlog als een on
mogelijkheid zullen beschouwen en schrappen
uit hunne berekeningen
(Overgenomen uit het Rotterd. Nieuwsblad.)
Ingezonden.
Aau de Redactie van het „Vliegend
Blaadje" enz.
M. de R.l
In het verslag der jongste Gemeenteraadszitting (zie
het bijvoegsel van het Vliegend Blaadje, dd. 14 Sept. jl.)
komt in de ie alinea o. a. voor: „er bevindt zieh
slechts één persoon op de tribune."
Dit gaf mij onwillekeurig aanleiding, in mijn ge-
dachtengang, tot de vraag: „zouden de ingezetenen van
„den Helder in 't algemeen, wel veel hart, zegge veel
„belangstelling, hebben, voor de gemeente-belangen,
„voor hunne Staatsburgerlijke rechten, zou algemeen
kiesrecht hier (ook gevolgelijk elders), nog wel noodig
en nuttig zijn te achten
Iedereen stemt gewis gereedelijk toe, dat, wanneer
wetten of bepalingen worden gemuakt, dit geen doode
letter moet wezen, dat zij ook moeten gehandhaafd, ge
ëerbiedigd worden; dat, bij onmacht of niet te kecren
onwil, het beter is ze eenvoudig achterwege tc laten.
Eenmaal toegelaten en duargesteld, zijn ze verbindend
voor iedereen.
Nu zegge men toch niet: „wat geef ik om die bepa
lingen, om die tribune] Ik keu ze niet, ik weet
„niet eens wat, of waar ze is. Mijne tegen
woordigheid daar, zal aan de zaken in kwestie, niets
„doen veranderen, of betere gezichtspunten aanbrengen."
Niet alzoodan staan we nog op den trap der volken
van voor 4 a 5 eeuwen. Dan keert men terug tot den tijd,
toen men zoowel in's lauds als gemeentezaken, in nlles
den ouden sleur volgde, toen Js lands vroede va
deren vaak deden of nalieten, wat zij alléén oorbaar
achtten; toen familieregeering (de aristocratie), gepaard
Londen van kleeren zou laten verwisselen
En was dat niet het geval, zou zij zich dan
tchrijfmateriaal kunnen verschaffen, om oen
voldoend bericht te schrijven Zou zij wel we
ten, in welke streek van het land zij was en
hoe de plaats heette En al mocht dat alles
nu meeloopen, zou men dan niet met de groot
ste nauwkeurigheid die kleeren onderzoeken,
voordat men ze aan zijn zuster teruggaf Wa
re zijn vertrouwen in de goede zaak die hij
voorstond, niet zoo groot geweest, dan hadden
deze overwegingen hem zeker alle hoop op
een goeden uilslag ontnomen. Doch hij was
zich zoozeer bewust van de juistheid zijner in
zichten, dat hij besloot de terugkomst der klee
ren af te wachten en intusschen met spoed
een onderzoek in te stellen naar de omstan
digheden van lord Norman.
Het grootste bezwaar bij dit onderzoek was
zijn betrekking als kantoorbediende. Van 's
morgens negen tot !s avonds zes uur zat hij
aan den lessenaar en vrij dikwijls werd hij
door drukte van zaken nog langer opgehouden.
Zoo bleef hem van de zes werkdagen der week
nauwelijks een vry uur over, om zijn eigen
zaken te behartigen. Vóór den naasten Zon
dag kon hij er niet aan denken, iets in het
belang van zijn beschermelinge te kunnen doen.
En toch het toeval zou hem helpen, om
spoediger zijn doel te bereiken, dan hij had
durven hopen. Juist 8 dagen na zijn eerste
samentreffen met den advocaat Carringshliff
kwam hij op het gewone uur het kantoor van
Guilleray Mattson binnen en nam plaats
aan zijn lessenaar.
Het was dien morgen bijzonder druk. Een
berg van papieren lag bij zijn plaats opgehoopt
op afdoening wachtende. Zonder dralen begon
hij dan ook aan zyn werk. Echter was hy
mcesteutijds aan eigen minder aan algemeen belangde
teugels vast in handen hieldtoen met 's lands penningen,
(offers van Jan en Alleman) vaak despotisch werd omge
sprongen toen posten en ambten in den regel niet
aan de bekwoamsten, maar meestal aan de familie
leden, aan de bevoorrechten, aan de mee9t begunstigden
ten deel vielen; toen het spreekwoord: „eens burge
meester altijd burgemeester," nog een waar woord kon
liecten.
Neen, niet alzoo I Het was, hoe lauw en onverschillig
men ook zij, 't was eeu kostbaar geschenk, toen men
onder meer, ook die tribune met hare gevolgen schiep;
toen men in ons constitutioneel vudcrland, elk zooveel
doenlijk in de gelegenheid willen te stellen, mede te regee-
ren, zoouls men zegteen vorkje meê te pikken de oogen
geopend te hebben, om ook een blik te kunnen slaan,
op het tooneel van beleid en handeling, zoo noodig.
ook achter de schermen.
Slaan wij voor 't oogenblik, dien blik eens op enkele
punten, juist ter sprake gekomen in de hierboven be
doelde Gemeenteraadszitting, en dan vragen wij be
scheiden, niet om te vitten, niet uit betweterij, uocli
minder om te veroordeelen of persoonlijk te zijn,
zijn daar geen gemeentebelangen op het appèl gebracht,
waarbij velen, zoo niet allen, belang kunnen hebben."
Wij releveerèn achtereenvolgend
De onkosten dier vergaderingen zeiven
De verschillende veezekeringen (assurantiën) der ge
meentegebouwen, bij- en door middel van wien
de inning van der gemeente ten goede komende gelden,
compost
't gebruik der gemeente-gebouwen voor de particuliere
belangen van enkelende spaarbank
het bestemmen van gemeente-aigendommen, oude
kleedingstukken
de geneeskundige praktijkuitoefening bij onvermogen-
^eu door de gesalarieerde armen-doetoren
't varstrekken van leermiddelen in vergelijking van
andereu
de prijzen besteed voor bed-fourniturenin de laatste
vijf zaken en in zake het beheer van het Algemeen
Weeshuis.
Voorts nog:
de onkosten der schutterij, kostelooze kleeding en
de dnurmede in verband staande bevoegdheid der
HH. Wijkmeesters tot afgifte van „bewijzen van onver
mogen".
Eindelijk nog:
Het kolossaal belang bij het verpachten van de Bank
van Leeuing," na 35 jaar bestendigde sleur; en
een lokaal voor den vischafslag te bon wen, geheel
particulier, mét al den aankleve van dien, ofte wel
te stichten door de gemeente.
Wanneer daaraan nu nog wordt toegevoegd, de hoof
delijke omslag (30,000) in verband met de immer
vigeerende belastingsom, te heffen op het gedistilleerd,
enz. enz., dan dunkt ons, dut het een kijkje te nemen
in de handelingen of besprekingen in de zitting van
den Gemeenteraad, op 10 Sept. jl., wel gewettigd is te
heeten. Natuurlijk kunnen zulke blikken, bij andere
diergelijke besprekingen, van uitgebreider belang zijn.
Onze voorop gestelde vragen: „of men te Helder
wel hart heeft voor geschonken voorrechten?"
„Of algemeen kiesrecht hier nog wel recht van be
staan zou vereischen," verdienen dus wel degelijk al-
gemeene waardeering.
Al. d. R. dankzeggende voor de opname dezer regelen,
sluit ik met den wcnsch, dnt meerdere belangstelling
in zaken, als dezen, blijken mogen, wetende: dat niet
altijd de directe kracht alléén werken kan; indirecte
samenwerking stelt ook vaak een machtigen factor daar.
17 Sept. 1889. F.
meer verstrooid dan anders de pen ging lang
zamer over het geduldige papier dan gewoon
lijk en het voortdurende rammelen van geld
op de bank van den kassier in zijn onmiddel
lijke nabijheid stoorde hem telkens weder in
zijn berekeningen.
Eindelijk seheen de drukte der uitbetalingen
wat te verminderen. Walther kon nu zijn on
verdeelde aandacht aan zijn brieven wijden
en dat deed hij ook. Maar plotseling hoorde
hij een bekende stem, die tot den kassier zei-
de«Duizend pond sterling!"
Walther keek op en herkende den gemach
tigde van lord Moulberry, die hier dikwijls op
het kantoor kwam. Hij knikte den bekende
vriendelijk toe en wilde met zyn werk voort
gaan, toen hij bemerkte dat de kassier het
aangeboden papier nauwkeurig bekeek voor
hij de duizend pond uitbetaalde. Dit kwam
echter alle dagen voor, zoodat Walther zelf
verwonderd was, dat hij daaraan nog zijn aan-
aandacht geschonken had. En inderdaad
weinige minuten na de uitbetaling was hy het
geheele geval vergeten.
De hoop brieven en rekeningen was reeds
aanmerkelijk geslonken, toen de kassier hem
een paar uur later een pak wissels overreikte
met de opdracht ze dadelijk te boeken.
Tot de werkzaamheden van den jongen Lund
behoorde ook het bijhouden van het wisselboek.
Zonder uitstel haalde hy dit boek te voorschyn
en begon de wissels op de rij af in te schrij
ven. De eene wissel na de andere werd geboekt
en er bleven nog slechts weinige onafgedaan
toen Walther den cheque in handen kreeg
dien de kassier zoo nauwkeurig bekeken had.
Wordt vervolgd.
Handelsdrukkerij van C. de Boek Jr,