't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1770.
Zaterdag 1 Februari 1890.
Achttiende Jaargang.
KALENDER DER WEEK
NIEUWSTIJDINGEN.
-abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Buroaux: SPOORSTRAAT en ZUIOSTRAAT.
Advertentlën
van 1 tot 5 regels 25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Adverfentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
FEBRUARI, Sprokkelmaand, 28 dagen.
Opkomst der Zon 7 u. 38 m.
Onderg. 4 u. 52 m.
Zondag 2 Septuagesima Maria Lichtmis.
Maandag 3
Dinsdag 4
Woensdag 5 Volle Maan.
Donderdag 6
Vrijdag 7
Zaterdag 8
CORRESPONDENTIE.
Ontvangen van Mr. v. TILBURG, 2
dollar. Aan Mej. C. COOPER wordt be
richt, dat 't abonnement per jaar 2 dol
lar is, die onder couvert kunnen gezon
den worden.
HELDER, 31 Jan. 1890.
Dinsdagavond werd door 't Holl.
Tooneelgezelschap, directie A. van ,Lier,
opgevoerd 't drama >Galeofcto", door Paul
Lindau. De strekking van 't stuk was
te doen uitkomen, hoe men zich voor den
schijn dient te wachten, daar anders de
wereld gereed staat te veroordeelen en te
verguizen. De heer van Kuijk, als don
Manuel en mevrouw Róssing als Julia
hebben hunne rollen iB dit stuk uitstekend
vervuld, en ook de heer Tartaud, die
als Ernesto optrad, mocht den algemee-
nen byval verwerven. De overige artis-
ten brachten 't hunne bij tot 't welsla
gen der voorstelling. Ditmaal werd als
nastukje gegeven Een moet er trouwen",
dat vlug werd afgespeeld en herhaaldelijk
tot lachen aanleiding gaf.
Tijdens den laatsten storm wierp
de zee te Scheveningen voorwerpen van
waarde op het strand, o. a. een zilveren
penning, dragende aan de eene zjjde het
opschrift „Monaig ordint TRAIECT
1787" en aan de keerzijde een driemast
bark met het onderschrift„Concordia
Resparvae Crescent. Voorts werden nog
gevonden een gouden ketting en een zil
veren armband, en verschillende zilveren
muntstukken.
Baden op de scholen
De commissie voor volks- en schoolba-
den te Haarlem heeft aan den gemeen
teraad een adres gericht, houdende ver
zoek om aan de nieuw te bouwen open
bare sshool een inrichting tot het ver
strekken van douchebaden aan school
kinderen toe te voegen.
Als men nu maar niet gaat overdrijven
Op last van den officier van justi
tie te Breda ziju te Rozeudaal de ge
broeders T. en P. B., resp. goudsmid en
verversknecht, gearresteerd en naar het
huis van bewaring te Breda overgebracht.
Zij worden verdacht valsch geld te heb
ben vervaardigd en in omloop te heb
ben gebracht.
Het uit het ,,Haagsche Dagblad" o-
vergenomen bericht, dat aan den heer
J. Koch (niet Cock), wegens het onge
luk te Ruinerwold, een schadeloosstelling
van f 50,000 was uitgekeerd door de Maat
schappij tot exploitatie van staatsspoor
wegen dit bericht is volgens de ver
zekering van den betrokkene zelf, onwaar.
Met den bevigen storm zyn uit de
kap van het centraal-station te Amster
dam eenige glazen naar beneden gesla
gen en op het tweede perron terecht ge
komen. De slag was allerhevigstgeluk
kig liep alles zonder ongelukken af. Over
een uitgestrektheid van wel tien meter op
het perron en langs de trappen, die naar
den tunnel voeren, lagen duizenden stuk-
ken glas ter dikte van ruim 1 centimeter.
Door de «Koninklyke stjjfselfabriek"
te Rozendaal is ongeveer een millioen
kilo rjjst gekocht, afkomstig uit de ge
zonken »Thorbecke VU". Ruim 60 ar
beiders zyn thans voortdurend bezig de
natte rijst om te werken en verdienen
daarmede een gulden daags. Yoor de
fabriek zelve zit er een niet onaardige
winst op, daar de ryst, die haar slechts
1 cent per kilo kostvoor het fabricee-
ren van beste styfsel geschikt is.
Het is opmerkelijk, hoe de influ
enza op de sigarenfabriek der firma Phi-
lipsen Van Hussen te Kujjk voorkomt.
Op een der lokalen van de tweede ver
dieping werden al de werklieden (onge
veer 20) op één dag door de ziekte aan
getast, terwijl by de overige werklieden
derzelfde fabriek nog geen geval zich tot
nu toe voordeed.
Gelukkige stervelingen Een twee
tal werklieden-vereenigingen te Breda,
bestaande uit gasfitters en een lantaarn
opsteker speelden onder elkander twee
tienden in de Staatslotery, waarop de
f50,000 is gevallen.
Willem S., te Amsterdam, was
smoorljjk verliefd geraakt op de blonde,
lieftallige Emma, de dochter van een be
kend handelaar in sigaren aldaar. Em-
ma's hartje klopte ook voor Willem en
weldra waren de jongelui verloofd.
Aangezien onze vriend er vrij goed bij
zat, had hij geen pleizier om zijn hu
welijk lang uit te stellen en hij liet zich
in dien geest tegenover zijn aanstaanden
schoonvader uit, die hem volkomen ge
lijk gaf en onder vier oogen de woorden
toevoegde: «Best jongen, myn kapitaal
bestaat wel hoofdzakelijk uit zaken, die
in rook opgaan, maar toch krijgt Emma
acht duizend mee".
»Dat is een buitenkansje", dacht Wil
lem, die er volstrekt niet op gerekend
had, dat zijn liefje hem fortuin zou aan
brengen en by maakte nog wat meer
haast met het trouwen.
De blonde Emma en de kranige Wil
lem werden man en vrouw, maakten een
klein liuweljjksreisje en keerden de vo
rige week in Amsterdam terug. Toen
zij hun nieuwe woning binnenkwamen
en de keurig gemeubelde huiskamer be
traden, wachtte hun een verrassing.
Op de stoelen, op de tafel, op een rust
bank, op den schoorsteenmantel, in een
buffetkastje, kortom overal stonden
kistjes sigaren't waren tachtig kistjes
ieder van honderd stuks. Een briefje, dat
onzen Willem overhandigd werd, bevatte
de mededeeling Ziehier, waarde schoon
zoon, de acht duizend, die ik beloofd
heb Emma mee te geven".
In 't begin keek de jonggehuwde man
wat zuur, maar hjj eindigde met te lachen
en is al weder tevreden door 't vooruit
zicht, dat hij een jaar of wat vrij rooken
heeft.
Tot naricht van trouwlustige jonge
lezers kannen wy mededeelen, dat de
wakkere sigarenhandelaar nog twee al
lerbekoorlijkste dochters in voorraad heeft
donker soort ze krygen elk tien
duizend mee. (VI. BI. v. Amst.)
D© Zaak-Couffe.
De heer Gouffé, een deurwaarder te Parijs,
verdween den 27n Juli jl. op geheimzinnige
wijze en zijn lijk werd gevonden by het dorp
Millery in de nabijheid van Lyon. Dicht bij
het lijk vond men een zwarten houten koffer,
die blijkbaar had gediend om het daarheen
te vervoeren.
De politie onderzocht den koffer en zag dat
deze te Londen was vervaardigd. De heer
Goron, de chef der geheime politie, ging naar
Londen en het gelukte hem daar den winkelier
op te sporen, die den koffer had verkocht.
Het bleek dat zekere Eyraud, die met zijne
minnares Gabrielle Bompard op reis was, den
koffer te Londen gekocht en meêgenomen had
naar Parijs, van waar deze den27n Juli, den
dag, waarop Gouffé verdween, naar Lyon was
verzonden.- Waarschijnlijk was dus deze
Eyraud de moordenaar van den deurwaarder.
Eyraud woonde te Parijs en stond in slechten
naam bij de politie, maar hij verdween te
gelyk met Gouffé, zonder dat men kon ont
dekken waar hij was gebleven. Van de ge-
heele zaak werd niets meer vernomen, totdat
nu voor een paar dagen Gabrielle Bompard
plotseling te Parijs kwam en zich ter beschik
king van de politie stelde. Onmiddellyk werd
de dame in hechtenis genomen en verhoord.
Zij bevestigde dat Eyraud de moordenaar is
van Gouffé.
De deurwaarder was onder een voorwendsel
door Eyraud in zijn huis gelokt en vermoord.
Het lijk werd in een koffer gepakt en naar
Lyon gezonden. Eyraud volgde zelf en reed
met den koffer naar Millery, waar hij dezen
in een kloof wierp.
Eyrauds doel was Gouffé te bestelen. Zoo-
dra hij hem had vermoord, trok hij de overjas
van den deurwaarder aan, nam zijn slentels
en drong door in zijn kantoor in de «Rue
Montmartre." Bij zijn onderzoek werd Eyraud
echter gestoord door den conciërge, die hem
voor Gouffé hield en hem de brieven kwam
brengen. Eyraud werd bang en maakte zich
uit de voeten, zonder eenige geldswaarde
mede te nemen. Gouffé had in zijn zak niet
meer dan 150 franes, zoodat dit sommetje en
het gouden horloge het eenige voordeel waren,
dat de moord opleverde.
Eyraud vluchtte toen met Gabrielle Bompard
naar Amerika. Daar kregen beiden twist en
toen vluchtte Gabrielle naar Frankrijk met het
doel om Eyraud's misdaad bekend te maken.
Evenwel bleek uit alles terstond, dat de dame
zelve medeplichtig is geweest aan den moord
en althans haar hulp heeft verleend om Gouffé
in de val te lokken. Niettemin tracht zij
haar medeplichtigheid te bemantelen, zoodat
haar verhalen in vele opzichten tegenstrijdig
zijn. De hoofdzaak van haar raededeelingen
wordt echter door de politie voor waar ge
houden.
De politie tracht nu Eyraud op te sporen.
Het laatst is hij gezien te Philadclpbia, maar
toen daar een onderzoek werd ingesteld, bleek
dat hij spoorloos was verdwenen. De heer
Goron hoopt echter de geheimzinnige zaak
tot helderheid te brengen. Gabrielle Bompard
heeft reeds herhaaldelijk verschillende verkla
ringen afgelegd over den moord en het weg
voeren van het lijk, welke bij onderzoek on
waar zijn gebleken. Plet is nu de groote
kunst uit al haar verhalen de juiste waarheid
op te zoeken.
Gabrielle is zeer welbespraakt en gevat en
vertelde zonder de minste ontroering, hoe zij
getuige is geweest dat Gouffé door Eyraud
wérd vermoord. Ondanks al haar gevatheid
hoopt toch de heer Goron, die het onderzoek
leidt, van haar te vernemen, wat hij moet
weten. Gemakkelyk zal dit echter niet gaan.
Gabrielle wordt in de gevangenis goed behan
deld. Niets ontbreekt haar en steeds is bij
haar een bewaakster, die natuurlijk haar best
doet de waarheid te wéten te komen. Tot
dusver echter is dit nog niet gelukt.
Namen van straten te Helder.
Indertijd werd door ons vermeld, dat,
met het oog op de tienjarige volkstelling,
eene nieuwe nummering der huizen in deze
gemeente had plaats gegrepen. Tot eene meer
juiste aanwijzing der bebouwde gronden, heeft
het Gemeentebestuur ook aan enkele stegen,
die nog altijd zonder bepaalden naam waren
gebleven, namen toegekend. Deze omstandig
heid geeft ons aanleiding om aan de namen
der straten en stegen in deze gemeente eens
even onze aandacht te wijden.
Een aantal namen zijn ontleend aan per
sonen, die zich óf door hunne verdiensten óf
door hunne populariteit, óf door hun initiatief
tot stichting van gebouwen hebben onderschei
den. In deze rubriek noemen wyde Jan In
't Veltstraat, naar een vroegeren burgemeester
aldus genoemd; de Van Berkstraat en de P.
Quantstraat, naar de heeren L. Van Berk en
P. Quant, die zich bij de bebouwing der
straten in de Nieuwstad verdienstelijk maak
ten; de Janzenstraat, naar de heeren Gebrs.
Janzen, door wie hier tal van woningen zijn
aangebouwd; de Ruijghweg, naar den heer
M. W. Ruijgh, een populair man in deze ge
meente; de Vroonstrateu naar den heer N.
Vroon, eigenaar van een stuk weiland, waarop
deze straten zyn aangelegd; de Gravenstraat
naar den heer J. de Graaff, die er de eerste
woningen deed verrijzende Wagenstraat, naar
den heer J. A. Wagenaar, die gedurende
eenige jaren op den hoek dier straat woonde
de Vlamingstraat naar den heer P. Vlaming,
die er een der eerste huizen deed bouwen
en er woonde; de Hoogstraat, naar den heer
V. Hoogendijk, eigenaar van een groot deel
der perceelen aldaar; de Kuiper- en Jonker
straten met dergelyke aanleiding tot naams-
aanduiding; de Schagenstraat naar den heer
P. Schagen, die het land nabij den Paralel-
weg liet verkavelen; de Schapensteeg, naar
de oudtijds bekende «vrouw Schaap", met haren
zoeten inval voor de snoepgrage jeugd; de
Kooisteeg naar Arie Kooi, den typischen groen-
teverkooper, die als zoodanig in die straat
zyn öOjarig jubilé vierde; de Blomsteeg, naar
C. Blom, die indertijd de «Lindeboom" en 't
huis daarnaast in de Langestraat bewoonde;
de Kroonstraat naar den heer P. Kroon, den
slachter op den hoek dier straat; de Kooger-
steeg naar den heer J. Kooger, vroeger bewo
ner van een hoekhuis aldaarde Gortersteeg
naar Gorter, den bekenden porder; de Rens-
steeg, naar de Rensmaag's, eene daar niet
onbekende familiede P. Grootsteeg, naar
wPiet den diender", die daar jaren lang zijn
woning had en die bij de bevolking, en in
zonderheid bij het jonge volkje, zich in eene
zeldzame populariteit mocht verheugende
Hartesteeg, naar Pietje Hart, winkelierster
op den hoek van dat druk bezochte steegje
verder de Kappersteeg, naar den kapper, die
op den hoek woont; en eindelijk de Califor-
niëstraat, dus genoemd naar den man, die
daar de eerste woningen deed bouwen, met
geld, dat hij met goudzoeken in Californië
bijeen vergaard had. Aan 't bovenstaande kan
nog worden toegevoegd de Loodsgracht, die
haar naam ontving naar de zeeloodsen die,
van Texel naar hier overgeplaatst, op de toen
nog onbebouwde gronden aldaar, woningen
deden aanbouwen.
Naar vroegere en tegenwoordige gebouwen,
enz. werden de navolgende straten genoemd:
de Walvischstraat naar een huis, in welks ge
vel een walviseh was afgebeeld; de Zwaan
straat naar een café, de Witte Zwaan" ge
naamd; de Kolensteeg, naar een groot steen
kolen-magazijn, op de plek waar nu de school
van den heer Vastenou is te vinden; de Ar
tillerie-straat en de Brakkensteeg naar de ba
rakken der Artillerie, nu beBtemd tot berging
van oorlogs-materiëelde Louisestraat, naar
de nabijliggende Louise-batterij, thans Mortier-
batterij de Oostslootstraat, naar de sloot, daar
vroeger aanwezigde Looiersteeg naar de voor
malige Leerlooierij, ter plaatse waar nu de
heer P. Schagen zijn woning en magazijn van
brandstoffen heeft; de Jodensteeg, waarin
vóór 1837 de Synagoge der Iraëlitische ge
meente alhier te yinden was; het Molenplein,
oudtijds het terrein van den houtzaagmolen
van den heer L. Den Berger; de Telegraaf-
steeg in de nabijheid waarvan vroeger het
Telegraafkantoor gevonden werd; de Doksteeg,
aldus genoemd in de dagen toen daar tegen
over een ingang te vinden was naar 's Rijks
werf, bij het bouwen van een nieuw droog
dok; de Oude kerkstraat, genoemd naar de
Oude kerk der Hervormde gemeente, op het
stuk land, //Konijnenberg" geheetende Oude
schoolstraat, naar het vroegere Schoolgebouw,
thans ingericht tot magazijn voor het nacht
leger; de Heersteeg (Dominé's steeg), waar
naast oudtijds de pastorie der Herv. ge
meente, thans ingericht tot oude mannen-
en vrouwenhuis der Diaconie; de Kloksteeg,
naar 't voormalige café //de Klok", op den
hoek dier straat; de Houtstraat, naar 'thout,
daar door de heeren Gebrs. Janzen nabij
hunne werkplaatsen opgeslagen de Zoutsteeg,
naar een vroeger zoutpakhuis in 't perceel,
waar nu de heer Luijtzen zijn ijzerwinkel
heeft; de Hospitaalsteeg, naar het nabijgele
gen Hospitaal der Landmachtde Kerkgracht
naar het 3 tal kerken, welke men op die
gracht aantreft; de Paleisstraat naar het
tegenover gelegen Directiehuis der Marine.
De Diaconiestraat, aangelegd op het vroe
gere weiland, dat aan de Diaconie der Her
vormde gemeente toebehoorde de Breewater-
en Weezenstraat op 't voormalige weiland
Breewater", dat eigendom was van het Al
gemeen Weeshuis alhierhet Ankerpark op
de plek, waar oudtijds een aantal ankers der
marineschepen waren neergelegdde Spoor-
gracht, naar het vermoeden, 't welk indertijd
bestond, dat het Station van den Spoorweg
op het nabijgelegen //Brakkeveld" zou worden
De naam Kanaalweg is aan de huizenrij
ten noorden van 't Heldersche kanaal gege
ven, ten tijde toen die gracht gegraven werd
en er nog slechts een open weg bestond,
waaraan men daarna begon woningen te bou
wen. De gemeente bestond tot dien tijd slechts
uit de straten ten westen van het Westplein.
Naar een der vroegere bewoners van den
Kanaalweg, //Kort" genaamd, heette een
steeg, op die gracht uitkomende, «de steeg van
Kort". Die steeg is echter werkelijk niet
kort en vandaar heeft men haar, in tegen
stelling met den primitieven naam, de Lange-
steeg genoemd.
De naam van een der stegen vordert nog
een afzonderlijke mededeeling. Menigeen, die
hier niet met vroegere toestanden bekend is,
zal zich weieens afvragen hoe is men er toch
toe gekomen, om een deel van het Molenplein
den naam van «Waagsteeg" te geven? De
oplossing van het raadsel is dezeVroeger
vormde de huizenrij, die thans den naam van
Waagsteeg draagt, werkelijk een steeg, ge
vormd ter eener zijde door die huizen, aan
den anderen kant door de uitgebreide hout-
loodsen van den houtzaagmolen. En verder
het onoogelyke gebouwtje, op den hoek dier
8teeg,, nog altijd bestemd tot politie-bureau,
had in vroeger tijd nog eene andere bestem
ming. Aan de oostzijde van dat huisje werd
toen het vee gewogen, dat ter slachting be
stemd en waarvoor bij de directie der belas
tingen aangifte gedaan was. Het fraaie
gebouw was toen dus tegelijk Politiebureau
en Stadswaag, en ter gedachtenis, ook aan
deze bestemming, voert het oostelijk deel van
't Molenplein nog altijd den naam van Waag
steeg.
In het westelyk gedeelte der gemeente
vindt men een steeg, waarvan de naam by
oude ingezetenen bijzonder de aandacht trekt.
Het is de Leeuwsteeg. Op den hoek van die
steeg, tegenover den weg naar 't fort «Erf
prins", staat een oud gebouw, thans in onder
scheidene woningen verdeeld. In vroegere
dagen heette het «de Roode Leeuw", en was
het een voornaam logement en koffiehuis met
stalling. Boven op het huis was een koepel,
waarin een bel, die het aanstaande afrijden
aldaar van den Postwagen naar het Zand in
de Zijpe aankondigde. Sedert den aanleg van
het Noordhollandsch kanaal is in den reisweg
een groote verandering gekomen. Men rijdt
sinds lang niet meer in een Postwagen langs
den muilen Zanddijk naar zuidelijker gelegen
plaatsen, en sedert de verlegging van den
verkeersweg is «de Roode Leeuw" vervallen
en eindelijk als hótel en café geheel verla
ten. 't Overgeblevene gebouw herinnert aan
vroegere grootheid
«De Hollandsche Vloot", een café, dat mede
in de Artilleriestraat was gelegen, is geheel
opgeruimd, en de ondergrond wordt thans tot
moestuin gebezigd. Naar dat koffiehuis is de
tegenoverliggende straat »Vlootstraat" ge
noemd. 't Sloopen van dit gebouw was een
gevolg van een gewichtige gebeurtenis. Na
dat het had opgehouden tot koffiehuis te
dienen, werd het o.a. bewoond door een koop
man, die allerlei goederen bewaarde, sorteerde
en droogde. Op een keer was hij bezig bus
kruit, afkomstig van een gestrand schip, bij de
kachel te drogen. Een vonk valt neer en
't gevolg begrijpt men. Nog altijd had het
gebouw den oorspronkelijken naam behouden,
en deze omstandigheid gaf gereede aanleiding
tot de opmerking: Van Speijk liet eenmaal
één kanonneerboot in do lucht vliegen
wat beteekent dit feit, in vergelijking met
hetgeen hier gebeurde De bewoner van het
bekende perceel in de Artilleriestraat had
heel «de Hollandsche vloot" in de lucht laten
springen
Onze mededeelingen besluitende, houden we
ons aanbevolen voor de ontvangst van aan-
en opmerkingen, die, uit den aard der zaak,
op deze beschrijving wel te maken zullen zijn.
Het kan ook heel licht zijn, dat wij nog
eenige straten, wier namen beteekenis heb
ben, hebben verzuimd te vermelden.
De zaak zelve is wel niet van overwe
gend belang, doch 't gebeurt weieens, dat
de vraag ontstaathoe komt die straat of dio
steeg aan den naam, daaraan gegeven, 't Bo
venstaande beschouwe men als eene beschei-
dene proeve, om in zulk een geval ophelde
ring te geven en de namen van onderschei
dene straten, enz. in deze gemeente te ver
klaren en te verduidelijken.
Iets over een Heldersche Jongen
in Amerika.
De aanstelling van Edward W. Bok, van
Brooklyn, als redacteur van The Ladies' Home
Jonrnal, van Philadelphia, is, zegt de Hope, een
opmerkelijk voorbeeld van vroegtijdig succes. Mr.
Bok is nu 25 jaren oud en wordt ongetwijfeld
niet alleen de jongste, maar ook de best gesa
larieerde hoofdredacteur in Amerika, daar deze
betrekking hem een salaris van 10,000 dollar
(f25,000) per jaar oplevert. Niettegenstaande
zijn jeugdigen leeftijd heeft mr. Bok het thans
reeds even ver gebracht als menigeen in zijn
geheele leven.
Toen hij nog maar 16 jaar oud was, verza
melde hij handschriften van beroemde perso
nen. In den tijd van drie jaar kreeg hij
niet alleen omstreeks 10,000 namen bijeen, maar
het gelukte hem om er in zooveel nieuwsbladen
over te doen spreken, dat het de meest alge
meen bekende verzameling van dien aard is. Zij
telt thans over de 15,000 namen. Op den leef
tijd van 19 jaar wijdde hij zich aan de litter»4""""
en begon met het uitgeven van The B.„
Magazine, deed het slagen en verkocht het iegeu
een zeer goeden prijs aan mr. Bush, die het in
The American Magazine veranderde. Ds. Henry
Ward Beecher werd zeer aan hem gehecht en
de groote prediker gaf veel van zijn letterkun
digen arbeid in handen van den jeugdigen mr.
Bok. Bij den dood van Beecher verzamelde en
redigeerde mr. Bok een „Beecher Memorial" voor
de familie, waarin mannen als Gladstone, de her
tog van Argyle, president Cleveland, Oliver Wen-
dell Holmes, dr. Talmadge, generaal Sherman
en bijna 400 andere beroemde mannen hem bij
stonden.
Een reeks van brieven voor nieuwsbladen, die
mr. Beecher voor mr. Bok schreef, brachten hem
op het denkbeeld van een letterkundig syndicaat
bureel. Dit is thans bekend onder den naam
van „The Bok Syndicate Press" en heeft bijna
den sterksten letterkundigen invloed te New-York.
Er zijn 45 van de voornaamste schrijvers van
den dag aan verbonden, die de pers van Amerika
en Europa van letterkundige bijdragen voorzien.
Terwijl hij aan al deze ondernemingen deelnam,
bekleedde hij des daags een betrekking bij de
Scribnera, die zoo belangrijk werd, dat zij thans,
nu hij een andere aanvaardt, een der meest ver
antwoordelijke van genoemde firma is.
De jeugdige mr. Bok is Nederlander van ge
boorte, maar door en door Amerikaan in vlijt
en geestkracht. Het is opmerkelijk, dat hij niet
alleen met voorname menschen bekend is, maar
zelfs hun bijzondere vriendschap en vertrouwen
geniet. Hij heeft veel voor nieuwsbladen en tijd
schriften geschreven en een gemakkelijken en vloei-
enden stijl. Hij heeft een aangeborene geschikt
heid voor redacteur en is een bekwaam bestuur
der van zaken.
Nog meer steeg onze belangstelling, zegt de
Hope, toen wij vernamen dat de jengdige redac
teur niet alleen een Hollandschen naam voert
(want die zijn er te New York en teNew-Jersey
duizenden en duizenden), maar dat hij zelfs in
Nederland was geboren. En daar wij ons altijd
met een zekeren oud-Nederlandschen „trots" ver
blijden, wanneer een „Dutchm&n" in dit land