't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
DE DESERTEUR.
ZZX2X3aUt*-\m
No. 1856
Zaterdag 29 November 1890.
achttiende jaargang.
KALENDER DER WEEE.
NOVEMBER, Slachtmaand, 30 dagen.
Opkomst der Zon 7 u. 53 m.
Onderg. 3 u. 47 m.
Zondag 30 le Advent.
DECEMBER, Wintermaand, 31 dagen.
Maandag 1
Dinsdag 2
Woensdag 3
Donderdag 4
Vrijdag 5
Zaterdag' 6"~H. Nicolaas.
"NÏEFW 8 TÏföï N G EN.
HELDER, 28 November 1890.
Dood des Roniiigs.
Zondagavond te 8 uur zal, uitsluitend
in tegenwoordigheid van de Koningin-Weduwe,
de Hofdignitarissen en al de beambten van het
Paleis, benevens enkele autoriteiten van Apel
doorn, door prof. Beets een lijkdienst gehou
den worden.
H. M. de Koningin-Weduwe vertrekt aan
staanden Maandagochtend met Koningin Wil-
helmina naar 's-Gravenhage. Het stoffelijk
overschot van Z. M. den Koning zal even
eens Maandag per afzonderlijke expressen-
trein naar Den Haag worden vervoerd en ver
trekt circa half twaalf van Het Loo.
Bij de begrafenis zal ook aanwezig zijn de
vader van H. M. Koningin Emma, de regee-
rende Vorst van Waldeck.
De begrafenisdag is nu, volgens de N. Rott.
Ct., vastgesteld op Vrijdag 5 December.
De groote eetzaal in de achterzijde tegen
over de vestibule van het Paleis in bet Noord
einde wordt ingericht voor de ontvangst van
het lijk van Z. M. den Koning.
Het plafond, de wanden en de vloer wor
den geheel met zwart laken bekleed.
De lijkbaar zal 'geplaatst worden op een
verhevenheid onder een baldekijn van zwart
fluweel, aan den binnenkant met wit satijn
gevoerd.
Op een vak aan de achterzijde van dezen
troonhemel zal het koninklijk wapon prijken.
Gedurende 2 dagen zal aan het publiek ver
gund worden een bezoek te brengen aan de
lykbaar.
De rouwspoorwagon, waarvan het drapee-
ren aan de firma Pander is opgedragen, is te
Haarlem in de werkplaatsen der Holl. Spoor
wegmaatschappij in bewerking.
De wapens van Nederland en eenige vreem
de staten worden op de buitenzijde aange
bracht.
Van het spoorstation wordt het stoffelijk
overschot in den Koninklijken rouwwagen,
waarop pluimen van atruisveeren, naar het
paleis geleid.
Uit Het Loo wordt omtrent de plechtigheid
der kisting van 'sKonings lijk het volgende
bericht
Te 8 uren Dinsdagavond kwam uit de re
sidentie de reeds beschreven lijkkist aan, die
het stoffelijk hulsel des Kouings zal bevatten.
Nadat de kist per wagen van Apeldoorn naar
het Paleis was vervoerd, begon de treurige
plechtigheid even vóór 9 uren. De Heer Vlaan
deren, 's Konings arts, was bij de plechtig
heid tegenwoordig. In de sterfkamer werd het
lijk gekleed in volle Admiraals-uniform
van het doodsbed op het laken in de kist neer
gelegd, waarna deze op een kleine handbaar
werd geplaatst en door vier lakeien, twee ka
merdienaars, twee onderadjudanten-ordouuan-
cen en een sergeant-majoor-geweermaker werd
gedragen naar de audiëntiezaal.
De Heer Vlaanderen, Graaf Dumonceau en
Jhr. de Ranitz begeleidden den treurigen stoet
door het Paleis. Aan den ingang der rouw
zaal werd de stoet opgewacht door de heeren
Jhr. Röell, Jhr. van de Poll, Baren Taets
van Amerongen en Baron Tuyl van Seroos-
kerke. De architect, de heer P. F. W. Mou-
ton, verleende bij de overbrenging zijn bijstand.
De loodeu kist werd Donderdagmiddag dicht
gesoldeerd, terwijl het eikenhouten omhulsel
tijdelijk is dichtgeschroefd.
Kwart vóór tien uur was de droevige ver
richting afgeloopen. Twee kamerheeren bleven
in de zaal achter ter bewaking.
Treedt men thans de zaal binnen, dan wijst
ons 't licht der talrijke kaarsen, symetrisch
in candelabres opgesteld, waar de doode rust.
Met het hoofd naar het raam, dat uitzicht
geeft op het bassecour, staat de kist op 2 schra
gen. Daarboven verheffen zich boogsgewijs 2
groote palmtakken met groene mosranden, en
ter linker- en rechterzyde zijn op groote voet
stukken candelabres geplaatst, waarin 12 kaar
sen branden. Iets meer naar voren staan we
derom op voetstukken ter weerszijden cande
labres, waarin 9 kaarsen haar schijnsel over
de sombere baar werpen, te« wijl verder ter
zijde twee kleinere candelabres liet geheel
symetrisch maken.
De schoorsteen ter rechterzijde der zaal is
met rouwfloers gedrapeerd, ook daar versprei
den een zestal kaarsen haar zacht licht. Nog
iets verder staat een oranjeboom zonder knop,
een treffend zinnebeeld in dit somber plech
tige doods ver trek.
Van het Loo wordt medegedeeld, dat a. s.
Maandag het lijk van Z. M. den Koning door
de koninklijke jachtopzieners in uniform uit
het paleis naar den gereedstaanden extra-trein
zal worden gedragen.
Bij de plechtige teraardebestelling van het
stoffelijk overschot van Zijne Majesteit den
Koning zullen de verschillende korpsen van
het leger door deputaties vertegenwoordigd
worden.
Wij vernemen, dat namens het officiers-
korps van het regiment grenadiers en jagers
aan H. M. de Koningin Weduwe-Regentes
verzocht is, om de lijkkist door officieren van
dat korps grafwaarts te doen dragen.
Aan 's Rijks Munt te Utrecht wordt een
penning geslagen, ter nagedachtenis aan het
overlijden des Konings. De penning vertoont
aan de eene zijde de beeltenis van Z. M. aan
de andere zyde een sarcophaag met treurenden
engel.
Bij gelegenheid van de begrafenis des Ko
nings worden te 's-Gravenhage dertien prin
sen verwacht, verwanten van den Koning, of
vertegenwoordigers van gekroonde hoofden.
Op 5 December a. s., den dag na de begra
fenis des Konings, zal H. M. Koningin Em
ma in de vereenigde vergadering der Staten-
Generaal den eed afleggen, niet alleen als re
gentes van het koninkrijk gedurende de min
derjarigheid van H. M. Koningin Wilhelmina,
maar ook als voogdes van hare dochter.
Dagorder voor de Landmacht.
De dagorder, welke Woensdag aan alle gar
nizoenen in den lande is voorgelezen, luidt
aldus
OfficierenOnderofficieren en Soldaten!
De zware slag, die het Koninklijk Huis en
het Nederlandsche volk gotroffen heeft, door
het afsterven van onzen geliefden Vorst, Ko
ning Willem den Derde, zal ook het leger
met smartelijke deelneming vervallen.
Maar de hoop der natie, en dus ook die
van het leger, is, in deze ernstige ure, geves
tigd op 's Konings Dochter, thans Neerlands
Koniogin.
Gij hebt het zooeven gehoord, voorloopig
zal namens Hare Majesteit Koningin Wilhel
mina, Hare Doorluchtige Moeder, de Koningin-
Weduwe Emma, als Regentes van het konink
rijk optreden.
Mag Uwe Koningin yverige en stipte
plichtsbetrachting uwerzijds vorderen, uwe ge
hechtheid en trouw aan ons Vorstenhuis, uwe
liefde voor onzen vrijen geboortegrond, zullen
Haar ten waarborg zijn van uwe onverdeelde
toewijding. Het Vaderland heeft er behoefte
aan, daarop steeds met vertrouwen te kunnen
rekenen.
OfficierenOnderofficieren en Soldaten
Gedachtig aan den eenmaal door U afge-
legden eed en aan de door U aangegane ver
bintenis, zij het bewustzijn Uwer plichten by
U steeds levendig
En daarbij klinke, in nooden en gevaren,
gelijk in tijden van vreugde en voorspoed,
steeds luide Uw roep
Leve Koningin WILHELMINA!
De Minister van
J. W. Bergansius.
's-Gravenhage, 25 November 1890.
De dagorder aan de marine gericht., luidt
als volgt
Door het afsterven van Z. M. onzen on-
vergetelijken koning Willem III is gansch het
Nederlandsche volk in rouw gedompeld. Met
hem daalt ten grave een vorst, die tijdens
zijn langdurige regeerin? de vele door u be
wezen diensten steeds op hoogen prijs wist te
stellen en immer met de warmste belangstel
ling voor het Nederlandsche zeewezen bezield
was.
Ongetwijfeld zal de liefde, welke de over
leden Vorst de Nederlandsche marine toedroeg,
onverdeeld overgaan op boogstdeszelfs dochter,
onze geëerbiedigde koningin Wilhelmina, en
zal daarvan evenzeer vervuld zijn debeminde
Koningin-Weduwe, regentes van het konink
rijk, en zal de trouwe plichtsbetrachting bij
uwe verrichtingen hier te lande, en in de
overzeesche bezittingen, zoowel als elders bui
tenslands, ook door haar ten volle worden ge
waardeerd.
De eenmaal afgelegde eed van trouw aan
den Koning strekke bij den overgang van zijn
Kroon aan koningin Wilhelmina tot een waar
borg, dat gij het aan ons allen zoo dierbaar
vaderland en aan .de nieuwe Vorstin evenals
altijd uwe trouwe diensten zult wijden, en
dat allen de eer der Nederlandsche vlag op
Harer Majesteits schepen onder alle omstan
digheden ongeschonden zullen weten te hand
haven.
Leve koningin Wilhelmina der Nederlanden
De Minister van Marine
Dyskrinck.
Maandag stond te 's-Gravenhage voor
de arr.-rechtbank terecht een melkverkooper
aldaar, onder de beschuldiging van poging tot
moord op zijn vrouw, door middel van ver
giftiging met luciferskoppen, welke de beklaagde
op de aan zyn vrouw toegediende boterham
men en beschuit had gesmeerd en in hare
koffie had gedaan door de suiker met het phos-
phorschraapsel te vermengen. Aanleiding tot
die misdaad was de genegenheid, welke de
beklaagde voor een andere vrouw had opgevat.
De subst. officier van justitie, mr. Pleyle,
eischte een gevangenisstraf van 15 jaren en
ontzetting uit de rechten, genoemd in art. 28
4o. en 5o. W van Strafr.
De toegevoegde verdediger, mr. A. Slote-
maker, meende aan het oordeel der rechtbank
zijn twijfel omtrent de verstandelijke vermo
gens van den beklaagde te moeten onderwer
pen. De vergiftiging was te duidelijk merk
baar, dan dat hier aan verstandig overleg te
denken was.
Uitspraak 4 Dec. a. s.
Zaterdagavond heeft mr. Engelberts,
burgemeester van Zandvoort, aan de beman
ning der reddingsboot overhandigd een
gift van f 15 per man, welke de N. en
Z. H. Reddingmaatscbappy bun heeft toe
gekend en van f 50 per man, door de redac
tie van het „Handelsblad" voor hen ont
vangen.
Zondagmiddag bad te IJmuiden hetzelf
de plaats. De beer Enschedé, burgemees-
ster van Yelzen en IJmuiden, reikte de
huldeblijken uit. Beide burgemeesters spra
ken de manschappen hartelijk toe en druk
ten de hoop uit, dat zij altijd op dezelfde
wijze den strandbewoners van Holland tot
eer zouden zyn, door het leven te wagen
voor schipbreukelingen.
WATERSNOOD.
Uit Eibergen wordt geraekl
Tengevolge van hevige regens, die op We9t-
phaalsch gebied moeten zijn gevallen, zijn dc
kleine rivieren De Berkel, De Schipbeek en
De Slinge zoo geweldiir gewassen, dat Groen-
loo, Eibergen en Haaksbergen er grooten over
last van ondervinden. Te Eibergen is in geen
honderd jaar een vloed geweest zoo hoog als
de tegenwoordige. De communicatie met Haaks
bergen, Neede, Borkuloo en Bekken is afge
broken en staat het water aan de Oostzijde
van het dorp een halve meter diep op de stra
ten. De bewoners van vele huizen hebben hunne
woningen moeten verlaten met hunne levende
have.
De fabriek van de heeren G. I. ten Cate
Zonen staat geheel onder water en is niet
meer te bereiken. Eene partij vaten olie is
daar weggedreven, terwijl ook op 2 looierijen
de huiden zijn weggespoeld.
Op den weg naar Bekken is een brug weg
geslagen en onder Borkeloo een dijk doorge
broken.
Vele landbouwers hebben het water een
meter diep in huis.
Te Winterswyk heorscht groote ontstelte
nis door het plotseling wassen van het water
in den omtrek een verschijnsel waaraan men
daar weinig gewend is. De hevige regens, die
sinds Zaterdag bijna onafgebroken vielen, heb
ben het zwellen der beken aan gene zijde
der Dnitsche grens ten gevolge gehad Maan
dag in den namiddag vertoonde zich het water
aan de grens dezer gemeente, en is deze voor
de helft, het zuidelijke gedeelte, overstroomd
en het verkeer woinig minder dan totaal ge
stremd. Werkplaatsen, kelders, woningen, zijn
ondergeloopen. Een aantal ingezetenen heb
ben hunne huizen moeten verlaten en elders
een onderkomen moeten zoeken 't postverkeer
staat stil en zal nu met kar en paard worden
voortgezetde scholen zijn niet te naderen
enkele fabrieken, zooals die van de hh.Willink
Paschen, waai' het water der Whemsbeek
tot in de machinekamer is doorgedrongen,
staan stil. (De nabij laatstgenoemde fabriek
gelegen villa ligt te midden eener bare zee.)
Uit Nijmegen meldt men van Woensdag
ochtend
«De Waal is hier sedert twee dagen zoo
gewassen, dat de rivier reeds tot 5,53 M. bo
ven nulpnnt. is gestegen. De waalkade en
strekdam vóór de stad zijn bereids voor een
groot gedeelte overstroomd, terwijl ide sterk
gezwollen rivier nagenoeg de huizen van de
Waalkade bespoelt. Alle uiterwaarden staan
onder water.
Ook uit vele oorden van het buitenland
komen berichten van hoog water. Uit Stuttgart
wordt gemeld, dat de Kocher, de Rems en dc
Murr buiten hare oevers zijn getreden. Bo
ven Augsburg woedde een orkaan, die van
hagel en sneeuwbuien vergezeld ging. Ter
wijl de thermometer 4 graden Reaumur wees,
had een hevig onweder plaats. Groote schade
werd aangericht.
Uit Grave wordt gemeld
In de laatste dagen is de Maas op onrustba
rende wijze gewassen, zoodat de peilschaal
Woensdagvoormiddag 12 uur leekende 10,30
M. boven A.P. De gierpont is Dinsdag reeds
buiten dienst gesteld het water staat nu van
dijk tot dijkde Veerstraat is overstroomd,
zoodat de overtocht moet geschieden met halve
pont of roeiboot naar de brouwerij aan den
Neerasseltscben dijk.
Men vreest dat weldra de Beersche Maas
voor de stad zal verschijnen dan zitten wij
als op een eiland, bijna geheel afgesloten van
de buitenwereld.
Nadere berichten omtrent de overstrooming
te Karlsbad melden, dat vele personen in le-
veusgevaar verkeerden, doch gered werden.
Het standbeeld van Goethe is door de golven
weggeslagen; de straten staan drie meter hoog
onder water; desgelijks al de winkels. Do
deuren werden door het water opengeperst
en al de aanwezige koopwaren weggespoeld
of vernield. In de Miihlbadgasse werden de
kurgaston en inwoners slechts met de grootste
inspanning gered. Sedert heden middag is het
water vallende.
Uit Kiel wordt gemeld, dat de geheele Oost
zeekust van Sleeswijk-Holstein overstroomd is.
De schade is zeer groot.
IngezondLen.
Mijnheer de Redacteur 1
Steller dezes was Maandagavond in de gelegenheid
eene generale repetitie vuu de zungschool ..Euphonia"
bij te wonen. Het bleek hem, dat de leerlingen ook
dit juar zich beijverd hadden hunne liederen zeer lief
ten gehoore te breugen, 'tgeen hun uitmuntend gelukte.
De noinmers, vooral die inet eene komische strekking,
lieten, wat voordracht betrof, niets te wen9chcn over.
Daarna werd opgevoerd eene operette getiteld „Khodia".
Aardig was 't te zien, hoe de spelers zich inspanden
hunne rollen naar behoore te vervullen. Indrukwekkend
was 't slotnommer„De Apothesse", voorstellende
„den droom van Rhodia"- De opstelling zoowel als 't
zingen daarbij van een tweestemmig lied was aangrij
pend schoon. Holde daarom aan den ontwerper en vol-
voerder vuu dit schoone pi.», d.n Heer M. Deze heeft
daardoor aan 't publiek eene verrassiug bereid, zooals
men gedurende 't 28-jarig bestaan van Euphonia nog niet
heeft gesmaakt.
Moge 't kunstminnend publiek van Helder, dat hij die
inarlijksche samenkomst gewoonlijk zeer talrijk vertegen
woordigd is, weer een nieuw bewijs ontvangen van deu
volhardenden ijver, waaraun de directeur wordt gekeud.
Helder. 24 November 1890.
X.
Correspondentie.
We ontvingen van X. de uitnoodiging, om
de lezers onzer courant aan te sporen, een
kijkje tenem en in de dwarsstraat zonder naam,
gelegen tusschen de Verlengde 2e Vroonstraat
en de Hoogstraat. Die dwarsstraat loopt o.a.
langs de achterzijde van het „Park Tivoli".
't Moet zeer de moeite waard zijn, een blik
te slaan op den toestand daar ter plaatse, zoo
verzekert ons X. En hij voegt er bijHet
kan toch niet altoos zoo blyven
VERBETERING.
In liet verslag der vergadering van het
plaatselijk Nutsdepartement, voorkomende in
ous vorig nummer, wordt gesproken van het
Schoolfonds, gesticht door het Nut in Volks
onderwijs. 't Woordje in 't is een abuis
van den zetter moest zyn en. Ter verdui
delijking, deelen wc nog mede, dat het bedoelde
Fonds is gesticht door de „Maatschappij tot
Nut van 't algemeen" en de vereeniging „Volks
onderwijs", teneinde liet bezoek aan de open
bare school te bevorderen daar, waar ver
plichte schoolgeldhcffing soms een bezwaar
mocht zijn om de kinderen er heen te zenden.
Tot wederopzegging, verleende het departe
ment een kleine jaarlijksche subsidie aan dit
Fonds, teneinde althans eenig blijk te geven
van instemming met het goede doel der stichting.
Burgerlijke stand gemeente Texel,
van 1925 Nov.
ONDERTROUWD1
GETROUWDGeene.
OVERLEDEN
GEBOREN Panlus, zoon van Pieter Plaats
man Jbz. en Jansje Bremer. Trijntje, doch
ter van Reijer van der Vis en Engeltje Dij
ker. Levenloos aangegeven óón.
Marine en Leger.
De machinist der 1ste kl. v. c. N. H. Klaas-
Ben, geplaatst bij de conservatie aan 's Rijkswerf
alhier, wordt gedetacheerd te Rotterdam, om
werkzaam te zijn bij den aanbouw van werktui
gen aan de Fabriek te Feyenoord.
Z. M. „Bonaire", thans gestationneerd te Pa
ramaribo, zal na aflossing door de „Sommels-
dijk", comdt.. 13. G. von Steijn, die daartoe reeds
naar West-Indie vertrokken is, onverwijld naar
het vaderland terogkeeren en bij aankomst al
daar bestemd worden tot bescherming van de
visschersvloot op de Noordzee.
VAN
STANISLAUS GRAAF GRABOWSKI.
30) Naar 't Hoogduitseh.
't Was geen gemakkelijke en nog minder
aangename taak, deze boodschap den graaf
mede te deelen, doch 't bevel moest nageko
men worden, zoodat de adjudant op de om-
zichtigste wijze en zoo bedaard mogelijk den
cornet hiervan kennis gaf.
Zoodra deze 't bericht ontving, fronste hij
zijn voorhoofd, zijn oogen schoten vuur, en
knarsetandend liep hij 't vertrek op en neder,
terwijl hy als door instinct gedreven naar zijn
sabel greep, die echter nog in den hoek dei-
kamer stond.
Von Seelen bezwoer hem zich in 't onver
mijdelijke te schikken, daar dit in elk geval
altijd nog beter resultaat zou opleveren, dan
zich openlijk tegen 'n besluit des konings te
verzetten.
Ook de overste was geheel ontstemd, en
liep ongeduldig heen en weder, nu en dan
zonder bepaald doel in eenige papieren snuf
felende. Ofschoon zichzelve niets te verwijten
hebbende, was 't hem toch te moede, als zou
't afwijzend antwoord van den koning, dooi
den cornet aan hem geweten worden, omdat
hij dezen te kennen had gegeven, 't verzoek
aan Z. M. niet te zullen ondersteuneuen dit
was iets, hetwelk ham toch hinderde.
't Geluk is hem niet gunstig, 'k begrijp
niet, waarom er eerst 'n proeve van dapper
heid moet worden gegeven, daar ik als com
mandant in dat opzicht 'n gunstig advies
van hem heb afgelegd, 'k Vrees, dat hij zich
nog voor den kop zal schieten, want 't arme
meisje kan daarop niet wachten en de oude
heer zal zijne toestemming nu wel intrekken,
wie weet, welke treurige gevolgen die
weigering nog na zich zal slepen.
Zoo zat de overste geruimen tijd in zich-
zelven te redeneeren, terwijl hij al te goed
wist, dat hij, als overste en commandant, er
niets aan kon doen. 't Besluit van Z. M. was
'n „bevel", en dat bevel moest in alle bij
zonderheden worden nagekomen en hij kon
niet ontveinzen, dat 'them voor Kaatje innig
leed deed.
Plotseling stond hij op en ging tegen zijue
gewoonte met den pijp in den mond, groote
rookwolken om zich heen verspreidende, de
huiskamer binnen, waar hij Helena aantrof,
druk bezig met 'n fraai handwerk.
Goeden morgen, mijn kindzeide de
overste vriendelijk, en kuste Helena hartelijk
op 't voorhoofd.
1t Jonge meisje zag haar vader verwonderd
aan, 'n vreemde gewaarwording maakte zich
van haar meester, want vanwaar kwam zoo
eensklaps dien vriendelijken, hartelijken toon,
dit was ze in den laatsten tijd immers niet
meer gewoon, en onwillekeurig barstte ze we
der in tranen los.
Kom, kom, kindlief, hoü nu toch eens
op met zooveel tranen te vergieten, zeide de
overste, haar op den schouder kloppende, 'k
zal u nu eens 'n ander goed nienws vertel
len, maar beloof me dan eerst, die wa
terlanders thuis te houden, ge weet daar kan
ik volstrekt niet tegen, en me dankt dat die
ook wel 'n gek figuur zouden maken bij 'n
blijde tijding, want ik heb besloten, en besluit
bij deze, dat luitenaut-adjudant von Seelen de
wettige echtgenoot zal worden van, mejuffrouw,
nu geen tranen hoor pas op van
mejuffrouw Helena von Brandt, dochter van
den overste von Brandt, in garnizoen te War-
tenberg.
In angstige spanning had Helena woord
voor woord uit heurs vaders mond opgevangen,
maar toen hy den naam „von Seelen" uit
sprak, hadden de waterlanders" bepaald plai
te voorschyn te komen, doch gehoorzaam aan
't ontvangen bevel, weerhield zij ze met kracht
en geweld. Toen ze echter de laatste woor
den gehoord had, wist ze niet of ze waakte
of droomde, en met 'n ongeloovigen blik zag
ze den overste aan.
Welnv, mijn kind, wat is thans uw ant
woord
Of, liet hij er op volgen, zijt ge van ge
dachte \eranderd, en
O, lieve vader, wat maakt ge me onuit
sprekelijk gelukkig, riep ze in vervoering uit,
terwijl ze den overste hartelijk omhelsde, en
de „waterlanders" toch weêr voor den dag
kwamen, maar thans waren 't tranen van
vreugde die haar wangen bevochtigden, en
ook de oude heer stonden de tranen in de
oogeD.
Hij is 'n braaf, flink mensen, myn kind,
en zoo ge 't goed vindt, zal ik hem dadelijk
op 't appel laten komen, in klein of groot
tenue, dat zal u wel 't zelfde zijn, niet waar
Helena uitte 'n kreet van vreugde, en kuste
haar vader opnieuw.
Nu, nu, geen comedie-spel, want daar
ben ik niet tegen bestand, 't kanongebulder
kan ik beter verdragen, cn zich omkeereude,
riep hij overluidHoidaar, JohanDeze
was oogeublikkelijk present, en met de hand
aan de politiemuts wachtte hy de bevelen van
den overste ai.
Johan, ga terstond naar mijn adjudant,
maar er is haast bij, dus met den «stormpas"
zeg hem, dat zijn overste beveelt oogeu
blikkelijk voor hein te verschijnen doch dat
hij nog in groot noch in klein teous behoeft
te komen; 't voornaamste is, zoo spoedig mo
gelijk.
Om u te dienen, heer overste.
Zoodra hij komt, geleidt ge hora, zonder
hem vooraf aan te dienen, in de huiskamer,
want, ik zeg, er is buitengewone haast bij
Zeer goedheer overste, en de oude
Johan liep inderdaad met den stormpas naar
den adjudant.
Toen de oude huzaar vertrokken was, zeide
de overste tot Helena
Kom, lief kind, ga naar uw kamer in
dien tusscheutijd, en verfrisch uwe oogen 'n
weinig, anders kunt ge hem niet vriendelijk
aanzien, en ik beloof, u terstond te roepen
zoodra hij hier is.
Helena haastte zich aan 't verzoek baars
vaders te voldoen, en verliet 't vertrek.
Middelerwijl nam de overste op de i
plaats, terwijl hij zich 't voorhoofd met een
doek ufwisehte, in zich zeiven mompelende
Zoo bevalt 't me toch beterwie zou toch
ook 't hart van zijn eenig kind kunnen breken.
(Wordt vervolgd.)