*'t Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL. iE 1 k DE DESERTEUR. IS No. 1866. Zaterdag 3 Januari 1891. Jaargang. T*argang. or VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. KALENDER DER WEEK. NIEUWSTIJDINGEN. :s -as te F 'e «1/ lel rij2 ït k C ATaomiemont per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. J 3 franco per post75 gAfzonderlijke nummers2 Buraux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. AdvertonUên van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. o, en- JANUARI, Louwmaand, 31 dagen. Opkomst der Zon 8 u. 13 m. Onderg. 3 u. 54 m. Zondag 4 MnjtnHpg 5 Dinsdag 6 Woensdag 7 Donderdag 8 Vrijdag 9 Zaterdag 10 Drie koningen. Nieuwe Maan. HELDER, 2 Januari 1891. Nu er bij de heerschende felle koude zoo druk gebruik wordt gemaakt van de verschillende verwarmingsmiddelen in de woningen der ingezetenen, zal zeker ieder beseffen, dat men nauwlettend heeft toe te zien op den toestand van stookplaatsen en schoorsteenen, ten einde gevaar voor brand zooveel mogelijk te weren, 't Begin van brand in den nacht van 20 op 21 De cember 11. werd gelukkig nog intyds ont dekt, zoodat gevolgen konden worden voor komen. Met het oog op mogelijke onge vallen van dien aard, achten wjj het niet overbodig, onder de algemeen e aandacht te brengen een der bepalingen uit de als nog vigeerende Verordening op het beheer en de behandeling der brandbluscb- middelen in deze gemeente, aldus luidende De bewoners van de hvintig aan weers zijden van 't brandend perceel gelegen per- ceelen, en, indien de brand in een straat is, ook de beweners van de perceelen, staande aan de overzijde der straat, zijn verplicht, gedurende den brand, indien hij des nachts plaats heeft, hunne woningen te verlichten. Bjj vriezend weder zullen zij verplicht zijn, kokend water ter be schikking te hebben, en hetzelve, op order van den brandmeester, af te geveneen en ander op een boete van drie tot tien gulden." Het Raadhuis alhier dreigde 11. Dins dagmiddag in brand te geraken. De kan tooruren waren verstreken, zoodat niemand meer aanwezig was. De gemeentebode, brandlucht bemerkende, zag, in 't kantoor komende, het plafond verschroeid en de tusschenruimte. welke met houtkrullen aan gevuld was, in lichtelaaien gloed. Gelukkig kon met eenige emmers water 't gevaar worden bedwongen. De waakzaamheid van den bode heeft een groot onheil voorkomen. Men deelt ons mede, dat ook hier ter plaatse een afdeeling van de vereeniging »Moed, beleid en trouw" is opgericht. Het afdeeliugsbestuur is samengesteld uit de navolgende heeren: C. H. Bogaert, schout-bij-nacht, voorzitter; C. A. Beuken kamp, burgemeester, vice-voorzitterH. A. Schippers, kapt.-luit. t/z., secretaris-pen ningmeester; J.VL. Cadet, luit.-kolonel en P. C. W. Mossel, kapt., eerstaanwezend- ingenieur, leden. De minister van marine heeft zijnen dank doen betuigen aan de officierenon derofficieren en minderen der zeemacht, die vóór en bij de begrafenis de laatste hulde bewezen aan wijlen Z. M. Willem TTI, voor de waardige wijze waarop zij zich, onder de bevelen van den kapt.-luit. ter zee A. P. Tadema, van de hun op gedragen taak hebben gekweten. De genomen proef aan boord van de torpedobooten groot model ,,Etna" en „Hekla" met een jol, ingericht voor red dingsboot, is uitstekend geslaagd. Daarom is door den M. v. M. bepaald, dat deze de tegenwoordig in gebruik zijnde reddings booten aan boord van de torpedobooten groot model zal vervangen. Het t Volksblad," orgaan van de Ver eeniging tot bevordering van het volksonder wijs en het schoolbezoek in Nederland, bevat in zyn laatstverschenen nummer, onder het opschrift «Huisvlyt", het volgende artikel, dat we onzen aankomenden jongelingen ten zeer ste ter lezing aanbevelen. Die lange winteravonden zijn een kruis voor de jongens, die niets te doen hebben. Schoolgaan Maar waar vindt men op de meeste dorpen scholen, voor die bijna volwas senen gsschikt? Ook wel op andere wijze kunnen ze ech ter zeer nattig bezig zijn en dingen leeren, die algemeene handigheid bevorderen en vaar digheid in allerlei richting, die het volk ten goede komt. Op een afgelegen dorpje staat mijns vaders landhoeve; mijn jongere broer is nog thuis en zou zich 's winters deerlijk vervelen, wan neer niet velerlei nuttige en aangename be zigheden hem onledig hielden. Vooreerst is het bij ons een soort van bon ton onder de halfvolwassen burgers, er een paar schrijf boeken op na te honden met versjes en uien; bij bezoeken worden ze gelezen en in de win teravonden worden ze opnieuw bijgewerkt. Dat geeft soms al aardig wat te doen, vooral als de nieuwe dikke (Van Zwaan en Thomp- son's) almanak thuis komt. Wijders moeten voordrachten geschreven, geleerd en gedebi teerd worden. Maar deze werkzaamheden zijn niet gestadig; de mode geeft daarvan den eenen winter meer drukte dan den anderen. Kaartspelen, een lievelingswerk der oudjes, verveelt de jongelui spoedig. Een paar Kerstweken bracht myn broer bij zijn oom door, een broer van den echten, ouden stempel en van dien oude kreeg hij lessen, die hem weken achtereen werk gaven. Hij begon namelyk touw te koopen en een naald en ging netten breien; by ons zyn die onmisbaar. Het werk ging goed van de hand, en wat het mooiste was: zoo'n eigen kunst stukje schenkt zooveel voldoening aan den maker. Allerlei netten werden vervaardigd: zegens, schakels, fuiken, baggernettenandere jongens kwamen hem de kunst afzien en menig een begon het na te doen. Daarna kwam het mandenvlechten. Door een mand uit elkaar te nemen en over bodem en rand inlichtingen te hebben ingewonnen, wist hy al spoedig manden te repareeren en nieuwe te maken, zoowel voor het huishon den als de grootere voor de boerdery. Ge meent wellicht, dat myn broer een duizend kunstenaar begint te wordenoch, 't is zoo'n geringe inspanning, of liever een uitspanning en de avonden zyn zoo lang, er kan zooveel gedaan worden. Behalve nu het gewone touwsplitsen, ge raakte hy al spoedig aan het wollen hand schoenen breien of knoopen, flinke vinger wanten, die aftrek vonden bij de huisgenoo- ten. De houten pen voor dit vlechtwerk, evenals de naald, voor de netten noodig, maakte hij zelf. Als variatie in het vlechtwerk maakte hy ook pijpendoppenhoe nietig op zich zelf znlk werk is, 't verschafte hem voldoening en ik twijfel niet of zijn neiging, om van de din gen te weten, hoe zc in elkaar zitten, en de lust om ze na te maken, zal ook anderen werkzaamheden ten goede komen. Toen de baard kwam, wilde, hy zich natuurlijk zelf leeren scherennu, aan handigheid ontbrak het hem ook hierbij niet, en thans vertrouw ik myn kin liever tc? aan zijne handen dan aan die van den dorpsschrapper. De bijen bewonen vc-rder korven, door broer gemaakt; 't verwondert mij nog, dat hij zyn klompen niet zelf maakt, schoon dit klompen- maken ook eigenlijk geen werkje is om by de kachel in de winteravonden te doen. Wanneer ik nu ovlerweeg, met hoeveel yver de buurt verschillende kunstvaardigheden bij broer Piet kwam leeren, kom ik tot het be sluit: de knapen willen zeer gaarne een avond- handwerk hebben. Hoe daarvoor steeds lei ders te vinden?" De vaart door het Noordzeekanaal is tengevolge van de strenge vorst der laatste dagen zoo goied als gestremd. Sedert Zondag zijn er dan ook geen schepen meer te Arasterdam gekomen. Wel hebben nog eenige der Maandag te IJmuiden binnen gekomen stoomschepen getracht op te stoo- men, doch zyn hierin niet geslaagd. De „Amstelstroom" beeft het tot even voorbij Velzen kunnen brengen, en is daar in bet ijs blyven steken. De Koningin Emma" en de „Christiania" zijn Dinsdag met veel moeite door de «luizen te IJmuiden geschut, doch zullen er wel evenmin in slagen Am sterdam te bereikt v»De groote sluis was door bet vele en zware ijs onbruikbaar. Die zyn waard, dat zij armoe lijden In het Entrepot-dok te Amsterdam is een geul door het ys onderhouden. De werklieden werden betaald met f2.50 per dag, door de schuitenvoerders. Deze ar beiders wenschten niet langer voor f2.50 per dag te arbeiden en hebben bet werk gestaakt De geul wordt thans onderhouden voor rekening der gemeente, door arbeiders die f 2 daags ontvangen, voor een werktijd van 8 tot 4 uur. De geschiedenis eener politie-overtreding. Stel dat iemand zich in de eene of andere gemeente aan politie-overtreding schuldig maakt door in stryd met de politie-verordening op den openbaren weg een bak met vuilnis uit te stortenweet gij wel wat er dan ge schiedt De politie-agent maakt proces-verbaal op. Dit wordt in een register geschreven. De burgemeester meldt de overtreding aan den ambtenaar van het openbaar ministerie bij het kantongerecht. Deze zendt een dagvaarding aan den overtreder; die dagvaarding wordt aan dezen door den veldwachter beteekend. Dan schriftelyk requisitoir van den ambtenaar tot oproeping van getuigen en schriftelijke dagvaarding van dezen. Loopt de zaak zoo eenvoudig mogelijkkomen de getuigen, ver weert do overtreder zich niet, dan mondeling genomen, maar toch schriftelijk requisitoir van het openbaar ministerie bij het Kantongerecht. Daarna proces-verbaal der zitting, waarin rapport van al wat overtreder en getuigen zeiden en de requisitie van den ambtenaar. Dan het vonnisdit wordt door den kanton rechter gewezen, door den deurwaarder be teekend. Het luidttien stuivers boete op zyn hoogst. Dan volgt de staat van kos ten, minstens driemaal meer dan de boete. Afschrift van dien staatopzending daarvan ter registratie. De griffier geeft extract-von nis af aan den ambtenaar meergenoemd, die het opzendt aan den officier van justitie, die het opzendt aan den procureur-generaal by het Gerechtshof, die het zendt aan den pro cureur by den Hoogen Raad, die het, na exa- minatie, terugzendt aan den procureur-gene raal, enz., totdat het weder bij den ambtenaar is teruggekeerd. Dit document meldt, even als het vonnisi dat de overtreder niet alleen veroordeeld is tot 50 cents boete, maar ook subsidiair, indien hij niet betaalt, tot één dag hechtenis. De ontvanger van registratie zendt een dienstbriefkaart aan den veroordeelde, waarin hy wordt aangemaand de boete en de kosten ten zijnen kantore te betalen. Geschiedt dit laatste niet binnen twee maan den, dan zendt de ontvanger het afschrift van den staat van kosten aan den ambtenaar van het openbaar ministerie terug ter executie van de subsidiaire hechtenis. Daarna schrif taar van den ambtenaar meergenoemd, dat den veroordeelde gelast de opgelegde hech- tenis-straf te ondergaande griffier heeft daarvoor het noodige extract-vonnis, naar voorgeschreven model, afgegeven. Dan nog tal van stukken, even talrijk als de genoemde, de staat van jnstitiekosten van den griffier, die gaat door de handen van den kanton rechter, den meergenoemden ambtenaar, den officier van justitie en den procureur-generaal bij het Gerechtshof. Wellicht nog een brief wisseling met de Rekenkamerhoeveel de griffier mag in rekening brengen en eindelyk nog de staat van vonnissen, waarin alweder de meergenoemde ambtenaar de bewuste over treding met hare belangwekkende geschiedenis vereeuwigt. Het bovenstaande werd onlangs door den heer Hartogh, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, in eene der zittingen van het Wetgevend Lichaam verhaald. En de Mi nister van Justitie erkende, dat dit verhaal volstrekt niet overdreven waszelfs moest in vele gevallen de lange lijst van stukken nog worden vermeerderd. En dat alles voor eene bagatel-overtreding en voor eene boete van hoogstens tien stuivers! Blijkens een van den civielen en mili tairen gouverneur van Atjeb en Onder- hoorigheden door de regeering ontvangen telegram, den 22sten dezer te Padang aan geboden, heeft een bende Atjehers in den nacht van den 18en op den 19en te vo ren de zuidelijke brug, die het eiland Po- hama met den vasten wal verbindt, in brand gestoken en vervolgens op bet ei land het detachement van Pohama, dat den brand kwam blusschen met geweervuur en klewang aangevallen. De aanval werd af geslagen en de vijand met achterlating van vier dooden verdréven, waarop de brand gebluscht werd. Van onze zijde sneuvelden twee Europeesche fuseliers, terwijl zes wer den gewond, waarvan een zwaar en drie zeer licht. Een verpleegde in bet armenhuis te Ankel bereikte de vorige week haar 108e levensjaar. Het moedertje geniet nog een goede gezondheid. Het kind eener behoeftige vrouw te Utrecht moet op straat in een kinderwa gen, door de koude bevangen, overleden zyn. Vrij dagnacht werden de ouders van een driejarig kind in het dorp Lutjebroek door diens luid geschrei gewekt en ontdek ten zy met schrik, dat een rat bezig was aan het handje van het kind te knagen. Ook het neusje was gedeeltelijk afge knaagd. De hand was eenigen tijd daar na zeer gezwollen. tx Ingezonden. Helder, 2 Jan. 1891. Mynheer de Redacteur! Met zeer veel genoegen, nam ik kennis van het, in uwe Courant van 1 dezer voor komende, ingezonden stuk van IJ., «Een woord van Hulde Juist had ik in het «Nieuws van den Dag" gelezen, dat iemand te Amsterdam, bouillon ter beschikking van de in de nachtronde gaande agenten had gesteld, dat men te Haarlem bonten mutsen aan de bij nacht dienstdoende agenten had gegeven, juist had ik gedacht: »waardeeren vrij de diensten i/Van onze agenten dan zoo weinig", toen my de woorden van IJ. onder de oogen kwamen. En al hebben onze agenten nu al geen bouillon of bonten matsen gekregen, toch zul len zij evenals ik met voldoening het stuk gelezen hebben. En ze verdienen wel een pluim, onze wach ters; veel wordt van hen gevorderd: «Een woord van hulde" is dan ook zeker niet mis plaatst, wanneer we alleen maar nagaan, dat ze, gedurende nachten als we gehad hebben en misschien nog krygen zullen, om het halve uur langs straten en wegen moeten gaan, ge durende een half uur, uitkykende en adsis- tentie verleenende. Dank voor de plaatsing Mynheer de Re- dacteur. Q. DE WINTER OP DE VEENLANDEN. Te midden van den schreienden nood, die overal heerscht, waag ik het een beroep te doen op den weldadigheidszin myner vroegere plaatsgenooten. Ik weet, er is ook by u veel armoede, èn dat er veel barmhartigheid wordt beoefend. Maar hier onder de honderden arbeidersgezinnen kan niets voor de armen gedaan worden. Slechts een paar neringdoen den worden hier gevonden tegenover al die gezinnen. Laat ik met een paar woorden een greep doen uit den algemeenen toestand veel schry- ven kan ik niet, want hoewel we in een voor hier goed betimmerd huis wonen, en ik by een warme kachel zit, bevriest my de inkt aan de pen, zoodat ik telkens de pen moet verwarmen. Nu behoef ik niet te zeggen hoe het in de keeten der arbeiders is gesteld ZSTOVIEXjIJIH VAN STANISLAUS GRAAF GRABOWSKI. 39) Naar 't Hoogduitse h. 't Was bewezen, dat hij zonder verlof uit zyn garnizoen was vertrokken, zich naar 't bnitenland begeven had en daar zonder 's ko- nings toestemming in den echt was getreden. Al deze feiten waren voldoende ter zyner ver- veroordeeling. De cornet ontkende natunrlyk niets, was zeer bescheiden in zyne antwoorden, terwyl hy op raad van luitenant von Seelen en Kaatje, alle trots ter zijde zette, ten einde daardoor zyne straf niet te verzwaren. Twee dagen daarna kwam de krijgsraad bijeen, bestaande uit drie staf-officieren, drie kapiteins en een auditeur, onder presidium van den overste. De cornet gedroeg zich ook nu zeer be daard, verdedigde zich niet, maar beval zich slechts in 'skonings genade aan. Nadat hy weggeleid was, ging de raad tot een geheime zitting over, en werd 't vonnis geveld. Eenige oogenblikken later werd de beklaagde weder binnen gebracht en las men hem 't vonnis voor, waarby hy veroordeeld werd tot vijf jaar vestingstraf. Ofschoon 'tdon graaf was aan te zien, dat hy zoo'n zware langdurige straf niet verwacht had, hoorde hy 't vonnis met gelatenheid aan. Toen de graaf weder in zyn cel was terug gebracht, zette hy zich op de brits neder, om al 't verschrikkelijke van zyn toestand te over zien. Vijf jaar lang gescheiden van haar, die hij zoo innig lief had, vyf jaar lang haar niet als man te kunnen stennen, haar niet met raad en daad te kunnen bystaan, en voor haar zoo noodig te kunnen optreden, dat was verschrikkelijk, die gedachte reet hem 't hart van één, en dan haar nog zoo jong aan henr lot te moeten overlaten, o, God, waar was hij toe gekomenKaatje, die hy zoo innig lief had, dat hy zyn leven voor haar had willen opofferen, verteerde nu wellicht van diepe smart, bniten staat, den man dien ook zij zoo hartelijk beminde, eenige lafenis toe te bren gen, of door 'n hartelijk woord zijn leed een weinig te verzachten, en dat alles omdat hy toegegeven had aan een liefde, die, zoo ze niet beantwoord was geworden, hem diep on gelukkig had gemaakt. Hij had noch den moed, noch de kracht, zijne vrouw de hem opgelegde straf mede te deelen, te meer daar hy overtuigd was, dat zij die door luitenant von Seelen of den overste wel vernemen zoo. Dat de koning hem gratie zou verleenen, of zyn straf verminderen, hierop durfde hij bijna niet hopen, omdat op 't verzachtende schryven van den overste geen 't minste ant woord was gekomen. Wanhopend wrong hy de handen, terwijl hy vreesde, dat de eenzaamheid en de smart hem krankzinnig zonden maken. Intusschen was Kaatje ten prooi aan de vreeselijkste folteringendag noch nacht had se rust, terwijl haar vader insgelijks raad zonder was. Plotseling kwam de gedachte by haar op, zich persoonlijk bij den koning te vervoegen, en hem op hare knieen genade voor haar echt genoot af te smeeken. Ze besloot dus den raad in te winnen van luitenant von Seelen, dien ze als vriend van den graaf, gedurende haar verblyt te Wartenberg had leeren ken nen, omdat ze oordeelde, dat deze beter in staat was haar in dit geval raad te geven dan haar vader. Ze zond dus een schryven naar den adjndant hem dringend verzoekende, zooo spoedig mo gelijk ten harent te komen, daar ze hem over 'n hoogst gewichtige zaak wenschte te spreken. De adjudant, diep bewogen met 't treurig lot der jonge vrouw, voldeed oogenblikkelijk aan haar verzoek, en bevond «ich 'n paar uur na aankomst van den brief reeds te Neu- enrode. Nadat ze hem haar plan had voorgosteld, verzocht ze den adjudant zijn gevoelen hier omtrent haar mede te deelen. Hoe ongaarne ook, zag hy zich toch ver plicht 'n bezoek bij den koning haar ten sterkste af te raden. Het was hem zeer goed bekend, dat deze ongaarne dames ontving, van wie hij vermoe den kon, dat ze hem 'n smeekschrift ter hand zouden stellen, zoodat 't dus zeer waarschyn- lijk, ja zoo goed als zeker was, indien de gra vin ter audiëntie verzocht toegelaten te wor den, de koning terstond het doel harer komst begrypen, en dus een weigerend antwoord geven zon. Hoe diep het der jonge vrouw smartte moest ze den adjudant toch recht laten wedervaren, dat 't beter waB zich niet aan zoo'n weigering bloot te stellen, en liever zoo mogelijk te trach ten, langs 'n anderen weg tot het doel te ge raken. Toen von Seelen teruggekeerd uit Neuen- rode, zich volgens gewoonte naar den overste begaf, vond hij bij zyne komst, dezen zoowel als Helena in 'n allertreurigste stemming. Zonder te groeten, kwam de overste hem reeds te gemoet, hem toeroepende: Bedenk eens von Seelen, tot welke straf die verd. kerels in Schweidnitz den ar men Zarnacki veroordeeld hebben, 't waren ook infanteristen waarvoor hy verschijnen moest, en wat baatte het nu dien armen jongen, dat hy zoo'n dapper huzaar was Juist daarom hebben ze hem zoo streng mogelijk behandeld Vyf jaar vestingstraf! en dat om zoo'n ver vloekte domme streek, En wanneer Z. M. hem nu nog ongenegen is, dan onderteekent hy op stuk van zaken zonder compliment zoo'n barbaarsch vonnis nog. Mijn hemelhoe is 't mogelyk, riep de adjndant ontsteld oit, die arme vrouw. Ik kom zoo juist van Neuenrode terug en heb haar in een allertreurigsten toestand verlaten. Zy hoopte nog altyd op de genade des konings, 'tkan haar dood zyn! Zo mag 't voorloopig dnnkt me nog niet weten, voordat de koning 't vonnis bevestigd heeft, bracht Helena in 't midden. Ja, myn kiud, dat is allemaal goed, maar dat is slechts uitstel van executie Von Seelen, weet gij dan volstrekt geen raad Help mij eens denken. De adjudant vertelde daarop om welke re den de gravin hem verzocht had by haar te komen, doch dat by haar plan volgens zyne moening moest afkeuren. Neen, dat ging ook niet, bromde de overste, onze ouwe Frits kan die spinrok ken volstrek naar 't schynt niet uitstaan. Allen zaten zwygend bij elkaar, in 'diepe gedachten verzonken, toen Helena eensklaps uitriep Beste vader, daar valt me iets in, u hobt me wel eens van 'n man verteld, dien ge naast den koning de meeste, achting toe draagt, 'n man, die waarlijk vroom is, en 't met zyn mede-menschen goed meent, terwyl hij met 't zwaard in de- hand 'n engel des ver- derfs is, hoe heet. O, viel de overste haar in de rede, ge bedoelt ZietenJuist myn kind. Ja, lieve vader, generaal von Zieten, antwoordde Helena. Zou hy als oudste generaal van zyn wapen, zich niet voor eon braaf, jong kameraad willen interesseeren, die 'n jeugdige onbezonnenheid bedreven heeft, maar geen bepaalden misstap. Uw eet, welken groo- ten invloed hij op den koning, die hem ook zoo gaarne mag lyden, uitoefent. 'LDI kv U ■Cll 0. .0. H rO. ,0. »0. •0. ,0. ,0. >0. „0. 1,0. ,0.! %0: i „0. .0. .0: *1. «o. „0.1 .0. „0.1 „0.: „0.; „0.' .0. ^1 va /ord IEI fin

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1891 | | pagina 1