't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
TWEE ERFGENAMEN.
No. 1885.
Woensdag 11 Maart 1891.
Negentiende Jaargang.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN
Uitgevers: BERKHOUT
VRIJDAGMIDDAG.
Co., te Helder.
NIEUWSTIJDINGEN.
Marine en Leger.
iLTDonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
3 franco per poet75
Afzonderlijke nummers2
Bure*ux: SPOORSTRAAT mi ZUID6TRAAT.
Advertentlën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 10 Maart 1891.
Zaterdagavond werd door Helder's
Dillettanten-clnb in Tivoli opgevoerd »Een
bittere pil", blijspel in 3 bedrijven, door
Justus van Maurik.
't Gezelschap behaalde bij de opvoering
groot succes. Blijkbaar waren de rollen
goed ingestudeerd, hetgeen vooral uitkwam
in 't tweede bedrijf. Inzonderheid hebben
we een woord van lof over voor de dames
Rosa en Betje en voor de hh. Waldemar
en majoor Brand.
De herhaalde applaus getuigden van de
ingenomenheid der bezoekers.
't Decoratief in 't eerste bedrjjf was zoo
uitstekend, dat een schouwburg van den
eersten rang 't moeielijk had kunnen over
treffen.
Zaterdag heeft men een onderzoek
kunnen instellen naar den toestand van het
Eng. stoomschip „Elstow". Daaruit bleek
dat het raam met een stuk van bet roer
en alle schroefbladen verloren is gegaan,
terwijl de achtersteven belangrijke schade
beeft geleden. Behalve dat een gröot aan
tal klinknagels is gesprongen, beeft het
schip midscheeps een klein gat, waarschijn
lijk door het stooten op een wrakstuk ver
oorzaakt.
Met het stoomschip „Saturnus" zijn he
den 1900 balen katoen van hier naar Bre-
men vervoerd.
De zangvereeniging Helder's Man
nenkoor", zal, naar we vernemen, in 't
begin van April haar tienjarig bestaan
feestelijk vieren, door 't geven van een
groot concert in Tivoli. De hh. J. Ko
ning, kapelmeester K. N. M., L. A. Schou
ten en F. Werner, respectievelijk voor piano,
viool en violoncel, hebben hun belanglooze
medewerking toegezegd, evenals 't sympho-
nie-orchest der K. N. Marine, dat 't feest
zal opluisteren door 't geven van eenige
orchest-nummers. Er zal o. a. worden
uitgevoerd een geheel nieuw werk van Ed-
vard Grieg, Landerkennung". We ver
trouwen dat H. M. met dat feest veel
succes zal hebben en koesteren van de e.k.
uitvoering de beste verwachtingen.
Yan de 9 matrozen van den rammo-
nitor „Panter" die te Dordrecht verzet
tegen de politie hebben gepleegd en des
wege voor den zeekrijgsraad te Hellevoet-
sluis hebben terechtgestaan, is één vrij
gesproken, terwijl de- anderen zijn veroor
deeld tot een militaire gevangenisstraf (cel
lulair) van 3, 4, 5 of 6 maanden.
Nog steeds ijs
Men schrijft ons uit Alkmaar van 6
dezer: Gisteren is in tegenwoordigheid
van den rijksopziener, belast met het toe
zicht op den stoombootveerdienst Enkhui
zenStavoren, een verkenningstocht ge
houden met de veerboot „Friesland" ten
einde te onderzoeken of de heropening van
den regelmatigen dienst zou kunnen ge
schieden. Behalve een ijsberg, die zich
iin zee vertoonde, was overal rnim water.
Te Stavoren gekomen, bleek de haven zoo
danig versperd door ijs, dat de boot niet
dan met de uiterste moeite en na meer
dan een half uur tobbens, de aanlegplaats
kon bereiken. De terugtocht naar zee was
niet minder bezwaarlijk en kostte niet
minder tijd. Door de zuidwestelijke win
den is de haven vol met zware ijsschol-
len, die tot op den bodem reiken. Yan
de hervatting van den veerdienst kan on
der deze omstandigheden geen sprake zijn.
De boot bekwam aanmerkelijke schade aan
hare raderen.
Twee onaangeteekende brieven, een
met een muntbiljet van f 10, en een met
een bankbiljet van f 200, te Arnhem ia de
brievenbus gestoken, worden vermist.
Waarom brieven met geldswaarde ook
niet aangeteekend, wat slechts een dub
beltje kost.
-Vrijdagavond nam een Duitscher,
naar het scheen een werkman, te Amster
dam zjjn intrek in een logement op den
hoek van de Prins Hendrikkade en de Mar
telaarsgracht, en ging, zooals de logement
houder verklaarde, reeds vroegtijdig naar
bed. Omstreeks drie uur des naehts bemerkte
de schoonvader van den kastelein, dat het
bed van den logeergast in brand stond.
Op het hulpgeroep kwamen verschillende
personen aangesneld, waaronder eenige po-
litie-agenten, een commandeurvan de
stadsreiniging en een logé uit het huis.
Al deze personen werden door den Duit
scher, die bljjkbaar aan verstandsverbijste
ring leed, min of meer ernstig met een
dolk gewond. In de worsteling kreeg hij
zelf ook een verwonding, waardoor men
hem eindelijk overmeesterde. Al de ge
kwetsten werden in het Binnengasthuis
verbonden.
Het begin van brand werd spoedig ge-
bluscht, zoodat de brandweer,die ook bij
dit nachtelijk rumoer te pas kwam, spoe
dig weer kon vertrekken.
Uit Amsterdam wordt gemeld:
Een gevaarlijke en b|j de justitie wel
bekende inbreker viel Woensdagavond in
handen der politie. Yoor de factory der
firma Yan Gend Loos, aan de Prins-
Hendrikkade (Haringpakkerij) was namelijk
een vrachtwagen met stukgoederen aange
komen. Bij het afrijden van de glooiing
had de koetsier een paar mannen van ver
dacht voorkomen onder de lantaarn gezien,
en hield die in het oog. Toen hij den bok
afgleed, zag hij, (en hij maakte er zijn
makker juist opmerkzaam op), dat een der
beide mannen een doos van den wagen
stal en aan zijn handlanger overreikte, die
er mede aan den haal ging.
De wakkere kleine koetsier zette den
dief onmiddellijk na, die, ziende dat er on
raad was, de doos met schoenen wegwierp.
De koetsier haalde hem echter in, pakte
hem in de kraag van zijne jas, en wist
door het roepen van houdt den diefc een
paar personen tot hulp te doen toeschieten,
waarbij al spoedig een agent van politie
zich voegde, die den vluchteling mede nam
naar het bureau van politie aan de Oude
brugsteeg, en waar hij bleek te zijn
Oornelis Lavertu.
't Is weer een waarschuwing
Vrijdagnacht circa kwart voor vier werd
de heer K., makelaar, op den Nieuwen-
dijk te Amsterdam aangesproken door een
als buitenman gekleed persoon en om den
tijd gevraagd. Toen hij zijn horloge zon
der argwaan raadpleegde, werd hem dit
uit de hand gerukt, en verdween de dief
er zoo snel mee, dat de heer K. hem niet
achterhalen kon.
Zaterdagnacht is op de Prinsengracht
over de Noordermarkt te Amsterdam een
22-jarige schippersvrouw te water geraakt
en verdronken. De schipper werd wak-
kèr door het schreeuwen van zijn kind van
9 dagen en miste toen zijn vrouw, wier
lijk later door de politie werd opgedregd.
Yervalschte Zeérisch. Naar aanlei
ding van ons berichtje omtrent „vervalschte
zeevisch", welke in Utrecht uitgevonden
zou zyn, schrijft een onzer lezers nog 't
volgende
Als de haring de Hollandsche kusten
nog niet bereikt heeft, wordt hij reeds bij
massa's op de Zweedsche en Deensche kus
ten gevangen" Door de snelle vervoer
middelen, is het mogelijk deze haring in
nog betrekkelijk versehen toestand hier te
lande te rooken. Waggonladingen met
Deenschen haring worden hier dan ook
ingevoerd, en vervolgens door de bekende
rookerijen als Hollandsche bokking ver
kocht. Deze soort y&foshiit evenwel niet
van de Hollandsche.
Een ander, minder genietbare soort, wordt
gemaakt van niet al te besten pekelharing
Deze pekelharing wordt ontzout, gerookt
en als echte bokking verkocht, doch is
bijna niet eetbaar.
Zij staat als man te hoek
Bij een voorgenomen huwelijk te Wie-
ringerwaard is gebleken, dat de vrouw in
de rigisters van den Burgelijken stand in
geschreven staat als te zijn van het man
nelijk geslacht. Er zullen dus eerst nog
eenige noodzakelijke formaliteiten moeten
plaats hebben, eer het huwelijk kan vol
trokken worden.
Hij hield van kalfsvleesch
In het Zuid-Afrikaansche Tijdschrift
komt 't volgend verhaaltje voor
Toen de zendingstatie Bethanie aan de
Rietrivier gesticht werd, zoo wat 50 jaren
geleden, was het land, dat later de Oran
je-Vrijstaat geworden is, woest en slechts
hier en daar bewoond door Boesmanben
den, eenige Bathlapin en Koranna's.
De zendelingen van hetBerlijner genoot
schap hadden tien jaren lang onder dat
volk met vele opofferingen gearbeid, en
nog was er geen teelten te bespeuren van
zelfs één enkelen bekeerling onder die hei
denen.
Op het laatst predikte op een goeden
Zondag een der zendelingen over den Ver
loren Zoon. Zekere oude Boesman zat
met buitengewone aandacht te luisteren
en toen de dienst over was, kwam hij den
prediker opzoeken.
Ou baas, zeide hij, jij het van daag
mooi gepreek, en wat jij zeide het mij
diep getroffe.
Zie zoo, dacht de evangeliedienaar,
eindelijk is het brood dat wij hier in het
water geworpen hebben, toch weder ko
men aandrijven. Wel Platje zeide hij,
ik ben verblijd, je dat te hooren zeggen.
Ja ou Baas, ik is die verloren zoon
ik gevoel diten jij is mijn vader.
Neen, neen, antwoordde de zende
ling, ik ben dat niet
Jawel, viel de Boesman hem in de
rede. Ik is die verloren zoon, en jij is
mijn vader en nou wil ik maar weet
wanneer zal jij die kalf slag
De burgemeester van Franeker waar
schuwt tegen de prijsraadsels, welke uit
die gemeente gedurig in de nieuwsbladen
onder de rubriek advertentiën voorkomen,
en waarbij aan de goede oplossers, tegen
toezending van een hoeveelheid zegels,
boekwerken, prijzen of cadeanx in geld
worden voorgespiegeld. Behalve dat de
boekwerken op verre na niet de waarde
van de toegezonden postzegels vertegen
woordigen, worden de prijzen of de ca
deaux eerst dan bij loting toegewezen,
wanneer zieh de stellers der advertentiën
door het getal der onvangen postzegels
een ruime winst hebben verzekerd.
De rechtbank te Verviers heeft Don
derdag uitspraak gedaan in de bekende
zaak van Joseph Meijers, gewoond heb
bende te Maastricht en vier andere per
sonen, beschuldigd van frauduleuzen in
voer van gedistilleerd. De beschuldigden
zijn veroordeeld, ieder tot een gevangenis
straf van een jaar, tot betaling van frs.
681,663,56 aan verschuldigde rechten, tot
een boete van fr. 6.816,636,60 en in de
kostenboete en kosten bij lijfsdwang
voor den tijd van 9 maanden te verhalen.
Door de bestuurders van het Keighley
Cottage hospitaal in Engeland is een der
doctoren ontslagen, die bij behandeling van
kanker een homoöpatisch Matthei-middel
had gebezigd. Zijne medegeneesheeren wei
gerden op dien grond met hem samen te
werken, maar hij stond op zijn recht om
ter genezing van zijne patiënten elk middel
aan te wenden dat hem heilzaam voorkomt.
»The Lancet" geeft dit den doctor niet toe
en ontkent dat het goed kan zijn, geheime
middelen in gasthuizen toe te passen. De
gewoonte om slechts bekende middelen te
bezigen, acht het blad onmiskenbaar juist.
Het Engelsche pleizieijacht Lancas-
hire Witch van de familie James had tusschen
Barbadoes en Trinidad het geluk ora zes
schepelingen van de „Carribon" een stoom-
■ehip, dat van Brazillië naarLiverpoolopreis
was, te redden. De 20 Januari verging de
Carribon", en moest de bemanning zich
in twee sloepen redden. Een der sloepen»
wier bemanning doorde»Lancashire Witch"
gered werd, zwierf twaalf dagen op zee.
De bemanning had zich met wat beschuit
te voeden en overigens met vliegende vis-
schen, die zij 's nachts door het licht van
hun lamp vingen. Eindelijk was al hun
mondvoorraad op en gaven zij de hoop op
gered te worden, zoodat een hunner over
boord sprong en verdronk. Toen zij door
het jacht van den heer James gered wer
den, waren al de geredden meer dood dan
levend van uitputting. Aan boord van de
»Lancashire Witch" werden zij goed ver
zorgd. Van de andere boot is niets ver
nomen waarschijnlijk is zij door den he-
vigen wind naar de kust van Venezuela
gedreven en daar op de rotsen verpletterd,
zoodat de andere helft van het volk der
„Carribon" den dood in de golven heeft
gevonden.
Een Fransch spreekwoord zegt, dat
er geen dwaze beroepen bestaan, maar al
leen dwaze inenschen. Zoo oordeelde ook
onlangs een Parijsche Rechtbank, toen zij
de aanklacht afwees van een bekend vech
tersbaas tegen een oud man, die hem had
weerhouden een beleediging met den degen
in de hand te straffen. De beklaagde er
kende het feit volkomen. Hij deelde mede
dat hij 60 jaar oud was en 600 francs in
komen had, te veel om te sterven maar
veel te weinig om te leven.
Om een bijverdienste te hebben ging
hij eiken morgen van zes tot negen uur
naar het Bois de Bonlogne en trad daar
als vredestichter op. Hij was overtuigd op
die manier reeds veel onheil voorkomen te
hebben. Hij had er bovendien dikwijls
lekker door gegeten, omdat men, zooals
hij zeide, altijd dankbaar is, wanneer men
van een dwaasheid wordt teruggehouden,
want ofschoon hij oud-soldaat was, vond
hij een tweegevecht altijd dwaas. De
rechter scheen het eens te zijn met den
verstandigen oude, die nu waarschijnlijk zijn
zonderling beroep wel zal voortzetten.
Ingevolge machtiging, bij kon. besl. van 0 dezer,
wordt Hr. Ms. fregat „Evertsen", liggende te
Willemsoord, ter oefening van de in dit jaar in
te lijven zeemiliclena, met den 21sten April a. 8.
in dienst gesteld en het bevel daarover opgedra
gen aan den kapt. luit. ter zee J. Haremaker.
Aan boord van genoemden bodem worden ver
der met gemelden datum geplaatst of overgeplaatst:
de luits. ter zea 1ste kl. K. J. Bal, F. C. E. L.
Koster, J. M. Pbaff en T. H. de Meester, eerst
genoemde als lste officierde luits. ter zee 2de
kl. H. O. W. Planten, P. van den Broeke, J.
S. F. Gallay, J. A. van der Star, W. H. von
Le8ohen, J A. Kooi en H. deBooy, beide eerst-
gemelden op het folio van luit. ter zee lste kl.
de kapitein der mariniers H. J. Homeny, belast
met het bevel over bet ingescheept detachement
mariniersde ie luits. der mariniers C. N. Ca-
zaux van Staphorst, J. C. van Hoek, F. K. F.
ter Haar en J. P. A. Termaatde 2e luits. der
mariniers J. van der Kop; de offi. van gez. Ie
kl. G. U. Klosserde offic. van adm. Ie kl. C.
H. S. Pastor, en de offi. van adm. 2e kl. E. G.
de Wijs.
Naar hot Italiaan»ch.
16. ooo
Yerdier opende het pakje bankbiljetten, dat
Maurice op de tafel gelegd had, en overhan
digde hem daaruit twee duizendfrancs.
«Wat heb ik te doen vroeg Maurice.
«Voorloopig niets! Wy moeten op nieuwe
voorschriften uit Londen wachten, maar ge
zult niet lang werkeloos behoeven te blijven."
«Kan ik nu gaan vroeg Maurice. «Ik
word op het redactiebureau verwacht en zou
niet gaarne vandaag van myne gewoonten af
wijken."
«Vaarwel dan jonkman, en tot weerziens.
Wees vooral voorzichtig," zeide Yerdier.
^Lartige drukte den jonkman de hand en
zeide hartelijk: «Tot weerziens! Ik hoop,
dat wy vrienden worden, echte vrienden I"
Na een kort gesprek nam ook Verdier af-
seheid van Lartige en verliet het hotel. Deze
laatste pakte daarop haastig zijn koffers en
liet die door een hotelknecht naar het station
brengen van den spoorweg naar Lyon. Daar
moesten ze bewaard worden tot het uur,
waarop de trein naar die stad zou vertrekken.
Toen de knecht terug was en hem het bewijsje
van de koffers gegeven had, betaalde Lartige
de rekening van den hotelhouder en vertelde
aan dezen, dat hy dien avond naar Lyon
moest. Hij verliet nu ook het hotel en wan
delde op zijn gemak naar de woning van Ver-
dier in de rue Beranger.
«Woont hier mijnheer Martin vroeg hy
den portier.
«In het achterhuis, op de derde verdieping,"
antwoordde deze beleefd. Spoedig zat Lar
tige in de voorkamer van mijnheer Martin,
die niemand anders was dan Verdier, welke
nog in zyn priestergewaad gekleed was. Hij
maakte voor Lartige een pas gereed ten name
van den rustenden zeekapitein Lodewijk van
Broek, uit Holland. Toen hy daarmee gereed
was, voerde hy zijn makker door een geheime
deur in zyn andere woning, waar nu met
Lartige een groote verandering plaats had.
Hy werd jonger gemaakt. Zijn weelderig haar
werd koolzwart geverfd. Hy werd in een
langen pelsrok gestoken «n kreeg een hoogen
cilinderhoed op. Hij moest erkennen dat Ver
dier zeer bekwaam was in het vermommen.
Hy keerde niet in de woning van de rue
Béranger terug maar vertrok door de deur no.
20 op den boulevard du Temple. Toen hij
het kamertje van den portier voorby ging, riep
hy dezen met luide stem toe
«Ik heb mynheer Marchais niet thuis ge
troffen. Zeg hem, dat zyn vriend van Broek
hier geweest is en later wel eens terug zal
komen."
Marchais was de naam, waaronder men
Verdier in het huis no. 20 op den boulevard
du Temple als een zeer fatsoenlijk man kende.
Lartige ging nu de straat op en zorgde dat
hy spoedig uit de drukke hoofdstraten in de
stillere wjjken kwam. Zyn oogmerk was een
huisje in zijn geheel te huren. Hoe eenvou
dig dit scheen, bleek dat toch niet gemakke
lijk te zijn. Zulke huisjes zijn er niet veel in j
Paryshet is voor de eigenaars voordeeliger
groote huizen te hebben, die door onderschei
dene gezinnen bewoond worden. Langen tijd
zocht hy vruchteloos, maar eindelijk zag hy
huisje te huur staan, dat hem wel aan
stond.
Hij ging bij den portier en vond alles naar
zijn genoegen. Het was een stille straat, aan
alle zijden was het huis omringd door een tuin,
en de hoofdzaak was, dat Lartige het geheel
alleen zou bewonen, zelfs geen portier zou er
zijn. Daar hij den gevraagden prij» goedkeurde
en de huur een half jaar vooruit betaalde, kon
hij onmiddellijk het huis betrekken en zijn
koffers van het station daarheen laten bren
gen. Hjj schreef onmiddellijk aan Verdier
zyn nieuw adres. Tegelijkertijd verzocht hy
om toezending van een geschikten knecht, daar
hij alleen by noodzakelijkheid op straat wilde
gaan.
Verdier liet dezen wensch van zyn vriend
niet lang onvervuld. Reeds den volgen*"
morgen meldde zich een jonkman aan bij den
gewaanden kapitein van Broek, 't was een
doofstomme, die echter goed kon schryven op
het leitje, dat hy altijd bij zich droeg. Het
gebrek van den knecht was wel lastig, maar
tevens van groot nut, daar hy de gesprekken
van Lartige niet kon beluisteren.
Terwyl Jean, de doofstomme, het ontbijt
gereed zette, ging Lartige in den tuin. De
muren waren overal met klimop begroeid, dat
thans echter bladerloos was. Het trok zijne
aandacht, dat ineen der zijmuren een deur was.
Waar kwam men door deze deur? Zeker wel
in den aangrenzenden tuin, maar waarom
wa9 die deur daar en aan wien behoorde die
tuin Dat waren de vragen, die Lartige zich
stelde en waaromtrent h|j zekerheid wilde heb
ben. Onmiddellijk na het ontbijt ging h|j naar
den huiseigenaar, die in de buurt woonde en
betuigde hem zijn tevredenheid over de wo
ning. Gedurende het gesprek, dat nu volgde,
vroeg hy ter loops naar het doel, waarmee
die deur in den tuinmuur was aangebracht-
O, dat is eenvoudig," antwoordde de eige
naar, een spraakzame oude heer. «Het huis
daarnaast was vroeger ook mijn. eigendom, en
toen heb ik een verbindingsdeur laten maken.
Later verkocht ik dat huis nogal voordeelig
aan de kostschoolhouderes, mevrouw Dubief
en toen is die deur weer dichtgemaakt, den
sleutel heb ik er nog van."
Lartige verliet den huisheer, zeer tevreden
over de verkregen inlichting, maar toch hield
die deur zijn gedachten bezig. Hij besloot een
sleutel daerop te laten maken. Dan had hij
een prachtige gelegenheid tot vluchten als de
politie op den inval kwam om kapitein van
Broek een bezoek te brengen in zijn eename
woning.
IX.
Het geneeskundig onderzoek der vermoorden
leverde slechts twee dingen op, die eenig ge
wicht hadden. Ten eerste bevonden de dok
ters, dat de linkerarm gaaf en gezond was.
Waarom kon hij dan den arm in een doek ge
dragen hebben, zooals de Kadet beweerde
Ten tweede vond men op zijn rechterarm twee
degens getatouëerd, waaruit werd afgeleid, dat
hij waarschijnlijk vroeger in militairen dienst
geweest. Aan het l|jk der vrouw was
niets bijzonders op te merken. De kleeren der
beide slachtoffers waren nogmaals zeer nauw
keurig onderzocht doch vruchteloos. Alleen
had men in de winterjas van den man een
velletje wit papier gevonden, waarin op re
gelmatige afstanden eenige gaten gesneden
waren. Mynheer de Gibray legde dit papier
zorgvuldig in zijn portefeuille by het bloudo
haar, dat in de hand der vermoorde vrouw
gevonden was, ofschoon h|j het eigenlijk niet
wist, waartoe dat stuk papier met gaten hem
dienen zou. Vervolgens maakte hy een proces
verbaal op van de bevinding der dokters.
Deze verklaarden, dat de vrouw zeker vyf-
tien uren en de man ongeveer negen uren
dood was. Ofschoon de lyken op verschillende
plaatsen gevonden waren, kon toch aangenomen
worden, dat dezelfde hand eerst de vrouw en
daarna den man vermoord had. Bovendien
constateerden de dokters, dat de wonden van
beide slachtoffers met hetzelfde wapen moesten
zijn toegebracht. Na afloop van dit onderzoek
werden de lyken in de Morgue te kijk gelegd,
om ze door vrienden of verwanten te doen
herkennen.
(Wordt vervolgd.)