't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
TWEE ERFGENAMEN.
1898
Zaterdag^25 April 1891.
Negentiende Jaargang.
KALENDEN DER WEEK.
NIEUWSTIJDINGEN.
APRIL, Grasmaand, 30 dagen.
Opkomst der Zon 4 u. 37 m.
Onderg. 7 u. 19 m.
Zondag 26
Maandag 27
Dinsdag 28
Woensdag 29 Israël. Paachen.
Donderdag 30 id.
MEI, Bloeimaand, 31 dagen.
Vrijdag 1 Laatste Kwartier.
Zaterdag 2
HELDER, 24 April 1891.
FEESTCONCERT,
gegeven door „Helders Mannenkoor" ter
gelegenheid van 't 10-jarig bestaan.
1881 —1801.
Dinsdagavond was de zaal van Tivoli zeer
goed bezet door de leden en genoodigden van
/Helders Mannenkoor". Bij gelegenheid van
't tienjarig bestaan van dit gezelschap had 't
stafmuziekkorps der K. N. Marine, onder di
rectie van den kapelmeester J. Koning, zyne
geheel belangelooze medewerking toegezegd en
verleende de heer W. Roggeveen uit Scliagen,
tenorzanger, zyne gewaardeerde hulp.
We beginnen met »H. M." van harte geluk
te wenschen bij 't vieren van zijn tienjarig
jubilé, en geven gaarne getuigenis dat de mu
ziekavond bij gelegenheid van dat feest onder
de zeer buitengewone verdient gerangschikt
te worden.
Beginnen we met de wakkere zangers. Na
dat de heer D. van Zoonen, president der ver-
eeniging een kort overzicht van de geschiede
nis van //H. M." had gegeven, werd 't eerste
nummer, //Welkomstgroet" aangeheven. Met
bezorgdheid hoorden we de uitvoering daar
van, daar reeds bij 't begin de intonatie niet
deugde, en beklaagden den verdienstelijken
componist, die iD de zaal aanwezig was. Later
scheen 't alsof de kapel der Marine de zan
gers had »begeisterd", want 't ging steeds be
ter en beter. Met vuur en gloed werd er ge
zongen, zoodat de minder prettige indruk, door
den dissonant van No. 1 ontstaan, voortdurend
verder en verder naar den achtergrond werd
gedrongen. Hierbij een woord van hulde aan
den ijverigen en bekwamen directeur, den heer
L. E. Rugerswant hij is de man, aan wien
men 't verkregen resultaat te danken heeft.
Uitmuntond waren de pp,, terwijl de ff, wan
neer men de getalsterkte 'van 't koor in aan
merking neemt, voldoende kracht hadden.
Ook was er een goed verband tusschen den zang
en de begeleiding. De meeste lof komt den zangers
toe bij de uilvoei'ing van //Ossian" «n «Land-
erkennung" van Edvard Grieg, welk stuk,
naar we vermeenen, voor 't eerst hier te lande
werd ten gehoore gebracht. De heer Roggeveen
is een tenorzanger, wiens gelijke men zeker
hier in den omtrek niet gemakkelijk zal vin
den. Hij heeft een beschaafde voordracht, een
welluidend orgaan en kracht genoeg om b uit
de borst te zingen. De heer G. F. Haak, lid der
vereeniging, gaat steeds vooruitwe hoorden
hem te voren meermalen, maar nooit zoo ver
dienstelijk als dezen keer in zijne gewichtige
solo's. Zijn fraai bariton-geluid klonk ons aan
genaam in de ooren. Hetzelfde kunnen we ook
getuigen van de flinke basstem van den heer
F. Th. de Haas, die zoo uitnemend de solo in
Ossian* voordroeg.
De overeenstemming van tenor en bariton,
bij de duo's in Vrede, van Richard Hol, ver
dient een woord van waardeering. De ver
dienstelijke pianist, de heer J. Koning, bege
leidde de zangers en was hun daarbij een
krachtige steun.
Aangrijpend klonk 't «Vlaggelied'", van
Verhulst. De begeleiding met koperen instru
menten was schitterend en 't koor ontwikkelde
hier een kracht, alsof 't aantal der zangers
verdubbeld was. Een Vaderlandsch lied, op
die wijze gezongen, doet 't Hollandsch hart goed.
Na afloop had de kapel de beleefdheid het
Volkslied te doen weerklinken, hetgeen door
de aanwezigen staande werd aangehoord.
't Stafmuziekkorps en zijn kapelmeester zijn
in ons blad reeds herhaalde malen besproken
en de voortreffelijkheid van beide aangetoond,
zoodat 't hier niet noodig is daaromtrent in
't breede uit te weiden. Gaarne vermelden we
echter, dat de uitvoering der beide Ouvertures
en 't slotnummer schitterend waren.
Door de hh. Koning, Schouten, Rugers en
Werner, werd 't klavierkwartet, van F. Séhu-
bert, op artistieke wys ten gehoore gebracht.
Van den pianist Koning, roemen we de
techniek en de fijne nuanceering; vooral werd
hier van hem da hoogste vingervaardigheid
vereischt en hij had een uiterst moeielijke taak,
daar de partijen van viool, alt en cello meer
ondergeschikt waren.
Toen de heer Koning met zijne artisten
de //Sarabanda"van Handel uitvoerde, heerschte
er in de zaal do diepste stilte, 't Gaf een
heerlijk en ongewoon genot, die combinatie
van orgeltonen en strijkmuziek, welke laatste
unisono werd voorgedragen, nadat de heer
Schouten met veel gevoel den aanhef had ge
speeld.
Den directeur Rugers was door »H. M."
een groote verrassing bereid, die hem onge
twijfeld veel zorg en moeite zal hebben vergoed.
Toen hij optrad om no. 7 van 't programma
te dirigeeren, lag er op zijne lessenaar een
prachtige bloemkrans. De luide fanfaren,
hierbij aangeheven, gaven 't bewijs, dat de heer
R. bij zijne collega's hoog staat aangeschre
ven. Den heeren Koning en Schouten werd
door //H. M." hulde gebracht, door 't aanbie-
van 't eerelidmaatschap der Vereeniging met
insigne.
Een dergelijke avond wordt met gulden let
teren in de notulen eener vereeniging aange-
teekend. Menige grootere plaats in ons Va-
dei'laud zou ons een dergelijk kunstgenot be
nijden. Door den heer W. de Vries was met
veel kust een ledenlijst van #H.M." vervaardigd,
terwijl de heer Korff een schilderij had ver
strekt, waarop keurig een wapen, omgeven
door attributen, de muziek betreffende, was
geschilderd en aan de vereeniging ten geschenke
gegeven.
Na afloop werd er menig hartelijk woord
gesproken bij 't souper, waaraan de hh. zan
gers met hunne dames en genoodigden deelna
men, door de hh. T. Mooy, Gerrit Jansen,
den Voorzitter en anderen. De beste wen
schen voor de toekomst van »H. M." werden
geuit. En inderdaad, op den ingeslagen weg
voortgaande, gelooren we, dat deze vereeni
ging een toekomst heeft.
Van harte wenschen we dat de belangstel
lingen den edelen mannenzang moge toenemen
en Helders burgerij' de zaak zal steunen door
toetreding als werkend of kunstlievend lid.
Hr. Ms. instructiekorvet Nautilus",
thans kruisende in het Goereesche gat, zal
2 Mei de oefeningstocht met de bootsmans
leerlingen en lichtmatrozen in de Noordzee
aanvangen en kan omstreeks 21 Mei te
Christiania verwacht worden.
De heer F. Arnoldi, Commies bij de
H. S. M. alhier, is benoemd tot onderchef
bjj den inwendigen dienst aan 't Centraal
station te Amsterdam.
De heer Land heeft een nadere re
dactie van de vroeger door hem voorge
stelde amendementen betrekkelijk den
diensttijd bij de actieve zeemacht en bij de
zeeweer ingediend.
De zakelijke inhoud blijft onveranderd,
maar de heer Land heeft er nu bij ge
voegd een reeks van wijzigingen in andere
artikelen, welke het uitvloeisel zijn van
de vroeger voorgestelde.
De Rijkscommissie voor de examens,
ter verkrijging van een diploma als stuur
man aan boord van koopvaardijschepen,
zal, aanvangende den 12 Mei, te 97a uur,
zitting honden te Rotterdam, in het ge
bouw der Loge aldaar.
Het hoofdbestuur van het Neder-
landsche werkliedenverbond „Patrimonium"
heeft namens de 99 onderafdeelingen in
stemming betuigd met het streven der
Haagsche kamer van Koophandel en Fa
brieken naar tariefsherziening.
Naar wij vernemen is, nadat de bij
zonderheden der aanvaring zijn bekend ge
worden, door de N. A. S. M. op advies
van hare rechtsgeleerden te Londen, een
tegenvordering ingesteld tegen de reede-
rij van het stoomschip „Glamorgan", voor
de schade aan het stoomschip „P. Caland"
veroorzaakt.
Te Groningen is Maandag overleden
de welbekende organist en toondichter J.
Worp. Worp werd in 1821 te Broek-in-
Waterland geboren, ontving het eerste mu-
ziekonderricht hier te lande, zette zijn stu
diën aan het conservatorium te Leipzig
voort en was o. a. leerling van Mocheles
en Otto. Na zijn studiën volbracht te
hebben, werd hij organist te Almeloo, la
ter te Groningen, eerst aan de A-kerk en
vervolgens aan d« Martini-kerk. Worp
heeft zich grooten naam verworven door
zijne bewerking der Evangelische gezan
gen en psalmen voor orgel, door zijn kin
derliederen, zijn leerboeken voor het orgel
spel, zijne algemeene muziekleer enz.
Kazernes
De Regeering heeft aan de 2e Kamer een
gespecificeerde opgaaf toegezonden van den
toestand der bestaande kazernes, van de
daaraan vereischte verbetering, van de
bij de tegenwoordige inrichting der levende
strijdkrachten te bouwen nieuwe kazernes
en van de uitgaven, die volgens glo
bale raming met de bedoelde verbete
ringen en den bedoelden aanbouw gemoeid
zullen zijn,
Het eindcijfer van de te besteden kosten
bedraagt f 5,250,000 (behalve die welke
later nog zullen voortvloeien uit de uit
voering van de ontwerp-legerorganisatie).
Woensdagnacht omstreeks twee uur
brak een felle brand uit in de buurt De
Hoop te Schageu, in de broodbakkerij van
C. de Boer. De bakkerij is met de wo
ning verbrand. Er was bijna niets gered.
Alles was verzekerd. Oorzaak onbekend.
Uit Brouwershaven wordt gemeld
De schipper J. de Korte en verdere be
manning der reddingboot van de Z. H. R. M.,
mochten nogmaals een treffend bewijs van
waardeering ondervinden wegens het in Oc-
tober jl. redden der equipage van het op
den Banjaard gestrande schip «Dunroben".
Het gouvernement van Br. Canada name
lijk heeft besloten, aan schipper J. de Korte
uit te reiken een gouden medaille en aan
de bemanning der reddingboot, ieder eene
som van f 50. Door tusschenkomst van den
heer G. A. de Kater, consulair ageut, zijn
Maandag de gelden uitgereikt, terwijl de
uitreiking der gouden medaille door tus
schenkomst der Nederlandsche regeering
zal geschieden.
De Heer IJ. Strikwerda, oud-ass.-
resident in Ned.-Indië, oud lid van den ge
meenteraad te Helder, en thans leeraarin
de Maleische taal aan de tuinbouwschool
te Amsterdam, heeft het proefnummer het
licht doen zien van een in de Maleische
taal geschreven veertiendaagsch blad. Het
is «Pewarta Boemi" (Wereldbode) genoemd
en bestemd voor de Inlanders, Chineezen
en Arabieren in Indië. Het brengt hun
kort en bevattelijk nieuwstijdingen uit ons
land en de overige rijken en zal door tus
schenkomst van Inlanders en Chineezen bij
losse nommers verkocht worden. Blijkens
een bij dit nommer verzonden circulaire
kan men zich ook hier te lande abonnee-
ren, 't zij ter wile van de handelsbetrek
kingen met inlandsche vorsten en hoofden,
't zij ter wille van inlandsch personeel op
ondernemingen in Indië. Het adres van den
Heer Strikwerda is 2e Parkstraat 135, te
Amsterdam.
Volgens de »Penang Gazette" heb
ben ook nog op Dinsdag en Woensdag 11
Maart gevechten plaats gehad tusschen
onze troepen en de Atjehers buiten de linie,
en zouden wij een verder verlies geleden
hebben van 4 dooden en 14 gewonden, al
len onder-officieren en minderen. De At
jehers leden groote verliezen, waaronder
een zoon van Tengkoe di Toeroe.
Een zeer hevige brand heeft te Ham
burg groote schade aangericht. Hij brak
Maandagavond uit in de benedenverdie
ping van een groot pakhuis aan de haven
eerst Dinsdagmiddag was men de vlam
men geheel meester.
Alleen de firma Schmidt, wier koffie-
magazijnen in het verbrande gebouw wa
ren, was verzekerd voor een som van l1/»
millioen Markook vele goederen van
andere firma'stabak, suiker, enz. gingen
verloren.
Er waren 20 menschen in het gebouw,
die zich langs de noodtrappen aan de bui
tenzijde van het pakhuis redden. Deze
noodtrappen waren ook bij de brandweer
mannen van veel dienst bij hun blussehings-
werk.
Leve de beschavingHet grootste
stuk geschut, dat totnogtoe door Krupp
vervaardigd werd, is onlangs naar de ves
ting Krönstadt verzonden. Het is van
gietstaal en heeft, bij een lengte van
ruim 12 meter, een kaliber van 35 cM.
Men kan 2 schoten per minuut doen. Ie
der schot kost6000 Mark.
De Commissie van Russische officieren,
welke het kanon te Essen beproefde, was
zeer voldaan over de uitwerking. Een
ijzeren plaat van ruim een halven meter
dikte werd op grooten afstand doorboord.
OLClöX}.
ZONDAGSRUST!
Dank zij het initiatief van wijlen Professor
Hofsteede de Groot, is de Nederlandsohe veree
niging tot bevordering van Zondagsrust met on
gekend succes voor dit heerlijk doel werkzaam
geweestde uitkomsten er van zijn vooral in dezen
tijd ruimschoots waar te nemen, nu er niet één
staatkundige groep kan genoemd worden of Zon
dagsrust staat op hun program geen Nieuwsblad
wordt ter hand genomen of u treft een of andere
mededeeling over 't artikel „Zondagsrust", de ver
schillende maatregelen va»u Besturen, de uitkom
sten eener enquete de verlangens der arbeiders-
vereenigingen, alles driugt naar een vrijen Zondag
heen, en eischt zulks gebiedend van hen die daar
toe de macht hebben 't is waar niet altoos is die
begeertedie drangdie eisch eene, uit beslist
edele beginselen voortgekomen, niet altoos is de
onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan 't gebod
Gods, de stnurkracht tot een zoo heerlijk doel,
het is zoo, maar zal daarom de zaak zelve niet
worden toegejuicht al komt de een langs veel
andere wegen en op hed wat andere gronden
dan de ander, tot hetzelfde doel P Met dankbaar
heid herdenken wij die mannen, welke voor 't
beginsel dezer zaak op zoo'n krachtdadige wijze
hebben gestreden en al zijn zij nu geene getuigen
vau 't opkomen der bloemen van het door hen
gestrooide zaad, hun naam leeft bij 't nageslacht
voort, dat dankbaar de ruste aanvaardt door hun
ne onvermoeide pogingen verworven; maar toch,
dat is niet genoeg, de strijd moet doorgezet wor
den, want het moeielijkste komt nog pas aan,
namenlijk dithoe zal de Rust van den Zondag
worden gebruikt? Immers Rust moge zijn stil
stand van beweging, toch zal niemand de Rust
yan den Zondag in dien zin willen aanvaarden;
bovendien geeft elk genot arbeid aan andei^n
gaat men ter tempel, de personen daarbij gemoeid
verrichten arbeid geeft een Militair Tehuis een
welkom tehuis aan den Militair, dit geeft alweer
drukken arbeid aan de conciërge enz.waar ge
not wordt begeerd, wordt gesmaakt, zijn er per
sonen welke hnnne rust daarvoor prijsgeven. De
grenslijn is zeer moelelijk te trekken en veel takt
en overleg zal blijken noodig te zijn, om te voor
komen dat de heerlijke rust van den Zondag
worde ontwijd door een genot van dien Rustdag,
dat nog verderfelijker zou kunnen worden dan de
arbeid op dien dag ooit is geweest.
Helder, 20 April 1891. P.
PROGRAMMA YAN HET
Tiende en LAATSTE Winter-Cmcert,
op Dinsdag 28 April 1891,
's avonds 8 uur.
1. «Hochzeitmarsch" aus »den Sommer-
naclitstraura", F. Mendelssohn Bartholdy. 2.
Ouverture zu der Oper: «Der Freischütz", C.
M. von Weber. 3. Deutsche Tan ze, Franz
Sehubert. 4. Czardas aus der Oper/,Der
Geist des Woijwode", Louis Grassman.
Pauze. 5. Ouverture über ,Silcher's Volks
lied Loreley", Sehindelmeisser. 6. a. Bourrée,
G. F. Handel, b. Berceuse, Miska Hauser. 7.
Melodiën Congress, A. Conradi. 8. «Wo die
Citronen blüehn", concert-walzer, Joh. Strauss.
Marine en Leger.
Bij kon. besl. van 20 April worden met ingang
van den lsten Mei a. s. bevorderd:
tot kapitein ter zee, de kapt.-luit. ter zee H.
Schotborghtot luit. ter zee le kl., de luits. ter
zee 2e kl. F. Pinke en J. J. W. H. van der
Toorn en tot luit. ter zee 2e kl., de adelb. le
kl. P, A. Bik en M. Schoo.
Ingevolge machtiging, bij kou. besl. van den
20 dezer, wordt Hr. Ms. stoomschip 4e kl. „Bo
naire" met den 22sten d. a. v. uit dienst gesteld
en de kapt.-luit. ter zee H. Schotborgh eervol
van het door hem over dien bodem gevoerde be
vel ontheven en op non-act. gesteld; terwijl de
luit. ter zee le kl. C. J. G. de Booy, le off., de
luits. ter zee 2e kl. G. Witsen Blias, J. L. Hane-
winckel en A. H. F. M. Latour, de off. v. gez.
2e kl. A. J. Gijsen en de off. v. admin. 2e kl.
A. L. Koops, dienende op gemelden bodem, met
genoemden datum worden op non-aot. gesteld.
(Stct.)
Ingevolge machtiging, bij kon. besl. van den
20en dezer, wordt Hr. Ms. pantserdekkorvet „Su-
matra", liggende te Amsterdam, met den len Mei
in dienst gesteld, en het bevel daarover opge
dragen aan den kapitein ter zee P. G. Bruch.
Aan boord van genoemden bodem worden met
gemelden datum geplaatst de luit. ter zee der
lste kl. W. Romer, als lste off,, de luits. ter
zee der 2de kl. J. F. B. van Dijk, A. Gelder
man, I. T. van Slooten en A J. M. Nolet; de
adelborsten der lste kl. A. C. W. baron Van
Haersolte van den Doorn, J. M. van Wickevoort
Crommelin, J. Zur Muhlen, F. Dingemans de
off. v. gez. le kl. A. W. M. van Deventer, en
de off v. adm. 2e kl. N. J. J. van Rijn van
Alkemade. (Stct.)
Naar het Italiaanseh.
29 ooo—
Mijnher de Gibray reed met Amata naar
de Morgue. Zy bekeek de lichamen nauw
keurig. Zij verzocht de lijken te photogra-
feeren en de portretten kwistig te verspreiden
en tevens drong zij er op aan, dat de lij
ken zoo lang mogelijk te zien zouden blijven.
z/Nu naar d® rue ErnestineHet on
derzoek van bet rijtuig leverde niets op; zij
reed onmiddellijk daarna naar het kerkhof.
De grafkapel werd nog steeds door de politie
bewaakt.
Amata liet de vier waskaarsen en cenige
lantaarns aansteken, zoodat de kapel helder
verlicht was. Zij keek in het tabernakel en
zei: //Hier heeft een langwerpig pakje of een
brief gelogen. Amata liet nu alle meubelen
en losse dingen tot zelfs het vloerkleed buiten
brengen en bekeek alles nauwkeurig.
//Zoo nauw hebben wy het niet genomen,"
zei de Gibray, die al haar bewegingen volgde.
Eindelyk knielde zij op den vloer, krabde de
aarde weg tusschen de voegen der tegels en
vond zoodoende een gouden manchetknoop, die
door een voetstap gedeukt was. De knoop had
den vorm van een hoefijzer en was met ro-
bynen bezet. «Dat is een gewichtige vondst
riep zij verheugd. wDie knoop is van den
moordenaar afkomstig, want de verslagene
droeg geen manchetten. Mijnheer de Gibray,
laat die knoop ook photografeeren en ver
spreid de portretten onder de juweliers te
Parijs, de knoop is nog nieuw, misschien ko
men wij daardoor den moordenaar op het spoor."
Amata was nu gereed met haaronderzoek.
«Staat de woning op den boulevard Martin
nog altijd ter beschikking van de politie
vroeg zij.
//Jawel, Amata. Ik zal u nog heden den
sleutel van die woning laten brengen."
z/Goed," zei ze. /,Van avond om negen uur
verwacht ik daar Jodelet en Martel om mijne
bevelen te geven. In mijn eigen woning kan
ik hen natuurlijk niet ontvangen. En nu,
vaarwel mijnheer, ik ben recht moede en de
meid wacht mij met het middagmaal."
«Tot weerziens, tot morgensprak de Gi
bray en drukte gaar hartelijk de hand. «Ik
zal u morgeu uw herkenningsteeken voor de
politie geven."
Bij haar thuiskomst vond zij Maurice op
haar wachtende. Hy was bij Lartige geweest
en had bevel gekregen naar het dorpje te
reizen, waar Felicitas was opgevoed, om daar
inlichtingen in te winnen. Hij kwam afscheid
nemen, want als mevrouw Rosier toevallig
iets van zijn reis vernam, wat zou zy dan
wel van hem denken, als hij daarover niet
met haar gesproken had Amata schrikte,
toen zy hem zag. Zij moest nu een geheim
te meer voor hem verborgen houden, een ge
heim, waarvoor zij zich schaamde. Doch zij
werkte immers pm hem, haar zoon, een goede
l toekomst te bereiden
Tot eiken prijs wilde ik op u Wachten,
beste vriendin," zei Maurice. «Ik ga eenige
dagen op reis voor zaken van mijn Holland-
schen kapitein."
«Waarheen
z/Naar Brussel! Ik moet daar inlichtingen
vragen betreffende dingen voor het boek over
de zeevaartkunde.
«Dat is een verre reis, Maurice. Die dagen
zullen wel weken worden."
«Neen, volstrekt niet. Ik blijf hoogstens
vier dagen weg. Aanstaanden Zondag kóm ik
by u dinaeren."
«AangenomenMaar kan je vandaag niet
bij mij blijven eten
z/Och waarom niet Maar om vijf uur moet
ik weg."
«Naar een vriendinnetje schertste zij.
z/Je kijkt sedert eeu paar dagen zoo ernstig,
dat ik haast denken zou, dat je verliefd bent!"
«Als dat eens zoo was?" vroeg hij ook
schertsend. //Ben ik er nog te jong voor?"
,/Je meent het toch niet?" vroeg zij angstig.
z/Je bent nog te jong. Je hebt ook nog geen
positie
/,Maar, beste vriendin, waar vliegen uw ge
dachten heen Ik denk niet aan trouwen, ik
heb wel wat anders te doen. Later, als ik
een goede positie heb, ja, dan is het iets
anders
z/Ja, later!" mompelde zij en sloot hem in
haar armen. «Ook ik werk voor je toekomst.
Ik heb een proces begonnen om een erfenis,
die mij toekomt. Als ik het win, ben je voor
taan vrij van alle zorgen, want je weetje
deelt mee in alles, wat ik bezit. Jammer
dat ik zooveel moeite heb door dat proces.
Vandaag ben ik van den eenen advocaat naar
den andere geloopen en overal moest ik wach
ten en mijn tyd verspillen." Amata bezigde
en dezen leugen om haar zoon te gewennen,
dat zij voortaan dikwijls niet thuis zou zijn,
wat vroeger nooit het geval was.
Maurice deed eenige vragen naar dat proces,
doch hij bemerkte spoedig, dat zij niets wilde
uitlaten, daarom zweeg hij er verder over.
Spoedig daarna ging men aan tafel. Amata
liet met welgevallen haar hlik op dan schoonen
jongeling rusten, die haar eenvoudig maal flink
eer aandeed. Zij had ter wereld niemand
dan hem om lief te hebben en te verzorgen,
zij was liefde van nature De arme
moeder
XVII.
Klokslag vijf kwam Maurice bij Octavia.
Hij wilde zijn gewoon bezoek niet verzuimen,
te meer daar hij den manchetknoop terug
wilde hebben. Doch het dienstmeisje zeide,
dat Octavia juist naar Brébant was gered
waar zij door Smoiloff op een diner was ge-
noodigd. Maurice snelde daarop naar zijn
eigen woning, die hij 's morgens vroeg verla
ten had. Hij hoopte daar ook een uitnoodi-
ging te vinden. En werkelijk vond hij een
brief, waariu Smoiloff hem verzocht bet di
ner bij te wonen dat hij by Brébant gaf
zijn vrijlating feestelijk te vieren. Maurice
kleedde zich haastig in gezelschaps-costuum en
reed naar Brébant. Hij was bepaald nieuws
gierig naar de reden, waarom men den Rus
gearresteerd en weer vrijgelaten had, doch
hij vernam niets dan dat een misverstand door
verwisseling van naam had plaats gehad.
In haar prachtigste japon en met haar ver
leidelijkst lachje zat Octavia naast den Rus,
die heden slechts oogen voor haar alleen had.
Ocb, wat heb ik om je uitgestaan," fluisterde
zij den graaf toe. //Ge hebt in mij een op
rechte vriendin gevonden. Ik neem hartelijk
deel in al uw leed en vreugd
z/Maar ik begeer meer ik begeer liefde."
i,0, zoover zijn wij nog lang niet. Ge moet
mij eerst toon en, dat het u ernst is."
//Welke gelegenheid is daarvoor? Op welke
manier kan ik u mijn liefde toonen gedurende
een diner bij Brébant. Moet ik Pascal tot
een tweegevecht uitdagen, omdat hij aan
Adêle de voorkeur geeft boven u Of den
redacteur van den Schorpioen, die steelsche
blikken op u werpt Ge kleurt, Octavia
Hebt ge reeds bemerkt, dat Maurice verliefd
op u is O wee, als hij mijn mededinger zou
willen worden
z/Maar graaf, wees toch verstandig. Laat
Pascal en Maurice Vasseur maar met rust.
Zeg mij liever, hoe ge mij uw liefde wilt
toonen."
z/Allereorst zou ik u gaarne bezoeken, Octavia."
«Oh, dat is een gunst van my, en geen
liefdebewijs van u."
(Wordt vervolgd.)