«'t Vliegend Blaadje. -m-
KLEINE COURANT®
Sr VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No 2009.
Woensdag 18 Mei 1892.
Twintigste Jaargang.
„ONTËRFD".
NIEUWSTIJDINGEN.
Bepalingen, voorkomende in de dezer
dagen in werking getreden
Algemeene Politie-Verordening,
waarop door de Heldersohe ingezetenen
in 't bijzonder dient gelet te worden.
1. Bij nacht of dag geene voorwerpen on
beheerd op de straat te laten staan.
2. De huizen voorzien van een nnmmer.
3. Binnen 14 dagen kennisgeven van ver
huizen.
4. De straat minstens eenmaal per week
reinigen.
5. Binnen 24 uur na de aanzegging van
den Commissaris van politie de open goot te
reinigen en de straat van sneeuw te ontdoen.
6. Niet buiten de urinoirs wateren, noch
eenig vuil op de straat werpen of bij vriezend
weer de straat schrobben.
7. Bij gladheid op de voetstraat zand strooien.
8. Geen voorwerpen uit deuren enz. op de
straat werpen.
9. Geen honden 's nachts los laten loopen,
niet zonder belasting-penning en in 'de verbo
den tyd niet zonder muilkorf.
10. Geen hond gebruiken als trekdier.
11. Geen lijnen vastmaken aan boomen,
telegraaf- of telephoonpalen, enz.
12. Geen matten enz., tegen boomen uitslaan.
13. Geen matten uitslaan dan 's morgens
tusschen 5 en 8 uur en 10 en 11 uur.
14. Van eene nieuw aangelegde straat bin
nen 14 dagen geen zand wegvegen, noch de
straat schrobben na 's middags twee uur of
sneeuw en ijs van de straat wegvegen.
15. Bij het uitsteken van vlaggen en wim
pels zorgen, dat de onderkant daarvan min
stens 3 Meter boven de straat blijft.
16. Op de straat zonder vergunning geene
waren uitstallen.
17. Niet op de straat met of om geld spelen,
noch in de kozijnen of boomen klimmen, noch
noodeloos aan schellen trekken of op deuren,
vensters enz., krassen.
18. Geen vee, noch pluimgedierte op de
straat laten losloopen.
19. Geen vee los over de straat drijven, uit
gezonderd wolvee.
20. Niet zonder vergunning op de straat
vuurwerk afsteken, nog eenig vuurwapen af
schieten.
21. Niet gemaskerd of vermomd op de straat
komen.
22. Van 't vinden van eenig voorwerp bin
nen 2 X 24 uur aan de politie kennisgeven.
23 Niet zwemmen of baden binnen de be
bouwde kom der gemeente of zonder een zwem
broek binnen den afstand van 300 Meter
daarbuiten.
24. Niet op een brug komen, voordat deze
behoorlek gesloten is.
25. Geen jongen beneden 16 jaar een paard
of rytuig doen besturen, niet harder ryden
dan in gematigden draf en over eene brug
stapvoets.
26. De berijder van een rijwiel zorgc, dat
zyn voertuig is voorzien van een luid klin
kende schel en 'snachts van een helderlicht-
gevende lantaarn.
27. Geen paard of rytuig onbeheerd laten
staan, noch hiermede de passage belemmeren.
28. Bij gladheid moeten de trekdieren vol
doende gescherpt en van een luidklinkende
bel voorzien zijn, terwijl 's nachts de ry- of
voertuigen van een helder lichtgevende lan
taarn moeten zijn voorzien.
29. Met aan elkaar gekoppelde ry- of voer
tuigen moet steeds stapvoets worden gereden.
30. Niet op 't voetpad ryden of in't Plant
soen tusschen 'thout loopen of rijden.
31. Vrachtwagens moeten voorzien zyn van
Nagelaten roman van
EWALD AUGUST KöNIG.
37.)
Graaf Waldringen bleef stilstaan, hij herin
nerde zich dezen naam slechts duister, doch
een voorgevoel zeide hem terstond, dat hy van
dit bezoek niets aangenaams te wachten had.
Vorachend, vol onrustige verwachting, rustte
zijn blik op den binnentredende, die den graaf
hoffelyk begroette.
Het uiterlijk voorkomen en het zekere, den
man van de wereld verradende optreden van
Reinbard maakten geen onsympathieken in
druk op den graaf, doch eer hij zich een oor
deel over hem vormde, moest hy weten, wat
hij van hem te verwachten had.
»Uw naam is my bekend, mijnheer Von
Tiefenthal,» zeide de graaf, terwyl hij zyn be
zoeker door een handgebaar uitnoodigde om
ts te nemen, //herinner ik het my wel,
woont uw familie te Breslau en jaren ge
leden heb ik eens met een lid daarvan kennis
gemaakt.'
«Dat is zeer wel mogelyk, antwoordde Rein-
hard, aan de uitnoodiging van den graaf gehoor
gevende, «myn vader en mijn oom woonden
te Breslau, zy zyn beiden inmiddels gestorven.»
//En wat verschaft my de eer van uw aan
genaam bezoek
«Een verzoek, welks inwilliging my gelukkig
zou maken."
een volgnummer en worden ingeschreven in
't daarvoor bestemde register.
32. Hetgeen bij 't lossen van een vaartuig
op den wal wordt gemorst, moet direct worden
opgeruimd na 't lossen of laden aan den jaag-
weg moet de schuit direct worden overge
haald.
33. Geen vaartuig vastmeeren aan boomen,
lantaarnpalen, enz.
34. Zonder toestemming op 't ijs geene
planken neerleggen of stoelen, tafels, enz.
plaatsen.
35. Niet iemand dwingen voor 't gebruik
maken hiervan geld te betalen.
36. Geen vuilnis in de openbare wateren
of op 't ys werpen.
37. Ieder, die eene tapperij opricht of over
neemt, moet daarvan binnen 8 dagen kennis
geven aan 't hoofdbureau van politie.
38. Ieder, in eene tapperij aanwezig, moet
zich op de eerste vordering der politie daaruit
verwyderen.
39. Geen bordeel oprichten, zonder toestem
ming van B. en W.
40. Van 't oprichten of overnemen van eene
winkelzaak binnen 8 dagen kennisgeven aan
't hoofdbureau van politie.
41. Een uitdrager, enz., mag van geen
onbekend persoon koopen, dan in tegenwoor
digheid van twee getuigen, die dezen kennen.
42. Zonder vergunning van B. en W. mogen
geen varkens worden gehouden en na verbod
van dezen geen schapen, enz. of uitvliegend
pluimgedierte.
43. Geen vuil of stank verspreidende voor
werpen in slooten of wateren werpen.
44. Open goten, welke in de algemeene
riolen uitwateren, steeds schoonhouden.
45. Geen beer, mest, asch, of vuilnis op
straten of wegen brengen, voor 't signaal door
den bevoegden ophaler is gegeven dit niet
voor zichzelven vervoeren zonder vergunning
van B. en W. en geen beer of vischafval
vervoeren dan 's nachts.
46. Geene onderhandsche verloting houden
zonder vergunning van B. en W., noch zijne
woning daartoe leenen of eene zoodanige ver
loting aankondigen.
47. Geen muziek, dans, enz. geven, of een
gebouw daarvoor beschikbaar stellen, zonder
vergunning van den B.
48. De politie vrijen toegang verleenen tot
zoodanige gebouwen en die op vordering daar
van direct verlaten hetzelfde geldt ten opzichte
van tapperijen.
49. Geen vuur op straten of wegen plaatsen
of hierlangs vervoeren, anders dan in gesloten
toestellen.
50. Tusschen 15 Juni en 1 November geen
hooi lossen of opslaan, zonder daarvan min
stens één uur te voren kennis te geven aan
den commissaris van politie.
51. Geen hooibergen hooger beladen dan
7.5 M., ze niet plaatsen op korteren afstand
van elkaar of van gebouwen, enz., dan 40 M.
enze niet binnen de gebouwde kom der ge
meente plaatsen zonder vergunning van den B.
52. Geen metaal smelten of verhitten op
daken of steigers, zonder vergunning van
B. en W., of dit aldaar verwerken, anders
dan tusschen zonsop- en ondergang.
53. Geen stookplaats gebruiken zonder
schoorsteen.
54. Een schoorsteen, boven den nok van
een huis geplaatst, moet minstens 0.6 M. daar
boven, zijdelings van het dak minstens 1.2 M.
boven het hoogste punt van den uitgang van
't dak zijn opgetrokken.
55. Geen kachelpijpen voor schoorsteenen
gebruiken, zonder vergunning van B. en W.
56. Komen deze kachelpypen door een zolder,
muur, enz., in den schoorsteen, dan moeten
zy zyn omgeven door een dubbele metalen
bus of ring.
57. Binnen de kom der gemeente mogen
geene daken met riet worden bedekt of voor-
zij- of achtergevels van hout worden opge-
wEen verzoek, waarvan de inwilliging in mijn
macht ligt?"
z/Om u te dienen, mijnheer de graaf."
//Welnu, spreek dan, ik ben u volgaarne
van dienst.»
«Kort vóór het uitbreken van den oorlog
bevond gravin Natalie von Waldringen zich
met mejuffrouw uwe dochter in Breslau, ge
herinnert u dat zeker nog wel
z/Zeer zeker, de dames hebben daar eenige
weken gelogeerd.
»Ik had het geluk haar by een bevriende
familie te leeren kennen en kon aan de be
koorlijkheid van Sabine geen weerstand bieden.
Ik spreek openhartig met u, mynheer de graaf,
mijn liefde werd beantwoord, en alleen het
uitbreken van den oorlog verhinderde mij, hier
heen te snellen en u om de hand uwer dochter
te verzoeken. Ik heb den veldtocht medegemaakt
en ben als officier der huzaren teruggekeerd,
kort na myn terugkomst stierf myn oom, wiens
testament my rjjk maakte, en thans waag ik
het, om het verzuimde in te halen en in allen
vorm aanzoek te doen om de hand van gravin
Sabine."
Het voorhoofd van graaf Waldringen had
zich in rimpels saamgetrokken, op dit aanzoek
was hy niet voorbereid geweest.
»Ge komt te laat, mynheer Von Tiefenthal,"
antwoordde hy, «mijn dochter is reeds met
baron Werner von Eichenfels verloofd, het
spijt my zeer, uw verzoek te moeten afwyzen,
doch ge zult moeten toegeven, dat ik onder
de gegeven omstandigheden onmogelyk anders
handelen kan."
trokken, terwyl tot het eerste buiten de kom
der gemeente vergunning van den B. wordt
vereischt.
58. Eene hoeveelheid petroleum grooter dan
400 L. en eene hoeveelheid terpentijnolie groo
ter dan 100 Kg. mag niet anders worden be
waard dan in behoorlyk gemetselde, gelijk
vloers met de straat gelegen localen.
59. Behalve vergunning van den B., moet
iedere vervoerder van petroleum of terpentijn
olie zorgen, dat hij dit binnen 24 uur na aan
komst in de gemeente aan den geadresseerde
aflevert.
60. Zonder vergunning van den B. mag bij
brand binnen den afgezetten kring geen ster
ken drank verkocht worden.
61. Bij ontdekking van brand moet de politie
direct gewaarschuwd worden.
Bij brand moeten de bevelen der politie
terstond worden opgevolgd, mag niet binnen
den afgezetten kring worden gedrongen of
zonder vergunning der politie, goederen daar
buiten worden gebracht.
62. Geen water, afkomstig van perceelen,
mag over straten of wegen worden geloosd.
63. In of aan straten of wegen mogen geene
keldergaten of ingangen beneden den beganen
grond worden gemaaakt, vernieuwd of veran
derd, zonder vergunning van B. en W. Deze
openingen moeten van een behoorlyk hekwerk
worden voorzien, of worden gedekt door ijzeren
luiken, die opgeslagen zynde, een balie of hek
werk vormen.
HELDER, 17 Mei 1892.
Door den minister van waterstaat is
bepaald dat op de adreszijde van brief
kaarten, niet van 's Rykswege uitgegeven,
behalve het adres, niets anders mag voor
komen dan de gedrukte opschriften, gelijk
aan die der Rijks brief kaarten endenaam,
het beroep en de woonplaats van den af
zender. Andere gedrukte of geschreven aan
wijzingen, zoomedè wapens, fabrieksmer
ken, enz., zijn daarop niet toegelaten.
Voorts is ingetrokken de verbodsbepaling
omtrent de vermelding van den naam van
den afzender op de adreszijde der gedrukte
berichtkaarten.
Zij, die niet van Rijkswege uitgegeven
briefkaarten gebruiken, worden op boven
staande bepalingen attent gemaakt, daar
bij de minste afwijking de briefkaarten
eenvoudig niet besteld worden en aan de
afzenders zoo mogelyk worden terug
gezonden.
Den 1 Juni a.s. zal te Alkmaar gehou
den worden de jaarlijksche algemeene verga
dering der Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst. Op den avond van dien dag zal
in de zaal Harmonie een uitvoering gegeven
worden, waarop by welslagen, de afdeeling Alk
maar trots mag zyn. Niet alleen dat daartoe
de eerste solisten uit ons land zullen mede
werken, maar ook de instrumentale begeleiding
zal plaats hebben, door het beste orkest, dat
ons land kent. De leiding door den heer Paul
C. Koerman, den directeur der Zangvereeniging,
is ons een waarborg, dat ook het koor, voor
deze uitvoering belangrijk versterkt, het mo
gelijke zal doen, om het succes van de uit
voering te verhoogen.
Met het oog op bezoekers van den Helder
is de aanvang dier uitvoering bepaald op half-
acht, zoodat men van uit Alkmaar met den
laatsten trein, 11.02 (Amst. tijd; kan vertrekken.
De prys der toegangsbewijzen, voor niet-leden
f 1.49, is met het oog op deze belangrijke
uitvoering, matig gesteld. Tot het bekomen
van kaarten en plaatsbewijzen wende men zich
tot den heer Mr. J. Verdam, advocaat te Alk
maar. De kosten van een besproken plaats be
dragen f 0.25, (het tekstboekje inbegrepen.)
ffDan is gravin Sabine met een man ver
loofd, dien zy niet bemint, aan wiens zijde zij
niet gelukkig kan worden," zeide Reinhard
op een hoffelyken, maar toch hoogst ernstigen
toon, >ik weet, dat haar hart mij toebehoort.
uDit alles verandert niets aan het feit, 't
welk thans niet meer omgestooten kan worden."
wEen verloving kan weder verbroken wor
den."
wGy eischt dat, wyl ge het wenscht, maar
ge bedenkt daarby niet, dat mijn eer my ge
biedt, myn eenmaal gegeven woord gestand te
doen."
«Ge moogt het geluk van uw kind niet aan
uw eer ondergeschikt maken."
»Het geluk van mijn kindGelooft ge met
dit gezegde indruk op mij te kunnen maken
Sabine heeft haar verloofde het jawoord ge
geven, nu moet zij ook maar vereenigd met
hem door het leven gaan. Ik voor my zie niet
in, wat haar ongelukkig zou kunnen maken.
Wanneer ge vroeger gekomen waart, mynheer
Von Tiefenthal, dan zoudt ge me niet onge
negen gevonden hebben, om uw verzoek in
te willigen, altyd natuurlijk in de veronder
stelling, dat uwe omstandigheden mij een vol
doenden waarborg aanboden voor de toekomst
myner dochter, thans echter zult ge zelf inzien,
dat het te laat is, een man van eer moet zyn
eenmaal gegeven woord nakomen."
«Dan alleen niet, wanneer geldige redenen
hem dwingen, om liet terug te nemen.*
hWelke redenen antwoordde de graaf
norsch. «Ge wilt beweren, dht ik door het
gestanddoen van myn woord myn kind onge-
Men zie verder de advertentiën en aanplak
biljetten.
Voor 30 plaatsen aan de «Kweek
school voor de Zeevaart" te Amsterdam
hebben zich p. m. 230 personen aange
meld.
Voor den 17-jarigen Knudde, die
aan vrouw van der Laan in de Hemster-
huisstraat den 8 April jl. een messteek in
den buik heeft toegebracht, eischte het O.
M. bij de rechtbank te 's Hage een gevan
genisstraf van 2 jaren de hoogste straf,
welke volgens art. 300 van het wetboek
van strafrecht voor mishandeling zooda
nig wordt Knudde's daad gequalificeerd
mag worden opgelegd.
Betreffende den brand op een Keulsch
vaartuig op de rivier de Waal voorTiel,
meldt men, dat de vlammen, die voorop
uitbraken,zich in een oogwenk schrikbarend
uitbreidden over het geheele vaartuig. Al
leen kon eenig beddegoed uit het vooronder
gered worden. Men had daar in geen 3
weken vuur aangelegd, zoodat men ver
moedt, dat de ramp aan broeiing moet
worden toegeschreven.
De lading, die geheel in vlammen op
ging, bestond uit 424 balen katoen, 42
vaten smeerolie, 1500 zakken gerst en een
hoeveelheid stukgoederen.
De lading vertegenwoordigde een waarde
van ongeveer f 180.000.
Voor eenigen tyd werd gemeld, dat
iemand te Utrecht bij het eten van bief
stuk is gestikt, doordat hem een stukje
in de keel schoot.
De heer L. van Coevorden, gepension-
neerd officier van gezondheid te Utrecht,
geeft als zyn raeening te kennen, dat men
in zulke gevallen het best doet door met
de geheel in horizontalen toestand gehou
den hand, dus met de vingers uitgestrekt
en vast aaneengesloten, een krachtigen stoot
tegen het strottenhoofd of even daarbene
den te geven.
In drie gevallen is het hem gelukt op
die wijze den lijder verlichting aan te
brengen. In afwachting van den komst van
den geneesheer, zegt de heer Van Coevor
den, is deze handelwijze, die bij mislukken
van de eerste poging kan herhaald worden,
alleszins aan te bevelen en kan door ieder,
zonder vrees van nadeel te berokkenen,
worden aangewend.
Het volgende komisch schijnend,
maar inderdaad droevig verhaal gaf dezer
dagen het «Haagsche Dagblad*:
«Zy minden elkander reeds lang en slo
ten Vrij dagmorgen op 't stadhuis den
hechten huwelijksband. Terwyl bruid en
bruidegom van huis waren om zich voor
goed te doen vereenen, zouden de buren
bereidwillig als buren zyn groen en
bloemen aanbrengen aan de stoelen van
het echtpaar, en terwyl zij daarmede bezig
waren, proefden zij ook eens van het schie
dammer vocht, dat in twee flesschen
o weeldeop de tafel gereed stond, om
straks de gasten te laven bij 't gezang van
«Lang zullen zij leven.*
«Maar wat en wie er lang leefden, de
beide flesschen met vuurwater niet.
Groenmaken" brengt vanzelf in feeste
lijke stemming, en in Nederland is het nu
eenmaal gebruikelijk, een feestelijke stem
ming te verhoogen door 't gebruik van
schiedammer nat. Dus ging de f eestdrank
den weg van allen drank, en voor de
lukkig zou maken, doch deze reden kan ik,
by toeval, niet erkennen.
«Ik veronderstel hier het geval, dat de man,
aan wien ik mijn woord heb gegeven, eerloos
is, bén ik dan oog nog aan myn woord ge
bonden
«Mynheer Von Tiefenthalriep de graaf
toornig.
«Ik meen u myn aanklacht te kunnen be-
wyzen," ging Reinhard voort, «wees overigens
verzekerd, dat ik myzelven volkomen bewust
ben van de zwaarwichtige beteekenis dier aan
klacht. Dat baron Werner von Eichenfels zich
niet van eerlyke middelen bediend heeft, om
in het bezit te geraken van het erfgoed van
zijn oom, dit is aan geen den minsten twyfel
onderhevig, ik heb den brief gelezen, waarin
baron Egon van desertie beschuldigd wordt, dit
schryven is van het begin tot het einde een
onbeschaamde leugen en een vervalsching, wier
doel zelfs een blinde moet doorzien."
«Ge zegt dat met tamelijke zekerheid."
i/Omdat ik ook volkomen zeker van mijn
zaak ben, mijnheer de graaf."
«Ge zijt een vriend van baron Egon en
dit verklaart uwe beschuldiging,» anwoordde
schouderophalend graaf Waldringen, die zich
evenwel aan den indruk niet kon aantrekken,
dien do openhartige en vaste taal van Reinhard
op hem maakte.
«Dat ben ik, en ik ben ook trots op die
vriendschap, daar het my zeiven eeren moet,
dat ik mij den vriend van zulk een man mag
noemen. Maar ook al ware ik het niet, aan
de zyde van het recht zou ik toch steeds staan,
verbaasde blikken van het echtpaar, dat
wederkeerde van het stadhuis, vertoonden
zich de flessch'en ledig en de buren vol
zoeten wyns.
«Het voorhoofd van den man des huizes
rimpelde zich hy ontstak in toorn en uitte
dien. Moeder de vrouw vatte het geval
niet zoo ernstig opzy wilde manlief tot
bedaren brengen, maar abits klonktozyne
stem ook tegen haar!
Toen greep zij een bierglas, en sterk
door de toejuichingen der feestelijk gestemde
buren sloeg zij haar echtvriend een gat
in 't geliefde hoofd, juist éen uur nadat
het jaontsnapt was aan haar blozende
lippen
Gelukkig dat de zaak geen treurig einde
nam, want de wonde werd afgewasschen,
een pleister er op gelegd, de buren zorgden
uit schuldbesef en waaarachtig berouw
voor vulling van de flesschen, en ten
slotte weerklonk het «Lang zullen zy leven,
in gloria alsof er niets was gebeurd.
Aldus geschiedde anno 1892, Maandag
den 9en Mei te Breda.
De heeren J. Bouma en P. Drijver
te Texel hebben Vrijdag jl. acte bekomen
voor onderwijzer.
Amsterdam heeft een bezoek ont
vangen van een 44 Amerikaansche dames
en heeren, die een 144-daagsch rondreisje
door de oude wereld maken.
Den 20 Februari vertrok men met «La
Bourgogne* van New-York en kwam den
28e te Havre aan, waar een Luxe-trein
van de «Compagnie des wagons-lits* tot
ontvangst der reizigers gereed stond. Deze
trein, welke eveneens de rondreis door
Europa gemaakt heeft en Zondagochtend
het station Weesperpoort binnenliep, be
staat uit keuken, twee eetsalons, drie slaap
wagens, rooksalon en bagagewagen, welke
alle in gemeenschap met elkander staan.
Met dezen trein heeft men achtereen
volgens een bezoek gebracht aan Parijs, en
aan het zuiden van Frankrijk, aan Italië,
Zwitserland, Hongarije, Bulgarjje, Oosten
rijk en Duitschland, overal in de fraaiste
streken en schoonste steden een of meer
dagen verwijlende.
Een bijzondere reisgids met beschrijving
der te bezoeken landen en steden is ter
hand gesteld aan de deelnemers, die elk
f 1250 dollar bijdragen.
Burgerlijke Stand, gem. Helder,
Van af 12 tot en met 14 Mei.
Ondertrouwd J. C. Annyas, opperkonstabel»
en S. Bloemsma. J. van Otteren, schryver,
en D. Govers. R. Frankort, schilder, en M.
Wenneker. P. de Wyn, koopman, en W.
Schagen.
GetrouwdG. E. Kossen en C. M. Keet.
W. Brinkman en J. M. Limonard.
Bevallen T. EgbertsVermeulen, z. G.
van der ZeeKuiper, z. J. M. Gomes
Visser, z. E. W. SmitBrouwer, d.
OverledenM. Kuiper, wed. L. Schende-
laar, 66 j. J. M. van der Duijn, 6 m. B.
Boermeester, 89 j.
Gemeenteraad van Wieringen.
Vergadering vau 13 Mei 1892.
Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig zonder kennisgeving de heer J. Tijsen.
De vergadering wordt geopend, de Notulen worden na
voorlezing vastgesteld.
Alvorens tot de behandeling van zaken over te gaan,
wenscht de Voorzitter mede te deelcn om welke reden
het voorlezen der schriftelijke reclames tegen de gemeen
tebelasting hem niet altyd wenschelijk voorkomt. Die
mijnheer de graaf, en hier is alle recht aan
de zyde van Egon. Wanneer dat niet zoo ware,
waarom zou men dan die, Goddank, mislukte
poging tot moord op hem gedaan hebben
«Wat zegt ge daar?* riep de graaf ontsteld.
//Gy weet daar nog niets van, myn vriend
heeft het voor u geheim willen houden, wyl
hij vreesde, dat ge anders uw toekom stigen
schoonzoon kondet waarschuwen. Ik voor my
denk daar geheel anders over, gij, als man
van eer moet onze zijde kiezen, wanneer u
aangaande de eerloosheid van uw aanstaanden
schoonzoon de oogen geopend worden. Al moch
ten daardoor aan verwachtingen, den bodem
ingeslagen worden, die u dierbaar zyn gewor-
den, gy kont en moogt niet anders handelen.»
«Ge hebt gelijk en ik dank u voor deze
woorden," zeide graaf Waldringen en de hand
beefde zichtbaar, die hy Reinhard aanbood
«nu echter moet ge ook oprecht zyn, ik mag
zeker wel verlangen, dat ge me niets verzwygt.
Van een moordaanslag op baron Egon is my
niets bekend, alles, wat ik weet, bepaalt zich
daartoe, dat Werner zyn neef een vriendelyk
vergelyk aanbood, 't welk deze echter van de
hand wees."
.Een aalmoes bood hy hem aan, die Egon
niet aannemen mocht," antwoordde Reinhard
verontwaardigd. «Neen, ik wil u volstrekt
niets vezwijgen, alleen moet ik mij vooraf de
vraag veroorloven, of men ons hier niet kau
beluisteren
(Wordt vervolgd.)