JU
't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No 2015.
Woensdag 8 Juni 1892.
Twintigste Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
„ONTERFD".
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 42.
BureauSpoorstraat.
Telefoonn0. 36;
Abonnement
p. 3 maanden binn. de gem. 50 Cent, met Zondagsblad 80 Cent.
p. 3 maanden franco p. post 75 met Zondagsblad f 1,12*.
Afzonderlijke nummers2 Cent.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEBKHOUT Co., te Helder.
Bunaux: SPOORSTRAAT an ZUIDSTRAAT,
AdvortentlSn
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk
des
DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10
uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 7 Juni 1892.
Door het provinciaal bestuur van
Noord-Holland is bij enkele inschrijving
aanbesteed1. Het verbeteren van het
Wierhoofd, behoorende tot de werken der
rijks-zeehaven het Nieuwediep, in -de pro
vincie Noord-Holland (raming f 29,000)
minste inschrijver G. D. Van Doorn, te
Amsterdam, voor f 28,400.
De minister van marine brengt ter
kennis van belanghebbenden dat er gelegen
heid bestaat om een apotheker, bevoegd
volgens de wet van 1 Juni 1865 Stbl.
no. 59), te plaatsen als apotheker 2e kl.
bij de zeemacht (met den rang van luit.
ter zee 2e kl.), op een traktement van
f2000 'sjaars.
Aan hef hoofd-artikel, dat tot opschrift
heeft Voorzorg* en voorkomt in het jongat-
verschenen nummer van //De Nederlandsche
Politiegids", ontleenen wij de volgende rege
len.
«In een causerie over //Wereldsche Zaken,"
voorkomende in 't Zondagsblad van het N. v.
d. D., trok de volgende zinsnede onze bijzon
dere aandacht: Wy moeten meer geld be
steden aan onze binnenlandsche verdediging,
de politieEn niet alleen meer geld,
we moeten ook meer eerbied en hoogachting
hebben voor die verdedigers van het vaderland
we moeten zorgen, door betere bezoldiging en
verhooging van hunne maatschappelijke positie,
dat het een keurkorps wordt, waarbij het een
eer is te dienen en waarvan men met volko
men juistheid kan zeggen, dat het offiieren
en onderofficieren zijn der justitie."
De schrijver, de bekende auteur A. Weru-
méus Buning, geeft door deze regelen blijk,
een goed inzicht te hebben in het wezen der
politie, toont hare groote beteekenis te ken
nen in de tegenwoordige maatschappy en
weet blijkbaar wat zij, de politie, behoeft, om
hare zware taak naar behooren te vervullen.
«Geld, meer geld, voor de verdedigers van
het vaderland!" roept de schrijver uit, onder
den indruk mischien van de dynamiet-aansla-
gen der anarchisten, die de beschaafde wereld
met angst en ontzetting vervullen. Is dit in
derdaad zoo, dan mag de politie den dyuamiet-
mannen dank weten voor hun actief optreden.
Nauwelijks zijn de eerste helsche machines io
de nabij hei donzer grenzen in werking gebracht,
en hebben deze dood en verderf verspreid
onder donderend geknal of men is zoo
goed, zich de bijna vergeten politie te herin
neren, die, aan de listen en lagen van die
zijde 't meest blootgesteld, immers het aller
eerst te bedenken heeft, dat zy een Vaderland
heeft te verdedigen tegen een even verrader
lijk, als lafhartig en bloeddorstig anarchisten-
dom.
Er zhl een tijd komen en de gebeurte
nissen der jongste weken toonen aan, dat hij
niet verre meer is dat de politie opgewas
sen zal moeten zyn tegen de woelingen eener
■vulcanische' maatschappijdat het korps
machtig en krachtig genoeg is, zich met gezag
te doen gelden dat het voor den goedgezinden
burger inderdaad een bolwerk vormt zyner
vrijheden en een waarborg voor de veiligheid
van zyn persoon en zijn eigendom.
Bestuurderen van stad en land, laat het u
gezegd zijn nu het nog tijd iswijdt er uwe
aandacht aan, draagt zorg voor uwe politie,
en bereidt haar voor. op de taak, die haar in
de toekomst wacht. O, beschouw ze niet als
op zichzelf staande feiten, die gebeurtenissen
in 't buitenland, welke zooveel ontzetting heb
ben teweeg gebracht. Het anarchistendom is
sterker dan ge vermoedt, en't heeft
vertegenwoordigers in uwe onmiddellijke om
geving, die slechts op de gelegenheid wachten
of op het sein om zich te doen gelden. Vrees
is een slechte raadgeefster en tot overschat
ting hunner krachten willen we geenszins me
dewerken maar de geheurtenissen van don
dag spreken te duidelyk, om onderschatting
niet onverantwoordelijk te noemen.
Wordt in gewone omstandigheden reeds veel
van do politie gevergd, in de tyden die komen,
al nader en nader, met hun schrikwekkend
gevolg, zal 't korps te voldoen hebben aan de
strengste eischen.
Wee dan de plaats, waar de politie ver
waarloosd is. Van schade en schande zal zy
niet gevrijwaard blijven.»
Onder leiding van den burgemeester van
Katwijk aan Zee, den heer de Ridder, werd
Dinsdag in //Artis" de jaarvergadering gehou
den van de //Vereeniging tot Bevordering der
Nederlandsche Visscherij." In zijn openings
woord verklaarde de Voorzitter thans de be
zwaren der visschers tegen de plannen tot het
droogleggen der Zuiderzee niet aan de orde
te zullen stellen, doch vooralsnog een afwach
tende houding aan te nemen in de hoop, dat
de Afdeelingen langs de Zuiderzee deze zaak
zullen bespreken, opdat het Bestuur goed in
gelicht op de volgende vergadering besliste
adviezen zal kunnen aanbieden. Voor de in
1893 te Amsterdam te houden Internationale
Visscherij-Tentoonstelling was bij de Regeering
een subsidie van f 10.000 aangevraagd.
Verbetering in den vischafslag was nog niet
vorkregen, wat het hoofdbestuur voornamelijk
weet aan de lankmoedige tevredenheid van de
gemeente Amsterdam. De vyf aftredende hoofd
bestuurders, de heeren mr. Aberson te Den
Helder, dr. Van Lith de Jende te Leiden, mr.
Reekers te Amsterdam, Hoogenraad te Sehe-
veningen, Speelman te Pernis, werden herko
zen. Na een korte toelichting van het daartoe
strekkend voorstel, droeg de vergadering het
hoofdbestuur op, in overleg met het College
voor de Zeevisscherijen, pogingen aan te wen
den om de statuten der fondsen tot ondersteu
ning van de nagelaten betrekkingen van ver
ongelukte visschers te wyzigen en op te richten
een zelfde Nederlandsch fonds voor dergelijke
nagelaten betrekkingen voor geheel Nederland,
waarin alle bestaande fondsen worden opge
nomen. Een definitief voorstel zal in een vol
gende vergadering gedaan worden.
Een voorstel Scheveningen, tot aanvulling
van het tarief omtrent de op zee gevonden
netten, en van Katwijk omtrent de aanwijzing
aan den eigenaar van verloren en in zee drij
vende netten, kon de goedkeuring der verga
dering niet erlangen. Een volgend voorstel-
Scheveningen, om in geval van schade aan
schuit of netten die zooveel mogelijk door ar
biters te doen "beslechten, kon de vergadering
alleen in beginsel toejuichen, doch niet ver
bindend stellen.
De afdeeling Volendam wenscht bij de Re
geering aan te dringen op een wet, dat de
mazen van kuilnetten en fuiken bij het gebruik
in de Zuiderzee ten minste 18 millimeter wyd
moeten zijn. Conform dit voorstel werd beslo
ten. Als plaats voor de volgende vergadering
werd Amsterdam aangewezen.
(Tot onze bevreemding was geen afgevaar
digde van de afdeeling Helder aanwezig.)
Slaappoeder in het bier
Op 26 April jl. kwam een jonge man uit
een provincie-stadje in Amsterdam. Hij had er
eenige bezigheden te verrichten en was in het
bezit van een beurs die, voor zyn doen, wel
gevuld mocht heeten. In den avond kwam hij
in de Warmoesstraat, waar hy om halftien
kennis maakte met een reeds vroeger veroor
deeld persoon, Willem Akkermans gehceten.
Samen ging men naar een café, waar zich al
spoedig een //vriend" van Akkermans bij hen
aansloot en genoeglijk gebruikte men een paar
glazen bier. Een half uur later ging men we
der de straat op.
De jonge dorpeling was in een pleizierige
stemming en geenszins beschonken.
Op zeker oogenblik liet hij zijn stok vallen.
Hij bukte om dien op te rapen maar viel
terstond bewusteloos neder.
Den volgenden dag ontwaakt hy in
een hok van een karrenverhuurder in de St.
Annastraat
Hoe de bewusteloosheid is ontstaan valt niet
uit te maken. Maar de persoonlijkheid van
Willem Akkermans en zyn denkelijk
even braven vriend, maakt het lang niet on
waarschijnlijk, dat eenig slaappoeder in het
bier is gedaan.
't Ontwaken van den armen buitenman was
onaangenaam. Al zijn kleederen, zijn schoenen,
hoed, portemonnaie met geld, horloge en ket
ting waren verdwenen 1 Gelukkig dat hij on
middellijk de hulp van de politie inriep. Deze
vischte al spoedig uit, dat Willem Akkermans
met de kleêren naar Haarlem was gegaan en
ze daar gedeeltelyk had laten beleenen door
een //vriend".
De beleening leverde f 2, voor een demisaison
was f 1.50 ontvangen en 't beleen briefje werd
voor fl bij een tapper verkocht. Vermoedelijk
als aandenken aan den buitenman, had Akker
mans diens kousen niet verkocht maar wel
willend aan zijn voeteïi gedaan.
Horloge en beurs zijn niet teruggevonden.
Te 's Hertogenbosch is Donderdag uit
het kanaal de Zuidwillemsvaart, tusschen
sluis 0 en 1, levenloos opgehaald de schip
per Cornelis P., geboren te Delft, oud 48
jaar, en te 's Hertogenbosch woonachtig.
Den vorigen dag, toen hy in staat van
dronkenschap verkeerde,alsmede zynknecht,
had hy zyn schip losgemaakt om te gaan
varen en is by die gelegenheid over boord
geslagen en verdronken. Terwijl het on
geval gebeurde was de geheele schippers-
familie dronken de vrouw en de dochter
lagen dronken in de roef van het schip.
Door het O. M. bij de rechtbank te
Maastricht is een gevangenisstraf geëischt
van 4 maanden tegen eene vrouw uit Heer-
lerheide, die margarineboter, opgemaakt
in den vorm van natuurboter, op de markt
te Maastricht door andere vrouwen liet
verkoopen.
Aangezien de mogelijkheid in de toe
komst bestaat dat by iedere compagnie
van het wapen der infanterie een adjudant-
onderofficier en een tweede sergeant-majoor
zal worden aangesteld, zyn de verschillende
korpscommandanten door den minister van
Oorlog aangeschreven om geschikt kader,
by voorkeur de sergeanten bestemd voor
diendoend officier te velde, daarvoor op te
leiden, opdat te zyner tijd de te ontstane
vacatures ingenomen kunnen worden.
De vorige week is een ingezetene
van Scheveningen 't slachtoffer geworden
van een der meest beruchte kwartjesvin
ders, bijgenaamd »de scheele,« die door de
talrijke malen, dat hij met de politie reeds
in aanraking kwam, een zekere soort van
vermaardheid heeft verkregen. De Sche-
veninger kwam op de wandeling in kennis
met «dat heer,« in een café langs het
strand werd een potje bier gedronken, een
beetje gepraat over koetjes en kalfjes, een
partijtje kaart gespeeld, en weinig tijds
later was de Scheveninger door het kaart
spelen pl. m. f 120 minder rijk, met welke
som zijn Amsterdamsche speelmakker zich
natuurlijk zoo spoedig mogelijk uit de
voeten maakte.
Hr. Ms. schroefstoomschip De Rui
ter» is Zaterdag 7 Mei van zyn oefenings-
tocht te Cura9ao teruggekeerd.
De Rechtbank te Middelburg heeft
den stuurman der mailboot, die bij ongeluk
een der andere schepelingen doodschoot, tot
een maand hechtenis veroordeeld.
Onder de landloopers, die zich dezer
dagen by de politie aanmeldden met ver
zoek om naar een Rijkswerkinrichting te
worden opgezonden, bevond zich ook een
jongmensch van nette familie, dat in betrek
kelijk korten tijd te Amsterdam een kapi
taaltje van f 8000, hem bij erfenis ten
deel gevallen, had zoek gemaakt. Toen
zyn geld op was, wilde zyn familie, tot
wie hy zich toen wendde, niets meer van
hem weten, zoodat hem, daar hij geen
handwerk verstond, niets anders overbleef
dan zich als landlooper te laten opnemen.
New-York, 8 Juni. De schade, aan
gericht door de overstroomingen van de
Mississippi, de Missouri, de Arkansas, de
Tennessee, de Black-River, de White-River
en de Red-River enz. is voor de verschil
lende betrokken staten door het departe
ment van landbouw geschat. Men rekent,
dat in Missouri 500,000 hectaren graan,
vertegenwoordigende een waarde van
10,000 dollars, geheel zyn verwoest. De
schade, toegebracht aan de woningen, wordt
geschat op 1,000,000 d.
In Tennessee is voor 600,000 ds. aan
katoen verwoest en voor 100,000 ds. aan
tarwe.
In Arkansas bedraagt het verlies aan
graan 2.500.000 ds., in Mississippi
1,000,000, in Louisiana 5,000,000 en in
Kentucky 300,000 ds.
In deze cijfers is niet begrepen het ver
lies dat door den handel is geleden door
den stilstand van het verkeer en door de
spoorwegen,wegens dezelfde omstandigheid.
Praag, 8 Juni. Het aantal omgeko
menen by het ongeluk in de .mijn te Bir-
kenberg zou 400 bedragen, waaronder 5
leerlingen der mynschool.
Ingezonden.
Algemeen Kiesrecht.
'tWoord moet er uit: als voorstander van
algemeen kiesrecht betreur ik het, dat de kie
zers zoo weinig talryk ter stembus komen. Zy
geven daardoor voedsel aan 't geloof, dat door
behoudsmannen gepredikt wordt: de Neder
landsche Natie verlangt de grootst mogelijke
uitbreidiog van het kiezorskorps niet. Ik weet,
er zyn een aantal personen, door ziekte, door
afwezigheid uit de gemeente, door bezigheden
en door al te verren afstand verhinderd om
ter stemming te gaan, doch, naar mijne raee-
ning blyft een groot aantal weg niet anders
dan uit onverschilligheid. De overtuiging hier
van, versterkt door de dezer dagen alhier ge
houden verkiezing van twee leden der Prov.
Staten in ons hoofdkiesdistrict, deed my gry-
pen naar de in der tyd in deze Courant aan
gekondigde brochure, getiteld//Algemeen
kiesrecht, bekeken door den bril van een tegen
stander," uitgegeven door den heer Stadermann,
te Enkhuizen. Daarin lees ik o. a. «Waar is
de vermeende belangstelling in algemeen kies
recht Men stelt zelfs het betaalde kiesrecht
niet op prijs, al beweert menwat men niet
betaalt waardeert men niet. Men beroept zich
op het schoolverzuim, dat over het geheele
land juist het grootst is onder de kinderen
van ouders, die niets betalen. Zullen die ouders,
die kosteloos onderwys voor hunne kinderen
niet op prys stellen, kosteloos kiesrecht waar-
deeren Die dat beweert, verraadt gebrek aan
menschenkennis. De Nederlandsche Natie, waar
van men zoo hoog opgeeft, verlangt geen alge
meen kiesrecht, zoo ja, dan zou men in onze
dagen, nu men er voor betaaltdat recht meer
op prys stellen. Het Nederlandsche volk is nog
te onwetend. Multatuli heeft reeds voorlang
gezegd: .Het Nederlandsche volk kan niet
lezen," en nog is deze uitspraak waar. Kon
het volk lezen, dan zou het weten, dat het
reeds nü meer recht heeft dan het weet. Hoe
veel burgers in Nederland hebben voldoende
kennis van de Gemeentewet Men ontmoet
zelfs Raadsleden, die genoemde wet niet be-
hoorlyk kunnen lezen, d. i. lezen en verstaan.
Zelfs kwamen zy niet op de gedachte, die wet
te koopen en te bestudeeren."
Tot zoover den schryver der brochure, die
zich een eerlijken tegenstander van algemeen
kiesrecht betoont en het wapen ter bestryding
moedig hanteert. Toch blykt mij uit zyn ge
schrift, dat hij alleen daarom geen voorstan
der van algemeen kiesrecht is, omdat hy het
volk er nog niet rijp voor acht. En als ik zie,
hoe weinig belangstelling in de verkiezing voor
Regeerings-lichamen wordt betoond, hoe spaar
zaam de opkomst der kiezers is, dan 'k
moet het erkennen is er voor zijne meening
heel veel te zeggen. Ik geloof echter, dat als
men het volk, 't welk nu gezegd wordt achter
de kiezers te staan, in het kiezerskorps opneemt,
dat dan juist de thans wegblijvenden zich ter
stembus zullen spoeden, om voor hunne be
langen in de bres te springen. Door deze
meening geleid, blyf ik, ofschoon hulde doende
aan den schrijver van 't aangehaalde vlugschrift,
voorstander van algemeen kiesrecht.
H. 27 Mei '92. B>
Marine en Leger.
De kapt.-luit. ter zee C. Yreede, le officier
aan boord van Hr. Ms. sohroefstoomsohip „Van
Speijk," is op non-activiteit gesteld en wordt den
Nagelaten roman van
EWALD AUGUST KöNIG.
•En mij zeide hij, dat zijn kas leeg was,"
antwoordde Holter driftig. »Ik heb myn loon
geëischt terwijl hij mij naar Berlijn terug wilde
sturen, hij hield zich dus maar arm om mij
het geld te kunnen weigeren. Is dat recht en
billijk Heeft hij aan ons beiden niet alles te
danken
«Zekerbeaamde de kamerdienaar, //hadden
wij hem niet geholpen, dan leed hij nu honger.
Maar ik vraag je nogmaals, wat zullen wij
doen, om te maken, dat wy bezorgd zyn
«Wij moeten beiden ons loon vorderen en
dit mag geen bescheiden vordering zyn," ried
de houtvester met een boosaardigen blik, ;/ik
voor myn persoon tenminste wil nu ook wel
eens den grooten heer spelen
«En wanneer onze eisch afgewezen wordt
ffDat wordt hij stellig en zeker."
i/Zullen wij dan dreigen
//Daar zouden we niet veel verder mee ko
men, Jakob, de baron lacht om onze bedrei
gingen. Wat ons niet vry willig gegeven wordt,
dat moeten wij doodeenvoudig nemen, aldus
luidt mijne meening, wij zijn immers ten volle
gerechtigd tot dezen eisch."
»En dan
r/Wel, dan gaan we, waarheen het ons goed
dunkt."
.Men zal ons vervolgen!"
//Maak je maar niét bezorgd, de baron weet
wat hem te wachten staat, wanneer hij ons
voor het gerecht haalt."
«Je bent toch een aartsschelm, zeide de ka
merdienaar, terwijl zijn loerende blik rusteloos
door de kamer dwaalde. «Jij zoudt geloof ik
vriend en vijand voor een Jadasloon verraden."
.Zeg eens, heb jij dat dan soms ook niet
gedaan stoof Holter toornig op. .Heb jij
ook niet je eersten heer verraden
«Wyl ik baron Egon haatte, dat was dus
een geheel andere zaak."
«Zeg liever, omdat je wist, dat je hier kon-
det opmarcheeren zoodra baron Egon terug
keerde."
«Doe my als je belieft nu maar geen ver
wijten, want waarachtig, je bent geen haar
beter dan ik. Overigens blyven de redenen
dezelfden, wij vorderen het loon voor onze
diensten, iedere arbeider is zijn loon waard."
«Dat valt niet tegen te spreken, antwoordde
Jakob, doch ik moet over dat alles nog eens
rijpelijk nadenken. Gevaren zie ik voorshands
nog niet en als dief zou ik ook niet graag
de wereld intrekken."
«Om reden je je schaapjes al op het droge
hebt."
«Wie zegt je dat
«Kom, kom, zoo dom ben je ook niet, dat
je daarvoor niet gezorgd zou hebben," spotte
Holter.
«En als ik het deed, dan was het nog de
moeite niet waardantwoordde de kamer
dienaar gemelijk. «Goudstukken heeft het nog
nooit geregend."
Hij was by de laatste woorden op de teenen
naar do deur geslopen, die de bodenkamer met
de keuken verbond, haastig opende hij haar
en Resi, die dicht daar achter stond, deinsde
ontsteld terug.
«Heb ik je eindelyk eens betrapt, deerne I"
schreeuwde Jakob toornig. «Wie is hier nu de
luistervink en de spion
Resi had spoedig hare tegenwoordigheid van
geest herkregen, met een trotsch, verachtelijk
gelaat trad zy binnen.
«De baron wacht u," zeide zij tegen den
houtvester en trad toen naar de zware antieke
kast, die bijna den geheelen wand der kamer
besloeg en waaruit zij verschillende zaken be
gon te halen.
Holter wierp den kamerdienaar een waar
schuwenden blik toe en verwijderde zich, terwyl
Jakob naast de kamenier kwam staan.
.Wat voer je daar uit?"
«Ik neem er uit, wat mij toebehoort," ant
woordde Resi koel, «de baron heeft -mij uit
zijn dienst ontslagen, het strekt je waarlijk
tot eer, dat je dat hebt weten te bewerken."
«Dat lag volstrekt niet in mijn bedoeling
«Verdedig je maar niet, ik weet heel goed
hoe weinig het er bij jou op een leugen aan
komt."
«Ik lieg niet. Wanneer ik hier te bevelen
had, dan hield ik je hier net zoo lang op
water en brood, achter slot en grendel, totdat
je mak geworden waart."
Resi gaf hiorop geen antwoord, zij pakte
hare zaken bijeen en spoedde zich de kamer
uiteen half uur later verliet zij met een
pakje in de hand het kasteel.
Jochem stond in de voordeur der herberg,
toen hij zijn bruid met haastige schreden naar
zich toe zag komen hij ging haar te gemoet,
het pakje in hare hand, deed hem terstond
zien, wat er voorgevallen was.
Weggejaagd?" vroeg hij laconisch.
Wijl ik je niet wilde laten loopen," ant
woordde zij.
.Dat was braaf van je gehandeld."
«Maar wat nu?"
»Ben je soms bang, dat ik je in den steek
zou laten
.Neen, maar je hebt zelf niets en je heer
wil niets van me weten."
Hij hield hare hand vast in de zijne, zijn
trouwhartig gelaat vertoonde de uitdrukking
van kalme vastberadenheid.
«Kom maar met me mede," zeide hy, terwijl
hy hand aan hand met haar de trap opging.
«Ik wil je terstond bewyzen, dat ik myn woord
kan houden.'"
Resi aarzelde eenige seconden, toen hyAe
deur opende en haar blik op baron Egon viel,
die met een anderen, haar onbekenden heer
praatte, doch eindelyk trad zij onbevreesd
binnen.
.Mijn hooofd zal het mij toch niet kosten,'
dacht zij.
Hier is mijn bruid, ritmeester," nam Jochem
het woord, om mynentwil word zij wegge
jaagd, ik laat haar niet in den steek, dat heb
ik haar beloofd en een eerlijk man houdt zijn
woord."
«Waarom ben je ontslagen geworden, wenddo
Egon zich tegen het meisje, «spreek maar
zonder vrees, deze heer hier is myn vriend."
«Jakob heeft zich by zyn heer beklaagd,"
antwoordde Resi, .de baron liet mij bij zich
roepen en vroeg mij of ik met uw bediende
verloofd was. Ik beaamde dit en daarop beval
hy my, die verloving te verbreken en den
houtvester Holter te trouwen, en toen ik dit
weigerde, zeide hy my, dat ik myn boeltje
maar pakken en maken moest dat ik wegkwam,
om hem nimmermeer onder de oogen te komen."
«De houtvester is dus nog in dienst vroeg
Reinhard.
.Natuurlijk," knikte Resi, «hy was zoo oven
nog in het slot by den baron, doch ik geloof
niet, dat hij nog lang zal blijven."
«En waarop berust dat vermoeden vroeg
Egon.
De houtvester is ontevreden, hy stookt den
kamerdienaar op, hij zegt, dat het met baron
Werner wel eens leelijk kon afloopen, warneer
de waarheid aan den dag kwam.«
«Hoe weet je dat zoo vroeg de ritmeester
verwonderd.
.Beiden spraken er zoo even over, ik stond
achter de deur, want ik dacht wel, dat ik iets
hooren zou, wat voor u van belang was, en ik
waagde daarbij niets, want ik was toch al
ontslagen. De houtvester wil nu zijn loon eischen
en wanneer hij het niet krygt, dan zal de
baron bestolen worden. Jakob verzet er zich
nog wel tegen, doch angstig is hij ook al ge
worden, hy wil de zaak eens in overweging
nemen.« (Wordt vervolgd.)