't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Ho. 2101.
Woensdag 5 April 1893.
21ste Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
„DE ERFGENAME VAN
WINDECK."
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn0. 42.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn0. 36;
HELDER, 4 April 1893.
Een geheel verlaten visschersvaar
tuig, gemerkt P. R., is in de Noordzee
drijvende gevonden en onder het beheer
der strandvonder^ te IJmuiden gesteld.
Een leerling der H. B. S. te Gro
ningen is Woensdagavond op zeer nood
lottige wijze om het leven gekomen. Bezig
zjjnde in zijn kamer iets op te hangen,
plaatste hij twee stoelen op elkaar. Bij
het kantelen er van, viel de jongeling met
een der slapen op den kant van een ledi
kant, waarvan het ijzer in zjjn hoofd drong.
De ongelukkige werd levenloos door de
huisgenooten gevonden.
Te Os fNr.-Br.) werd Donderdagmid
dag op het Protestantsche kerkhof het lijk
van den vermoorden wachtmeester der
Kon. maréchaussee G. Hoekman ter aarde
besteld. Een groote schare van belangstel
lenden was daarbij tegenwoordig. De kist
was versierd met een prachtigen krans,
gezonden door majoor Prins, te 's Her
togenbosch, namens de le devisie.
Nadat de stoet, die samengesteld was uit
een afdeeling maréchaussee met den kapi
tein W. de Rooij en den lsten luitenant
Avelingh, uit den Gemeenteraad en uit
den Kerkeraad en notabelen van de Neder-
duitsche Hervormde gemeente, en een groot
aantal vrienden van den overledene met
de familie op het kerkhof was aangekomen,
sprak kapitein De Rooij een hoog ernstig
woord over de ontzettende misdaad, welke
gepleegd was en uitte de hoop dat dit af
schuwelijke feit niet verborgen zou blijven,
maar dat ieder zich zou beijveren den da
der op te sporen. Hij bood den krans aan,
namens de le divisie te 's Hertogenbosch,
met dankzegging aan de manschappen van
wege de familie.
Vervolgens sprak de predikant J. H. Tijl
een gevoelvol woord om de verdiensten
van den overledene in het licht te stellen
en de treurige tegenstelling te doen uit
komen van de stille week en het Paasch-
feest met het ontzettend feit, in den nacht
van Palmzondag gepleegd.
Nadat een lid van de familie bedankt
had, keerde men terug, onder den indruk
een braaf man aan den schoot der aarde
te hebben toevertrouwd.
Uit Kopenhagen wordt aan de»Frankf.
Ztg." gemeld, dat de bekende Zeitung, die
ook Amsterdam indertijd bezocht, aldaar
is aangekomen. Dinsdag arriveerde aldaar
uit Ghristiania een groote kist. Men hoorde
beweging in de kist, zij werd opengemaakt
eu de Weener ridder van de naald sprong
er uit.
Van Christiania af had hij de reis ge
maakt in de kist, die gedeeltelijk met hooi
gevuld en van levensmiddelen voorzien was.
Hg was zeer vroolgk en opgewekt, maar
hij moest toch, eer hg het station verla
ten mocht, het reisgeld van Christiania
naar Kopenhagen betalen. Zijn plan is om
zich in de Deensche hoofdstad te laten
kijken.
Het grootste blok steenkool, dat nog
ooit uitgehouwen werd, giug Dinsdag te
Liverpool scheep, bestemd voor de tentoon
stelling te Chicago. Het is afkomstig uit
de «Abratnmijn* te Wigan en weegt ruim
twaalf ton. Negen maanden was men bezig
om het uit te houwen.
Tevens werden eenige groote blokken
klipzout uit Cheshire verscheept. Zij zijn
tot figuren gebeiteld, voorstellende een koe
met melkster, Lot's huisvrouw, en de vrij
heidsgodin.
De .drie matrozen van het veronge
lukte Noorsche schip «Thekla,* die naar
men weet, te Cuxhaven gearresteerd en naar
Christiania uitgeleverd werden, zijn, zonder
dat een aanklacht tegen hen is gedaan, in
vrijheid gesteld. De reden hiervan lag in
de verklaring van geneeskundige zijde, dat
er niet aan te twijfelen was, dat de drie
mannen gedurende de 13 dagen, die zij op
zee rondzwalkten, niets hebben gedronken
dan zeewater en dat zij ter prooi waren
aan den nijpendsten honger, toen zjj de daad
der slachting van hun kameraad, den Hol
lander, volbrachten.
De matrozen werden tijdens hun gevan
genschap in Noorwegen zeer goed verpleegd
en van veel zijden werd geld voor hen in-
Toen zg hun vrijheid hadden gekregen,
werd hun de vraag gesteld, of zg zich
weder aan het zeemansberoep zouden wij
den, en het antwoord was een beslist »ja.
Zg hadden, meenden zg, niets gedaan wat
niet andere zeelieden onder gelijke om
standigheden hoogst waarschijnlijk evenzeer
zouden gedaan hebben.
Het ambtelijk onderzoek betreffende
het vergaan van het Engelsche stoomschip
«Trinacria," (7 Febr. bij Kaap Villano in
de golf van Biscaye) heeft tot de uitspraak
geleid, dat het verongelukken van dat
schip voornamelijk te wijten is aan het
te zwakke licht van den vuurtoren op
Kaap Villano, en voorts aan de oostelijke
stroom ing daar ter plaatste, welke de
«Trinacria" uit den koers bracht.
Volgens de verklaringen van ervaren
zeelieden, die gehoord werden, is het kust
licht van Kaap Villano eer een gevaar
dan tot hulp voor de zeelieden, omdat zijn
zwak schijnsel hen in de war brengt. Het
zou wenschelgk zijn, dat het spoedig door
een vuurtoren eerste klasse, met electrisch
licht, vervangen werd.
Te Hamburg is een werkstaking
uitgebroken onder de stokers, welke zich
steeds uitbreidt. Nu ook hebben alle sto
kers der «Augusta Victoria" het schip ver
laten en zich bij de werkstakers aange
sloten.
Een ondernemend inwoner van To-
ronto, Charles L. Taylor, heeft het plan
gevormd, de reis van Europa naar Amerika
aanmerkelijk te bekorten en wel door een
rechtstreeksche stoomvaartlijn van Liver
pool naar Newfoundland een weg welke
1000 mijlen korter is dan die welke de
stoomschepen nu volgen. Zoo kan men in
drie dagen de reis over den Oceaan doen
en door een nieuwe spoorwegverbinding
van Newfoundland met den Boston en
Maine-spoorweg zouden reizigers vijf dagen
na hun vertrek te Chicago kunnen zijn.
In Peking heerschte dezen winter een
zoo groote droogte, dat de keizer van China,
benevens de prinsen en het geheele volk den
goden om sneeuw smeekten. En ziedaar
de lucht betrok, de sneeuw begon te val
len. De keizer heeft besloten dat hij en zgn
huis den goden zullen danken hij hoopte
dat ook later de wenschen van het volk
vervuld mochten worden en de hemel nog
een rijken neerslag zou geven.
Het toppunt van protectionismeDe
Amerikanen passen de Mc. Kinley-wet zoo
nauwgezet toe, dat zij zelfs invoerrecht
heffen van meteoorsteenen
Een brievenbesteller uit de omstreken
van San Francisco vond in zgn tuin een
ijzerhoudenden meteoorsteen en vertelde dit
zijnen huurlieden, die allen toesnelden om
den steen van nabij te zien. Daar verscheen
echter een ambtenaar van de schatkist en
de brievenbesteller werd gevangen gezet op
beschuldiging, dat hg ijzer in de Vereenigde
Staten had gesmokkeld, zonder de invoer
rechten, daarop gesteld, betaald te hebben.
Van blgdschap gestorven is dezer
dagen een brave mijnwerker te Dampremy.
Zgn vrouw, die hem al drie dochtertjes
geschonken had, was van een jongen be
vallen, en de man, die al zoo lang naar
een zoon had verlangd, was zoo opgewon
den big over dat feit, dat hg een beroerte
kreeg en binnen weinige oogenblikken
stierf.
In de >N. IJselb.» wordt verhaald
van een Engelschen industrieel, Priestley
genaamd, die, gekrenkt door de onver
dien/ie beschuldiging, dat hij een uitzuiger
van zijn volk zou zijn, dat hij zich ver
rijkte ten koste van het zweet en bloed
zijner werklieden, ten laatste, strgdensmoe,
zich tot het syndicaat der Trade-Unionis-
ten wendde met het voorstel
»Ik stel om niet ter beschikking van
mijn werklieden een mijner meest bloeiende
fabrieken, en tevens een bedrag van
f 60,000 om die naar behooren en met
vrucht te kunnen drijven. Tegen dezen vol
komen afstand stel ik geen ander voor
behoud dan dat de fabriek ingericht en ge
dreven zal worden volgens de beginselen
en de Statuten der Trade-Unions. Kunnen
nu de directeuren, door de werklieden zei
ven gekozen, tegen het einde van het jaar
1893 door behoorlijke bewijzen staven, dat
de werklieden een hooger bedrag aan loon
bekomen hebben, dan dat hetwelk ik hun
tegenwoordig uitkeer en dat de fabriek
bloeit en vooruitgaat, dan verbind ik mg
bij notarieele akte, om aan mgn werk
volk mijn fabriek voor altijd en voorgoed
af te staan en niets te eischen dan een
rente van 3 pCt. van mgn geleend geld.
Het voorstel werd niet aangenomen.
Is dan eindelijk het vraagstuk opge
lost de mensch zal kunnen vliegen
Professor S. P. Langley te Chicago, se
cretaris van het Smithsonian Institute*
beweert althans dat hij een vliegmachine
heeft vervaardigd, waarmede spoedig proe
ven genomen zullen worden. Evenals het
vorige luchtvaartuig, is ook dit lang en
smalals materiaal is gebezigd aluminium,
staal en koper, de vleugels zijn van zijde.
De machines, die de beweegkracht zullen
geven aan een dubbele schroef, wegen 60
onsen en hebben een vermogen van 1 paar-
dekracht. Er zijn vier stoomketels, die ieder
iets meer dan 7 pond wegen, zij worden
met een zeer vluchtige koolwaterstof ge
voed. Er zal met gazoline gestookt worden.
Het Engelsche schip Templemore,
van San Francisco naar Queenstown, is den
3den Maart ten noorden van de Falklands-
eilanden tusschen ijsbergen bekneld geraakt
en vergaan. De opvarenden redden zich in
booten, en werden na vijf dagen door een
schip opgenomen.
Vóór eenige maanden deed een jon
geling van Belgische herkomst, ongeveer
twintig jaar oud, die zich Prins de C. noemde
zich voorstellen aan den heer L. te Parijs
en verzocht hem 15000 fr. ter leen. De
jonge prins, die nabg het Luxembourg
woonde, leidde een weelderig leven. L.
stemde toe op voorwaarde van goede waar
borgen.
De prins nam den ouden man mede naar
België, leidde hem van kasteel naar bos-
schen en van de eene pachthoeve naar de
anderein één woord de rentenier was
verblind door al dien rijkdom en hij opende
zooveel te gewilliger de beurs, daar een
bloedverwant van den prins, een hertog,
een eerste leening van 6000 fr. waarborgde.
Vóór eenige dagen moest die som nu te
rugbetaald worden. Op zekeren morgen
ontving L. een bezoek van den hertog.
Hij wist niet wat te doen om zijn edelen
bezoeker alle soort van beleefdheden te
bewijzen, ging naar zgn brandkast, haalde
de papieren door den jongen prins onder
teekend, en legde ze den bezoeker voor.
Terwijl de hertog ze nazag, haalde hg
een fleschje uit den zak, dat hg onder den
neus van den ouden man stak, die terstond
achterover viel.
Zgn bedwelming duurde 20 minuten.
Toen L. bijkwam was de hertog verdwenen.
De schuldeischer ging terstond naar den
prins, maar deze was geheel onbekend aan
het opgegeven adres.
Ingezonden.
HERHALINGS-ONDERWIJS.
In het Algemeen Handelsblad" van 30
Maart 11., No. 20060, kwam een verslag voor
van de dezer dagen gehouden vergadering der
afdeeling //Volksonderwijs" II te 's Gravenhage.
Da inhoud van dit verslag trok mjjne aan
dacht het gaf mij eene vergelijking aan de
hand van het herhalinga-onderwjjs in de resi
dentie en hier ter plaatse, eene vergelijking
zeer ten gunste van de plaats onzer inwoning.
Bij de opening der vergadering, waarvan
het verslag wordt medegedeeld, deelde de
voorzitter, de heer jhr. mr. Engelen mede,
dat de minder goedef resultaten van de her-
halingschool waren toe te schrijven aan de
mindere bekendheid met de inrichting. Daar
om was de heer D. Kanon, directeur van een
der herhalingsscholen in den Haag uitgenoodigd
de bespreking van dezen avond in te leiden.
De genoemde spreker herinnerde aan het tot
stand komen der bepalingen omtrent het her-
halingsonderwijs in de schoolwet van 1878 en
aan het doel dat daarmede werd beoogdhet
geven van gelegenheid aan de kinderen om
het geleerde te onderhouden, te bevestigen en
te versterken. De reden, dat het herhalings-
onderwijs niet in bloeienden staat verkeert,
schreef spreker toe aan de omstandigheid, dat
de wet dat onderwijs niet verplicht steltver
der aan gebrek aan belangstelling bij autori
teiten en publiek, en eindeljjk aan de inrich
ting van 't herhalings-onderwijs, dat niet prac-
tisch genoeg is. Spreker klaagde over het wei
nige gebruik, dat te 's Gravenhage van dat
onderricht gemaakt wordt en merkte op, dat,
wanneer 't plan van 't Nederl. Onderw. Go-
nootschap omtrent verplicht onderwijs ook voor
de herhalingsscholen met een 3-jarigen cursus
doorging, dan in de rosidentie niet minder
dan 5000 leerlingen daaraan zouden moeten
deelnemen. Vervolgens werd door spreker ge
klaagd over zeer belangrijk schoolverzuim,
over gebrek aan belangstelling bij ouders en
werkgevers en hoopte hjj ten slotte, dat de
vereeniging «Volksonderwijs" de onverschillig
heid in deze mocht doen verdwijnen.
Zonder nu eigen roem-te verkondigen,
zonder bluffen, dat het herhalings-onderwijs
hier der volkomenheid nabij is gekomen, mag
steller dezes, eenigszins met den toestand alhier
bekend, toch wel er op wijzen, dat bedoeld
onderwijs hier gunstig bij dat te 's Graven
hage afsteekt. De belangstelling in 't herha-
lingsonderwjjs is hier niet gering. In 't mid
den van den cursus wordt de school door meer
dan 200 leerlingen, waarvan 140 meisjes, be
zocht. In de eerste en in de laatste maand
Augustus en April is 't aantal minder, ten
gevolge van de bezigheden, als bij lange dagen
de werkzaamheden het schoolbezoek niet toe
laten. Er wordt, blijkbaar met vrucht, onder
wijs gegeven in: lezen, schrijven, Ned. taai-
rekenen, aardrijkskunde en voor de meisjes
bovendien.in DUttige handwerken. De lesuren
zijn voor de jongens 's avonds van 79; voor
de meisjes van 5-^7£, voor allen vier avon
den per week. Het personeel bestaat uit 7 on
derwijzers en 3 onderwijzeressen.
Met veel ambitie wordt in den regel door
de jongelieden van de gelegenheid om het vroe
ger geleerde te horhalen en uit te breiden ge
bruik gemaakt. En, zonder dat er verplichting
bestaat, om deze school te bezoeken, beseffen
BEWERKT DOOR AM O.
<x?
arMisschien heeft u wel gelijk, mijnheer Vo
gel," antwoordde de jonge man met een wee
moedig lachje.
«Bah, alles zou spoedig veranderen als uw
kleeding en voorkomen wat opgeknapt werden.
Als u bijvoorbeeld tienduizend gulden had
«Tien dnizend galden," mompelde de jonge
man.
Ja, en die kunt ge gemakkelijk verdie
nen door uw bekwaamheid.'
De jonge man keek somber voor zich, alsof
hg plotseling aan iets onaangenaams herinnerd
werd.
//Als u eerst een klein vermogen heeft, vindt
u gemakkelijk een nette betrekking, die u een
beter inkomen verschaft. Dan wordt ge agent
in assurantiën of zoo iets, ge woont niet op
een zolderkamertje, maar in een vriendelijke
woning en ge zjjt dan een goede partjj voor
een burgerdochter uit Wahring. Ge draagt
dan mooie kleeren, een warmen paletot met
pelskraag, laat u door een dokter behandelen
zoodat de roode randen om uw oogen verdwij
nen en laat uw haar door een friseur in orde
brengen, als ge Mooi-Eefje een bezoek wilt
brengen. Wel, denkt ge niet dat dit zou hel
pen Maar hier zijn we bjj juffrouw Pinker;
bg een glas grog kannen wg daar wel op ons
gemak verder over praten.»
Zij stonden voor een oud smerig huis met
twee verdiepingen. Gelijkvloers waren de ven
stors afgesloten door roode gordijnen, zoodat
men niet naar binnen kon zien.
ZESDE HOOFDSTUK.
Zooals het uiterlijk van het hnis was, zoo
was het ook van binnen. Zg liepen een sme-
rigen gang door, traden een kleine kamer
binnen, waar een billard stond en kwamen
toen in een grootere kamer, waar juffrouw
Pinker in het buffet zat. Deze dame hield nauw
keurig aanteekening van alles wat aan de
gasten werd gebracht en begroette iederen
binnenkomende met een vluchtig knikje.
Met de politie stond de waardin van dit
nachthuis op een goeden voet. De nachtwacht
kreeg geregeld een glaasje van haar en kwam
een geheim politieagent haar inrichting be
zoeken, dan gaf ze zich meermalen de moeite
om een lekkeren grog voor hem gereed te ma
ken. De meeste bezoekers waren verloopen
lui, die liefst hun middel van bestaan verzwe
gen. Geen wonder dus, dat de twee biunentre-
denden door de aanwezige meisjes van pleizier
beschouwd werden, als heeren, die toevallig
verkeerd terechtgekomen waren. Thans nu het
gaslicht op zijn gelaat valt, kunnen wg in
mijnheer Vogel slechts met moeite den beval-
ligen vriend der schoone Minona herkennen.
Laten wg nu even zgn metgezel wat nader
bezien. Jeremias Knablein, is een Jonkman
van omstreeks zes-en-twintig jaar, lang en
tenger van gestalte. Hg heeft helder blauwe
oogen, waarvan de randen rood en ontstoken
zgn. Op zgn ingevallen wangen ziet men een
dun leeljjk rossig baardje. Geheel zijn kleeding
is schamel en versleten.
«Op het welzijn van Mooi-Eefjebegon
mijnheer Vogel, terwijl hg met zijn glas tegen
dat van Jeremias stiet. «Ik ken het lieve kind
niet, maar van avond heb ik gezien, dat ze een
mooi fignur heeft." Ah propos, wilt ge een
sigaar opsteken
Dank u, mjjnheer Vogel, ik rook niet;
weet u."
«Ah ja, om redenen van gezondheid.
Maar, juist als u in betere omstan
digheden verkeerde.»
Die zgn nog ver te zoeken, mijnheer Vogel
»Toch niet I Als u het voorstel aanneemt,
dat ik van plan ben u te doen, dat hebt ge
binnen drie dagen een sommetje van vijfdui
zend gulden in den zak.
Vjjf duizend gulden vroeg Jeremias ver
baasd.
duizend gul
heeft overgespaard in den tijd dat wij zaken
met elkaar doen.»
Het gelaat van Jeremias betrokzonder
mijnheer Vogel aan te zien, zeide hg.
«Het is waar, ik heb iets bespaard, maar
ik heb geen genoegen aan dat geld, omdat.
z/Nn, omdat
«Omdat het niet op eerljjke wjjze verdiend
is.«
Heer Vogel had intusschen zgn sigaar aan
gestoken en blies een paar rookwolken voor
zich heen.
z/Ge zijt toch een merkwaardig mensch,
mijnheer Knablein,* begon hg na een poos.
«Wat waart ge toen ik u leerde kennen Een
arme schrjjver bg een advocaat met een
inkomen van vgf-en-twintig galden per maand.
Ik heb in u een talent ontdekt om bandschriften
nauwkeurig te kunnen namaken. Dat is een
kunst die even zeldzaam is als de knnst van
een groot schilder, en ze kan u veel opbrengen.
Ge bobt in uw handen een kapitaal, dat bij
een goed gebruik groote winsten kan afwerpen.*
«Het is waar, ik had het toen slecht
veel slechter dan nu ik voor u werk, maar...
ik Bliep toen goed, mgnheer Vogel, en nu slaap
ik slecht zeer slecht.i
«Waarom dan toch
//Omdat ik altgd in angst verkeer. Dikwijls
spring ik uit mijn slaap op en dan is het pre
cies, of ik de politie de trap hoor beklimmen.o
«Ge zijt een dwaas, mijnheer Knabloin
Neem me niet kwaljjk, ge zijt werkelijk een
dwaas. Wat gaat u de politie aan Heb ik
niet alles op mgn verantwoording genomen
Heb ik u niet op eerewoord beloofd, dat nw
naam nooit zal genoemd worden Wat gaat
u dan de politie aan
«Ziet u, mgnheer Vogel, toen u me in den
beginne die papieren liet namaken, dacht ik
er niet veel bij, want ik wist niet waartoe
ze dienen moesten en daar u mij goed be
taalde, was ik verheugd, dat ik nu betere ver
diensten had. Maar sedert ik de namen op
die wissels moest zetten
wGe zijt een dwaas, mgnheer Knablein, en
ge zijt bang ook. Heb ik u niet gezegd, dat
ik altijd naar Berlijn of Parijs ga, om die
wissels uit te geven Komt alles niet voor
mijn rekening, als de zaak aan het licht mocht
komen En denkt ge dan dat ik me zoo ge-
makkelgk laat vatten Maar goed, als ik
nu eens gevat werd, want belang zou ik er
dan bg hebben u op de bank der beschuldig
den te brengen Neen, neen, ge moet die angst
op zg zetten.*
U heeft gelijk, mijnheer Vogel, maar
toch
z/Kom, ge hebt een hazenhart en meent
overal politie te zien,* viel mgnheer Vogel in.
«Hé, Marie, breng mijnheer nog een glas
Weldra dampte de heete grog voor hen op
de tafel en mgnheer Vogel begon weer«Om
u gerust te stellen kan ik u mededeelen, dat
ik in den laatsteu tjjd het plan heb opgevat
een deugdzaam leven te beginnen. Laten wij
daar eens op drinken Misschien trouw ik wel
op denzelfden dag, dat u Mooi-Eejje naar het
altaar voert. Maar om deugdzaam te zjjn en
geen honger te lijden moet men geld hebben
en dit zullen wij ons door een laatsten coup
zien te verschaffen.»
Jeremias keek hem eenigszins verwonderd
arn, toen deze de sigaar uit den mond nam
en uit zijn jas een geschrift te voorschijn
haalde.
«Wees zoo goed dit eens te lezen, sprak
mijnheer Vogel, en toen Jeremias het haastig
had ingezien, vroeg hij: »Wat is dat?"
«Het schijns wel een testament."
«Het is tenminste een uiterste wilsbeschik
king, al is de vorm wat ongewoon. Kunt ge
de onderteekening lezen
rMichaël, graaf Czerny.*
Juist 1 En wat is dit
«Dat schjjnt schrjjven van uw hand te zgn,
mjjbeer Vogel.»
«Goed gezienEn dit bevat ook een uiter
ste wilsbeschikking, met de onderteekening
van graaf Czerny. Begrijpt ge mg nu?»
«Neen!*
•Nu, dan zal ik het u zeggen. Schrjjf dit
over, maar precies alsof graaf Czerny deze
wilsbeschikking eigenhandig had geschreven,
zoodat ieder er op zou zweren, dat het zjjn
handschrift is. Van de persoon, die daaruit
voordeel trekt, krijgt ge een belooning van
vijfduizend gulden in contanten uitbetaald.*
z/Vijf duizend gulden," herhaalde Jeremias,
terwijl zjjn wangen gloeiend rood werden bjj
dit voorstel. «Maar mijnheer Vogel
dat ia de vervalsching van een testament."
«Zoo iets, ja, maar wat gaat n dat aan
Gij vervalscht het testament niet, dat doe ik.
In een verkeerden bui heeft de oude zwakhoofd
zjjn jonge vrouw zoo goed als onterfd zou
zij nu daarvoor moeten door een leven lang
van ontbering? Het is niets dan herstelling
van een onrecht, dat wjj
Mijnheer Vogel bleef opeens in zijn woorden
stekenzijn blik had dien ontmoet van oen
man, die hem scherp in het oog hield. Tevo
ren had die man verder af in een hoek do
courant zitten lezen, maar langzaam aan was
hjj dichter bijgeschoven en scheen aandachtig
te luisteren achter zjjn courant. Hjj vervolgde
daarom het gesprek op fluisterenden toon en
zeide
wHet is do laatste zaak. die wjj onderne
men, mjjn waarde. Ge kunt u dan terugtrek
ken, een winkel beginnen of een goede be
trekking zoeken. Hoeveel tjjd hebt ge noodig
om het werk te doen
«Vier en twintig uren."
«Goed. Als ge morgen de uiterste wilsbe
schikking in dezen vorm bjj mij brengt, betaal
ik u vjjfdnizend gulden. Neemt ge het aan
De jonge man keek in gedachten verdiept
voor zich, doch dit duurde niet lang. De groote
som, die hem werd aangeboden, overwon alle
bedenkingen. Vijfduizend gulden! Hot was
een schurkenstreek, maar met dit geld kon hjj
een gelukkig mensch worden. Hij dacht aan
Mooi-Eefje en als hij die eeDs kon krjjgen
(Wordt vervolgd.)