't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL
its en 1
Ho. 2133.
Woensdag 26 Juli 1808
21ste Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn0. 42.
Bureau: Spoorstraat.
Tel efcenn. 36.
Abonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per post 75 idem fl.12'
id. voor het Buitenland f 1.25, idem f2.00
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Buruux: SPOORSTRAAT en ZUID8TRAAT.
Advertentien
van 1 tot 5 regel*25 Cent*
Elke regel meer5
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 25 Juli 1893.
Vrijdag zijn op het koepelfort >de
Harssens alhier schietoefeningen gehouden
met het zware geschut, waarmede het fort
is bewapend. Er werdeu 10 schoten ge
lost, waarvan 4 op vast doel en 6 op een
bewegende, door een sleepboot in zee voort
gesleept wordende schijf. De schoten op
vast doel waren alle treffers, terwijl van
die, welke op de schjjf werden afgezonden,
1 doel trof.
De dreuning, door het schieten veroor
zaakt, bracht ditmaal in de gemeente bijna
geen schade aan. Slechts enkele glasrui
ten werden er door verbrijzeld.
Door het provinciaal bestuur van
Noord-Holland' is bg enkele inschrijving
aanbesteed Het uitvoeren van baggerwerk
in de Rijks-zeehaven xhet Nieawediepc
tu8schen de peilraaien VII en X. Minste
inschrijver de heer G. D. van Doom, te
Amsterdam, voor 96 cent per meter.
Ter vervanging van den kapt. W. A.
Sodenkamp, is aan den Schout-bij-Naeht,
Commandant in de stelling van den Helder
toegevoegd de kapt. van den Generalen
Staf A. R. Ophorst.
De kapt. H. F. van Gennep, van het
4de regiment vesting-artillerie, alhier in
garnizoen, is overgeplaatst bij het 2de re
giment van dat wapen te Naarden.
Heden is de Tweede Kamer bijeen
gekomen ter behandeling der bij haar aan
hangige wetsontwerpen
a. tot regeling van de kiesbevoegdheid
voor de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal en voor de Provinciale Staten
b. tot regeling van de uitoefening van
het kiesrecht voor heide genoemde Colle-
giën en
e. tot regeling van de benoeming en van
de aftreding der afgevaardigden ter Eerste
en Tweede Kamer der Staten-Generaal.
In de vorige week is te's Graven-
hage in 64-jarigen ouderdom overleden de
gepensionneerde kapt.-luit. ter zee D. A.
Coornans de Ruiter. De overledene werd
op 1 October 1849 benoemd tot adelborst
l8te kl. bij de Marine, werd den 1 Januari
1852 tot luit. ter zee 2de, en den lsten
November 1860 tot luit. ter zee lste kl.
bevorderd. Op 1 Augustus 1872 verwierf
hij den rang van kapt.-luit. ter zee, waarna
hij in April 1875 den zeedienst met pen
sioen verliet.
Men meldt uit Zaandam
In den nacht van Donderdag op Vrij-
dag zgn uit de weide van Herm. Schoen,
alhier, twee koeien gestolen. Het mocht
de politie, in den persoon van den hoofd
agent N. J. Hegkoop, gelukken den dader,
den veehandelaar J. B. alhier, spoedig op
te sporen. Na de koeien op de markt te
Leiden voor f 230 verkocht en een jongen
stier voor f 35 ingekocht te hebben, werd
hij te Haarlem gearresteerd en geboeid naar
hier overgebracht, nog in het bezit van
f 192.60.
Te Deventer is bij onderzoek geble
ken, dat het jongentje, dat dezer dagen
bg het varen met een bootje is verdron
ken, het slachtoffer is geworden van ver
regaande baldadigheid van eenige straat
jongens. Hij en zgn oudere broeder waren
ieder met een boot op den IJsel gaan
roeien. Terugkomende, hadden zjj hunne
booten vastgesteld, elk aan den kant van
een krib nabij het station van de tram.
Alvorens naar huis te gaan, wilde de oud
ste broeder nog even gaan zwemmen in
den IJssel, terwijl de jongste, die niet
zwemmen kon, in zijne boot op hem zon
wachten. De jongste werd door eenige
straatjongens met steenen in de boot ge
worpen en zoodanig getroffen, dat hg be
wusteloos achterover viel en in het water
terecht kwam.
Toen zgn oudere broeder terugkwam,
dacht hij dat zijn broertje vooruit was naar
huis gegaan, omdat de boot verlaten was.
Toen hg in den loop van den avond niet
thuis kwam, begon men zich ongerust te
makenden volgenden morgen werd het
lijk gevonden op de plaats, waar de boot
gelegen had.
De politie heeft de daders reeds opge
spoord.
Men schrijft aan de „N. Rott. Ct.«
In het najaar van 1892 kocht een geacht
ingezetene van een aanzienlijke plaats in
Friesland van eenen schipper 10 korf aardap
pelen, die hg onder in zgn kelder liet bren
gen, terwgl daar nog 15 korf van een anderen
schipper werden bg gevoegd. Aldus werden de
eerstgekochte het laatst gegeten, en waren de
laatstgekochte 15 korf het eerst aan de beurt-
Nu had de schipper, die eertyds tien
korf leverde, gezegd, dat de boer, van wien
hij zijne aardappelen had gekocht, ook be
sproeide had, maar dat de menschen daarop
niet gesteld waren. Intusschen kon de kooper
geru.-t zgn, dat de door hem (schipper) ge
leverde, niet besproeid waren.
Hoe dit zij, de bewuste aardappelen broei
den ontzaglijk en verspreidden, toen ze lang
zamerhand onder de later geleverde voor den
dag kwamen, eene onaangename lucht. Later
vond men wel eenen vinger dik lijmige schim
mel op de keldermuren, terwijl op de houten
deuren gele plekken zichtbaar werden, en noch
het een noch het ander kon verwijderd worden.
Toen men eenigen tyd van de aardappelen
had gegeten, gevoelden zich achtereenvolgens
acht van de tien huisgenooten ziek, onder
vreemde verschijnselen, als gevoel van loom
heid, zwaarte in de leden en bij allen in meer
dere of mindere mate eene doof heid. De twee
huisgenooten die niet ziek werden, waren juist
die niet van de aardappelen hadden gegeten,
en wel dén zuigeling en dén die niet van
aardappelen hield.
Een volwassen dochter bezweek al spoedig,
terwgl op dit oogenblik een 19jarige nog
ernstig ziek is, en dat reeds Bedert Mei. De
andere huisgenooten zgn hersteld, hoewel en
kelen nog wel eens klagen over loomheid en
vooral over doofheid.
Toen de huisvader tot de ontdekking kwam
dat misschien de aardappelen de vreeselgke
ziekte veroorzaakten, gaf hij ze aan zijn werk
vrouw en aan nog een gezin, om ze aan de
sch pen te geven. Maar deze menschen vonden
het eten te goed voor dieren en gebruikten
het zelve en ook zij allen werden ziek.
Wel is waar niet zoo ernstig als in het eerst
bedoelde gezin, dat er argeloos weken aaneen
van had gebruikt, maar toch vrij duidelijk op
gelijksoortige wyze.
De toestand van de 19jarige patiënte is in de
laatste dagen weer veel ongustiger geworden.
Dat de aarriappelen door het sterke broeien
giftige bestanddeelen hebben ontwikkeld, staat
vrij wel vastmaar zijn het besproeide
geweest Dit valt moeielijk uit te maken.
Alleen is met zekerheid te conatateeren, dat
de boer die ze leverde volgens den schip
per ook besproeide had.
Een rijwielfabrikant te Deventer kreeg
een mooie bestelling van een bewoner der
2de Van Swindenstraat te Amsterdam.
Een machine werd op zicht gevraagd en
de bandelaar, die met zgn boekhouder aldaar
moest zgn, bracht het wiel zelf naar het
opgegeven adres. Hier werd hem medege
deeld, dat mijnheer aan het station was
en dat de heeren hem daar konden spre
ken het rg wiel kon dan wel zoolang in
de gang big ven staan. De handelaar en zgn
boekhouder togen naar 't station, maar
vonden meneer daar nietze gingen daarop
terug naar diens woning, maar zagen daar
dat het rywiel uit de gang verdwenen was
en hoorden dat men er meê was wegge
reden. Het zaakje kwam den handelaar
zoo verdacht voor, dat hg er aangifte van
deed bg de politie.
Een blik in de toekomst.
De «Herald" te Chicago beantwoordt op
geestige wijze de vraag, hoe Chicago er over
100 jaar zal uitzien. Het nummer van dit
blad is gedateerd 1 Mei 1893het eerste
artikel is aan het eeuwfeest der wereldtentoon
stelling gewijd. Wij leeren daaruit dat in
1893 17,000,000 vreemdelingen Chicago be
zochten en dat in 1993 alle grieven, die de
bezoekers van 100 jaren geleden hadden,
weggenomen zgn. Zoo zgn alle spoorwegen
veranderd in luchtspoorwegen, waardoor het
gevaar voor overrijden sterk verminderd is, de
straten worden beter gereinigd enz. Ia dit
artikel wordt Chicago krachtig onderhanden
genomen en moet de stad heel wat hooren
over hare verwaarloozing. Daarna krygt En
geland er van langs. Door de inlijviug van
Canada en Mexico is de oppervlakte der Ver-
eenigde Stateu in 1993 tot 9.400,000 vierk.
mijlen vermeerdert. Engeland is echter sterk
achteruitgegaan. Het is juist in een oorlog
met de Eskimo's gewikkeld en wordt door
dezen overwonnen. Met New-York wordt
eveneens, den spot gedreven, het is tot een
onbeduidend „gat gezonken.
Het personen cn goederenvervoer geschiedt
door middel van luchtscheepvaart, de oorlogen
worden met lucht pantserschepen gevoerd.
Italië en Oostenrijk zijn juist aan het oorlog
voeren en een bgzondere berichtgever van de
«Herald® schildert een «luchtslag" in al zijn
bijzonderheden.
De ziekten zijn zoo verminderd, dat de ge-
neesheeren, ten einde raad, een congres bijeen
roepen om de middelen te bespreken, waarop
men ziektekiemen in de lacht kaD brengen.
Indien beroemde personen sterven, worden
hun lijken op een bgzondere wgze gebalsemd
en dan in plaats van steenen beelden op de
hoeken der straten gesteld. Misdadigers wor
den niet meer opgesloten, doch gebrandmerkt
het getal misdaden is daardoor veel verminderd.
Brieven worden langs pneumatischen weg naar
Europa gezonden in D/s dag wordt een brief
van Sandy Hook naar Liverpool overgebracht.
Jonggezel te zijn behoort in 1993 niet tot
de benijdenswaardige posiliën. Een „psycho-
foon" leert de jonge dames de gedachten der
jonggezellon kennen en wee dengene, die slechts
aan huwelijken denkt als hg een jonge dame
ontmoet, hij wordt zwaar beboet, indien hg
de dame in quaestie niet tot zgn wettige
echtgenoote neemt. De huisvrouwen leeren
alle wegen van hun echtgenooten kennen door
den zak-positio meter.
In een advertentie wordt een juffrouw
gevraagd, die met de linkerhand per minuut
350 woorden kan stenografeeren en te gelijker
tijd met de rechterhand de boeken kan bij
houden, die bovendien Duitsch, Fransch en
Italiaansch kan spreken, alles voor een salaris
van 8 per week.
De Herald" zelf kondigt aan, dat haar
oplaag 15,000,000 exemplaren bedroeg en zo
dd telegrammen ontvaDgt door bemiddeling van
een toestel, waarin ze meteen gedrnkt en van
teekeningen voorzien worden op alle belang
rijke punten der aarde, verder op ieder der
planeten Neptunus, Uranus, Saturnus, Jupiter,
Mercurius heeft zij den en op de zon, die in
tusschen aanmerkelijk afgekoeld is, tweo be
richtgevers.
Dat alles wordt verteld met een ernst en
een nauwkeurigheid, die het vermakelijke van
het artikel nog des te meer doen uitkomen.
Een ontzettende misdaad schijnt te
Rijssel gepleegd te zgn. Een slager, ge
naamd Lonis Grimonprez, is in hechtenis
genomen, beschuldigd van zgn pasgeboren
kind, welks geboorte hij geheim wilde
houden, gedood en vervolgens in de groote
pan geworpen te hebben, waarin hg vleesch
kookte voor paté. Zgn knecht Taughe heeft
na een twist de misdaad, die in Februari
gepleegd is, verklapt. De opwinding in
Rijssel is groot. De bijzonderheden der
misdaad zgn te afschuwelijk om mede te
deelen.
De geregelde transatlantische zee
vaart heeft in deze eeuw, welke haar zag
ontstaan, vorderingen gemaakt, die door
onderstaande cijfers worden uitgedrukt en
die haar eerst ontstaan en haar tegenwóor-
digen toestand aanschouwelijk voorstellen.
De eerste poging tot stoomscheepvaart
had wel reeds in 1819 plaats gehad met
de «Savannah,* een zeilschip met hulp-
stoomvermogen, maar de tocht van dit
vaartuig van Savannah naar Liverpool had
25 dagen geduurd, en na die proef hadden
de Engelschen verklaard, dat het overste
ken van den Atlantischen Oceaan met
stoomkracht alleen onmogelijk was.
De wezenlijke stoomvaart begon met de
eerste eigenlijke stoomboot, de «Great
Western,* die in 1838 van stapel liep.
Dit vaartuig, lang 65 en breed 10 meters,
met een diepgang van 5 meters, eene netto
tonnenmaat van 1310 ton en voorzien van
een stoomvermogen van 440 paardenkrach
ten, deed zgne eerste reis in 16 dagen en
de terugreis in 14 en verstookte 27 a 32
ton kool in bet etmaal. In 1842 slaagde
deze boot er zelfs in, den overtocht te doen
in 12 dagen en 7l/a uur, dus met een ge
middelde snelheid van 8ys knoop.
Doch de «City of Paris* heeft onlangs
den weg tusscheu de beide werelddeelen
afgelegd in 5 dagen, 14 uren en 24 mi
nuten, dus met een gemiddelde snelheid
van 20.7 mijlen (van 1852 meters) in het
uur, een snelheid, die zelfs op een dier
dagen werd opgevoerd tot 21.4 mglen of
bijna 40 kilometers per uur.
Wat de vorderingen betreft, die men ge
maakt heeft in de afmetingen en de voort
bewegende kracht der pakketbooten, daar
voor behoeven slechts genoemd te worden
de beide laatst gebouwde transatlantische
booten, de «Campania* en de «Lucania,*
elk lang 182, breed 20 en hol 13 meters,
met een bruto tonnenmaat van 12,500
ton en een stoomvermogen van 14,000 en
15,000 paardenkrachten.
Het geheimzinnige van de misdaad
in de rue de Saintonge te Parijs is opge
helderd. De bedrijver van den aanslag op
den bakker Boureille blijkt een oud be
kende der justitie te zgn, genaamd Alexan-
dre Formel, vroeger reeds wegens diefstal
tot vijf jaren gevangenisstraf veroordeeld.
Daar indertijd verzuimd is zgn signalement
op te nemen in het bureau van den an-
thrometrischen dienst, heeft de politie lang
moeten zoeken, alvorens zgne indentiteit
te kunnen vaststellen.
Diefstal is de beweegreden tot de mis
daad geweest. Den bakker hoopt men, on
danks zgn vreeselgke verwondingen, in het
leven te kunnen behouden.
Te Pargs is iemand door een dolle
kat half verscheurd. Politie-agenten hoor
den hem 's nachts om hulp roepen en
vonden hem met afschuwelijke verwondin
gen, haast onkenbaar. De kat was plot
seling op hem gesprongen en had hem als
een tijger gebeten en gekrabd. Het dier
werd onder een kast gevonden en door de
agenten met sabelhouwen afgemaakt.
De man is naar het instituut van Pa
steur gebracht.
In Engeland dreigt weder een werk
staking onder de mijnwerkers, welke nog
al van omvang belooft te worden.
De Vrgdag te Londen gehouden confe
rentie tusschen vertegenwoordigers van de
mijndirectiën en den nationalen bond van
mijnwerkers, heeft niet tot de gewenschte
uitkomst geleid, daar de mijnwerkers een
scheidsrechterlijke beslissing weigerden.
Een werkstaking van den nationalen mgn-
werkersbond schijnt nu onvermijdelijk.
Een bruid in Montreal verscheen on
langs voor het altaar met een kanarie
vogel, die aan haar schouder met een
gouden ketting bevestigd was. Gedurende
de huwelijksplechtigheid begon het diertje
te zingen. De vogel behoorde bg haar
toilet
3)
Voor je heengaat moet je Hendrik bg
me zenden, voegde hg er nog bij. Toen be
gon hij een brief aan Margherita, waarin hg
haar kennis gaf van zgn plotseling vertrek
wegens de ziekte van zijn vader.
Onwillekeurig moest hg weer denken aan
het gesprek, dat hij dien middag met haar
gevoerd had en aan hetgeen hg haar bijna
had gezegd. Onder den indruk daarvan schreef
hg aan het slot van zijn brief
ffMocht mgn vader sterven, dan zal ik bij
mgn oprechte droefenis toch den troost hebben,
dat ik mgn vrouw en kinderen de hun toe
komende plaats kan geven, zonder in de nood
zakelijkheid te zgn mijn vader ten diepste te
bedroeven. Ik kan u thans nog niet schrjj ven,
hoe ik mij nu onze toekomst voorstelal mijn
gedachten zgn op mgn zieken vader gericht.
Aan hem behooren nu al mgn gevoelens,
vergeef me daarom, lieve vrouw, wanneer ik
je eerst over eenige dagen nadere, vaste be
richten kan geven. Je goede hart zal mg be
grijpen. Vaarwel tot spoedig wederziens.
Kus de/kinderen hartelijk voor hun vader.
Met een diepen zucht stond Eduard op.
Hendrik was binnengetreden en wachtte bij
de deur op de bevelen van «ij n heer. De rit
meester trad op hem toe en legde de hand
op zgn schouder, terwgl de oppasser hem trouw
hartig aankeek.
«Hendrik begon de ritmeester, ge zjjt een
brave borst, ik weet dat ge me trouw dient.
Ik moet voor eenigen tijd op reis, mgn vader
ligt op sterven. Ik heb hier niemand die daar
buiten, je weet wel, wat ik bedoel die
daarbuiten een oog in 'tzeil houdt, Ik kan
Johan niet uitzenden, hg moet hier bg het
escadron blgven, maar gjj zijt geen soldaat
meer, dus je hebt vrijen tgd. Ga eiken dag
eens naar buiten en zie, of er wat hapert. Ge
zgt dikwijls genoeg met me bg mevrouw
Montelli geweest, je kent de kinderen
Nu, of ik ze ken, mgnheer! De kleine
Eduard is altijd als dol, wanneer ik met de
paarden kom.
Een vluchtig lachje gleed over het ernstige
gelaat van den officier.
Nu goed, sprak hg, rjjd dan morgen
vroeg uit en breng dezen brief aan mevrouw
Montelli, breng haar nogmaals mijn groeten
en zeg, dat ik van nacht met den sneltrein
van elf uur vertrokken bent. Je kunt er dan
den geheelen dag blgven en als je lust hebt,
mag je den kleinen Eduard een uurtje les
geven in het paardrijden.
Dat zal gebeuren, mgnheer. Ik zalZer-
line meenemen, dat is een mak dier, daar
zou mevrouw Montelli zelfs op kunnen rjjden.
Goed, goed, en ga dan eiken dag de
bevelen van mevrouw Montelli vragen. Het
zal je geen schade zijn.
Oh, mgnheerdaar denk ik niet aan
ik doe het met plezier
En dan Hendrik je zwijgt,
hoor. Zelf8 met Johan moet je er niet over
spreken.
Ik zal wel oppassen, mgnheer.
Dat is du3 afgesproken, Hendrik Ik
reken op je.
Dat kunt u gerust doen, ritmeester
«Nu goed, ik vertrouw op je. Je kunt gaan
maar neen Deze papieren
Eduard nam uit zijn schrijftafel een groot
verzegeld pakket en hield dit weifelend in de
hand. Peinzend liet hij zgn oogen rusten op
deze woorden, die hij zelf geschreven had
Aan mijn echtgenoote Margherita Von Alten-
brak geboren Montelli. Bevattende onze
huwelijksakte en mijn testament.
Ed. Von Altenbrak.
Neen, sprak hij toen met een zucht, je
kunt gaan, ik heb niets meer voor je. Het
wordt tgd dat ik me gereed maak voor de
reis.
Hendrik ging heen en de ritmeester ver
borg het pakket in den borstzak van zgn jas.
Ik zal die papieren bij me houden, mompelde
hij. Margherita is zoo onervaren in zulke za
ken, bg mg zgn ze veiliger en wiet weet,
of ik ze op het slot Altenbrak niet noodig heb.
Johan verscheen nu om te melden, dat het
rjjtuig voor de denr wachtte. Weinig minuten
later reed Eduard Von Altenbrak in draf naar
het Potsdammer station, waar hg plaats nam
in den sneltrein naar Maagdenburg.
Het was een heldere zoele zomernacht. In
het westen stapelden zich zwarte onweers
wolken op en nu en dan verlichtte een blik
semstraal het duistere landschapin de verte
hoorde men den donder rommelen.
Eduard Von Altenbrak leunde in een hoek
van de coupé en staarde ernstig naar bniten
op het voor b\j vliegende landschap. De trein
stopte slechts aan weinige stations. De dorpen
en kleine steden waar langs de sneltrein vloog,
lagen alle in diepe rust, evenals de donkere
dennenbosschen aan beide zyden van de spoor
baan.
In ernstig gepeins verzonken, overdacht de
jonge officier zijn geheelen levensloop. Over
moedig was hij het leven ingegaan met dui
zend wenschen en begeerten. Hjj behoefde zich
echter niet meer te verwijten dan zijn kame
raden on standgenooten. Het leven in de voor
name gezelschappen, in het casino en op de
renbaan had zijn eerste jaren als officieren be
slag genomen. Toen was de oorlog van 1864
gekomen. Met geestdrift was hjj ten etrjjdo
getrokkenzoo had hij ook twee jaren later
in den slag bg Königgratz gevochten, tot hij
door een vjjandeljjken degen werd getroffen.
Die wond wierp hem op een ziekbed, dat
maanden lang dnurde. In den stillen tgd,
waarin zgn wond rustig moest genezen, was
menige ernstige gedachte bg hem opgekomen,
zijn karakter was toen gevormd en had vast
heid verkregen hg zag nu met half verach
tenden, half rouwmoedigen glimlach terng op
de in dwaasheid verspilde jaren. In dienzelf
den tijd stierf zijn moeder, hg had haar innig
lief gehad, hjj was haar lieveling geweeBt, ter
wgl het luchthartige, zwakke karakter van
zijn jongeren broeder de zachtaardige vrome
vrouw dikwjjls bedroefd had. De dood zgn er
moeder had de ernstige richting zjjner ge
dachten nog versterkt, en die richting werd
ook niet gewjjzigd, toen hij te Rome bg de
ambassade werd geplaatst en in het schitte
rend gewoel der Romeinsche gezelschappen
gevoerd werd.
In Rome had het toeval hem toen Marghe
rita in de armen gevoerd. Aan hare zjjdc was
hij gelukkig geworden, gelukkiger dan weleer
en ook beter. Dat gevoelde hg wel. en
daarom koesterde hij niet alleen eene innige
liefde voor Margherita, maar hg werd ook be
zield door dankbaarheid jegens haar, die hem
tot een beter mensch had gemaakt.
Als mijn moeder nog leefde zou ik den
moed gevonden hebben haar alles te bekennen,
en haar zacht gemoed had mij begrepen, zjj
zou mg vergiffenis geschonken hebben, dacht hg
Het schril gefluit der locomotief deed Edu
ard opschrikken. Dreunend en stampend reed
de trein het station binnen, waar de ritmees
ter moest uitstappen. Snol verliet hij de coupé,
en keek zoekend rond op het slecht verlichte
perron. Daar naderdo hem een bediende in
donkere livrei, nam den hoed af en zeide eer
biedig Het rijtuig wacht aan het hek bg don
uitgang, heer ritmeesterMag ik uw bagage
hebben
Ab, zgt gg het, Frederik? sprak Edu
ard, den bediende van zijn vader herkennende.
Hier is al mijn bagage, ik heb niets dan een
kleinen handkoffer. Hoe gaat het met mijn
vader
Slecht, mijnheerzeer slecht
(Wordt vervolgd.)