't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL. Ho 2191. Woensdag 14 Februari 1894, 22ste Jaargang. Bureau: Zuidstraat. Telefoonn". 42. Bureau: Spoorstraat. Telefoonn. 36. Abonnement p. 3 maanden binnen de gemeente 50 CL, met Zondagsbl. 80 Ct. id. franco per post 75 idem f 1.12* id. voor het Buitenland f 1.25, idem f 2.00 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgeven: BERKHOUT Co., te Helder. Burwux SPOORSTRAAT ZUIDSTRAAT. AdvertexLtieii ▼an 1 tot 5 regels25 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Adrertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. HIXUWSTUSIHQEH. HZLDBK, 13 Febr. 1891. Zaterdagavond vierde'de Gymnastiek- en Schennvereeniging van de korporaal» der artillerie >Friedrich Ludwig John« ia Tivoli, haar vgfjarig; beataan door 't houden van een feeatelgke vergadering. De president, de heer R. Vermeulen her dacht in een korte toespraak de aanleiding tot 't-feeat, roemde de verdiensten van den heer M. P. van Hooydonek, die de werk zaamheden dien tjjd heeft geleid, bracht hulde aan den beschermheer, den majoor, commandant van 't korps pantserfort artil lerie J. Regenbogen en uitte verder de beste wenachen voor de vereeniging. Daarna trad de heer Buckena op en uitte zjjn gelukwensch namens de vereeniging Uitspanning door inspanning*. De zeven nummers van t programma werden flink en vlug afgewerkt en gaven bljjk dat de leden zoowel in gymnastiek als debehandeling der wapenen op de hoogte van hun tjjd zjjn. In 't bgzonder werd de aandacht getrokken doorstaaf- oefeningen, gymnastische standen en 't slotnummer, Apotheose. Bg standen zouden we echter aan raden voortaan de groepen in stand te laten blgvendaar onbewegelgkheid hier 'tsdhoone juist doet uitkomen, terwgl be weging' daaraan afbreuk doet, gezwegen nog van 't gevaar, dat bierbg kan ont staan. Tot slot voerde men op 't kluchtspel »De twee bedienden, of het spook te mid dernacht,'' dat de laehlust niet weinig op wekte en daardoor een goede overgang vormde voor 't bal. Zondag was 't in »Musis Sacrum" een dubbele feestdag. De zaak had 25 jaar bestaan en de mede-directeur J. H. Polak vierde zjja zilveren huwelijksfeest. De zaal was voor die gelegenheid netjes gedeco reerd en de schilden met de jaartallen 1869-^-189-4 wezen op de beteekenis van 't feest. Aan stoffelijke bljjken van belangstelling heeft het 't echtpaar Polak niet ontbroken. Onder de vele cadeaux vermelden we dat, aangeboden door de hh. zeeofficieren Brand, Tadema en eenige anderen, wier namen op ij.t vermeld werden, een étui met zilveren lepeltjes, benevens een paar wjjakannen, met zilver gemonteerd. Namens de Ondsrofficiers-Yereeniging der Zeemacht Admiraal deRuyter", werd bjj deze gele genheid aangeboden een biscuitbus en gem berpot, terwgl uit Amsterdam was gezonden een buste van Richard Wagner op piëdestal. De ruime zaal was vol belangstellenden. Na de feestouverture trad de mede-di recteur B. H. Polak op, heette de bezoe kers welkom en droeg een dichtstuk voor dat bjj 't tienjarig bestaan had gediend en 't ontstaan van M. S. schetste. Aan 't einde zeido spreker, niet als Multatuli te wiltöii' uitroepen Publiek, ik veracht u," maar Publiek, ik waardeer u," daar ge een kwart-eeuw tot de instandhouding van M. 8. 'tuwe hebt bggedragen. Daarna schetste de hr. H. J. ter Hall in luimige voordracht welk nut en genoegen Mosis Sacrum in dien tgd had gesticht en ein digde met de woorden: »Heil den direc teuren, heil Musia-Saerum en driewerf heil den bezoekers. Vervolgens trad 't gezelschap van den heer ter Hall op, bestaande uit de dames Cató Ackermans, Ida Corelly, zangeressen, en de beeren Carlo Sachse, snelteekenaar, Captain Brillantin, jongleur en equilibrist en den hr. ter Hall. Ieder der optredenden mocht een dave rend applaus verwerven en werd meerma len teraggeroepen. De coupletten van den heer ter Hall vielen bgzonder in den smaak. Met de klucht »Liefde met hindernissen,' door den hr. ter Hall werd dit deel van 't feestprogramma gesloten. Nog lang daarna bleef men gezellig op het bal bjjeen. We vertrouwen dat deze feestviering bij velen een aangename herinnering zal ach terlaten. Bg Kon. besL met ingang van 21 dezer benoemd jhr. J. C. W. Strick van Linschoten te Texel, tot schoolopziensr in het arr. Texel. Naar wjj vernemen, is de Zuiderzee- commissie met haren arbeid gereedgekomen. De openbaarmaking van haar rapport, dat hoogst belangrijk zal wezen, kan binnenkort worden tegemoet gezien. Valsche bankbiljetten. Een aantal vermoedelijke medeplichtigen moeten uil Amsterdam, meest allen Duit- schers de wjjk naar het buitenland hebben genomen. Zoo wordt o. a. genoemd do ,res- tauratie"-houder G. Nicklas, wonende in de Zoutsteeg 12. Het te Utrecht in beslag genomen koffertje met f216,000 aan valsche biljetten, bevatte 436 bankjes van f300, 214 van f200 en 724 van f100. Tot nog toe bedraagt het aantal valsche bankbiljetten van f 100, te Rotterdam in beslag genomen en ter beschikking van de justitie gesteld, vijf. Een handelaar aldaar had naar het »Rott. Nbld." verhaalt de zwakheid, nadat hjj er ingeloopen was met een biljet van f 300, dat hg zelf als valach had erkend, dit verlies niet te willen dragen. Herhaaldelijk trachtte hij het anderen te geven, doch h\j raakte het niet kwijt. H|j zond eindelijk zijn bediende naar de Bijbank om het te wisselen. Het biljet was daar nauw vertoond of de electrische signalen klonken, alle deuren werden dicht- goworpen on de drager van het valsche biljet gearresteerd. In do confusie legde do bediende de zeer bezwarende verklaring af, zoowol voor zichzelf als voor zjjn patroon, dat zij wisten dat het biljet valsch was. Beiden zullen zich nu te verklaren hebben voor den rechter wegens het desbewnst gebruik maken van vervalscht handelspapier. Aan Hendrik De Graaf, knecht bg den verhuurder van rijtuigen Deurloo te Voorscho ten, die Rempt naar Den Haag reed en op wiens aanwijzing hjj werd gevat, i3 door tusschenkomst van den burgemeester van Voorschoten door de Ned. Bank als belooning een gratificatie van f 40 uitgereikt. De juffrouw op de Achtergracht te Amster dam, die aan Krause f 4000 leende, ontkent dat zjj wist voor welk doel het geld gebruikt moest worden. Krause daarentegen verklaart, dat zij wel degeljjk van do zaak wist, en dut de valsche bankbiljetten, in gele enveloppen, te haren huize door hem en zjjne vrienden bezorgd zjjn, omdat zy meenden dut zy daar het veiligst in depot gehouden konden worden. Marie Groenen berg, die het bewuste koffertje naar Utrecht bracht (zonder te weten wat het inhield, naar zjj beweert), is weder op vrjje voeten gesteld. Naar men bericht is de verdachte Sin- nige door schrik en schaamte krankzinnig ge worden. Reeds kort na zyne arrestatie gedu rende zjjn verbljjf aan hot hoofdbureau van politie twijfelde men aan zjjne geestvermogens. Thans is hjj opgenomen in het buitengastbuis. De instructie werd Zaterdag voortgezet. Krausse bleef als altjjd zeer gewillig om in lichtingen te geven. Intusschen is zyne vrouw, die nog steeds woont in het huis op de Hee rengracht, van haar zesde kind bevallen. Bij koninklgk besluit van 10 dexer is de loit-gener. C. D. H. Schneider, adjudant in buitengewonen dienst van H. M. de Ko ningin, inspec. der artillerie, op zjjne aan vrage, krachtens art. 42, sub la, der wet van 28 Aog. 1851, op pensioen gesteld en het bedrag aan het pensioen bepaald op f 3000 's jaars onder dankbetuiging voor de zeer goede diensten, door bem gedurende zjjn veeljarige militaire loopbaan aan den lande en aan het leger bewezen. Bg koninklgk besluit van dezelfde dag- teekening is benoemd bg bet wapen der artillerie, bij den staf van het wapen, tot inspecteur, de gener.-maj. J. W. Bergansius, van dien staf, commandant der vesting artillerie. Te Tilburg zjjn twee slagers aan 't vechten geweest. De een was zoodanig ver wond, dat hg den volgenden morgen over leed. Hg laat een weduwe met 6 kinderen na. De dader, zekere P. de Bruin, is in verzekerde bewaring gesteld. Binnenkort zal vanwege bet Leger des Heils een nieuw blad verschijnen, ge heel gewijd aan de belangen van het werk onder de kinderen in Nederland. De kantonrechter te Berkum beeft 6 personen van Doopsgezinde afkomst, die zich nog bg geene gemeente hadden aan gesloten, gedwongen den eed af te leggen bg het verdeelen eener erfenis. Volgens den kantonrechter is de eed verplicht voor ieder, die den bgzonderen doop niet heeft ondergaan. Zoolang de wetsbepaling bestaat, is nog nooit de eisch gesteld het toonen van een bewg*8 dat men gedoopt is; ook de kan tonrechter te Bergum geloofde degedoop- ten op hun woord. Ook zjjn er erkende doopsgezinde gemeenten, die leden aanne men zonder gedoopt te zjjn en waar men leden der Ned. Herv. kerk aanneemt op attestatie eti hunne verklaring van in stemming met het gevoelen der doopsge zinden aan doop en eed. Hoe dit zjj, naar de >Zondag8bode« meldt, hebben de vier bedoelde personen zich tot den minister van justitie gewend. Een Duitaoher had eenigen tgd geleden zjjn intrek genomen ia een klein hotel te Amsterdam en onderscheidde zich door de eigenaardigheid, dat hij nooit overdag uitging. Dat trok de aandacht van zijn huisheer, die dan ook niet naliet daar eens een viachje over uit te werpen. Doch hg ontving een ontwjjkend antwoord met het verzoek een bankbiljet van f 25 te gaan wisselen bg de Bank, want de bezitter meende, dat het valsch was en hij in een land, waar hg niet bekend was, ongaarne in moeielgkheden wilde geraken. Toen men het biljet aan de Bank even wel voor echt had verklaard, werd de man vertrouwelijker en deelde hij zjjn huisheer met de noodige omzichtigheid mede, dat hjj de maker er van waseudaarom steeds bij dag op zjjn kamer bleef werken. Vervol gens stelde bg voor, geljjke proef eens te nemen met een biljet van f 1000indien men zelf begon met aan de Bank te vragen of het wel echt was, kon er nooit argwaan worden gekoesterd. De hotelhouder ging er op in en ver strekte hem twee bankjes van dat bedrag, die de man voor de geljjktjjdige namaak van voor- en keerzjjde zeide noodig te hebben. Onze kunstenaar toog nog denzelfden dag aan den arbeid, ging 'a avonds als naar gewoonte een luchtje scheppen, maar kwam niet weerom. Hg had zjjn goedgeloovigen medehelper eenvoudig met een echt pa piertje naar de Bank gezonden en zoo doende een paar echte van f 1000 in han den gekregen op eeD manier, die het voor den bestolene geraden maakte zjjn verlies maar stilzwjjgend met gelatenheid, te dragen! Tengevolge van de bedreigingen, door de anarchisten op hun meeting van Woens dag geuit, heeft de Londenscne politie het aantal patrouilles, die de vreemde gezant- schapshotels bewaken, verdubbeld en het toezicht verscherpt op de verdachten. Een nachtelijke aanval In Siberië. Een vreciolyke misdaad, dia in wreedheid alles overtrof;, wat do stoutste fantasia sich donken kan, vooral wanneer men rekening houdt met de positie van hen, die er aai deplichtig zjjn is in Siberië gepleegd, Do schuldigen zjjn twoo geachte ingezotenen van Tschita, een stadje aan de Amour (dis- strict Priamonrski-Kraf)een rjjk koopman, Alexejeff, en de te Tschita gestationneerde post- taoostor, Alexandroff, syn medeplichtige. Alexejeff, die sedert lang daar woonde, go- noot de algemoone achting en ging de grooto zaken die hjj dreef, alsmede het huis, waarin hjj woonde enz. in aanmerking geno men door voor iemand, dio eenige malen millionair was; bjj werd zelf ton huizo van den gouverneur, den generaal Ackermann, gerecipieerd en wat meer zegt: men be schouwde zjjn huweljjk met de dochter van dezen zoo goed als zeker. In werkeljjkheid echter stonden do zaken van Alexejeff sedert eenigen tjjd zoor zwak hjj had groote verliezen geleden, waarvan hjj evenwel niets liet bljjken, hoewel iederendag zjjn faillissement verwacht kon worden. Aldus stonden zijn zaken, toen hjj vernam, dat bionen enkele dagen eon konvooi Tachita zou voorbjjtrekken, belast mot het transport naar Irkoetsk van een groote som gelds on gouderts, tot een gozamenljjlce waarde van meer dan een half millioen roebels (een millioen guldon). Indien dit fortuin in zjjn bezit was, dan zou het faillissement besworen zjjn on zjjn zaken zou hjj op grooter voet kunnen voortzetten, dan bjj tot nog toe had kannen doen. Zjjn besluit was dan ook spoedig geno- meD, het geld zou hem toebehooren, onver schillig welke middelen er voor noodig waren, of hoe gevaarljjk ook de misdadige poging zjjn mocht. Intusschon besefte Alexejef volko men de moeieljjkheden, waartegen hjj zon te •kampon hebben. In den winter toch heeft het postverkeer in Siberië plaats met twee of drie troikas, sleden bespannen mot drie paarden, terwjjl zich op iedere troika bchslvo do koet sier nog drie kozakken (plastennys) bevinden, gewapend met geweren en aesloopsrevolvers. Alexejeff wist dat alles zeer goed en den stier bjj de horens vattend, deelde bjj zjjn plannen mede aan Alexandroff, een tot het christendom bekeerden Israëliet, oven geslepen als tuk op roof en weldra had hjj hem over gehaald, door hem een a&nzionljjk dool van zjjn buit te beloven. Alexandroff had een neef, eon ondergeschikt beambte op oon der grensposten, zestig wers ten van Tschita en bjj wist dat bet oonvooi dien post moest aandoeD. Deze jonge man nu, bang gemaakt door de bedreigingen van zjjn oom, en aan den anderen kant aangelokt door de kans om wat te verdienen, nam het aan bod aan numero drie in het complot te zjjn en een ondergeschikte, maar niet overbodigo rol te spolen in het somber drama, dat te ge- beuren stond. Door een morkwaardigon sa menloop van omstandigheden zou denzelfden nacht waarin hot konvooi met zjjn kostbare vracht van Biagovestschensk, door Tschita zou trekken, de gouvernenr, generaal Ackermann een grooto soiróe govenAlexejeff, die een der eerste gonoodigden was, wachtte zich wel, niet aan de uitnoodiging te voldoen; hjj was aelfs dien avond zoer druk en overal was hjj tegenwoordig. Het was als wilde hjj te duide lijker doen uitkomen zjjn tegenwoordigheid op bet feest en zjjn door niets gedrukten geest. Om elf nur wendde hjj een plotselinge onge steldheid voor en nam hjj afscheid van de feertgenooten. Zjjn medeplichtige, de postmeester, wachtte hem buiten do stad, met twee vlugge en sterke kozakkenpaarden en vier revolvers, groot kali ber. Oumiddelljjk sprongen de beide bandieten in don zadel, het konvooi tegemoet. Ditmaal bestond het uit twou troikas, bestuurd door twee Kalmukken, iodor begeleid door vier kozakken. Toen hot bet station bereikt had, waar de neef van Alexandroff was aangesteld, gaf deze den reizigers oen paar groote glazen vodki (een uit graan gestookte geestrijko drank), waardoor zjj, daar ook de koude hen bevangen had, weldra in een lichten staat van dronken schap verkeerden. Van die gelegenheid maakte do jonge man gebruik, om do wapens die bjj do reizigers zoo lang in een aangrenzende kamer had doen leggen, onachadeljjk to maken. Op oen handige manier verwjjderdo hjj do kogels, waarmede zo geladen waren en toen de mannen vertrokken, bood hjj hun >op do valreep» nog een groet glas vodki aan, ver mengd met opium, hun daarbij de verzekering gevend, dat deze drank, eon probaat middol was tegen de vinnige koude. Toen Alex.-j 11' en A'e* n.droff het convooi dan ook ontmoetten, sliepen de kozakken als een roos. Twoe kogels, op hetzelfde oogen- blik afgeschoten, doodden onmiddeLjjk het middelste paard van elke troika en onverwjjld nam de slachting een aanvang. De ingeslapen kozakken, worden de een voor, do ander na, bjjna zonder eenigen tegen stand afgemaakt. Een huonor, do koetsier Stefanus, die niet doodeljjk getroffen was, slaagde er in te vluchten, maar weldra werd bjj ingehaald door Alexejeff, die hem in den rug raakte, de Kalmuk viel neder en ver roerde zich niet meer. Do beide roovers haastten zich toen, met behulp van messen en breokjjzers de deksels der kisten af to lichten en maakten zich meester van den rjjken buit, dien de kisten bevatten. Alvorens zich te verwjjderen, liep Alexejeff □og even naar .do koetsier Stefanus, die als levenloos op den grond lag uitgestrekt cn alsof hij nog niet zeker was van zjjn zaak, schoot hjj nog eens zjjn revolvor op hem ai; dan in gestrekten draf jjlden de moordenaars voort, hot stadje Tschita te gemoet. Zoodra zjj uit hot gezicht verdwenen waroo, bewoog zich het met bloed overdekte lichaam van den koetsier Stefanus, die als door con wonder der voorzienigheid, slechts zwaar ge wond was en die, terwjjl do onverlaten bezig waren mot het planderen der kisten, ben had herkend en nu ondanks zjjn vreeseljjko pjjnon naar een dor sleden kroop, dun van een der paarden de strengen doorsneod en zich met moeite op den rug werkte van het verstandig* dier, dat daarop don weg naar zjjn atal wetend met zjjn krampachtig van pjjn vastklemmondon last, naar Tschita rende. Do holdhaftige Stefanus was halfdood toen de stad bereikt was, en alsof door uiterst* krachtsinspanning zjjn krachten slechts dat oogenblik hadden afgewacht om hem t« ver laten, viel bjj juist vóór het bureau van zjjn paard, vlak voor de voeten van een paar doodeljjk verschrikte beambten, die hem nog de namen der daders, den postmeester Alex androff en den rjjken koopman Alexejeff kou toeroepen. Do laatsto, nauweljjks teruggekeerd van zjjn bloedigo expeditie, had zich gehaast alle sporen daarvan, voor zoover zijn gelaat, handen cn kleeding betrof, to doen verdwijnen, om dan opnieuw zich ton huize van generaal Acker mann to prcsentecren, waar hjj aller geluk- wenschen in ontvangst had to nemen, wjjl xjja onpasselijkheid slechts van voorbjjgaanden aard was geweest en waar hjj verklaarde, dat 'l hem inderdaad leed zou hebben gedaan indien hjj niet aan het souper had kunnen deelnomen. Hjj zat dan ook aan tafel oogonschynljjk door niets bezwaard, toen de politie binnen trad. Zjjne medeplichtige, Alexandroff, eenige oogenblikken te voren in zjjn cigsn woning aangehouden, had alles bekend. Voor den krjjgsraad gebracht, werden de ellendelingen ter dood veroordeeld en onder een grooten toeloop van volk op het plein to Tschila opgehangen. De neef van Alexandroff ontliep wegens zjjn jougdigen lecftjjd do dood straf, doch werd tot levenslangen dwangarbeid in do kwikzilvermjjnen van Siberië veroordeeld. Wat den dapperen Stefanus betreft, weder dank zjj d* aan hom gewjjde zorgen in het leven teruggeroepen, werd hjj voor zjjn bewonderenswaardige koelbloedigheid en zjjn moed beloond met een belaagrjjko som gelds en c*a gouden medaille. Eeu dubbele moord, gevolgd door zelfmoord, is te Bourgneuf, bjj Nantes ge pleegd, Zekere Louis Grollier, een landbouwer van 26 jaren, heeft de beeldschoono twee lingzuster zjjner vrouw, op wie hg alljjd verliefd was geweest maar dio hem steeda had algewezen, en daarna ook zjjn vrouw, voor de oogen van hare moeder doodge schoten. _Na het plegen van de misdaad snelde hg naar zjjn huis, waar hg zichzelven een kogel door het hoofd joeg, juist toen de politie, gevolgd door een verontwaardigde menigte, hem kwam gevangen nemen. De Hamburgsche boot >Normannia« van New-York naar Hamburg, is door een storm op zee zeer beschadigd. Door een hooge stortzee werd de kajuit op het voor dek geheel weggeelagen, het zeewater stroomde de eerste klasse-kajuit en het salon 20) .Vader I" zeide het jonge meisje zacht en imeekeadterwjjl zjj de «handen voor het go- laat sloeg. »Jo leest den brief luide voor l" herhaalde Krutsof het bevel. «Jo hebt geen reden je to schamen. Wat vreemde monschsn ook zullen babbolen of kletsen, onze vrienden hier bjjeeo, zullen ten minste vernemen, hoe zich alles toegedragen heeft. Aok mjjnheer Halenbek, wees zoo goed, en lees gjj, als mjjn dochter mjj niet wil gehoorzamen." De- bankier trad naar voren. ,Uw vader heeft geljjk, lief kind," zeide hjj zacht, .Het is beter voor n, als de Mak dadeljjk opgehel derd wordt." Else hief het hoold op. «Als vader geljjk heeft," antwoordde zjj op vasten toon, dan wil ik den brief ook wel zelf leson." En met een bedaarde, vaste stem begon zjj: «Kauzig, Woensdagavond. Urn Eltt! Wat ik nimmer in staat geweest zou zjjn om u persoonljjk to zeggen, dat zult gjj thans schriftelijk van mjj hoorea. Stond ik voor u, daa sou alles voor dion oenen wonsch moeten wijjkoD, u tot mjjno vrouw to maken mjju besluit zou als kaf voor den wind vervliegen, aooals reeds vele mjjner besluiten. Ik moet hot schrijven en don brief dan zoo spoedig mogeljjk uit huis brengen, zoolang ik nog de Mdelyko kracht bob om to handelen als een aan van oer, nu mjjn toestand mjj verplicht te handelen. Ik wil thans dooD, wat ik reeds voor we ken had moeten doen, toen gjj er mjj om ge smeekt hebt. Maar nog is het niet te laat u te redden. Wat tusschen ons voorgevallen is, zal, uwerzjjis tenminste, spoedig vergeten zjjn. Al» men ons morgen daarentegen ver bindt, dan zon onze ellende niet eerder een einde nomoa, dan als men mjj in het graf legde. Daarom wil ik u de verzoeking bespa- ron mjjn dood te moeten wenschen, en mjj- zelven voor den pjjnljjken argwaan, dat gjj zulke gedachten zoudt koesteren. Lieve Else, ik zal u niet trouwen. Vermoedt gjj, wat deze woorden mjj kosten Meer, veel meer dan gjj gelooft. Mjj is het, alsof ik het merg uit mijn beenderen moest weggeven. Mooie praatjes kan ik niet houden, en 'tis me ook bepaald onmogeljjk een min nebrief te schrjjven. Mjjn leven is daarop niet ingericht geweest en bovendien gevoel ik op het oogenblik eerJer toorn dan teedorheid voor a en de omstandigheden, die mjj tot dit besluit dwongen. Maar desniettemin sjjt gjj meer voor mjj, dan mjjne moedor voor m j was en die was het eenige vrouwoljjke wesen dat ik liefhad ea hoogachtte, tot ik u leerde kennen. Ik doe alle moeite, u do gevoelens cn de gedachten te doen kennon, die mjj tegenwoor dig drjjvon, maar mjjn verstand is nooit bjj- zonder scherp geweest on juist thans iB hot stomper dan ooit te voren. Ik zul 'tu zoo zeggenik vereer u hoog, liovo Else en ik bemin a. Dit zjj het bowjjs daarvoor: in het laatste nur, nu niets mjj meer in den weg staat, n tot de mjjoe to maken, doe ik af stand van alle aanspraken op u, slechts op grond omdat ik geloof, dat gjj ontslagen wenscht te zjjn van uw gegeven belofte en dat het n innig gelukkig zal makon weder vrjj te zjjn en een ander man lo kannen huwen. ^Maar niet alleea mjjne liefde wordt door dit besluit vernietigd en gebroken. Ik do* daarmee tegeljjkertjjd afstand van do gelegen heid, mjj van mjjn scholden te bevrjjden, die mjj dageljjks in de meest onaangename toe standen breDgen, waaraan ik mjj steeds heb trachten te onttrekken door de oene dwaasheid op de andere to stapelen. Do som, die uw vader mij beloofde to zullen uitbetalen als uw bruiloftsgift, had mjj uit het moeras geholpen. Ter wille van u doe ik ook daarvan afstand. Gjj hebt alles, wat nog goed in mjj wbb, ,n de oppcrvlakto gebracht. Als mjjne vrouw zoudt gjj wellicht nog oen bruikbaar mensch uit mjj gemaakt hebben. Maar ook zoo zal ik in het vervolg beter zjjn dan ik geweest ben, omdat ik u bemind heb on omdat mjj het be wustzijn bljjft, tenminste eenmaal een dienst, dio mij iets kostte, bewezen te hebben aan eeen menscheljjk wezen. Ik weet, wat u er too bracht, mjj uw ja woord te geven ea de gedachte, dat gjj zoo veel kondot doen en mjj daarentegen zoo ge ring schattet, pjjnigde mjj onophoudelijk en toch had ik er n des te inniger om lief. Toen ik u na uw ziekte terugzag, bemerkte ik, hoe weinig kans er voor mjj bestond, een plaats in uw hart te zullen winnen. Toen reeds stond ik op het punt, n do vrjjheid terug to geven, maar de kracht daartoe ontbrak mjj nog. Heden zeide ik het volgonde tot mjjzelven .Trouwen wjj, dan worden drie menscben diep ellendig, tot hot einde van hun leren. Trou- won wjj niet, dan wordt slechts ccn onge lukkig. Recht is derhalve, dat de meerderheid 't wint. Het is beter, dat twee in hst aardsche hemelrijk binnenga-'-', dan dat drie elkander in der eeuwigheid -orw, u^d-on en vervloeken. Ik maak nu echter dat ik wegkom, zoover mogeljjk. Ik mi? niet in nw nabijheid blgven. De koorts iu injj moet eerst afkoelen. Het zou kunnen zjjo, dat mjjn besluit mjj ging spjjten. Is 'tnlct verachteljjk zjjn zwakheid zoo te kennen en er toch machteloos tegen«te zjjn Zeg aan Gustaaf Horen, dat hy het geld, dat hjj door mjj verloren heeft, eerljjk terug zal krijgen. Misschien kan daarover wol eon jaartjo verloopon, wellicht worden 't ook twee jaren, maar thans zal hjj er wel geen haast meer achter zotten. Zeg hem ook, dat ik enkel in uw belang en in geengeval in 't zjjne dezen stap deed, nog minder uit vrees voor zjjn be dreigingen. Ook het geld, dat nw vader mjj voorge schoten heeft, zal terugbetaald worden. Ban kier Halenbek cal hem bevcstigoB, dat ik, eenigen tjjd stil en teruggetrokken levende, in de gelegenheid aal zjjn, te voldoen aan mjjne Terplichtingen. Daarover behoeft hjj zich dos geen zorgen te maken. De menachen zullen wellicht babbelen, over dit afgesprongen hnweljjk, trek a dat echter niet aan. Gjj moogt iedereen vertollen, dat ik overgelukkig geweest zon zjjn, u zonder eeu cent bruiloftsgift naar mjjne woning te voeren, als ge mjj slechts een klein deel der liefdo hadt kunnen schenken, die eon meer gelukkige mocht verwerven. Misschien zjjt gjj in do gelegenheid majoor Van Winterborg to spreken. Hjj is mjjn vriend en acht n hoog. Toon hem dezen brief en hjj tal u zeggen, dat ik veel gedaan heb, wat een oneer was voor den naam van mjjn ge slacht, dat mjjn laatste daad echter bcwjjst, dut ik geen geheel verdorven mensch goweest kan sjjn. Vaarwel, dierbare Else! Uil den diepsten grond mijns harten roep ik u toe, wordt ge lukkig I Die weasch is oprecht, door hem heb ik den booten geest overwonnen, die mjj uit mjjn loege zakken toeriep, tot eiken prjjsuws vaders geld te bemachtigen. Hot is mogeljjk, dat dozo stap mjj berouwen zal, het is zelfs waarschjjnljjk. Wat er ook gobenren mogo, steeds cal ik zyn on bljjven Uw oprechte vriend Fbits vo* Zaruua. Toen do bruiloftsgasten bekomen waren van hunne verbazing over deze medcdceling en zich langzamerhand hersteld hadden, vormde elk hunner er zijn eigen oordooi over. In do oogen dor vronwea en meisjes was do han- delwjjzo van den baron oonvoudig onver geeflijk. Do verbintenis was hem gaan hinde ren on nu zocht hjj allerlei uitvluchten. Men beklaagde de arme bruid en brak lo* in oon regen van smaadredenen tegen den ontrouwen bruidogom. De oude Krussof barsstc bjjna van toorn. Hjj trachtte zich echter te bcheerschen on zocht naar woorden om zjjn schjjnbnre onver schilligheid te toonen, maar vond zo niet. Slechts nu en dan kwamen onnfgebroken on samenhangende vorwenschingen over zjjn lippen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1894 | | pagina 1