't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
1SJSÜ. VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Ho 2324
Zaterdag 25 Mei 1895
23ste Jaargang.
Abonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct,
id. franco per post 75 idem f 1.12
id. voor het Buitenland f 1.25, idem f2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT St Co., te Helder.
Burraux 8POOR8TBAAT «l ZUIDSTRAAT.
AavertenttSn
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des
DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur
aan de Bureaux bezorgd zijn.
KALENDER DEE WEEK.
Opkomst der Zon 3 n. 52 m.
Onder*. 8 n. 3 m.
MEI, (Bloeimaand, 31 dagen.)
Zondag 26
Maandag 27
Dinsdag 28
Woensdag 29 Israël. Pinkster.
Donderdag 30 Israël. Pinkster.
Vrijdag 81 Eerste Kwartier.
JUNI, (Zomermaand 30 dagen.)
Zaterdag 1
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 24 Mei 1895.
Dinsdag jl. diende voor de arr.-
rechtbank te Alkmaar, de zaak tegen den
heer J. H. van Balen, aangeklaagd door
den heer A. P. Staalman, wegens aan
randing van zjjn goeden naam in het
Dagblad voor Helder.
De beklaagde was niet verschenen en
werd ook niet verdedigd. De eiscb van
den officier van justitie is betaling eener
boete van f60.Uitspraak Dinsdag a.s.
Noordzeevisscherij.
De commandant van Hr. Ms. schoener
„Dolfijn", welke met politietoezicht op de
visscherg in de Noordzee gedurende April
was belast, bericht o. a. in zijn reisrapport
„Overtredingen werden niet geconstateerd
alleen was het eenige malen noodig enkele
schippers van vissehersschuiten opmerkzaam
te maken, dat zg behalve hun juiste num
mer nog een of soms twee nummers op
hunne zeilen hadden, die hun niet toebe
hoorden en bjj het verwisselen van eigenaars
der zeilen niet doorgehaald of onkenbaar
gemaakt waren."
.Rijkscommissie voor de examens
tér verkrjjging van een diploma als stuur
man aan boord van koopvaardijschepen zal
aanvangen den II Juni, te 9y2 uur, zitting
houden te Amsterdam, in 't raadkais aldaar.
Van het in aanvaring geweest zjjnde
stoomschip »Conrad" is de boeg aan beide
zijden ernstig beschadigd, doch aan bak-
boordszjjde het ergst, waar zjj geheel is
ingedruktde steven is verbogen.
52 balen tabak en 33 balen kapok in de
voorste afdeeling, liggen onder water en
zullen aan dek gebracht moeten worden. Het
overige van de lading -is in goeden staat.
Maandagnacht is te Amsterdam we
der op een brutale wgze ingebroken.
Tusschen 2 en 4 uur hebben de daders
zich toegang verschaft tot het huis van
den heer Hazenberg, Keizersgracht 415.
Door een buis op de Leidschegracht, dat
verbouwd wordt en waar de ramen uit
waren genomen, hebben zjj over de daken
den achterkant van de woning des heeren
H. weten te bereiken. Door een valraampje
in' de lantaarn boven de kenken zijn zjj
vervolgens naar binnen geklommen. Toen
de éérste, bljjkbaar de vlugste, binnen
was, heeft hjj zjjn opvolger of opvolgers
bet afdalen gemakkeljjk gemaakt door on
der het raampje op de rechtbank een
stoel te plaatsen met een stoof er bovenop,
welke meubels later nog aldus gevonden
werdén. In de keuken hebben de heeren
zich te goed gedaan aan wat aldaar van
bun gading aanwezig was, zooals panne
koeken, gebakken aardappelen en eieren.
Na goed gesmuld te hebben zjjn ze naar
boven gegaan en hebben aldaar uit een
der kamers eenig zilverwerk geBtolen, uit
den zak van de baker flO'en uit de por-
temonnaie van de meid eenig klein geld.
In het doen van verdere bezoeken wer
den zjj gestoord, want mevrouw H., het
gerucht, dat zjj bjj het trappenklimmen
maakten, hoorende, waarschuwde haar
echtgenoot, die het raam openschoof en
moordschreeuwde, welk angstgeschrei
de aaudacht trok van een paar nacht
wakers en een voorbijganger. Toen was 't
echter al te laat, want de dieven hadden
doodbedaard door de voordeur de woning
verlaten, hetgeen hieraan merkbaar was,
dat de knippen van de deur afgeschoven
waren.
Toen de nachtwakers dan ook, met be
hulp van den sleutel, dien de heer H.
hun toegeworpen had, het huis binnen
traden, was er niets verdachts meer te
bespeuren. Van de dieven is geen spoor
ontdekt.
Dinsdagmorgen werd te Amsterdam
een dienstmeisje uitgezonden om bood
schappen te doen, waarvoor men haar een
muntbiljet van f 10 had meegegeven. On
gelukkig ontglipte haar het biljet en woei
in de Heerengraebt. Dadeljjk schoot een
wakker jongmensch toe en wist 't er uit
te balen. Na 't terug ontvangen te hebben
bedankte zjj, tintelende van vreugde, het
jongmensch, maar daarmee was de reke
ning niet voldaan. Hjj wenschte een fooitje,
en toen zij verklaarde niets bjj zich te
hebben, zei de leuke kwant»Nu, dam
moet ik ten minste een zoen van je hebben
Dat had echter heel wat voeten in de
aarde. Na veel pruttelen maakte zjj van
den nood een deugd en stemde, blozende,
in den losprijs toe Groote hilariteit onder
het toegestroomde publiek.
Hamburg, 20 Mei. De gezagvoerder
van bet st. German Empire,' van Hartle-
pool komende, rapporteert twee masten,
waaraan zeilen en ra's, gepasseerd te zijn.
Het voornoemde en een menigte hout dreef
ter hoogte van Doggersbank zeer gevaar
lek voor de scheepvaart.
Marokkaansche zeeroovers.
Het Engelscbe blad »Fairplay" geeft eeB
verhaal van het gebeurde met de»Anna,"
en knoopt daaraan de volgende opmerking
vast
»Met het oog op de vele zeilschepen,
die op den huidigen dag voorbij de Moor-
sche kust motten vareu, zou 't wellicht
raadzaam zjjn, indien al de Europeesche
Regeeringen bjj het uitklaren van de
schepen, gedrukte instructies uitreikten,
waarbjj de gezagvoerders gewaarschuwd
werden om die kusten niet te dicht te
naderen. De gezagvoerders en officieren van
zulke schepen kunnen zeer zelden weten
wat er op eenige plaats tusschen Oran in
de Middellandsche Zee en Kaap Juby aan
den Atlantischen Oceaan gebeurt. Op of
dicht bjj deze laatste plaats werd zeer
onlangs een Spaanscbe kustvaarder buit
gemaakt, de lading gestolen en de beman
ning gevangen genomen, opgesloten, op een
schandelijke wgze behandeld en oprantsoen
De geldeljjke schadevergoeding, door
Spanje geëischt, kan Nederland in dit ge
val moeiljjk bevredigen, en de stappen, die
door dit land genomen zullen worden, zul
len niet alleen voor Nederland zelf van
groot belang rgo maar zullen met leven
dige bellangstelling gevolgd worden door
andere zeevarende natiën. In gewone om
standigheden zou men zich op den sultan
moeten beroepen, doch dit zou evenveel
nut stichten als psalmen te zingen voor
een dood paard, want de woelige stammen
van die kust bekommeren zich even weinig
om zjjne bevelen als om de golfjes van
de Zuiderzee. De terechtstelling teeischen
van een half dozjjn belhamels, zelfs al werd
die ten uitvoer gebracht, zou toch niet van
bljjvenden invloed zijn op een volk met
zulk een rooflust en zulk een slecht ge
heugen. Wanneer men een wilden stam
aanvalt, die aan geene Regeering, welke
ook, gehoorzaamheid betoont, is 't de ge
woonte hunne goederen en woningen te
vernietigen, en zonder twjjfel kan Neder
land dit ook wel doen, want er zijn ver
schillende plaatsen in de nabijheid van de
plaats, waar de aanval gepleegd werd, en
waarschijnlijk ook nog andere binnen het
bereik van 't geschut. Zulk een optreden,
met goed gevolg ten uitvoer gebracht,
kan handelsvaartuigen, die deze kust be
varen of nabjj het land ankeren, voor
misschien tien jaren vrjjwaren, doch indien
geen geheele verandering van regeering
plaats vindt, kunnen na dien tijd meer
gewelddadigheden verwacht worden, want
ofschoon net volk eeuwenlang in de na-
bjjheid der beschaving geleefd heeft, ver
keert 't nog altjjd bjjna in denzelfden
achterlijken toestand als waarin de kust-
stammen van Etrurië verkeerden in de
dagen der Hunnen, toen de zeerooverjj als
een eervolle betrekking werd erkend en
alleen slaven handenarbeid verrichtten. Vol
hoogmoed, aanmatiging, luiheid en een
ingewortelden haat jegens alle Christen
honden, zouden deze stoute zeeroovers tot
betere diugen gebracht kunnen worden,
..dien zjj maar onder betere leiding ston
den maar zoo als de zaken nu staan,
leven zjj onder eene regeeriDg, die meer
verdorvenheid en ontucht aan den dag
legt dan ooit voorkwam.
Hoe dit zjj, deze euveldaad op de Anna"
heeft Nederland nu een gelegenheid ge
geven, waarvan 't gretig gebruik dient te
maken, én zjjn naburen zullen vol belang
stelling een oogje houden op de wgze,
waarop het de zaak gaat behandelen, 't
Is een dure plicht de bestraffing zoo ernstig
te doen zjjn, dat de lusf tot verdere aan
vallen verdwijnt en de goedkeuring van
andere natiën verkregen wordt."
Een schipbreuk.
Het stoomschip »Newcastle" bracht
te Dover vier schipbreukelingen
aan, de eenig overgeblevenen van de uit
tien koppen bestaande bemanning van de
Noorsche bark »Geylon". Onder de ge
redden is ook de kapitein van de bark.
Deze verhaalde dat hjj 8 Mei uit Drammen
vertrokken was met een lading hout naar
Liverpool. Bg Haisborough was het schip
op een zandbank geraakt, waar slechts
twee vademen water stond. Toen de wind
spoedig daarna overging in een storm, werd
de positie van de bemann.ng verschrikke
lijk. Zij bonden zich vast aan den bezaans
mast, maar het werd noodig dezen mast
te kappen ten einde het schip voor omslaan
te bewaren daarna klampten zjj zich vast
aan den fokkemast. Zoo brachten zij den
nacht van Zaterdag op Zondag door, terwijl
de golven voortdurend over het schip bra
ken. In den ochtend werden de groote mast
en een ra van den fokkemast weggeslagen,
in hun val de drie booten verbrijzelende,
zoodat de eenige kans op redding was, door
een voorbjjkomend schip te worden opge
nomen. Den geheelen nacht door werden
fakkels gebrand en kanonschoten gelost;
deze noodsignalen werden beantwoord door
het lichtschip van Haisborough, maar er
kwam geen hulp opdagen. Later op den
dag zagen de uitgeputte mannen vier stoom-
booten en twee zeilschepen, maar deze
schenen het wrak niet op te merken of
door den storm niet te kunnen naderen.
Tegen den middag brak het schip in
tweeënde kapitein en de drie anderen,
die zich op het achtergedeelte bevonden,
dreven den geheelen dag rond, tot zij
eindelijk Zondagavond, geheel uitgeput,
door de »Newcastle" werden opgenomen.
Van hun zes kameraden, die zich op het
voorste gedeelte van het wrak hadden
vastgebonden, hadden zjj niets meer be
speurd vermoedeljjk zijn deze omgekomen.
Ingezonden.
Lombok en de Haaks.
In no. 2321, van Woensdag 15 Mti 11. dezer
courant trof ik, onder de daarin voorkomende
ingezonden artikelen, een stukje aan, getoekond
Y, onder den titel: Eene instelling, die steun
verdient." De schrijver treedt daarin in 't krjjt
voor het sedert December 1887 ten onzent
bestaande «Fonds tot ondersteuning ter aan
moediging van redders van schipbreukelingen,"
en beveelt den steun dier weldadige instelling
veel warmte aaD. Ik herinnerde my, on
der de lectuur van dat artikel, den tjjd, toon
dat Fonds werd opgericht, tengevolge van de
roemrjjke redding der talrijke schipbreukelin
gen van de »R e n o w n," op bod drietal dsgen
i Wiotormaand van genoemd jaar, cn van
hnlde, toen door de erkentelijke bevolking
er gemeente aan de kloeke, heldhaftige be
manning der Heldersche reddingboot gebracht.
Maar de lectuur van het bewuste artikel had
bjj my nog een ander gevolgik vergeleek
nl. de heldendaden, door een deol van het
Indische leger op Lombok verricht, bij die
onzer vletterlieden, zoo vaak betoond bjj voor
komende strandingen op onzo kust, en ik trad
daarbjj tevens in eene vergelyking omtrent do
waardeering van het een en het ander, 'k Wil
niets, hoegenaamd niets afdingen op de on
miskenbaar groote verdiensten van ons Indisch
r, dat, ouder aanvoering van generaal Vet-
de oer van onze vlag op L)tnbok hand
haafde ik breng volgaarne hulde aan don
moed, het beleid en de toewjjding van de offi
cieren en minderon, die daar, in verre gewes
ten, hun leven in de waagschaal stelden voor
de handhaving van ons prestige in den Indi-
schen Archipel. En ik zou zeker modejuichen
als ik mjj op de plekken bevond, waar de
bevelhebber, de officieren en de manschappen,
die aan de bedoelde expeditie hebben deelge
nomen, bjj het betreden van den vaderland-
schen grond, worden verwelkomd en gelauwerd
ik zou ongetwjjfeld ook instemmen met de hnlde,
te brengen aan de meest verdiensteljjkon onder
hen, als eerlang het kruis voor moed, beleid
trouw bnn, door vorsteljjke hand, wordt
op do borst gehecht. Ik wil in 't minst niet
afdingen op do eervolle erkenning, op de waar
deering der grootschs daden, door ons dappor
leger in hot vorige jaar op Lombok verricht.
Iutegendeel, ik ben vol sympathie voor die
heldenschaardoch als ik let op het doel,
waarvoor zjj werkzaam waren, dan staat hun
bedrijf verre achter hjj dat, waarvoor ODze
niet minder dappere menschenreddera zich vaak
inspannen, oui in nood verkeerende schipbreu
kelingen, in 't barnen der gevaren, aan de
klauwen van den dood te ontrukken, 't Gevaar,
om bjj 't volbrengen van znlk een reuzenwerk
hét leven te verliezen, is menigmaal niet min
der groot dan dat van de krjjgers op het bloe
dig oorlogsveld, doch het doel't behoud
van kostbare menschenlevens, staat oneindig
hooger dan dat van de vernietiging er
van. Daar merken we op slachting van mode-
menschon, die hunne vrijheid en onafhanke
lijkheid trachten te handhaven en to verde
digen hier krachtdadige pogingen om
natuurgenootcn in het leven te behouden;
daar handelingen, in ljjnrechten strjjd mot
het groote gebod van onzen verheven Gods
dienst: «Bomiut uwea naaUc als uzelveD,"
hier stipte naleving van dat voorschrift dor
Grondwet van het Christendom daar vol
slagen afwjjking van het voorbeeld, ons nage
laten door den grooten Siichter des Christen-
doms, die het land doorging goeddoende
hier getrouwe navolging van dat exempel,
zelfs bjj 't woeden der opzwcepende golven.
De namen van mannen, als Martinus van der
Ham, Comelis Dito en de nog lovendo Theo-
dorus Rjjkers, die zoo menigmaal hun lovon
waagden, om hunne medemenschen vaak
niet eens landgenooten aan de macht van
den dood te ontrukken, mogen m. i. evenzeer,
ja, nog veel moer gehuldigd en in ecre ge
houden worden, dan die van de dapperste
veldoversten en hunne manschappen, die oor
logslauweren hebben behaald. En daarom
breng ik ook volgaarne dank aan het voljjverig
Bestuur van het Heldersche Reddingfonds, dal
jaar aan jaar voortgaat, eenige ponnings-
kens bjjeon te zamelen tot hot verkrjjgen van
een fondsjc, waaruit, bjj evontuëolo zeerampen,
verminkte redders van schipbreukelingen of
nagebleven betrekkingen van deze helden in
stormgevaar eenigszins kannen onder
steund worden. Gaarno breng ik holde aan
het streven van Bestunrderen, om bjj de stoere
mannen, die in doodsgevaar verkeeronde schip
breukelingen pogen te redden, de bewustheid
to wekken, dat, mooht hun hoogst gevaarlijk
bedrjjf hun schade aan ljjf of leven berokkenen,
aan hen of aan hunne nabljjvendo vrouwen
kioderen ten minste eenige zorg zal worden
gewjjdmaar ik vraagwat beteekent voor
zulke gevallen, als ze eenigszins omvangrijk
zjjn, de geringe som van f 3500, die toch eerst
in bjjna acht jaren tjjds door een hoogst
zuinig beheer, en door 't vorzumelen van vaak
zeer geringe bijdragen, kon worden bjjeenge-
bracht? Wat beteekent dit lnttole sorameij',
vergeleken bij de zeer aanzienljjke bjjdragen,
ton vorigeo jare voor de helden van Lombok
offer gebracht r En toch, nog eenshoe-
verhevener is het werk dor menschenred
dera in aard en strekking dan dat der krijgs
lieden op het veld van oorlog! Meu meone
nu niet, dut HH. Bestunrderen van het Red-
diDgfonds in den loop der jaren verzuimd heb
ben, de aandacht op deze instelling te vestigen,
eene grootcre mate van belangstelling bjj
autoriteiten en bij het publiek hier te lande
te wekken. Enkele jaren rcods na de stichting
van het Fonds hebben zij zich gewond tot een
aantal hooggeplaatste personen, o. a. tot den
toenmalig >n Minister van Waterstaat, Handel
en Nijverheid, teneinde te bewerken, dat het
plaatseljjk FoDda tot een Vaderlandsch Fonds
zou worden uitgebreid, met directen steun van
don Staat. Persoonlijk, zoowol als in geschrifte,
hebben zjj zich bjj dio autoriteiten aangemeld,
do goede zaak krachtdadig to bepleiten.
Hunne stem bleef echter als die eens roepen
den. 't Bleef bij beloften on betuigingen van
sympathie voor het zeer lofwaardig streven.
Men leze het geschrift een uitvoerig ver
slag van deze onvermoeide pogiDgon behel
zende dat indertjjd in druk verschenen en
door het Bestuur gratis verspreid werd. Be
langstellenden zullen voorzeker gaarne een
afdruk van dit alleszins lezenswaardig rapport,
door tu8sohenkomst van een der Bestuursleden,
kannen verkrjjgen. Wellicht draagt ook
mjjn opwekkend woord, uitgaande van eene
vergeljjking van de grootsche daden op Lombok
met die op do zandbank do Haaks verricht,
er toe bij, om de belangstelling van het pn-
biiek in onze zoo weldadige, plaatselijke in
stelling te wekken en te versterken.
Nog ééno opmerking ten besluite. Was het
inderdaad toevallig, dat de 28 ingezetenen
dezer gemeente, die zich, bljjaena do ondor-
feekeniug van het nog altjjd vigeerende Regle
ment, verecnigden tot stichting van het Rod-
dingfoods, tot dit tchoono, waarljjk monsch-
lievende doel juist op den eersten kerstdag
van 1887 bijeenkwamen? Mjj dunkt, het is
in ieder geval toevallig of opzettelijk
zeker zeer opmerkenswaardig. Op den gowich-
tigen feestdag, waarop geheel do Christenheid
zich vereenigt, om den geboortedag to vieren
van den grooten Stichter van het Rjjk van
waarheid en deugd, kwamen die mannen
bjjocn, om, gevolg gevende aan het tweede
artikel van de Grondwet Zjjns Koninkrijbs
Hebt uwe naasten lief als u zclvon," eene
instelling in het leven te roepen, die van het
streven tot naleving van dat voorschrift op
zoo uitnemende wjjze getuigt. Waarljjk, dit
zeer eigenaardig feit raag niet onopgemerkt
bljjven. En de vermeldiog cr van hier ter
plaatse drage in ruime mato er toe bjj, om de
werkzaamheid van Bestuurderen des te hooger
te doen schatten, om hot Fonds des te krach
tiger to doen steunen!
Helder, 20 Mei 1895. X,
cn Ugur.
Aan den kapt.-luit. t. z. L. J. K. A. Joekel,
staf-officier der marine te Willemsoord, is een
buitenlandsch verlof verleend naar België en
Frankrjjk.
De machinist le klasse J. K. S. Schonlau,
thans non-actief on do machinist-leerling le
klasse C. P. Kaptein, dienend a. b. Hr. Ms.
monitor «Reinier Claesaen", worden met den
la Juni geplaatst in do rol van Hr. Ms.
wachtschip te Willemsoord on gedetacheerd
a. b. Hr. Ms. kanonncorboot «Sperwer."
EEN
ONVERSTANDIGE
BELOFTE.
«Waarop steunt dit vermoeden?
z/Bremon is naar Bronnen gereisd de brief
van den overledene was zjjne legitimatie; hjj
zal zich portefeuille, horloge en beurs hebben
toegeëigend."
«Dan moet voh Bretoen tetstond na zjjn
terugkeer van Brunnen geïnterpelleerd wor
den," viel hem do vrijheer in de rede. «Mag
ik u verzoekon, dit in mjjn naam te bewerk
stelligen? Mocht mjjnbeer het raadzamer
aehten, mjj persoonlijk de papieren ter hand
te stollen, dan verzoek ik u, hem bierheen te
brengenik ben elk oogenblik bereid, hem te
ontvangen."
De baron stond op.
«Onze eisob zon tot een ernstig tooneel met
dien heer aanleiding kannen geven," zeide
hjj, »maar bjj moot gesteld worden. Zoodra
von Bremen teruggekeerd is, zal ik er onver
wijld met hem over spreken. Gjj zult van de
reis vermoeid zjjn; ik wilu niet langer storen.
Wanneer het niet te laat mocht worden, dan
bericht ik u nog beden avond, welk antwoord
ik ontvangen, en wat ik verder vernomen
heb."
Hjj nam met een handdruk afscheid en ver
liet de kamer. Nadat bjj de deur achter zich
gesloten bad, zweefde een spottende lach om
zyae op elkander geperste lippen.
Het was zjjn doel geweest, Ida met den
plotseliDgen dood des graven in kennis te stel
len hjj bad dit oogmerk spoediger en doel
matiger bereikt dan hjj het had kunnen ver
wachten.
Het verzoek van den vrijheer, hem op de
reie naar Italië te vergezellen, was eveneens
triomf voor hem op dezo reis moest nn
beslist worden, wat hjj van de toekomst mocht
verwachten. In elk geval had hjj een grooten
stap voorwaarts gedaan, en hij kon daarmede
tevreden zjjn.
Eene bekende stem wekte hem uit zjjn ge-
toen hü juist voornemens was, zich naar
zjjne eigene kamer te begeven; bij keek op
en had net gelaat van Bom voor zich, wions
zichtbare opgewondenheid hem terstond in het
oog moest loopen.
«Wat is u overkomen vroeg bjj bedaard.
«Men zou denken, dat gjj oen spook badt
gezien."
«Dwaasheid antwoordde Bom spjjtig, «voor
scherts ben ik nu niet geluimd. Mevrouw
B!öto heeft mij laten verzoeken, haar in eene
ernstige aangelegenheid met raad en daad
mjjn bjjstand to verleenen. Ik weet niet, boe
ik dit moet uitleggende dame kent mjj te
nauwernood, en ik zou n willen verzoeken
«Waarde vriend, ik heb geen tjjd. Mevrouw
Blote Hot het eerBt dit verzoek tot mjj rich
ten, maar ik moest een afwjjzend antwoord
geveD."
«Waarom
«Omdat in dezelfde minnut vrjjheer von
SteinpelB aankwam. Naar aanleiding daarvan
heb ik deze dame doen weten, dat zjj zich
tot oen ander moest wendengjj zult u zeker
volgaarne te harer beschikking stellen."
«En gjj weet niet, wat het hier betreft?"
•Ik kon het niet vernemen."
«Gjj hebt haar dus naar mjj vorwezjn 7"
vroeg Born, diep ademhalend. «Dat is iets
anders."
«En ik hoop dat gjj er mjj dankkaar voor
zult zjju," antwoordde de baron spottend.
«Dankbaar Om welke reden Do kwestie
dezer dame kan voor mjj lastig en onaange
naam worden
«Zooveel te beterHoe meer gjj deze dame
aan n verplicht, hoe gemakkelijker het u val
len zal, haar hart en hand te veroveren. Voor
u ware dit eene schitterende partij, August
ik zou in nwe plaats het plan rijpelijk, over
leggen."
>Dus zoo staan do zaken?" zeide Born
peinzend, terwjjl hij den hoed afnam en met
een zjjden zakdoek over den kalen schedel
streek. «Nu, dan zal ik niet langer dralen en
de dame mjjn riddordiousten aanbieden. Tot!
weerziens!"
«Eindeljjk lispte de weduwe, toen August
Born onder eono diepe buiging binnentrad.
«Ik moet dnizcndmuai verschooning vragen,
dat ik het gewaagd heb, u met dit verziek
lastig te valleD, mjjnheer."
«Tot uw dienst," viel hjj haar in de rede,
«ik gevoel mjj buitengewoon vereerd door uw
wensch on dank er u van ganscher harte voor,
dat gjj mjj nwe vriendschap en uw vertrouwen
hebt waardig gekeurd."
Zjjn bük zweefde daarbjj over h« t gezïoht
van Bella, die hem een stoel aanbood, waarna
hjj onder een bniging plaats nam.
.Uw kamermeisje sprak van eene ernstige
en dringende aangelegenheid, waarin gjj mjjn
raad en bjjstand wenscht," vervolgde hjj,
«beschik geheel over mjjik acht mjj geluk
kig, u mjjne diensten to mogen aanbieden."
Een verachtelijke trok tookende zich op
Bella's lippenmevrouw Blö.o echter was
verrukt over do bereidwilligheid van den be
leefden heer, van wien zjj thans de grootst
mogeljjke ondersteuning verwachtte.
Zjj vertelde hem den diefstal en voorname
lijk haar onderhoud met den eigenaar van
het hotel. Hjj hoorde haar aandachtig aau en
viel haar ook goon oogenblik in de redo.
De blik op den grond gevestigd, cchuddu
hjj van tjjd tot tjjd het hoofd, alsof bij zeggen
wilde, dat bjj dit alles niet begreep. Toen
zjj zweeg, streek hjj langzaam met de hand
over zjjno oogen, als iemand, die, uiteen droom
ontwakende, zjjne gedachten tracht te ver
zamelen en den droom wil vasthoudon.
«Dat is voorzeker een groot verlies," zeide
bjj, «en wanneer de hotelhouder beweert, dat
een zjjner gaston den diefstal moet hebbon
bedrovon, dan moet ik tegen wil en dunk deze
bewering logenstraffen. Herinnert gjj u, den
een of anderen gast uw cassette tc hobbon
getoond of hem omtrent den inhoud mededee-
lingon gedaan to hebben
«De Hemel beware mjj antwoordde de
schoone vrouw. «Wat had mjj daartoe aanlei
ding kunnen geven
«Dus kon slechts het dienstdoend personeel
weten, dat gjj deze groote som in uw bezit
hadt
«Ook dit laat zich niet aannemeD, daar ik
de schuiflade, waarin het kistje stond, voort
durend gesloten hield."
«Bahdeze fabrieksuoubelen verleenen ge
heel geen waarborg tegen de nieuwsgierigheid
met een enkelen sleutel kan men allo sloton
openen, en dat al do kellners en kamermeisjes
dit wotoD, zult gjj niet betwjjfelen."
«Ik geloof dit gaarne, maar welken raad
6«eft gjj mjj Wat moet ik doen
rEisch vuu den hötolhouder volledige schade
vergoeding."
«Hjj boweort, dat ik het recht daartoo niet
heb, en hot valt nog zeer te betwijfelen, of
ik het proces «egen hem zou winnen. Volgens
mjjno meening moest de politio or onverwijld
uide in konnis gosteld worden
Daardoor zondt gjj weinig of in 'C geheel
niets bereiken," viel Born haar jjlinga in de
rede; «ook is het niet haro zaak, maar die
van den hoteleigenaar, den dief op het spoor
te komen."
«Ik herhaal, dat deze dief onder het dienst
doend personeel moet gezocht worden wan
neer gjj het wenscht, zal ik don waard daarop
opmerkzaam maken en een ornslig woord met
hom spreken."
Mevrouw B!öto maakte een alwjjzend ge-
I)iar, maar zjj had nog geen tjjd gevonden, een
antwoord te geven, toon na oen zacht kloppen
de Ló elhoudtr binnentrad, vergczold dooreen
s burger gekleed heer.
Do waard stelde zjjn bogeleidor als een
politiebeambte voor, en drukte do hoop uit,
dat deze heer er in zou', den dief op
het spoor te komen on het gestoleno terug to
verschaffen.
Voor mjjn gezamenlijk dienstpersoneel sta
ik borg," voegde hjj or bjj«ik heb door
nauwkeurige nasporingen mjj do overtuiging
verschaft, dat do dief er niet onder gezocht
mag wordon."
«Voor uwe gasten is dit geen vleiend cora-
pHmcnt," zeide Born op boogon toon «wilt
gjj dezen voor den diefstal verantwoordelijk
6tulldn, dan kunt gjj gerust uw hó'ail slniten.
Een dusdanige ontcorendc argwaan zal nie
mand zich laten welgevallen, en ik zeg n bij
voorbaat, dat ik de eerste zou zjjn, die zulks
ia de nieuwsbladen ter algemeene kennis
bracht."
Waart gjj do bestolene, go zoudt anders
spreken," antwoordde de ambtenaar, hom met
een scherpen blik uaustarende «gjj zoudt bot
juist en billjjk vinden, wanneer wjj kier in
alle kamers huiszooking hielden."
(Wordt vervolgd.)