't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. "E^TT Ho 2346. Zaterdag 10 Angnstng 1895. 23»te Jaargang.' Bureau: Zuidstraat. Talefoonn". 63. Abonnement p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct. id. franco per poet 75 idem f 1.12 id. voor het Buitenland f 1.25, idem f 2.00. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT ft Co., te Helder. Btiruux SPOORSTRAAT «i ZUIDSTRAAT AdvertenttSri van 1 tot 5 regels25 C*nt. Elke regel meer 5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. KALENDER DER WEEK. Opkomat der Zon 4 u. 37 m. Onderg. 7 n. 82 m. AUGUSTUS, (Oogstmaand 31 dagen.) Zondag 11 Maandag 12 Dinsdag 13 Laatste Kwartier. Woensdag 14 Donderdag 15 Maria-Hemel vaart. Vrydag 16 Zaterdag 17 NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 9 Aug. 1895. De heer H. Daarnhouwer, die ge durende 50 jaren als Hoofd eener school in deze gemeente werkzaam was en sedert 1886 zjjne dagen in ruste te Alkmaar doorbrengt, trad op gisteren, 8 dezer, zjjn De goedkoope Volkstrein uit Rotter dam, Den Haag enz., bracht hier Woensdag jl. ruim 900 personen aan. Gelukkig was het dien dag goed weder, zoo dat het heel wat levendigheid gaf langs onze straten. Van een onzer elders wonende abonné's ontvingen we heden bet volgend artikel, met uitdrukkelijk verzoek, om het, opdat er des te meer aandacht op zal vallen, te plaatsen onder de nieuwstijdingen uit deze gemeente. «Met onverdeelde belangstelling nam ik dezer dagen kennis van 'tgeen er ten uwent in eene zitting van den Gemeenteraad is ge sproken over de onrustbarende vervuiling van den bodem in uwe gemeente. Dat is m. i. eene zóó ernstige zaak, dat ik u aanbeveel, om ook in uwe conrant daarop de algemeene aandacht te vestigen. Als onderscheidene Raadsleden en ook de volijverige Burgemeester daarover op die wijze spreken, dan is er ongetwijfeld gevaar voor de volksgezondheid. En daarom zou ik den Raad aanbevolen om, hoeveel het ook moge kosten, zoo spoedig mogelijk maat regelen te nemen om het gevaar ai te wenden. Uit mijne ervaring, in verschillende doelen des lands opgedaan, weet ik, hoe ellendige ge volgen er nit kunnen voortvloeien, als men verzuimt intijds het dreigend gevaar te be zweren. Ik behoef, om mijn betoog kracht bjj te zetten, zeker niet aan de ellende van eene plaatselijke typhus-epidemie te herinneren. De maatregelen, die genomen, de offers, die ge vraagd zullen worden, zullen nogal belangrijk zgn, doch wat is dit alles, vergeleken bij de rampen, die uit den voortgang van't bestaande kwaad noodwendig moeten voortvloeien Men klaagt bij u sterk over de zeer onaan gename geuren, die uit de lange gracht, het Heldersche kanaal genaamd, opstijgen. Aan genaam zyn die geuren in 't geheel niet, doch ze zijn zeker niet zoo gevaarlijk als de ver vuiling van den bodem in en om de erven in de kom uwer gemeente. 'k Vernam uit het jongste Raadsverslag, dat het dienstjaar 1894 een batig saldo heeft van circa elf duizend gulden. Dat is een niet onaardig overschot, zou ik meenen. Kon dat nu niet dadelijk aangesproken worden voor verbetering van den bestaanden, ongun- stigen toestand? Mij dunkt, als ik ingezetene uwer gemeente was, ik zou den Raad uit- noodigen, om, met dat sommetje vóór zich, maar een begin te maken met de wegneming op de een of andere wijze van de oor zaken der verpesting van den bodem, 'tls te verwachten dat degelijke maatregelen, genomen om het gevaar af te wenden, bij de bevolking algemeen bijval zullen vinden. Mocht de Raad verzuimen 'tis haast niet te denken 1 om in deze afdoende maat regelen te nemen, en mocht dan over langer of korter tijd eene gevreesde epidemie uit breken, dan zouden zeker in allerijl zeer kostbare pogingen moeten aangewend worden, om het kwaad weg te nemen, 't Zou dan eohter z\jn: den put dempen, als 'tkalf daarin ten gronde is gegaan. Eer het zóóver komt, wil ik hoewel geheel belangeloos mijne waarschuwende stem voegen bij 'tgeen door «enigen uwer Raadsleden en door uwen ge- achten Burgemeester in de jongstgehouden zitting van den Gemeenteraad werd aange voerd. Uitstel is hoogst gevaarlijk en zeer onvoorzichtig, waar het een zoo groot volks belang geldt, als dat der volksgezondheid." (Aan de plaatsing van bovenstaande regelen voegen wjj toe een betuiging van dank voor de belangstelling, die een bewoner eener andere gemeente aan de plaats onzer inwo ning heeft gewyd, en de uitdrukking van den wensch, dat zyn ernstig, waarschuwend woord moge bijdragen, om het dringend gevaar nog intyds te keeren. (De Redactie. Uit Vlisaingen meldt men Woensdagavond is in zee op de hoogte van de Wielingen bjj het overbrengen van loodsen van den een naar den anderen Belgischen loodsschoener, de loodsboot om geslagen. Een loods en twee matrozen redden zich, terwjjl de loods A. F. Raekel- boom in de diepte verdween. De onge lukkige laat een vrouw en 5 kinderen na. Inbraak en brandstichting! Te Krommenie werd Zondagnacht ten één ure bjj den gemeenteveldwachter in gebroken en daarna met petroleum het huis in brand gestoken. Uit de ladetafel werd een doosje met f 1000 vermist. Spoedig sloegen de vlammen uit een openstaand raam naar buiten. De man was voor dienstzaken uit. Vrouw en kin deren snelden op straat. Vóór een der spui ten aanwezig was, was de brand door de beer J. Van Wermeskerken, die zich daar toe binnen het brandende perceel begaf, ge- bluscht. Zoo'n leelijke aap Dezelfde aap 'n echte aapdie deze dagen in >Artis" een beer van zgn valschen knevel zou hebben beroofd, heeft een nieuwe kwajongensstreek uitgehaald. Voor de apenkooi stond een echtpaar zich onschuldig te amuseeren over de allerdolste grappen, die onze »natuurgenooten" boe gek, dat er nog maar altijd apen worden geboren uithaalden, 't Was warmpjes, een van die broeierige dagen, dat de menscb, zonder dat hji iets uitvoert, bet zweet door alle poriën dringt. De oude heer had zich blgkbaar door het lachen wat veel ingespannenalthans op een gegeven oogenblik nam hij zgn hoed in de band en wiscbte met zgn zjjden foulard het eerbiedwaardige hoofd af. Van ditoogenblik maakte de schalk van 'n aap, in wiens vierde of v jjfde geslacht bepaald een kapper schuilt, gebruik om met een vluggen greep zgn goedlachschen bewonderaar in bet haar te grjjpen, eno schrik, de oude heer was als gescalpeerdzgn schedel «wit-opglimmend," zou een Nieuwe- Gidser zeggen. «Wat n knie, er is geen haartje meer op 1" hoorde we het een Amsterdammer, geen impressionist, uitgieren Wjj had den medeljjden met den haarloozen ouden heer. Hg stond daar als een arme zondaar naast zgn gade en kreeg pas zgn tegen woordigheid van geest terug, toen deze hem toebeetMaar wanneer zet je dan toch je hoed op terwgl ze woedende blikken wierp naar den leelgken aap, die haars mans pruik had opgezet en zoo ondeugend met oogen en tanden weerlichtte, alsof hg het komische van den toestand ten volle genoot. Er zgn nog altjjd menschen, die geen couranten lezen! Een reeds bejaarde landbouwer, die Maandag de Utrechtsche paardenmarkt be zocht, blgkbaar met de bedoeling om er een bruintje te koopen, geraakte al spoedig in zulk een opgeruimde stemming, dat hg, de noodige voorzichtigheid uit het oog verliezende, aan een ieder, die het maar hooren wilde, vertelde dat hjj geld genoeg bjj zich had, om als hjj wilde, wel zes paarden te kunnen koopen. Natuurljjk bleven de gevolgen dezer onvoorzichtigheid niet uit, want kort, nadat het boertje weer :ns op zgn rijkdom had gesnoefd, werd jj aangesproken door een paardenkooper, die onder voorgeven van een mooi paard voor hem te hebben, hem eene tapperjj binnenloosde, tot kaartspelen wist over te halen en hem in weinige oogenblikken f150 af won, waarbjj het zeker niet zou zgn gebleven, indien niet de gewaande paardenkooper onraad had geroken en er ijlings van door was gegaan. Te laat be merkte het boertje met wien hjj te doen had gehad, en toen van de kwartjesvinder geen spoor meer was te vinden, bleef hem niet anders over, dan om zonder paarden f 150 armer, maar weder naar moeder de vrouw terug te keeren. De arrondissements-rechtbank te 's Hertogenbosch veroordeelde M. B oud 50 jaar, landbouwer, geboren te Beek en wonende te Vljjmen, wegens moedwil- ligen doodslag op zgn vrouw, die hjj met een geweer had neergeschoten, tot 12 jaar Men schrjjft uit ScheveningenDe hoop dat de bomschuit Arie en Daniël, schipper A. v. d. Zwan, ondanks de onheil spellende geruchten toch nog zou weder- keeren, wordt met den dag flauwer. De schipper van eene andere bomschuit, die, naar men beweerde, de Arie en Daniël na den Meistorm zou gezien heb ben, kon bjj zijne aankomst niets met zekerheid getuigen. Door een waarzegster in het ongeluk gestort I «Morgenster" heeft het in zjjn Amaterdam- schen brief in het «Dgbl." o.a. over de waar zegsters, die het tegenwoordig zoo druk hebben, dat zjj koffiedik te kort koraeD. Het is werkeljjk ontzettend, zegt hjj, zooals dat bedrjjf in Amsterdam bloeit. De menschen leiden er een goed leventje van en geven een vrjj aanzienljjke som aan advertentiën in ver schillende dagbladen nit. De slachtoffers van dit bedrog zjjn meestal arme dienstmeisjes, die tot deze vrouwen, welke alle erfgenamen zjjn van de wereldbe roemde boeken van den ouden Yan Stephen, haar toevlucht nemen om te hooren, welke middelen zjj moeten aanwendon om een vrjjer te krjjgen ofveel geld 1 Aan vrjjgevigheid ontbreekt het deze pro fetessen maar zelden, en de middelen, die zjj voorschrijven, zjjn niet alleen voldoende voor een vrjjer óf veel geld, maar meeBtal voor een vrjjer èn veel geld. De dienstmaagd eener vrjj bekende familie is niet lang geleden door zoo'n waarzegster diep ongelukkig geworden. Dit jonge meisje had zich ook laten ver lokken om aan zoo'n vrouw om raad te gaan vragen. En deze voorspelde haar ontzagljjke rijkdommen. Hoe zjj ze zou krjjgen, doorspel of door erfenis, dat wist de juffrouw zelve niet. Maar zjj zou het geld krjjgen door «een rooien meneer." Aangezien het meisje geen «rooien meneer" in haar familie had, van wien zjj kon hopen eens te moeten erven, lag het voor de hand, dat zjj in de loterjj moest spelon bjj «een rooien meneer." Maar hoe zjj rondkeek en zocht, zjj vond goen rooien collecteur van de loterjj, zelfs geen klerk op zoo'n kantoor kon zjj ontdekken, die ook maar een zweempje van rood op zjjn hoofd vertoonde. Daar vernam zjj, dat in een naburige stad een loterjjhandelaar woonde, die zoo rood was, zoo vaurrood, als men het maar verlangen kan. Zjj reisde op haar vrjjen Woensdag heen en kocht een briefje, een twintigje. En zie, in de eerste klasse kwam het er al uit met eigen geld! Daar heb je 't al 1 Ze ging weer naar de waarzegster en die feliciteerde haar reeds*Meid, meid, hou vol 1 Laat het geluk je niet ontglippen. Hoe jammer, dat je maar een twintigje kunt koopen 1" Dat vond de dienstmaagd ook jammer, en zjj kocht dan ook vjjf twintigjes, met geld, dat zjj vau haar meesteres gestolen had! Nu zucht zjj voor 4 maanden in de gevan genis en is voor haar geheele leven wellicht vorloren. Onderwijzers naar den Transvaal. De Eerste Volksraad der Zuid-Af rikaan- sche Republiek heeft bepaald, dat voortaan onderwijzers, die elders hun diploma ver wierven, om onderwgs te geven in den Transvaal, een aanvullingsexamen moeten afleggen, voornamelijk in bijbelkennis en muziek. Sedert de invoering van de nieuwe on derwijswet werd ook wel reeds zulk een examen afgenomen, maar door het groote gebrek aan onderwijzers werd daaraan weinig de hand gehouden. Deze maatregel werd indertjjd genomen om den grooten toevloed van onderwjjzers uit de Kaap kolonie, die zeer weinig van het Hollandsch weten, te weren. Onderwijzers in Nederland, die naar den Transvaal willen verhuizen, zullen verstan dig doen, met het besluit van den Volks raad rekening te houden. Vreemdelingen in China. Shanghai, 6 Aug. Een telegram uit Foochow aan de «Shanghai Mercury" meldt dat de toestand der Europeanen aldaar tengevolge van de vjjandige stemming der ingezetenen kritiek is. De Chineesche ambtenaren verklaren, dat zjj machteloos zgn tegenover een even- tueelen opstand van het gepeupel. De provincie Tncheng is in oproerhet gebouw der Amerikaansche zending te Tungfuh is in brand gestoken. Per telegraaf zgn kanonneerbooten ge vraagd ter bescherming der vreemdelingen. Aangaande den jongsten Christenmoord in China is nu aan het Britsch Ministerie van Koloniën het volgend bericht van den Gouverneur van Hongkong ontvangen. Deze had zgn bericht wederom van den bisschop. Als plaats der onlusten en des misdrgfs wordt daarin opgegeven Kucheng, honderd jjlen Noord-Westelijk van Foochow. Vjjf zendigszusters werden gedood en vgf ge kwetst. De geheele familie Stewart, uit jjf of zes personen bestaande, is verdwe nen. Een later bericht meldt, dat het geheele gezin, man, vrouw, zoon en nog zeven an deren zgn vermoord. Aan de Chineesche ambassade, te Lon den, is bericht ontvangen, dat vgf personen gedood en gewond zgn. «Times en Herald" hebben telegrammen ontvangen, die den moord melden van tien Engelsche onderdanen, onder welke twee dames Gordon, twee dames Saunders en de dames Yellow, Marshall en Newcome, na afschuwelijke martelingen te hebben ondergaan de moordenaars gebruikten sa bels en spietsen. De hr. Stewart heeft met vrouw en kind den dood gevonden in zjjne woning, die in brand was gestoken. Vier Engelsche en Amerikaansche zendelingen, onder wie twee dames, zgn, hoewel zwaar gewond, ontkomen. Eene keizerljjke commissie is tot onder zoek van het gebeurde afgezonden. Men verneemt nog niet van Engelsche stappen, bjj de Chineesche Regeering ge daan, om in deze satisfactie en, wat meer zegt, betere regeling voor het vervolg te verkrijgen. De meer dan indolente houding der Chineesche overheid is ook hier weer voor een groot deel schuld aan de ramp. De Vereenigde Staten van Amerika, weet men, namen de zaak reeds krachtiglgk ter hand. Uit Shanghai wordt gemeld, dat onder de Europeanen aldaar sterke ontroering en verontwaardiging heerscht, en dat een groote protest-meeting is belegd. Ingezsonden. Huisduinen'* belang. 't Is waar, volkomen waar, dat indertjjd door don Raad dezer gemeente het besluit is genomen, om de gemeente-brandspuit no. 3, gestationneerd in het dorp Huisduinen, to verplaatsen naar het gehucht »de Kooi," in den polder «Het Koegras." De uitvoering van dit besluit is aldus werd dezer dagen door den Burgemeester in eene openbare Raads zitting medegedeeld door verschillende om standigheden bolemmerd. Doch, hoe dit zjj, do vraag mag nog weleens in 't publiek worden gedaan, of het voor Huisduinen niet te bejam meren zou zjjn, als de daar aanwezige brand spuit werd weggenomen, zonder door een ander brandbluschmiddel te worden vervangen. In afgeloopen winter ontstond er, tjjdens den feilen December-storm, brand in een perceel aan do Molenbnnrt aldaar, 't Perceel zelve was door den hevigen wind, vooral op de vlakte, niet te redden, doch de naburige ge bouwen, en zelfs de landbouwhoeve van den heer Terra, verkeerden in ernstig gevaar, dat zjj door de overwaaiende vonken zouden wor den aangetast. Ia zulke gevallen is de aanwe zigheid eener brandspnit in het dorp voor de bewoners en eigenaars van perceelen aldaar van zeer groot belang. En nu dat instrument daar gestationneerd is, gaat het, dunkt mjj, niet aan, bet weg te voeren naar een ander deel der gemeente, waar de gebouwen inden regel lange na niet zoo dicht bjj elkander zjjn gelegen, en waar bet zelfs mooiljjk zal zjjn, in den naasten omtrek van het gehucht een voldoend getal personen te vindon, om als spuitgasten dienst te doen. In ieder geval, Hnisduinen's belang brengt m. i. mede, dat het dorp niet van bet thans aanwezige brandblnsohmiddel wordt beroofd, 'k Meen, dat de bewoners indertjjd, toen 't besluit tot verplaatsing genomen was, zich reeds bjj adres tot den Raad hebben gewend met het verzoek, om aan hetbeslotene geen gevolg te geven, andera gezegd: om 't geno men Raadsbesluit in to trekken. De gewenschte intrekking heeft echter niet plaats gevonden, en nn door een der leden van den Raad op de handhaving en uitvoering er van werd aangedrongen, verdient het zeker bjj belang hebbenden wel ernstige overweging, om op nieuw don Raad uit te noodigon, in Huis- duinen's belang, bet bezit der gemoonte-brand- spuit in dat dorp te handhaven. Het bedoelde Raadsbesluit is toch niet een wet der Perzen en Mediërs I Helder, Augustus 1895. R. Heldersche Mappen. - Dame (bjj hot huren van een kinder meisje) Ik hoop, dat je liefde voor de kinderen znlt gaan gevoelenmjjn 18-jarige zoon maakt natnorljjk een uitzondering. Burgerlijke Stand, gem. Helder. Vanaf 5 tot en met 7 AoguBtus 1895, ONDERTROUWD: Geene. GETROUWD: B. D. do la Hoossajje en D. Korlf. BEVALLENJ. HenninkRas, z. A. WilnerBeneker, d. G. de RoosMangel, d. A. C. van OsElekint, d. M. J. Hoogeland Janse, d. N. GrauiïPronk, z. W. R. v. d. HoevenTjitters, d. C. Wesselde Wjjn, 2 d. OVERLEDEN: C. Oepts, 1 maand, A. Linde, 43 jaar. W. Smit, 5 dagen. J. Pomper, 9 maanden. G. Troost, 15 maanden. Burgerlijke stand, gemeente Texel. van 31 Jnli tot 6 Aug. ONDERTROUWD Jan Rab en Christin* Adolfina Kejjser. GETROUWD: Geene. GEBOREN Cornelis, zoon van Gerardos Cornelius Maria Barhorst en Immetje Maas. OVERLEDEN: Kors Boon, 79 jaren, ongehuwd. Marine en Leger. Hr. Ms. fregat De Rnyter," dat belangrjjke herstellingen op 'sRjjkswerf alhier onderging, is Woensdag jl. onder stoom beproefd en heeft nitstekend voldaan. Naar wjj vernemen zal KEN ONVERSTANDIGE BELOFTE. (32 Zoo vaak hjj aan haar dacht, herinnerde hjj zich ook den laatsten blik, die hem nit bare schoone oogen getroffen hadhjj herin nerde zich, dat deze blik hem vergiffenis scheen te willen afsmeeken voor het zware onrecht, dat hem was aangedaan. Maar dan herinnerde hjj zich ook het aan bod, dat mevrouw Blóte hem had laten doen en hjj begreep dat tuaschen hem en Bella een klove lag. De mededeelingen des kellners vervolden onophondeljjk zjjn gedachten, maar do her innering daaraan diende slechts om hem te verwarren en zjjne sombere stemming te ver- hoogen. Zon Bom, de scbjjnbaar rjjke heer, de huisvriend van mevrouw Blóte, werkeljjk den diefstal bedreven hebben Het was haast ongeloofeljjk, en niettemin bleef do mogeljjk- heid niet buitengesloten. Hjj trachtte nauwkeurige inlichtingen omtrent dien heer in te winnen maar wendde hjj zich niet tot de juiste bron, of was men in deze stad met Bora's verleden niet bekend, hjj vernam niets, wat de moeite waard ge weest was om er aanteekening van te houdon. En had hjj het feit bedreven, hoe wildeRndolf er achter komen? Zjjne moeder verzocht hem, zich gerost te stellen. Zjj meende, dat niemand haar zoon voor schuldig kon en mocht houden hjj moest slechts met opgeheven hoofd onder de menschen gaan, en al hetgeen gebeuren mocht, trotsch het hoofd bieden. Mevrouw Blote zou het niet wagen, bem van een schuld te betichten, voor welke zelfs de rechter geen bewjjs had kun nen vinden. Hjj waB zelfs zedelyk, on misschien ook wettig gerechtigd, een eoreherstel en schadeloosstelling te eichen. Rndolf moest glimlachen over den jjver der goede vronw, die nit liefde voor hem meenin gen verdedigde, van wier ongegrondheid zjj zelve overtuigd was. De aanmoediging zon van een anderen kant imen. Op zekeren morgen trad Heinrich von Bremen in het atelier, onder het voorwendsel, dat hjj voornemens was, voor een vriend schilderyen te koopen, of liever, daar zjj vol gens bepaalde motieven geschilderd moesten worden, te beBtellen. Het doek, dat op den ezel stond, was slechts half voltooid. De meesterljjke teekening ver toonde Bronnen met den Axenstein aan het meer. In gepeins verzonken, stond von Bremen voor het schilderstukeen duistere schaduw vertoonde zich plotseling op zjjn voorhoofd, de fijne wenkbrauwen trokken zich byeen, een pjjnljjko trek vertoonde zich op zjjn gelaat. «Dit stuk is schóón, zeer schoon," zeido hjj na eene poos, met zachte, bevende stem, «maar hét wekt eene pjjnljjke herinnering in mijne ziel op. Waart gjj zelf aan het Vierwaldstatter- meer Eon gloeiende blos overtoog de wangen des schilders, en zichtbaar verlegen wendde hjj het gelaat af. «Ja, daar was ik," antwoordde hjj, «Dezen zomer?" «Van einde Joli tot midden Augustus." Von Bremen had op een Btoel plaats ge nomen zyn blik rustte doordringend op het gexieht des jongelinga. «Einde Juli?" herbaalde hjj. «Men sprak destjjds te Luzern nogal veel over het uit einde van graaf von Fallersleben •Ik herinner mjj niet, dat men mjj daarover gesproken heeft," antwoordde Rndolf, terwjjl hjj plaats nam«eerst na mjjne terugkomst vernam ik hier, dat den graaf aan het Vier- waldstattermeer een ongeluk was overkomen. Ik geloof, dat mjjne moeder het mjj zeide, maar' ik had er geen belang bjj." «En te Lnzern zon men over deze gebeur tenis in het geheel niet gesproken hebben?" zeide von Bremen twjjfelend. «Hier op den Axenstein nam het leven van mjjn vriend een eindedaarom treft dit tafereel mjj zoo. Wan neer het gereed is, wil het mjj dan mededeelen, dan zal ik het koopen." Von Bromen's smart was te oprecht, dan dat Rndolf onbewogen had kunnen bljjven. «Zon dit stnk u niet altoos weer aan het verlies van nw vriend herinneren vroeg hjj. rZondt gjj n door den aankoop niet eene voortdurende kwelling verschaffen?" «Om het even, ik wil het hebben," viel von Bremen hem in de rede, en zjjne stem klonk weder vast en kalm«ook zulke herin neringen hebben hnnne waarde." •Pjjnljjke gebeurtenissen moet men trachten te vergeten 1" «Ook dan wanneer het den wreker bjjna onmogeljjk valt?" Verbaasd keek Rndolf op, want hjj voelde den gloeienden haat, die in deze vraag lag. «Gjj begrjjpt mjj niet, omdat gjj deze ge beurtenis niet kont," vervolgde von Bremen op kalmer toon. «Het bljjft er dus bjjik krjjg het stok?" Wanneer gjj het wenscht «Goed, dat znllen wjj als afgehandeld be schouwen. Over de bestelling, die graaf Fal lersleben n doen wil, spreekt hjj het beet porsoonljjk met o, of zyt gjj niet genegen, bestellingen aan te nemen?" .Waarom zon ik weigeren antwoordde de schilder met een niet te ontveinzen pjjn- 1 ijken trek. >De kunst gaat tegenwoordig op sloffen «Dat was zoo door alle tjjden heenook de beroemdste schilders zagen er geen bezwaar in, orders aan te nemen, en graaf Fallers leben, wees daarvaD overtuigd, zal n geen bod en, waarover de knnst zon moeten blozen." Dat stelt mjj gerost, bovendien zal het mjj immers veroorloofd zjjn, zelf de motieven te beoordeelen Wel zeker, en graaf Fallersleben zal _u dankbaar zjjn, wanneer gjj open en vrjjmoedig uw oordeel omtrent deze motieven openbaart. Het betreft de versiering van een tuinpavil joen. De graaf wenBcht eene onberiBpeljjke decoratie; op den prjjs komt het niet aan, indien er slechts iets voor geleverd wordt, wat bljjvende waarde bezit. Waart gjj in de gelegenheid mjj nog in dit uur te kannen vergezellen, dan zou dit mjjn vriend en mjj zeer aangenaam wezende aangelegenheid kon dan nog heden afgedaan worden. Gjj eet dan heden met ons, en wjj hebben tjjd genoeg om te beraadslagen en te overleggen. Slechts een oogenblik draalde Rndolfdaarna nam hjj het voorstel aande opdracht was eervol; zjj mocht niet zonder reden van de hand worden gewezen. Von Bremen verzocht den schilder een rjjtnig te laten halen, en tot de komst daarvan sprak hjj met hom als met een vor- tronwden vriend over de meesterstukken der schilder- en beeldhouwkunst, die hjj in ver schillende museums gezien had. Daarna nam Rndolf afscheid van zjjne moe der, die sprakeloos was van vreugde over de hem aangedane eer, en stApten de heeren in het rjjtnig, dat hen naar het kasteel Fallers leben moest brengen. Rndolf gevoelde zich tot den beschaafden, knnstlievenden edelman aangetrokken hjj had hem al hetgeen hem bezwaarde, kunnen toe vertrouwen want hjj meende immers nu reeds de vaste overtniging te kannen koesteren, dat hjj bjj dien man eene warme, harteljjke deel neming en ook een juist oordeel zon aantreffen." «Gjj moest een jaar in Rome vertoeven," zeide von Bremen, toen het rjjtnig de stad had verlaten en op den stoffigen straatweg voortrolde. «Wanneer alle mjjne wenschen zich verwezen lijkten, was ik er reeds lang 1" zuchtte Rndolf. Wellicht ontbreekt u alleen don moed om een beslnit te nemen zoo kostbaar is de reis niet, en in de stad der zeven henvelon kan men, met bescheiden eischen, zeer goedkoop leven." Maar er worden niettemin middelen toe vereischt, waarover ik nu nog niet zon kan nen beschikken." «Toen gjj in Zwitserland waart, hadt gjj reeds een goed gedeelte der reis achter den rugik in nwe plaats zon verder zjjn gegaan." Weder overtoog een donkere gloed des jongeling8 wangen. Dat wilde ik ook," zeide hjj, «maar daar mjjne middelen niet toereikend waren, zocht ik gezelschap, waarbjj ik mjj kon aansluiten, en dit heb ik helaas niet gevonden." «Welnu, wat niet iB kan nog komen," troostte von Bremen«wellicht verschaffen de orden van mjjn vriend u de noodige middelenik help hot n van harte wenschen." (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1895 | | pagina 1