't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDEEP EN TEXEL.
Verleden—Toekomst
ELVIRA.
£>0. 2492
Vrijdag 1 Januari 1897,
26its Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoons". 63.
Spoorstraat.
Telefoonn. 51.
Atoomiomont
p. 8 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per ptwt 75 idem f 1.12'/»-
i per pont
▼oor het Buitenland f 1.25,
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT ft Co., ta Heldor.
Bufmux SPOORSTRAAT n ZUIDSTRAAT
AdvertentiLSn
tui 1 tot 5 reyel.25 Cent.
Elke regel meer5
Oroote lettere worien neer pleeUrmmte berekend.
Advertentie!! moeten uiterliik des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd jjn-_
WaDnecr we 't Kerstfeest eehter den mg
hebben, scheidt ons nog maar een korte spanne
tjjds van den nieuwen jaarkring, en eer we
•r aan denken hebben we den datone van
heden boreikt.
«Do tjjd vervliegt" hoort men bjj die ge
legenheid meer dan anders onder de monschon,
en inderdaad, we moeten de waarheid dier
wcordea orkennen, ofschoon dat vliegen of
vervliegen ons e^rst onder de aandacht komt,
wanneer wo een terugblik worpen op 't ver
leden tion jaren, die zjjn hcengcsneld schynen
ons vaak korter dan óón jaar, dat we voor
de borat hebben.
Maar de tjjd stoort zich niet aan onze op
merkingen met wiskunstige zekerheid gaat by
voort, stsp voor stap, zonder vertraging maar
ook zonder haast. Dio voortgang is door niets
te stuiten en onder 't voortgaan kneedt bjj al
wat hem omringt in den vorm, dien by ge
schikt oordeelt.
Hy breekt rondom af en bonwt even snel
weer op, zet op 't nionwe zijn csohel en laat
dat er op zoolang hy 't noodig oordeelt. De
kinderen van den tjjd zyn de jaren hy brengt
ze voort en verslindt ze weder. Mogen die
jaren in voorkomen en gehake verschillen, de
tyd blyft dezelfde; en brengt hy ook veel
nieaws voort, zyn grootste werk is aan 't be
staande een nieuwe gedaante to geven.
Maar we zullen niet voortgaan een be
schouwing over den tyd te geven we mochten
daardoor eens lijd te kort komen om ta zeggen,
wat ons op het hart ligt.
Bepalen we ons by 't hedcD. Uw onde
vriend, waarde lozers en lezeressen, »'t Vlie
gend Blaadje" brengt n zijn laatste bezoek in
1896, en verhengt zich, we hopen dat u 't
met hom doet, dat hy op heden zyn 25e jaar
is ingetreden.
Velen, die nog Bteeds met welwillendheid
hom in hunne woning ontvangen, hebben hem
gekend toen hij voor 't eerst het levenslicht
aanschouwdezy zullen zonder twijfel vol
mondig erkennen, dat hy heel wat in kracht
en forschheid heeft gewonnen, dat hy van
een zwak kind tot een flink jonkman is opge-
Onder ons, by hoopt nog steeds in wasdom
vooruit te gaan en 't is zijn wenscb, dat go
van zyn groei nog lang getuigen moogt zyn.
Volgens gewoonte komt hij cenige oogo.i-
blikken met u praten op den laatsten avond
des jaars, om met u een blik achterwaarts te
werpen, een kleine rerne te houden over 't
jaar, dat weldra tot 't verleden zal behooren.
Zjjt ge tevreden over 1896 »Jazegt
deze «neen I" ret pt een and.-r *'t is maar
zóó" roept een derde.
«Over 't algemeen" zegt de boor, hebben we
geen slecht jaar gehad maar, van sommige
artikelen zyn de prijzen gedrukt, by andere
worden we door 't buitenland overvleugeld en
met den veestapel gaat 'tniet naar wensch.
s't Leven stelt telkens hooger eischen", zegt
de werkman, »en we wenschen meer loon".
Dat loon werd inderdaad ook hier en daar
verhoogd maar als er geen werk is, helpt
't verhoogde loon al bitter weinig. Toch heeft
de tyd in den toestand reeds veel verbetering
aangebracht, al blyft er ook nog heel wat te
wenschen ovor.
«Die vreoselyko concurrentie" zucht de
koopman, hetzy groothandelaar of winkelier,
»'tis op den duur niet vol te honden!" De
reclame wordt tot 't hoogste pont opgeveerd
en ondanks dat alles moet er menigeen zjjne
betalingen staken.
•Beschermende rechten klinkt 't hier on
daar«daardoor alleen knonen landbouw
ny verheid gebaat worden I"
•Neen 1" roept de werkman ea de kleinere
burger, »dat nooit 1" Wo hebben nu al moeite
genoeg om rond te komen, en dan zou de
verbetering, die men wenscht, hoofdzakelijk
nit onzen zak betaald worden on de wioBten
zonden ten slotte in de kus vloeien van hen,
die znlks 't minst noodig hebben."
•Moet de Atjeh-oorlog ook de proportiën
aannemen van den 80-jarigen krjjg en moeten
er rog een aattvl miUioenen door verslonden
worden V kliekt bier en daar een stem.
Vrede op aarde" wordt er jaar aan jaar
gepredikt on ondanks die woorden staat iedere
naiie tot de tanden gowapend en ziet menigeen
zuchtend de begrootiDg van oorlog en marine
ieder jaar stjjgen.
Verdraagzaamheid en liefde worden achttien
eenwen lang gewenschl, en men zoekt die tot
nog toe tevergeefs tnsschen de verschillende
kerkgenootschappen en eveneenB tevergeefs in
eigen kring.
En dat alles zou 1896 in orde moeten ge
bracht hebben, zooals misschien deze of gene
in stilte hoopte, toen dat jaar zjjne intrede
deed. Maar dat was toch onmogelyk 1
Laat ons niet verzuimen, ook al blyft er Dog
veel te wenschen over, eens in zeer korte
trekken 'e schetsen, wat er werkelijk is gedaan
om een beteren toestand in 't leven te roepen.
Tot stand kwam, de Dienwe wet op de
faillieten, waardoor 't vertrouwen van den
handelsstand wordt bevorderd een wet ep de
p» rsonaele belasting, waardoor, zoo men meent,
lasten moer evenredig zullen worden ver-
deen nieuwe kieswet, waardoor 't aan
tal kiezers sterk wordt nitgebreid.
O )k de belangen van landbouw en die der
werklieden worden door de Hooge Rogeering
belmrtigd en men verwacht daaromtrent doel
treffende verbeteringen.
Of die nieuwe wetten g.h,el of wel ten
deele aan de verwachtingon zullen voldoen,
dat moet de toekomst loeren en daarvan zal
't volgend jaar alreeds 't oen en andor aan 't
licht kannen
En nn eens rondgezien in onze naaste om
geving.
Voor g'oote rampen ia de plaats onzer in
woning gespaard gebleven en wo hebben 't
geluk gehad, dat de zaken hier steeds hun
kalm verloop hadden. Aan 't hoofd der ge
meente kregen we een nieuwen Burgemeester,
den Ed. Achtb. heer A. J. J. van Stoyo, ter
vervangiog van den hoer C. A. Beukenkamp,
die deze waardigheid tot aan zyn dood heeft
bekleed.
Do WelEerw. heer G. E. Bron, Hervormd
predikant, verkreeg zyn emeritaat en ging
zich elders vestigen.
Ook vorloren we door den dood een man,
op 't gebied van handel en visschery volkomen
thuis, daarbij president van do Kamer van
Koophandel on directeur dor visschorijmaat-
schappij Helder, den hoer S. W. Stooker.
Al hebben er geen omvangrijke scheeps
rampen op onze kast plaats gehad, wanneer
de nood 't vereischto, toonden odsb wakkere
kustbewoners, dat zy bnn ouden roem als
redders van schipbreukelingen kranig wisten
te handhaven.
In den voorzomer kregen we bezoek van
een Duitsch eskader, dat bier veel levendig
heid aanbracht en 't bewjja levert, dat odzs
haven nog steeds als voortreffelijk wordt be
schouwd, ook al maakt de handel er weinig
gebruik van. Aan den hr. G. Buhse, bostuursHd
van Helders Belang, hebben wo in deze zaak
groote verplichting, daar zyne bemoeiingen er
veel toe hebben bygebracht.
De verjaardag van H. M. de Koningin
werd hier luisterrijker dan gewoonlyk gevierd,
o. a. door 't houden van een optocht der
schoolkindoreo.
Volgens raadsbesluit znl eerlang aan don
Paralelweg een Dien wc school wordon go-
bouwd, daar or plaatsruimte tekort komt.
De afdeeling Helder der Mjj. van landbouw
gaf teekonen van opgewekt leven, zoowel door
't organiseeren van een Harddravery-vereeni-
ging, die in Angnslus reeds een wcdstrydliet
honden, als door do poging, die docr haar
wordt aangewend om de weekmarkt, waar
mede hier roeds eenmaal een proef is genomen,
te doen herloven.
Oaderscheidene nieuwe gebouwen werden
voltooid, die, met meer smaak opgotrokken dan
vroeger de gewoonte was, onze woonplaats een
beveiliger voorkomen geven.
Haast zouden we vergeten te melden dat do
stoomtram van hier naar Huieduinen
aantal weken heeft dienst gedaan.
Zietdaar 't een en ander aangestipt dat ons
meer van nabij betreft, waaruit we kannen
zien, dat 'c scheidende jaar ook zyne sporen
alhier h<*fft nagelaten en iets nattigs er
goeds heeft tot stand gebracht.
Er is stof genoeg tot bespreking in den ge-
zelligen kring van 't gezio, zoodat men waarlijk
niet voor verveling behoeft te VTetzen en we
grond hebben om te vermoeden, dat de avond
snel genoeg zal omgaan.
Een vroolyk uiteinde des jaars wenschen
we n dan ook van harte toe, denkende aan
'l oude spreekwoord«Eind goed, al goed".
De zorgen des levens drukken op gewone
dagen by velen al genoeg, dos zet die, als 't
kan, eens voor een enkele maal op zjjde en
verbeidt met elkander 't oogenblik, dat de
stadsklokken 't middernachtelijk nar verkonden.
Wanneer de laatste slag in 't luchtruim
beeft weerklonken, is 'tjaar daarheen gesneld
met al zyn Hef en leed, met zyn vreugde en
droefheid.
Haitelyk moge dan 't aVeel heil en zegen"
in iedere woning klioken, terwjjl de handen
gedrukt worden en de oogen van levenslust
tintelen.
Heil en zegen wenscht n dan ook »'t Vlie
gend Blaadje" (oo en hoopt 't nog menigmaal
te doen.
1896 is ter rnst leve 1897!
De Nieuwjaarsdag is geen dag als andere
dagen, dat ziet men, maar moer nog, men
gevoelt 'traen gevoelt dat 't een feestdag is.
Men bezoekt bloedverwanten, vrienden en
kennissen en ontvangt tegenbezoek, waarbij
van weerszoden wenschen voor elkanders heil
worden geuit. Velen rekenen er zelf» op dat
do feeststemming tot mildheid geneigd maakt
en profiteeren vau die gelegenheidgewoonlyk
wordt dan ook 't verlangen, dat achter ban
gelnkwensch verscholen Hgt, in meerdere of
mindere mate bevredigd. Op Nienwjaaradag
schjjat men algemeen de waarheid te begrij
pen ,'t is zaliger te geven dan te ontvangen".
Ware 't maar met wenschen te verkrijgen,
'tjaar 1897 zon eenmaal als een der geluk
kigste wordon opgeteekend dan zonden land-
bon w en veeteelt bloeien, handel en nijverheid
ruime winsten afwerpen en scheepvaart en
visschery alom welvaart verspreiden.
Hiog 'tvan wenschen af, de verschillen op
staatkuudig en kerkelijk gebied zonden worden
bijgelegd, zonden verdwynendo twisten
zouden zich oplossen in een liefelijke harmonie.
Ware 't met wenschen to verkrijgen, i e
vreeselyke maaier, de onverbiddelijke dood
zon zyne zeis moeten ter zyde zetten en niet
langer zyne olfors mogen wegmaaion.
Maar we weten allen, dat zoo iets onbe
reikbaar ii, on toch doet 't wenschen ods op
Nieuwjaarsdag goed en is 't hart der menschen
zoo vol hoop en welwillendheid, dat zelfs oude
veeten vergeten worden en zy, die in 't onde
jaar elkander minder vriendelijk bejegenden,
in gulheid de haod der verzoening uitstrekken
om weder vrienden te worden.
Wat men van de toekomst verwacht en
hoopt, wat de vraagpunten van den dag be
treft, men laat ze rustendio 364 overige
dagen acht men voldoende voor de behande
ling ervan en wil or zich niet in verdiepen,
want de Nieuwjaarsdag is een feestdag.
Beleeft dien feestdag nog menigmaal, waarde
lezers en lezerossen geniet dien dag nog vaak
in den kring der uwen en ontvangt tot in
lengte van jaren op dien dag in uwe woningen
,,'t Vliegend Blaadje".
KALENDER DER WEEK.
JANUARI, (Louwmaand, 31 dagen).
Opkomst der Zon 8 u. 18 m.
Ondorg. 3 o. 57 m.
óondag 3 Nienwe Maan.
Maandag 4
3EX
Vrijdag
£a tordag
6 Driekoningen.
7
Aan onze abonné's buiten de
gemeente wordt beleefd ver
zocht 't verschuldigde abonne
mentsgeld Vliegend Blaadje en Zondags
blad, 4e kwartaal 1896, te willen over
maken per Poetwissel of in postzegels,
wéér 8 Januari, zullende andera daar
over met 5 cents verhooging per post
worden beschikt.
Postwissels voor dat doel behoeven
slechts met een zegel van 2'/j Ct. beplakt
te worden.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 31 December 1896.
Harlne-Reserve
De Minister van Marine heeft aan de
Eerste Kamer medegedeeld, dat vanaf 1
October 1894 tot op 19 December jl. by
de marine-reserve in dienst zjjn getreden:
58 officieren, 6 machinisten, 5 torpediaten
en 16 matrozen.
Yan hen die bjj de reserve zyn in dienst
gekomen, zjjn tot nu toe slechts een 5-tal
op bun verzoek weder ontslagen. Het komt
den minister vooralsnog niet noodig voor
de eerst onlangs herziene voorwaarden van
dienstneming bjj de marine-reserve thans
weder opnieuw ie wjjzigen.
Geheimzinnige verdwijning.
Nog is men te Amsterdam onder den
indruk van den onlangs plaats gehad heb
benden moord en reeds vernemen we weder
een zeer onrustbarend bericht.
Sedert den eersten Kerstdag namelyk
vermist een der employé's aan de Hol-
landsche Spoor zjjn 20-jarige dochter. Het
meisje was gaan wandelen doch keerde
sedert niet meer terug, terwjjl er geen
enkele reden bestaat om aan te nemen,
dat zjj opzetteljjk bet onderljjke huis heeft
willen verlaten.
Hoewel onmiddelljjk aan de politie van
het geval werd kennis gegeven en een
portret van de vermiste werd gedeponeerd,
is het haar nog niet mogen gelukken het
meisje terug te vinden.
Te Tilburg wond zich Zondagavond
iemand bjj een twist met andere bezoekers
in een herberg zoodanig op, dat hjj in
elkaar zeeg en op de plaats dood bleef.
Boord te Oostburg.
Zondagavond 11 uur werden wegens het
sluitingsuur door de politie uit een herberg
te Oostbnrg, eenige personen verwjjderd.
Zes personen kregen daarop bjj het huis
waarts gaan een woordenwisseling met
elkaar. Aan het einde van de Breestraat
haalde zekere Watermolen een knuppel van
het nabjjzjjnd erf van Yerplanke, waarmede
hjj den verslagene, Van Male, een slag op
de linkerhand en op het hoofd gaf, waar
door deze bewusteloos ineenzakte. Zjjn
makkers Van de Sande en Willems kregen
mede slagen van de beide anderen en gin
gen op de vlocht.
Van Male bleef alleen achter en werd
om halfocht dood gevondeD, nadat hjj nog
een eind had voortgestrompeld. De verala-
gene is evenals zjjn makkers gnnstig be
kend. De drie aanvallers Watermolen,
Canne en Masseleyn ongunstig. Canne heeft
de toedracht der zaak medegedeeld, beide
anderen ontkennen. Alle drie zyn intus-
Beken voorloopig in hechtenis genomen en
werden Dinsdag naar Middelburg overge
bracht.
Nader meldt men:
Watermolen en Masseleya hebben be
kend de doodelyke slagen te hebben toe
gebracht. Zjj verklaren, dat Canne onschul
dig is.
Door wjjlen mej. A. M. D. De Greuve,
onlangs te Renkum overleden, zyn behalve
de reeds gemelde, nog de navolgende le
gaten vermaaktMartha-stichting te Alfen
aan den Rjjn f 1000weesinrichting te
Neerbosch 11000vereeniging Barnabas te
Amsterdam f 1000opleidingsfonds van on
derwijzers te Doetinchem f 1000opleidings-
huizen voor meisjes te Zetten f 1000ver-
eeniging Johannes te Utrecht f 1000; Ge
reformeerde zendingsvereeniging te Amster
dam f 1000; vrjje universiteit aldaar f 1000
het kinderziekenhuis Mirjam aldaar f500,
alle legaten onder den last tan vruchtge
bruik.
Schuiven gaan ze.
Vier elegant gekleede jongelingen, dieblyk-
biar >uit'' waren en de beste voornemens
schenen te hebben om veel geld te verteren
soupeerden dezer dagen in een nachtcafé
te Parijs. Het was zeer laat, toen het
vroolyk gezelschap aanstalten maakte om
op te breken. Een der heeren vroeg om
de rekening, die weldra door den kellner
gebracht werd. Zjj bedroeg niet minder dan
152 francs. Terwyl de kellner in welspre
kend stilzwijgen een afwachtende houding
aannam, haalde een der jongelui een aantal
bankbiljetten uit zyn portefeuille te voor-
schjjn. De tweede wilde niet, dat de eerste
de rekening zou betalen, en haalde op zyn
beurt zyn welgevulde portefeuille voor den
dag. Op hetzelfde oogenblik legde no. 8
een aantal bankbiljetten op tafel, waar
tegen no. 4 zich verzette, zoodat op een
gegeven oogenblik een wedstrjjd ontstond
wie voor het zou mogen inspringen.
Er ontstond nu een komisch intermezzo,
waaraan echter een eind diende te worden
gemaakt. Een der heeren, die het meest
opgewonden scheen, stelde daarom dit
plan voorde kellner zon zich laten
blinddoeken, men zou een oogenblik •blin
demannetje" spelen, en de eerste de beate,
dien de bediende te pakken kreeg, had de
rekening te betalen. De kellner die uit dit
zaakje een goede fooi meende te kunnen
slaan, liet zich glimlachend een servet voor
de oogen binden en nadat men hem een
oogenblikje als een tol in het rond had
gedraaid, begon hjj te grypen. Hjj greep
echter te laat, want de vier heeren' wa
ren op de teenen de trap afgeslopen en
hadden zich reeds door straten een stegen
gierend van pret uit de voeten gemaakt,
toen de onnoozele kellner eindeljjk een klein
tipje Tan zyn blinddoek oplichtte, om een
eind aan dit spel te maken. Den bedrogen
restauratiehouder bleef niet anders over,
dan een klacht in te dienen by den com
missaris van politie.
De hongersnood In Britsch-Indië.
In de centrale provincies van Britsch-
Indië moet het er erg treurig uitzien. Al
thans de heer Goodridge, oud-rechter van
Jabalpur, schrjjft aan de >Englishman«,
die te Calcntta verschynt, dat daar dage-
ljjks duizenden den hongerdood sterven.
Hjj schrjjft dat reeds in September in het
district Jabalpur 97 menschen van honger
waren tomgekomen, in Sangor 98, in Damoh
138 en in Sihora 225. De heer Goodridge
verklaart dat de maatregelen der regeering
niet voldoende zjjn om een eind te maken
aan den nood. Hjj stelt voor openbare
inschrijvingen te openen. Wat deze heer
zegt over den hongersnood luidt geheel
anders dan de officieel* berichten van J~
onderkoning. De tyd zal moeten lee
wie gelyk heeft van deze beiden.
De uitvinder van het dynamiet, Al-
fred Nobel, heeft zjjn vermogen van onge
veer vijftig millioen francs, op enkele legaten
na, vermaakt aan de hoogeschool van
Stockholm.
Een millionairszoon is dezer dagen
te New-York als vagebond en dronkaard
opgepakt. Het is Eduard Field, zoon van
den vermaarden millionair Sir Cyrus Field.
Hjj was vroeger «chatrjjk, maar verloor zyn
geld en maakte zich schuldig aan valsch-
heid in geschrifte. Het gerecht liet hem,
als ontoerekenbaar, weer vrjj, en sedert
heeft hjj een landlooperaleven geleid. Daar
aan komt nn echter een eind. .Benig. zjjner
vroegere vrienden hebben zich bereid ver
klaard voor hem te zorgen en aan hen
heeft de rechtbank hem toevertrouwd.
Bjj de jaarswisselliif.
Nimmer stilstandaltjjd voorwaarts
Spoedt de tjjd, mot vaste schrtên;
En se lts als de jaren scheiden,
Snelt hjj zonder rusten been.
Voor hem is het «rust een weinig",
Een gsnsck onverstaanbaar i
Want hjj toeft niet op sjjn i
En jjlt door alle eeuwen
Maar de mensch rust wel e<
Op den laatsten dag van 'tjaar,
En dan toeft bjj in gedachten
hier en dan eens daar.
t hjj smaken,
Nn eens hier
Vreugde en rouwe i
Als zoo menig i
En sjjn wel en wee treedt voor hem
Krachtig in herinnering.
Doch niet rugwaarts slechts de blikken,
Ook vooruit schouwt hjj meteen.
Niomand toeli weet aan den aanvang
Wat hom beidt op xjjne schrei:o.
Daarom wenscht on hoopt en bidt men
Om het beste deol op aard
Om gezondheid, vraagde, voorspoed
En geluk aan zjjnen haard.
Eón slechts heeracht or over alles*.
Over tjjd en oenwigheid.
Wel hen, dio op Hem steeds bouwen;
Door Zjjn Uefde staag geleid,
Zich een wog door 't leven banen.
Zoo bjj voorspoed als bjj wee
Znllen zjj zich 'tbest bevinden,
En 'l gemoed smaakt kalm en vrrè.
In dien geest het jaar begonnen
In dien geest dan staag gestreefd
Niet slechts 'teigon ik voor oogen;
Maar voor andoren geloeid.
Niet om zegen slechts gebeden,
Maar ook zegon aan elkaar
Steeds bereiden, zjj ons doelwit,
Vrienden ook in 't nienwe jaar I
W. M. Te.
Ingezonden.
Mijnhetr dé RédtuUurf
Het onderling Ziekenfonds van de werk
lieden van 'sRjjks Marinewerf, alkier, ton
doel hebbende bjj ziekte, tegen wekeljjksoh#
contributie'» elkaar te steunen, dat kan niet
anders, of soo iets ondervindt algemeens deel
neming.
In artikel 9 van dit fonds komt voor, dat:
Aan hen die geen drie maanden lid zyn, vrij
willig bedanken of door wangedrag bsdaakt
worden, geen restitutie sal worden uitgekeerd.
Dit is alzoo geldig voor ieder lid. Waarem
nn den een, die een half jaar gecontribueerd
heeft en dit jaar overgeplaatst is (op versoek)
naar de Rjjkswerl te Amsterdam, toch die
reetitntie nit te koeren terwjjl een ander
werkman, die eveneens een half jaar gecontri
bueerd heeft, en ook op zjjn verziek zjjn
ontslag krjjgt, om een parttcnliere betrekking
waar te nemen, dezen dit voordeel niet toe te
r
Volgons
voordeel toe,
mjjn inzien, komt beiden dit
daar ze toch vrjjwilHg het fonds
bedanken. Mjj dankt, het is toch
hetzelfde, of men bjj ontslag naar de Marine
werf te Amsterdam gaat, of, een andera be
trekking krjjgt. In 't heels reglement komt
geen artikel voor, dat dit versohil bekrachtigt.
Ook vindt ondorgetcekendo het in 't belang
en niet meer dan billjjk, voor alle leden artikel
9 van bet reglement eenigssins te wijzigen.
B.v. ieder lid die drie en meer maanden
betaald heeft en op sjjn verzoek ontslag krjjgt,
om een andere betrekking waar te nemen,
bjj 't jeinde van het jaar de restitutie uit te
koeren. Gaarne bad ik dit voorstel in de
jl. vergadering in 't midden gebracht, tsaar
was door dienstzaken verhinderd te komen.
U, Mjjnheer de Redacteur, dankende voor
de plaatsing dezer regelen.
Uw dw. dn.,
M. WULFFELE,
Portier 's Rijkswerf alhier.
ZFJaTTH-iX-iIETOISl
(17
En toen de baron eindelijk de denr achter
zich sloot, keek hjj eens over de velen wach
tenden, on dit schonk hsm een gevoel van
voldoening natuurlijk alleen in het belang
van zjjn goeden bekende, wion hjj gaarne het
welslagen van zjjn degelijke plannen gunde
En eindeljjk sloeg het vier nurde drie
uren, dat de chef te spreken was, waren ver
streken. De dearwachter had du tot taak de
cliënten te doen vertrekkenalleen bjj uit
zondering mocht nog iemand worden toege
laten, wanneer zjjn zaak geen uitstel kon
lyden en als dit soms het goval was met
een goeden bekende, noodigde mr. Snoward
hem gewoonlijk san tafel om onder het oton
zjjn belangen voor te dragen, want de Ameri
kaan was een man van de klok, die vooroit
elk* minuut voor eenig doel bestemde.
Natnarljjk was bet geen licht stukje werk.
wat do deurwachter met do opruiming der
wachtkamer als laatste gedeelte van zjjn uag-
werk had te verrichten. Muar hjj vervulde
zijn taak met onwrikbare vastheid met kalm»
waardigheid dreof hjj de tegoustribbe1et.de
schare naar buiten dat maakte indruk. Daar
was er niet één, die zich niet had voorgenomeu
den volgenden dag de eerste te zjjn en zich
tot den dearwachter te wenden met de woorden
«Ik moet dringend mjjnheer Snoward spreken.
Op de straat keerden zjj het hoofd nog eens
om naar de spiegelruiten van de eerste ver
dieping, waarop nog met vergulde letters to
lezen stond«Grand Restaurant Excelsior",
terwjjl onder de vensters een reusachtig bord
hiog met de aankondiging: Bankfiliale van
T. J. Snoward. New-York en Bnenos-
Ayrae." Met een blik vol bevrediging na
leid nit dit
namen
de lieden voorloopig afscheiduit dit huis
ieder voor zich schatten te zallen weg
dragen.
Toen de dearwachter naar het venster trad
om dit te openeD en de wachtkamer te luchten
gedurende het uur, dat de kantoorbedienden
nog moesten bljjven, zag hjj in do veDSternis
een man staan, die daar was achtergebleven.
Hjj was klein van gestalte, had een donker
kleurig gelaat en zjjn onderdom Het zich niet
op het oog bepalen. De man stak in een
schamele plunje, die niet voldoende was voor
dezen tjjd van bet jaar; de jas was dichtge
knoopt tot den bals, zoodat geen spoor van
een halsboord te zien was. Misschien had hjj
geen boord om.
«Wat wilt gij nog hier?"
•Ik wensch mr. Snoward te spreken."
Uit den mond van don schamel gekleeden
vreemde klonk dit antwoord komiek. Aan zyn
tongval herkende men hem dadcljjk als een
buitenlander en daarmee stemde zjjn ge
laat in kleur en vorm ook overeen.
Met vernietigende minachting keek de deur
wachter den man eons aan bjj meende te
doen te hebben met éóa der velo
die dagelijks pogingen deden om den millionair
to naderon. Doch de kleine Het
streek brengen, hij glimlachte even en zeide
«Ik beb hier do drie volle uren gew
zonder voor den dag te komeo. Gelukkig heb
ik tjjd gouoeg, en ik won liever do
zjjn, daar ik misschien een lange poos met
nw meester moet spreken."
«Dat kan nietge ziet wel, dat het tjjd is
om te fluiten. Eu danwat verlangt ge van
mr. Snoward en wie zjjt ge eigenlijk
,Ik benmaar wat komt er dat op
aan
Gaarne zon de dearwachter grof geworden
zj)D. Deze bezoeker was zeker maar een on
beschaamde, die iets kwam verzoekenzjjn
gebeele niterlyk, vooral dat zwarte kroeshaar,
herinnerde den dearwachter aan den neger,
dien hjj vroeger wol op de kermissen had ge
zien. Maar zjjn vuate bonding hield don deur
wachter in bedwang.
Op dit oogenblik trad de laatste bezoeker
nit het kabinet van mr. Snoward naar buiten.
Het was een journalist, die stof was komon
balen voor een populair artikel in let eerst
volgend nommer van zjjn krant.
Eindeljjk 1" f prak de zonderlinge vreemde
en stond op om bet kabinet binnen te gaai.
De dearwachter trad hem in den weg.
•In ieder goval moot ik n eerst aanmelden.
Enenonder weikon naam
Da kleine dacht een oogenblik na en grijnsde
toen.
•Zeg maarkapitein Mari*En zeg ook,
det het zeer dringend is, ik wil mjj niet laten
afwjjsen."
Schouderophalend en nog steeds weifelend
ging de dearwachter het kabinet binnen, waar
mr. Snoward zich juist de handen waschte
alvorens het kantoor te verlaten.
De Eigulsch klinkonde naam van den
aangemelde bewoog don Amerikaan om den
onbekende toe te laten.
«Laat hem maar binnen, wjj zullon dadeljjk
wel zien
De bediende opende de deur on daar stond
«de kapitein" rocdi op don drempel en grijn
zende boog hjj herhaaldelijk voor den bankier.
Deze bewoog zich niethjj bleef met den hand
doek in de handen staan en geen spier in sjjn
gelaat werd vertrekken.
Toen de deur achter hem gesloten was en
hjj een poosje gewacht had of mr. Scoward
hem zon aanspreken, bogon .de kapitein"
eindeljjk.
«Nu mr. Ralph Snoward, kent ge mjj niet
meer
De Amerikaan legde bedaard den handdoek
neer.
»0 ja, zeker wel ofschoon ik u sedert
jaren oiet gezien heb. Ge heet John Archer,
niet waar
«Goed zoo 1" riep de ander uitgelaten. «Ik
wist wel, dat ge den kleinen John niet soodl
vergeten hebben I Ja, ik bon het in levenden
Ijjve!"
Vervolgens werd het gesprek ia bet Aaeri-
ksansch Engelaoh gevoerd, waar mr. Archer
nog wel eens een brok gebroken Duitsch tus-
achon door Het loopen, zooals dit veel voor
komt in het Noordwesten van Amerika bjj
Heden van gemeDgd ras, die noch de taal van
den vader, noch dio van do moeder volkomen
zuiver hebben loeren spreken.
•Sedort warneer is uw naam kapitein
Morie
«Sedertjs, dat is al lang. - Sedert
ik met den imprtsiario naar Europa kwam
als kanat3naar"
Sooward toonde geen verbazing, geen wan-
troawon, zelfs geen glimlach. Zjjn gelaat
als van steen.
«Kunstenaar Hm 1 dat kan ik denken 1
In een tingeltangel
Archer knikte en maakte gebaren alsof hjj
op do tamboerin sloeg of op de mandoline
spoelde.
•Ik ben onovertrefbaar in het bespelen
den scheUentrommel en de gnitaar en
als goochelaar. Op de aanplakbiljetten u
ik voraeld als de laatete leerling van B<
hot schjjnt een beroemde meester geweest
te zyn die Bosco. Bijna gebeel Europa heb
ik bereisd, moet ge weten, en voor dien schof-
terigen kerel, onzen impressario, mooie sommen
geld verdiend."
«Met één woord, ge hebt het belacbeljjke
ambacht ter band geDomon, waarmee zooveel
klenrUngen hier hon brood komen verdienen
Ge werdt negerkomiek?"
De «kunstenaar" was beleedigd en zette
een hooge borst.
«Oho, ik bon geen kleurling
«Wat? De zoon van een negerindus
een mulat. Maar dat beduidt niets. Waarom
praten we soo lang Ge komt om mjj iets
ai te bedelen?"
Nn gevoelde kapitein Mnrle zich nog
nkt
doch de koele woorden van mr.
ook al niet kwetzender kan-
gekrenl
Snoward
«Ahl Waait de wind nit dien hoek? Wilt
ge mjj eenvoudig ale een landlooper ter sjjde
•Goed geraden, mjjn waarde John, juist
zoo", laidde het bedaarde antwoord. >Je ver
beeldt je toch niet, dat hot andera ie
«Kjjk, nn kom je pas in den rechten toon".
Als jjj nog eoomaal »je" tegen me dnrft
zeggen, sla ik je met deren liniaal om de
ooren", zeide Snoward soo kalm mogeljjk.
•Ja hoe dan Ik dacht, dkt ge
onze onde verhouding zoadt willen berinnoren,
dien goeden tjjd, toen wjj in Californië samen
in dezelfde tont sliepen. Toen hebt ge mjj
alt|jd »uw goeden vriend" genoemd I En heb
ik u niet veel diensten bewezen
«Waarvoor ik je vroeger of later altjjd goed
heb beloond
Gelooft ge dat? No, in ieder geval
denk ik, dat oase onde vriendschap a nog
wel sooveel waard zal tjjn, dat ge mjj, nu ik
in nood verkeer, wol weer op de been znlt
willen helpen".
Bjj het herinneren aan «de onde vriend
schap" knipoogde do onde molat hem toe,
doch op Snoward scheen die vertrouwelijke
wenk volstrekt geen indruk te maken.
«Zoo? En daareven heb je het laten
voorkomen, alsof het je daar niet om te doen
was. Ik begreep het wel je wilt geld
hebben".
«Ja, maar geen kleine aalmoes, sooals men
aan den eersten bedelaar den besten toewerpt".
«Zoo, zoo, kan ik n soms dionen met een
ohèqne op Rothsohild, beer kapitein
De kalmte van den bankier scheen den
malat aan te moedigen. Hjj nam plaat* in een
leunstoel en keek eens rond in de kamer, die
prachtig gemeubileerd was.
«Naar men mjj vertelde, zjjt ge een zeer
rijk man geworden. Het siot er hier nit als
bjj een prins. Ja, zooiets heb ik altjjd wel
van u gedacht. Ge hadt altjjd verstandige in
zichten en dol veel geluk 1 Het lot is mjj
niet zoo gnnstig geweest. Na, ik zal a het
verhaal vaa mijn wisselvallig loven boaparen 1"
Ik dank je voor dio oplettendheidSao-
rd maakte zjjn nagels schoen als hjj daar-
s gereed was, zon hjj er een eind aan
keidat was hem dnideljjk aan te sien.
John Archer hiastto zich dos om nog te zeg
gen, wat hem op bot hart lag.
«Tien dagen gelodon is onze impressario
met de noorderzen vertrokken ik heb nog
een volle maand loon vin hem te vorderen.
Ik heb geen crediet meer kortom, ik ben
aan lager wal, want de kastelein heeft mjjn
instrumenten en oottamei in pand, waarmee
ik na niets meer verdienen kin. Gelakkig
rond ik nw naam ia een courant, en hier
ben ik na 1"
(Wordt vervolgd).