KLEINE COURANT. 't Vliegend blaadje. Voor Helder, Texel en Wieringen No. 2675. Woensdag 5 October 1898. 26ste Jaargang. Bureau: Zuidstraat. Telefoonn". 32. Bureau: Spoorstraat. Telefoonn0. 81. ADonnement p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct. id. franco per post 75 id. f 1.12 l/a. id. voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Bureauxi Spoorstraat en Zuidatraat. Aavortentlên van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk <les DINSDAGS- en VRIJDAGSiMOKGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. Aan onze abonné's buiten de gemeente wordt beleefd ver zocht 't verschuldigde abonne mentsgeld Vliegend Blaadje eu Zondags blad, 3e kwartaal 1898, te willen over maken per Postwissel of in postzegels, VÓÓr 5 October, zullende anders daar over met 5 cents verhooging per post worden beschikt. Postwissels voor dat doel behoeven slechts met een zegel van 2'/s Ct. beplakt te worden. DE UITGEVERS. Aun onze alionnés in Ame rika wordt beleefd verzocht 't verschuldigde abonnements geld te willen overmaken. Vil het Buitenland. »Om Dreyfus aftehalen?... Deze vraag prjjkte jl. Zondag boven een der draad- berichten uit de Franschc kolonie Cayenne, in welk draadbericht gemeld werd, dat vóór het Duivelseiland een Fransche kruiser de .Dubourdieu" geankerd ligt. Licht moge lijk brengt de telegraaf eerstdaags een be slissend antwoord op de gestelde vraag, om trent het doel der aanwezigheid van het oorlogsvaartuig nabjj de akelige verbljjfplaats van den van landverraad beschuldigden ban neling. In verband met het bovenstaande bericht uit Cayenne hecht men waarde aan de vermelding uit Parjjs, dat bjj de rechter lijke macht, die over de herziening van het Dreyfus-proces te beslissen heeft, de over tuiging bestaat, dat by het instellen van een grondig onderzoek over die herziening de tegen woordigheid van den banneling dringend wordt gevorderd. Daarom kan 't zeer goed zjjn, dat de genoemde kruiser tot 't afhalen van den ge vangene is bestemd. De vrienden van den ongelukkige zullen zeker teD zeerste wenschen, dat het doel van den tocht van 't Fransche oorlogsschip geen ander is Eraila Zola is vóór eenigen tjjd ver oordeeld tot het betalen eener boete van circa 3100 francs aan een drietal schriftkun digen Deze lieeren zien al reikhalzend uit naar de ontvangst van dat lieve sommetje, en nu de verbljjl plaats maar altijd door on bekend blijft, hebben zjj beslag laten leggen op de bezittingen vao den bekenden auteur. Een deurwaarder, vergezeld van een com missaris van politie, heeft, voor het beoogde doel, een inventaris opgemaakt. Zy ontzagen daarbjj niets, en schreven zelfs een penhou der op. Een der vrienden van Zola bood aan, het bedrag der boete te betalen mevrouw Zola weigerde dit echter beslist. De verkoop van den inboedel is tegen 11 dezer aange kondigd. Men gelooft echter, dat het eerste het beste voorwerp, dat ten verkoop zal wor den aangeboden, het vereischte bedrag wel zal opbrengen. De Commissie voor de vredesonderhande lingen tusschen Spanje en de Vereenigde Staten van Noord-Amerika hield in 't laatst der vorige week hare eerste samenkomst. De leden der Commissie waren al eenige dagen te voren te Parys aangekomen, en brachten hunne officieële bezoeken bij den Min. v. Buiten- landuche Zaken en by de overige autoriteiten in de Fransche hoofdstad. De vredesonderhan delingen zullen in het diepste geheim gehuld blyven. De voorzitter der Amerikaansche Commissie heeft aan enkele journalisten, die hem bezochten, medegedeeld, dat over de onderhandelingen geen enkel bericht zal of kan gegeven worden, en dat het resultaat eerst bekend zal worden na de ratificatie door de betrokken mogendheden. Hoelang de onderhandelingen zullen dnren, kon de Amerikaansche gedelegeerde onmogelijk voor zien. Hee echt ouderwetsch Chineesch het te- Ïenwoordig in China, onder de regeering der leizerin-weduwe toegaat, is optemaken nit de mededeelingen omtrent beleedigingen en vry ernstige mishandelingen zelfB, waaraan Engelsehen, o. a. personen, die tot het gezant schap behooren, in de hoofdstad van het .Hemelsche» Rjjk blootstaan. Tengevolge der plaats gehad hebbende gebeurtenissen van dien aard heeft de Britsche gezant de Chi- neesche re geering aan het verstand gebracht, dat zy aan zulke afkeurenswaardige feiten subiet oen einde moet maken. Dr. M. W. Pynappel deelt, onder den titel f Medische Kroniek", voorkomende in het num mer van ,'t Handelsblad" van 2 dezer, eene en andere bijzonderheid uit Groot-Brittannië mede. Daaronder komt voor deze mededeeling »En nu nog eene ervaring, die ik met groote ingenomenheid mededeel. Te Ayr, in Schot land, een stadje met 22.000 zielen, zag ik op een gewonen Zaterdag avond, zonder dat er iets bijzonders was, 47 dronken lui, onder wie 12 vrouwen, in het politie-bureau in cel len opgesloten. Zy moesten daar blyven tot Maandag, om dan door den politie rechter te worden gevonnisd. Dat was zoo het gewone slot van de week. En hier?... In hl de vijf dagen van het feest, van 5 tot 9 September, zyn er te Amsterdam, met zijn half millioen inwoners en duizenden vreemdelingen, maar 68 man wegens dronkenschap naar de politie- bureaux vervoerd. Ieder heeft kunnen opmer ken, dat er zoo weinig dronkenschap te zien was, maar ik vond het wel merkwaardig, om, tegenover dat andere cjjfer uit Schotland, ons cjjfer eens te kunnen zetten, en ik stel het zeer op prjjs, dat men mjj daartoe uit het hoofdbureau van politie heeftin staat gesteld. Dht kan men ons dan toch in Engeland be- nyden Evenals uit Parys en Marseillc, kwamen dezer dagen ook uit Londen ernstige klachten over gebrek aan ij 8. Er werd ter verklaring van dit sterk gevoeld gemis, het volgende op gemerkt. In kleine steden kan men zich van de gevolgen van zoodanig y s gebrek moeilyk een denkbeeld maken. Anders is dit in groote steden. Waar een groot deel van het pnbliek in café's eu restaurants leeft, is het een ware ramp en beteekent hetverdacht vleesch, on- frissche dranken, smakelooze vruchten, en wat dies meer zij. Er is in dezen zomer al de helft meer gebruikt dan verleden jaar, en uit Noor wegen kan men, tengevolge van den laatsten zachten winter, niet veel krjjgen. De prijs is al gestegen tot 5 pd. st. (f 60) per ton, dat is vijfmaal zooveel als de steenkolen-prijs. NIEUWST IJ DINGEN. HELDER, 4 Oct. 1898. A T J E H. Van haar correspondent te Batavia ont ving de >N. R. Ct." Vrjjdag het volgen de telegram. Officieel. Teungkoe Tapa richtte ben- tings op te Menarang aan de Simpang Kananrivier. Luitenant-kolonel Reiez is er met honderd bajonetten heen gegaan en heeft de bentings vernield. Tampa vluchtte in de wildernis. Reisz vervolgt hem." Teungkoe Tapa is, zegt het blad, de be kende geestdrijver, die door kolonel Van Heutsz in Edi verslagen en van de Oost kust van Atjeh verdreven werd. Hij week uit naar het Zuiden naar het gouverne ment van Sumatra's Oostkust, waar hij in het binnenland positie nam aan de linker zijrivier van de rivier van Tamiang, geveer een twintig kilometer ten van Seroeway. Zware brand Een ernstige brand ontstond Donderdag avond halfelf in de Eerste Laurierdwars straat 14 te Amsterdam, die zich weldra over 5 huizen uitstrekte. In pand 14 had de heer H. P. Langevcld een nering in boter, kaas en eieren. De bovenverdiepingen waren door 5 gezinnen bewoond: juffrouw Severing (ook Van Ilal- teren genoemd) met een kind, J. Loggen, een broeder van den eigenaar van het per ceel, de ketelmakcr Luusken, met vrouw, moeder en drie znsters, E. A. Buning met vrouw en drie kinderen en de weduwe Mul der met een dochter. De heer Laugeveld, wieus vrouw uit was, wilde in het kamertje achter den winkel water voor de koffie opzetten. Hij stak daar toe het petroleumstel aan. Plotseling had een lichte ontploffing plaats en zag de man kleine blauwe vlammetjes rondom het stel spelen. Hjj nam het brandende toestel op en wilde hot door den winkel naar buiten brengen. Een groote vlam, die opeens op sloeg, noopte hem echter het petroleumstel dicht voor den winkelingang te laten vallen, waarop zich in een oogwenk een reusachtige vlam ontwikkelde. De man greep nog een deken om te dooven, maar daaraau viel niet meer te denken. Radeloos snelde hij de straat op ou bij zyn overbuur, waar hij in de ach terkamer bewusteloos ineenzakte. De agent van politie J. Greve kwam juist op dit oogenblik aauloopen en zag den rook uit den winkel opstijgen. Onmiddellijk begaf hij zich naar boven, waar liy op de tweede verdieping het gezin van E. A. Buning te bed vond. Hij wekte de slapers, nam zelf de kinderen op en bracht deze naar buiten. De brand had inmiddels zulk een omvang aangenomen, dat dralen noodlottig ware ge weest. lieeda begon de trap vlam te vatten toen de ageut, ditmaal gevolgd door drie burgers, J. Lilleman, L. G. Bergman en C. D. P. Ruckert, nogmaals naar boven ging- De wakkere mannen waren zoo gelukkig alle bewoners die nog in huis waren te redden. De ongelukkigen, die voor het meerendcel half gekleed, eenigen zelfs in nachtgewaad, hadden moeten vluchten, werden liefderyk opgenomen by den bakker A. Biachoff. Een deel der bovenbewoners was reeds voordat de agent kwam, gered door P. P. Van den Berg, die hen door zyn huis, over een bin nenplaatsje, naar een perceel aan de Laurier straat geleidde, van waar zy zich naar familieleden begaven. Toen de brandweer aankwam, stond per ceel 14 reeds van onder tot boven in lich terlaaie. Bovendien brandden de bovenver diepingen van de tegenoverliggende perceelen 13 en 15, waarheen de vlammen waren overgeslagen. Met een aanzienlyk materieel, drie stoombrandspuitcn en 3 brandkranen, werd het blusschingswerk ter hand genomen en weldra kon de brand tot den oorsprong beperkt worden. De bovenverdiepingen vari de Nos. 13 en 15 hebben aan de voorzijde veel geledon, bovendien bekwamen ook de perceelen 11 en 9 aan den gevel brandschade- Een half uur na het uitbreken was men den brand geheel meester en een kwartier later was het vuur gebluscht. Het opkamertje van den bakker A. Bischolf leverde een treurigen aanblik op. Daar zat het gezin van Buning, dc moeder met de twee jongsten in de armen, de vader mét zyn oudste by zich. Zy waren in bed door het onheil overvallen en moesten in nachtgewaad vluchten. Iiun geheele have is verbrand en zy waren niet verzekerd. De vader had zich de beenen bedekt met een oude broek van den bakker en dat was het eenige stuk bovenkleeding dat de ongelukkigen hadden. Hun klachten waren vcrschrikkeljjk om aan te hooren. Aan de andere zijde van hst kamertje lag, half zittend, een vrouw, die eerst den vorigen dag het leven had geschonken aan een jongen wereldburger. Een nieuwe triomf voor de phoiograplile. Voor ongeveer 50 jaar geleden begroef een aan vervolgingswaanzin lijdende man een effect Ned. Werk. Schuld ter waarde van f1000 in den grond, en stierf daarna in het Arm huis te Dwingeloo (Drente). Een briefje ge richt aan den officier van justitie te Arnhem, doch mede begraven, behelsde de erkentenis, dat hy het stuk in den grond had gestopt. Door den Rijkswaterstaat is het stuk met do rest van het briefje opgegraven en aan den Minister toegezouden. Den lOen Maart jl. ontving de firma Guy de Coral Co. te Amsterdam van den Pro cureur-Generaal van het gerechtshof aldaar het verzoek om aan zijn parket te komen. Dezo heer had de opdracht van den Minister van Justitie om de firma G. d. C. eene zaak te doen onderzoeken langs photographischen weg, die ook haar bijna onmogelijk op te lossen scheen. De Procureur-Generaal toch vertoonde haar een certificaat N. W. S. van f 1000het bewuBte certificaat dat 50 jaar begraven had gelegen on er allertreurigst uitzag. Het nummer ontbrak totaal, de handtee- keningen, alles wat niet gedrukt was, was verloren gegaan. By dit stuk was gevoegd het bewuste briefje, doch dit was totaal onleesbaar, alleen hier en daar schemerden geelachtig enkele letters door. Dit alles, wat verdwenen en langs chemi- schen weg niet meer terug te krijgen was, moest de fiirma Guy de Coral door de plioto- gruphiu weder te voorschijn doen komen. liet stuk was natuurlijk van onwaarde, zoo lang nummer en handteekening ontbraken, de brief zou vermoedelijk herkomst en eigenaar kunnen aanwyzen. Reeds den 12 Maart d. a. v. mocht het der firma gelukken met eene volledige opgaaf van nummer, handteekening en eene bijna vol ledige ontcijfering van het briefje, voor den procureur-generaai te vorschijnen. Steeds weder opnieuw photograpliuorde zy het toen verkregen resultaat en do verbleekte inkt, geel weggezakt, en totaal onleesbaar, kwam hoe langer hoe meer terug, zoodat het moeielijke vraagstuk, dank zy de photogra- phie, schitterend is opgelost. ,(Wkbl. v. Phot.)" Op den Zuiderzeedijk, onder Edain, hebben drie mannen een landbouwer uit »de Purmer" aangevallen, geslagen, en beroofd van zijn gouden horloge en eenige guldens. De daders zijn door den Burgemeester aangehouden, die ze gevankelijk naar Haarlem liet overbrengen. Moordaanslag-- Een 60-jarige man uit Velp, stond Zaterdag voor dc Rechtbank te Arnhem terecht, beschuldigd van door een geweer schot getracht te hebben zijne vrpuw te vermoorden. De beklaagde, die zich vaak schuldig maakt aan misbruik van sterken drank, ontkent op den noodlottigen dag dronken te zijn geweest en loochent alle opzet. Zijn geweer was, toen hij er toevallig mee buitenshuis kwam, afgegaan, zonder dat hij weet hoe dat kwam. Na het verhoor der getuigen, waaronder dr. Fabius verklaarde, dat de wonden, door de vrouw opgeloopen, niet veroor zaakt waren door een val tegen een muur, zooals beweerd werd, maar door hagel korrels, en de geweermakers Hes van Zweden en Van Erkelens, die de moge lijkheid van verwonding uiteenzetten, eischte de off. van justitie een gevangenisstraf van twee jaar. In zjjn pleidooi bestreed de verdediger mr. Van Balveren, de gronden van den officier en concludeerde tot vrijspraak. Uitspraak 11 October. Hocvelcu zullen er nog wel lnlooprn In een tapperij in de Oudwijkerdwars- straat te Utrecht kwam Donderdag een heer, die zooals hij voorgaf een verre wandeling had gedaan, een poosje uitrus ten. Nadat hij daar eenige oogenblikken had vertoefd, kwam een koopvrouw van middelbaren leeftijd de tapperij binnen, die zich aanstonds zoo tot hem voelde aan getrokken dat zij naar hem toekwam en hem voor hoogen prijs een gouden ring te koop aanbood, waarvan hij echter voor een schuifje eigenaar werd. Na het ijs eenmaal was gebroken, kwamen andere koopwaren voor den dag, waaronder een stuk wollen stof, dat f 50 moest opbrengen, doch waarvan de heer voor f 25 kooper werd. Ongelukkig had deze echter geen geld meer bij zich, zoodat de koop zou zijn afgesprongen, indien de tapster hem niet uit de verlegenheid had gered. Deze liet zich namelijk bewegen om hem de helft meer was er niet in de lade en de man wa3 uit voor te schieten en daarvoor het goed in pand te houdenhij zou dan geld gaan halen en daarna de zaak met haar vereffenen, terwijl de koop vrouw dan des avonds over hetgeen zij nog te vorderen had, zou kunnen be schikken. Kort daarop vertrok de heer en daarna ook de koopvrouw, doch beiden hebben zich sedert niet meer laten zien. Te laat bemerkte de tapster, dat zjj bedrogen was, want het bij haar achter gelaten goed had natuurlijk weinig of geen waarde. Uit liet leven onzer Koningin 't Volgende had plaats in 1892. Een hofrijtuig, maar leeg, rijdt op het Muus- terkerkhof te Utrecht langzaam voorby. Het trekt aller aandacht. Niet lang duurt het of als een telefonisch bericht gaat het van mond tot mond »de Koning in is op den Dom", 't Munsterkerkhof zwart van menschen, onverpoosd naar den grijzen reus opziende. Daar verschijnt weldra op zijn tweeden »omloop" de wit- gevederde hoed, daar beweegt zich een teedere kinderhand en wuift een witte zakdoek alleraardigst de omstanders toe, daar galmt het, en nu in dubbelen zin, uit honderde kelen Haar tegen Oranje boven Zóó was het reeds eeuwen langzoo is het nógzoo zal het blyven, om de doodeenvoudige reden, dat er geen volk ter wereld leeft, welks geschiedenis met die Yan zyn Vorstenhuis zóó één is, als hier in ons gelukkig Nederland. Ja waar lijk in dit opzicht... arm Italiëarm Spanje arm Rusland 1rijk, meer dan rijk Nederland Zooals bekend is, hadden op initiatief vau deu heer M. J. 11. Kessels te Tilburg, 191 NederlaudscheLiefhebberij-Muziek ge zelschappen (harmoniè- eu fanfarekorpsen) zich vereenigd om bij gelegenheid der in- huldigingsfcesten vau H. M. Koningin Wil- helmina een monster-huidebetooging te hou den. De gezelschappen zouden daartoe naar Den Haag zijn gekomen en onder één lei der met een reuzenkoor van pl. in. 8000 muzikanten een paar nationale muziekstuk ken hebben uitgevoerd en daarna voor H. M. de Koningin gedefileerd, ouder het spe len van marsehen. Men had echter buiten de Staatsspoor wegen gerekend, wier directie niet de ver zekering geven kon dat het vervoer plaats zou kunnen hebben. Hierdoor verviel de betooging, maar men besloot een adres van hulde aan de Koningin te zenden en het comité der voorgenomen betooging blijft bestaan om de eerste gelegenheid waar te nemen bv. bij een bezoek van de Koningin aan de verschillende provinciën om als dan de betooging te doen plaats hebben. Onlangs, by een nachtelijke verras sing, die de maréchaussees in liet Pedir- sche ondernamen, werden in de duisternis eenige verdachte gedaanten opgemerkt, die ai spoedig den Atjehschen hemel werden ingezonden. Verder marclieerende, hoorden de mannen eensklaps een heel ongewoon geluid komen van de plek, waar de lijken lagenhet geschrei van een kind. By on derzoek bleek dit te zjjn vastgebonden op den rug van een vrouw, die door het on voldoende licht voor een man was aange zien eu zoo het lot van hare gezellen had gedeeld. Dadelijk verlosten de maréchaus sees de kleine uit haar onaangename posi tie en brachten het wichtje naar Segli. Hier werd het opgenomen door Mevrouw Sterkenburg, de echtgenoote van den com mandant, en verzorgd. En de maréchaus- sées zaten samen en beraadslaagden en werden het eindelijk met elkaar eens, dat de naam van de kleine Atjehsche zou zijn Marechaussina. »(Java Bode.)" Dezer dagen is door iemand uit Gro ningen een zwart lederen portefeuille ver loren met f3280. Dit geld is op zonderlinge wijze te recht gekomen. Het Nieuwsblad v. h. Noorden, waarin de verliezer een advertentie tot terugbe- koming van het verlorene had geplaatst, deelt daaromtrent het volgende mede »Toen we Zaterdagochtend onze groote brievenbus openden, vonden we onaer de vele brieven er één, zeer dik, waarop ge plakt de advertentie uit ons blad geknipt, zonder verder adres. Eerst dachten we aan een mop, maar neen, toen het couvert geopend was, rolde er uitdrieduizend tweehonderd-tachtig gulden in bankpapier, zonder een letter schrift er bij of eenige andere aanduiding. De portefeuille mankeerde echter. 't Geval is zeer merkwaardig en geeft aanleidiog tot het opbouwen van een heel verhaal. Zeker moet de toezender wel ernstige redenen gehad hebben, om ons zoo'n belangrijke som op deze zeer weinig secure manier te doen toekomen. Het geld is natuurljjk afgedragen aan den eigenaar". Ingezonden. Kindervoeding is geen Tryfosa. Naar aanleiding van bovenstaande gevoel ik mjj verplicht een paar regelen neer to schrijven. .Kindervoeding is geen T r y f o s a." Dc door ons gehouden collecte langs de hui zon voor de «Kindervoeding", eene collecte goedgekeurd door onzen E. A. Heer Burge meester, is als geëindigd te beschouwen, maar ook nu geeft zich onze boezem lucht. Niet overal werden wjj op do juiste, zoo geliefde wjjze behandeld. Meermalen werden wy ruw bejegend, of op onaangename wjjze van de deur gewezen. Vanwaar deze onhoffelijkhe den Ik zal het u duidelijk trachten te maken. Meermalen was het ons reeds kwalijk ge nomen, dat wjj opnieuw onze ljjsten pre senteerden, want zoo voegde men ons, en zeer ten onrechte, too, jelui zijt er verleden week ook geweest. Wy dachten eerst niet anders of het was een praatje om van ons af te ko men, doch hoe wjj hiertegen protesteerden, het baatte niet, .wjj waren er de vorige week ook geweest". Eindcljjk werd ons dit duideljjk het was de vereeniging .Tryfosa" geweest, die hare lijsten ter teekening had aangeboden, die ons .den loef had afgestoken." Moge nu worden medegedeeld, dat .Kinder voeding" niets, hoe genaamd niets, hoeft te maken met .Tryfosa", dat «Kindervoeding'* hoofdstreven is voeden" en naar ik vermeen, Tryfosa's .kleoding". En of, en dit moet ik aan het adres van .Tryfosa" zeggen, en of zij nu wel de juiste plaatsen bezoekt om hare offers uit te reiken, betwjjfel ik nog sterk ook, daar wjj, en dit gebeurt meermalen, eerst er op uit moeten, kleertjes te vragen, voordat die kinderen kun nen komen om gevoed te worden. Het zou onze grootste en innige wenscli zyn, dan ook bij «Tryfosa" te mogen aanklop pen, dat zy ons dan van steun wilde zjjn, dat wij haar dan de zoo juiste plaatsen voor haar doel konden aanwijzen. God zorgde er echter voor, dat mildeljjke offers vloeiden. Het streven der kleine .luid- jes", waar van .een Kindervriend" spreekt, wordt alzoo reeds gezegend en vol moed en vertrouwen klopten wjj ook aan bij bnnrman, als wjj ook onheusch bejegend waren. Ten stelligste namen w ji ons voor meer be kendheid te geven aan .Kindervoeding" niet ten nadeele van .Tryfosa" o neen, in het minst mot, maar om onze geachte plaatsge- nooten uit den droom te helpen. Peullleton. OIDEB GEHEIMZINNIGE BESCHERMING. Vrjj bewerkt door AMO. 18) Het was of een geheimzinnige stem haar toefluisterde, dat er wel iets zou gebearen om het onzinnige huweljjksplan van haar va der in duigen te werpen. «Ik vertrouw, dat ge ernstig over mjjn voorstel zult nadenken,» sprak de markies, opstaande om heen te gaan. .En zult gij dan ook nadenken over het geen ik gezegd heb?" vroeg Marie met ver- wonderljjke kalmte. «Neen, Marie, ik zal zeker niet de taal vergeten, die ge tegen mjj gevoerd hebt. .Vader,» riep Marie, terwijl zjj op hem toesnelde, .door zulke woorden doet go mjj OBrecht. Ge weet, hoe lief ik n heb. Ik ben steeds een gehoorzame dochter geweest, maar dit huweljjksvoorstel vervult mjja hart met afschuw. Alz ge mjj nog een weinig lief hebt, aalt ge mjjn woorden billjjken.» De markies was door deze woorden ge troffen maar hjj wilde dit niet latan blijken ea zeide na een poos Ik wil u niet berispen, Marie. Alleen weBsch ik, dat ge alle kinderachtige grillen laat varen en dat ge bedaard nadenkt over hetgeen ik u gezegd hebik beoog alleen Ow welzjjn. Overweeg das rijpeljjk en laat nw oordeel niet door dwaze eigenzinnigheid beheerscben.' Zoodra haar vader dit gezegd had, stond hjj op en verliet' de kamer, zoodat Marie hem niet kon antwoorden. Marie stond ins- geljjks op, trad aan het venster en liet haar blik in den tuin dwalen. Zjj dacht over alles na, wat haar vader gezegd had on hoe meer zjj daarover nadacht, hoe vaster haar besluit werd, dat zjj nooit met Loon dé Maurès in het huweljjk zou treden. Als haar vader het ware karakter van den graaf zon leeren ken nen, zou hjj de eerste zjjn om dit hvweljjks- plan op te geven, hoopte zjj. Maar zjj wist niet, hoe vastbesloten de markies op dit punt was en voor de rust van haar gemoed was het goed, dat zjj dit niet wist. XIII. Eduard Dumat was den geheelen middag bezig geweest aan een teekening, die hj) voor zjjn leerlinge had ontworpen, zonder eenig vermoeden van hetgeen er tusschen Marie en haar vader was voorgevallen. Juist was de schets gereed, toen hjj bespeurde, dat dc zon weldra zou ondergaan. Ter afwisseling besloot hjj nu nog een wandeling te ondernemen naar den heuvel achter het slo«, om de zon te zien ondergaan. Hjj laadde zjjn pistolen, stak ze in den borstzak van zjjn jas, zette zjjn muts op en verliet het slot. Zjjn pad leidde door een dicht bosch, dat links van den slottuin tot dicht bij den voet van den heuvel voortliep. Hjj was juist op den heuveltop, toen de dalonde zonneschijf even de meest verwijderde kruinen van het voorgebergte verlichtte, en weldra was hjj zoo verzonken in den aanbltk van het heer lijke schouwspel, dat hjj geen acht sloeg op hetgeen er rondom hem voorviel. Indien hjj teruggezien had naar het pad, dat hjj zoo even had verlaten, zou hjj drie mannen be speurd hebben, die voorzichtig den heuvel naderden, het pad hjj den heuvel verlieten en zich in hot houtgewas verscholen. Onze jonge held bespeurde daar echter niets vanhjj zag alleen het heerljjke schouwspel voor zich en was een en al bewondering. De zon ging onder in een zee van vloeibaar goud. die de westerkim vergulde. Allengs ver dween ook die zee van licht en maakte plaats voor de schaduwen der duisternis. Eduards bewondering ging nu over in een gevoel van droeve verlatenheidhjj werd zeer zwaarmoedig gestemd. De dauw begon koud neer te vallen en Eduard besloot naar het kasteel terug te keeren. Hjj ging den heuvel af, doch had pas enkele schreden gedaan, of hjj hoorde eenig gedruiach achter zich, en omziende, bemerkte hjj op korten afstand een man. Dadelijk ver moedde hjj gevaar en snel greep hjj nnar een zjjner pistolen maar vóórdat hij dit uit den zak had kunnen halen, ontving hjj een herige» slag achter op het hoofd, die hem tegen den grond wierp en eer hij tot bezin ning was gekomen, voelde hjj zich aange grepen door drie sterke kerels, die hem de armen op den rug bonden. Hij was niet zoo bedwelmd, dat hjj niet opmerkte, wat mot hem gebenrdc on toen hij weder op zijn voeten stond, was hjj geheel tot bewustzjju gekomen. «Ziezoo, beste vriend, nu zul je toch wel met ons mco willen gaan,» zei een der man nen op spottenden toon. Eduard spande al zijn krachten in om zich van de boeien te bevrijden, ddcli dit gelukte hem nietde touwen waren sterk en hjj had zich hevige pjjn veroorzaakt. ,Wat beteekent dat alles, schurken?» riep hjj terwjjl hjj dengene, die hem had aange sproken, stoutmoudig in het gelaat keek. .Niets anders dan dat wjj je met ons mee willen nemen,» antwoordde do ander koel bloedig. .Ga dus goedschiks mee en houd ons niet langer op.» .Zegt mjj slechts waarom.» Stel je nu zoo onnoozel niet aan, beste vriend dat kan je toch niet baten. Bon je niet een deserteur?' «Ha, ellendelingen, wil jelui daarmee je gewelddaad bemantelen Neen, ik bon geen deserteur.» •Je bent het weije bent van het En- gelsclie oorlogsschip gedeserteerd. Je tegen stribbelen helpt je niemendal. Vooruit dus, zonder verdere praatjes Eduard moest wel gehoorzameu wat kon hjj geboeid tegen drie sterke kerels uitrich ten Hjj begon over zjjn toestand na te den ken. De schurken hadden zjjn pistolen niet ontdekt; hjj hoopte, dat zjj dit ook later niet zouden doen, wellicht konden ze hem nog eens te pas komen. Iljj vermoedde dadelijk, dat graaf De Maurès de aanlegger van deze tweede overrompeling was. Hjj hield hot er voor, dat de graaf hem uit den weg wilde ruimen en twjjiclde er niet aan, of men zou hein het leven benemen, indien de graaf dit voor zjjn plannen noodig achtte. Onze held zag dadelijk in, dat weerspannigheid geheel vruchteloos zou zjjn on zjjn toestand slechts kon verergeren. In hot schemerlicht kon hij duideljjk onderscheiden, dat zjjn geleiders woeste kerels waren. Hij liep dus bedaard tusschen hen voort en begon oen liedje te Duiten, om hen in den waan te brongen, dat hij zich volstrekt niet ongerust maakte. Men voerde hem weg in noordweateljjkc richting en weldra was hjj op dezelfde plek, waar hjj onlangs de ontmoeting met den graaf had gehad. Een weinig verder stond een open wagen; ter zjjde van den wagen was oen paard aan een boom gebonden. Daarheen werd Eduard gevoerd en nadat men den wagen van het zjjpad op den grooten weg had getrokkeu, gelastte men hem, cr in te klimmen. Twee der mannen plaatsen zich naast hem om hem te bewaken, terwjjl de derde voorop ging zitten en de teugels greep. Het rijtuig sloeg den weg in naar Saint Alalo. Toen zjj het kasteel Fiselle voorbjj- reden, was het reeds geheel donker, en Edu ard kon het licht in de kamer van den mar kies zien branden. Hjj tnurdc naar het venster van de kleine kamer, waar Marie gaarne zat, maar daar brandde geen licht Zjj was dus waarschjjnljjk in haar eigen kamer aan de tuinzjjdemisschien dacht zij op het oogenblik aan hem. Weldra hadden zij het kasteel verre ach ter zich en Eduard zat in gedachten voor zich heen te staren. «Ik deuk, dat dit rijtoertje je niet bijzon der bevalt,» zei de kerel, die rechts naast Eduard zat, om den tjjd een weinig te korten. .Verplaats je maar eens in mjjn toestand en vraag dan jezelf, of het jou zou bevallen," antwoordde Eduard. ,Nh, ik denk, dat ik cr ook niet veel schik in zou hebben. Maar dan had je ook niet mooten deserteeren.' Houdt je toch stil met die gekkepraat; je weet wel, dat ik geen deserteur ben riep Eduard. »Nu, wat heb je dan uitgevoerd Je weet toch, dat we je als deserteur moesten oppak ken. Of weet je dat niet .Neen Werkeljjk niet? En waarom zonden we het dan hebben moeten doen? Vertel me dat eens. Eduurd wilde hem zeggen, dat hjj geloofde dat de graaf Dc Manrès de aanlegger van deze gewelddaad wasmaar gelukkig bezon hjj zich. Do kerel had dc vraag zeer be paald gestold, en toch lkg cr in den toon van zjjn stem iets, dat twjjfel verried. Edn ard bedacht, dat hjj zyn toestand misBchion nog verergeren zou, als hjj zjjn vermoeden ten opzichte van den graaf to kennen gaf, vooral wanneer dit vermoeden gegrond was. En daaraan twjjfclde hjj geen oogenblik. «Komaan, zeg op, waarom zouden we jo dan hebben moeten oppakken vroeg do kerel weder. Welnu, houdt het er voor, dat ik een deserteur ben on dat jelui een goede beloo ning voor je vangst zult krjjgen'» antwoordde Eduard schjjnbaar onverschillig, .Ah zoo,' grjjnsde de ander, .ik bemerk, dat je langzamergand je zinnen weer bjj elkaar krjjgt.' Onze held bespeurde, dat zjju bewakers elkaar een eiganaardigen blik toewierpen, en hy was bljjde, dat hij zjjn vermoeden omtrent don graaf niet had uitgesproken. XIV. Do dag was nauweljjks aangebroken of onder de dienstboden op het kasteel Fiselle werd hot gerucht verspreid, dat Eduard Du- mat werd vermist. Hjj had don vorigen dag niet aan den gemecnschappeljjken avond- maoltjjd deelgenomen docht hierop bad mon minder gelet, omdat het wol moor gebeurd was, dat hjj met zjjn ouden vader, tüs dezo hem bezocht, in oen andere kamer at. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1898 | | pagina 1