KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel en Wieringen.
Ho. 2739.
Woensdag 17 Met 1899.
27«te Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 32.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn*. 81.
lilt het Buitenland.
Berichten uit Parys melden, dat de zaak"
Dreyfus nu werkelijk tot een einde zal komen.
Aanvankelijk werd 25 Mei genoemd als de
dag, waarop do openbare behandeling zou
beginnen, thans wordt gemeld, dat het Hof
van Cassatie vier dagen later, en dus op
Maandag 29 Mei daarmede zal aauvangen.
De zitting van dien dag zal vermoedelijk
geheel ingenomen worden door het uitte-
brengen rapport. Men verwacht, dat den
volgenden dag de procnreur-generaal zijne
conclu8iën zal nemen, en dat dan mede het
pleidooi van den advokaat Mornard zal be
ginnen. Is dit pleidooi den volgenden dag
geëindigd, dan zal het Hof zich in Raad
kamer begeven. Het uitzicht bestaat dus
dat de uitspraak op 1 of 2 Juni zal knnnen
worden publiek gemaakt. Een der Parijsche
berichtgevers verzekert, dat daar niet meer
getwijfeld wordt aan eene gunstige uitspraak,
in 't voordeel der herziening van het in 1894
gevoerde proces. Dezer dagen had te
Parijs eene meeting plaats in zako de gevan
genhouding van kolonel Picquart. De mee
ting was zeer druk bezocht en nam éénstem
mig eene motie aan, houdende aandrang op
vrijstelling van den gevangene, die daarom
slechts zyne vryheid mist, omdat hy zichten
doel heeft gesteld, de bevryding van den
banneling van 't Duivelseiland te bevorderen.
Tot degenen die in deze meeting het woord
voerden, behoorde eene dame, een jongmeisje,
een onderwijzeres, Iielene Meyer geheeten,
die er heel aardig uitziet, en met veel harts
tocht sprak. Al dat gepraat, zei ze moet
nn uit wezen. De hechtenis van Picquart
heeft lang genoeg geduurd, te lang zelfs;
zijn er geen 10.000 man te vinden, die met
mij naar de gevangenis gaan, haar bestor
men en Picquart bevrijden Dan is de zaak
inééns uit. Men applaudisseerde sterk, en
vond, dat er wel veel waars in hare stelling
lag, maar dat toch dit revolutionair optreden
niet geraden is, au langs geheel wettelyken
weg de zaak zulk een goeden loop heeft.
Algemeen is thans in alle beschaafde landen
de stryd tegen het gebruik van alcoholische
dranken. Een der Fransche bladen bovatte
dezer dagen een artikel, waarin gewezen werd
op de verschillende wyzen, waarop die strijd
by de onderscheidene volken wordt gevoerd.
Daarin komt de opmerkelijke bijzonderheid
voor, dat alleen Frankryk zich plaatst buiten
de beweging. Daar te lande schynt men geen
kwaad te zien in 't gebruik van een glaasje,
zelfs in uitgebreide® zin. In Europa hebben
indertyd de Engelsclien den kruistocht begon
nen, en wel door hot vermelden van de cijfers,
op het drankgebruik betrekking hebbende.
Zestig jaar geleden wilde een zekere Engelscli-
man, Robert Warner genaamd, een verzekering
sluiten, doch alle maatschappyen wezen hem
af, omdat hij slechts water of andere onscha
delijke dranken gebruikte, en men zich, naar
de denkbeelden van dien tyd, even goed kan
laten ophangen. Dit is een bewijs, dat de En
gelsclien niet houden van dwang. De sterfte
onder de personen, die zich tyj hom lieten
verzekeren, toen hij zelf eene verzekering-
maatsohappij oprichtte, waarin iedereen werd
afgewezen, die spirituraliën nuttigde, was veel
minder groot dan by zyne concurrenten, en
zijne maatschappij, alsnog door hem bestuurd,
bezit thanB een kapitaal van 150 millioon. Met
zulk een resultaat voor zich, kreeg hy navol
gers, niet alleen in Engoland, maar ook in
Amerika en Australië. En naar zyn voorbeeld
geven die maatschappyen 25 pet. korting op
het gewone tarief Toch verkoeron die instel
lingen in bloeienden toestand, omdat de levens
duur van de onthouders zooveel langer is dan
die van de drinkebroêra. Dit bracht o.a. ook
de voreenigingen, die onderlinge ondersteuning
bedoelen, aan het denken over do vraagWie
heefr de meeste dagen ziekte, do onthouder,
of hy die zich niet onthoudt? En ook hier deden
de cijfers uitspraak. De onthouder had slechts
17 tegen een niet-onthouder 65 dogen ziekte.
De practische Engelsclien deden in ziekenfond
sen Kun voordeel daarmede, en de stryd tegen
koning alcohol ving aan, onder veler deel
neming, gevolgd als hy werd in vele andere
landen. In Frankryk deed men echter niet meê,
want, naar de Fransche opvatting, is wyn eene
levensbehoefte. Een Franschman ziet in'tge-
bruik van wyn, appelwyn en bier volstrekt
geea kwaad alleen wordt door de geneeskun
digen daar te lande de stryd aangebonden
tegen den hoogst gevaarleken absinth. Deze
drank veroorzaakt allerlei ellendige gevolgen
duizelingen, vallende ziekte en eene groote
mate van sufheid. Bij eone cholera-cpidemie
stierven vau de 100 drinkers 91 en van de
100 niet-drinkers sleohta 19 der aangetasten.
Het bewuste artikel eindigt met déze opmer
kingen, die wij op gezag van den schrijver
mededeelen de alcohol bevordert den eetlust
en de spijsvertering niet, is geen voedings
middel, verwarmt niet, wekt niet op, behoedt
niet tegen besmetting, en is zeer schadelijk
voor kinderen.
Omtrent de Israëlitische koloniën in Palesti
na werden dezer dagen de volgende opgaven
verstrekt. Er wonen in het Heilige Land op
400.000 inwoners 40.000 Israëlieten, d. i.
20.000 meer dan 20 jaar geleden. Te Jeruza
lem alleen wonen 22.000 Joden, van welke
de heli uit Europa en Amerika is gekomen.
De in den laatsten lijd opgekomen Zionistische
beweging heeft zeer veel tot de ontwikkeling
van Palestina bijgedragen, daar zy de Joden
tot den akkerbouw voor hen totnogtoe een
zeer vreemd bedrijf heeft aangedreven.
Wel wil de Sultan van Turkye, die ook in
Palestina heer en meester is, toestemming
geven tot den aanleg van spoorwegen en ha
vens, doch de belastingen, die er opgebracht
moeten worden, zyn zeer hoog en een andere
grief tegen de landverhuizing derwaarts is de
omkoopbaarheid der Turksche ambtenaren.
De weg, die thans door do Zionistische ver
eeniging is ingeslagen, leidt er echter toe,
dat de moderne denkbeelden niet langer kun
nen worden tegengehouden.
De jongste berichten uit Transvaal luiden
gunstiger voor het behoud van den vrede, dan
die van een paar weken geleden. De mede-
deeling, dat President Krüger met sir Alfred
Milner, den vertegenwoordiger van Engeland
in de Kaap-kolonie zal hebben, geeft hoop en
moed, dat de geschillen op vredelievende wyze
zullen beslecht worden.
NIEUWSTIJDINGEN
HELDER, 16 Mei 1899.
Een deputatie van visscherslieden, die
onlangs aan de Hors verhinderd werden hun
ne netten uit te werpen, heeft den heer C. D.
Zur Muhlen aangeboden voor de, ter hunner
belangen gemaakte onkosten, deze te vergoeden.
Den heer Zur Muhlen heeft vryheid gegeven
daarvoor iets in de bus van 't Reddingsfonds
te storten, waaraan is voldaan.
Hr. Ms. .Dolfijn" is hier binnengebracht
met gebrek aan de schroef, waarom een tros
verward was.
Voor het fonds van arme oude VisBcher-
lieden te Scheveningen, zal hier eene collecte
gehouden worden.
Nogmaals maken wij onze lezers op
merkzaam op het Vocaal- en Instrumentaal
Concert, dat aanstaanden Vrijdagavond in
.Tivoli" gegeven wordt. Onder leiding van
den heer Alex. A. Polak, van het concert
gebouw-orkest te Amsterdam, verleenen eenige
dames- en heeren-artisten van naam hunne
medewerking. Zy, die iets schoons willen
hooren, kunnen wy aanraden dit concert te
bezoeken. Zij zullen dan tevens 2 filantropische
instellingen hier ter plaatse, namelijk het
Marinefonds» en het Visschersfonds" steu
nen, want de netto-opbrengst strekt ten voor-
deele dier vereeoigingen. Men kan dus kunst
genot smaken en tegelyker tyd wéldoen.
Zaterdagmorgen woedde boven onze
gemeente en haren omtrek een buitengewoon
hevig onweder. Felle bliksemstralen doorklief
den de lucht, de donder volgde met knetterde
slagen onmiddellijk daarop, terwijl op sommige
plaatsen dit vergezeld ging van vreeselyke
hagelbuien. Hoewel hier ter plaatse het on
weder geen schade aanrichtte en de gebouwen
gespaard bleven, had er toch een treurig on
geval plaats. Van de verschillende Heldersche
vletten, die bij de zandbank Onrust bezig
waren met de ausjovisvangst, werd er een
door den bliksem getroffen en de vletterman
Arie Been Jr., een jonge man van 23 jaren,
onmiddellijk gedood. Aan het lyk van den
getroffene kon men geen enkel spoor van de
vreeselyke uitwerking des bliksems zien, het
lichaam was geheel ongedeerd. De 9 andere per
sonen, die zich in de vlet bevonden, waaronder
de vader en een broeder van den ongelukkige,
waren een oogenblik door den zwaveldamp en
schrik beneveld. In 't bijzonder H. Ewald en P.
Jonker schenen geheel verdoofd, men vreesde
het ergste. Deze mannen, hoewel niet gekwetst
zijn nog niet geheel hersteld. De slag waar
door do jonge Been geraakt werd, trof hem
aan het hoofd, langs de rug afgaande in zyn
hoos (laars) die geheel opengescheurd bleek,
evenals zyn zuidwester en oliejas. Begrijpe
lijk is het, dat de visschers dadelijk hulp
outvingon van hunne kameraden, die in
hunne nabyheid hetzelfde bedrijf uitoefenden.
Do vlet van K.- Coster nam het vaartuig met
zyn droeven last op sleeptouw en bracht het
hier aan.
- Naar wy nader vernemen, is niet door
de Heldersche marine-officieren een klacht
by de marine-autoriteiten ingediend over
den predikant De Koe, maar hebben zy
zich tot de marine-autoriteiten gewend,
om door hun tusschenkomst een klacht
by de Synode aanhangig te maken. Dit is
thans door den minister van marine ge
schied. De marine-officieren waren van
oordeel, dat de preek een opruiend ka
rakter droeg voor de mindere schepelingen,
die in de kerk tegenwoordig waren.
Vad.")
De kapitein-intendant van het leger in
Nederl. Oost-Indië B. W. C. G. Vries heeft,
wegens laugdurigen dienst, een jaar verlof
naur Europa aangevraagd.
De gemeentelijke gasfabriek te Leeu
warden heeft over 1898 een zuivere winst
gemaakt van f 30.029.57.
De Vredes-Conferentie.
De opening der Vredes-Conferentie zal op
s. Donderdag in het Huis ten Bosch te
's-Gravenhage ulaats hebben. Reeds zyn een
aantal staatslieden, die door buitenlandsche
regeeringen als hare vertegenwoordigers zyn
aangewezen, in de residentie aangekomen, o-a.
de heer baron De Staal, Russisch gedelegeerde
en vermoedelyk de leider der bijeenkomst. Een
Haagsehe correspondent deelt omtrent dezen
vertegenwoordiger van den Czaarmede: »De
lieer De Staal is een man van hoogen leeftijd,
niet groot van postuur, maar met een zeer
scherpzinnig uiterlijk, en gelaatstrekken, die
geest- en wilskracht aanduiden".
- De vermoedelijke dader van den moord
aanslag te Grosthuizen heeft zich door ophan
ging in een stal te Hoorn van het leven be
roofd. Men vond namelyk in zyn zakken
goudgeld, dat bij De Lange was ontvreemd.
Als staaltje van goed. volgehouden beeld
spraak kan het volgende bericht uit de »W.
Ct." dienen.
Te Oude-Pekela trouwde Zaterdag een
paartje, doch het huwelijksbootje begon 's avonds
al z<5o te schommelen door de hevige deining,
dat alles in de kajuit 't onderstboven geraakte.
Oorzaak was de dikke nevel, die den stuur-
mun van 't bootje het goede uitzicht benam.
De vrouw werd over boord geslingerd, doch
spoelde gelukkig by hare moeder aan land.
Van den inventaris bleef weinig ongeschon
den, en de boot zal duchtig gekalefaterd moe
ten worden, voor zy weer zeewaardig is.
Dat het aan den Langendyk (N.-H.)
niet onnoodig was, ook dezen zomer weer
de jaebt op ratten voort te zetten, blijkt
hieruit, dat nu in twee weken pl. m 5000
exemplaren werden gedood, waarvoor de
preuiieën zyn uitbetaald.
Nu wijlen mr. Josua van Eik Janszoon,
te Amsterdam overleden, heeft de volgende
legaten vermaakt, alle vrij van rechten
Aan de Vereenigde Doopsgezinde Ge
meente te Amsterdam f 5000. Aan de Al-
gemeene Doopsgezinde Sociëteit te Amster
dam f 3000. Aan de Doopsgezinde Vereeni-
ging tot uitbreiding der Evangelisatie in
de Nederlandsche Overzeesche Bezittingen
f2000. Aan de Doopsgezinde Wykverpli
ging te Amsterdam f1000. Aan het fonds
tot verhooging van Doopsgezinde leeraars
traktementen f 1000. Aan de Doopsgezinde
Vereeniging tot verpleging van weezen in
behoeftige gemeenten f 1000. Aan de Van
Eik-Stichting >Constantia"-woningen te
Amsterdam f2000. Aan de Bischoffsheim-
Vereeniging te Amsterdam f2000. Aan het
Instituut tot onderwijs van Blinden te
Amsterdam f1000. Aan de Vereeniging
tot Werkverschaffing aan hulpbehoevende
blinden te Amsterdam f 500. Aan de Ver
eeniging tot verbetering van het lot der
blinden in Nederland en zyn Koloniën f 500.
Aan het Kinderziekenhuis te Amsterdam
f1000. Aan de Vereeniging »Nederlandsch
Mettray" te Rysselt by Zutfen f500. Aan
het Doorgangshuis te Uoenderloo bij Apel -
doorn f500. Aan het Koning Willemshuis
te Amsterdam f 1000. Aan de Universiteits-
Vereeniging te Amsterdam f500 Aan het
genootschap Liefdadigheid naar Vermogen"
te Amsterdam f 3000.
Op Hemelvaartsdag heeft het Nederl.
Jongeheden verbond te Haarlem vergaderd.
Dit verbond telt 296 afdeelingen met
9000 leden. Het heeft 28 ringen, 135
knapenvereenigingen, 168 Zondagsscholen,
32 letterkundige afdeelingen, 57 zangrer-
eenigingen, 27 muziekafdeelingen, 9 gym
nastiekclubs, twee bondsagenten, 19 ring-
agenten, 162 correspondenten, een boeken
fonds, een bondsbureel en een bureau tot
plaatsing.
Als bestuursleden werden herkozen de
heeren N. J. Hoogenbirk, J. L. Zegers en
J J. Visser en gekozen de heer J. F. Barends.
Alsnn kwam aan de orde het referaat
van den heer J. J. Visser, te GoesHet
bereiken van jongelieden uit hoogere standen.
De conclusie was dat de leden uit den min
deren stand daartoe veel konden bybrengen
door die jongelieden niet te beschouwen
als gelyken, doch hun de eer te geven die
hun toekomt.
In de St. Bavokerk had 's avonds een
openbare vergadering plaats, waarin de
heeren ds. C Veen, te Haarlem, en J. J.
Van Noort, te Amsterdam, het woord
voerden.
- Vrijdagmorgen te ruim 9 uur wer
den aan een overweg nabij het station
Oudenbosch eene vrouw en drie kinderen
door trein 81 aangereden. De vrouw en
twee kinderen bleven op de plaats dood,
en het derde kind werd ernstig verwond.
De Koninginnen in 't Zwarte Wond.
De »Berl. Lokal Anz." schrijft
De Koningin van Holland en de Koningin-
Moeder, die sedert eenige weken op het slot
Hausbaden in 't zuidelijk Zwarte Wond ver
toeven, leven daar zeer teruggetrokken. De
ligging van het slot, hoog boven Baden-
weiler, te midden der ruischende wouden,
is zoodanig, dat de Koninginnen, ver van
het rumoer der wereld, zich in een echt,
van alle zyden afgesloten gezondheids-in
richting bevinden.
Het slot Hausbaden met zyn bijgebouwen
is anders een veel bezocht hotel, dat thans
echter aan zyne gewone bestemming ont
trokken is en aan het Nederlandsche Hof
is verhuurd. Het uitzicht van zyn hoogte
is prachtig, het oog dwaalt naar den Ryn,
wiens zilveren lyn in de zon glinstertaan
den horizont ziet men de Vogeezen sche
meren. In zyn nieuw, ter eere van de Ko
ninginnen aangebracht, kleed ligt het slot
tegen den door dennenloof donker gekleurden
bergmuur en is van ver uit het dal reeds
te zien. Binnen is alles comfortabel, maar
met weinig praal ingericht.
Het weder heeft de Koninginnen weinig
begunstigd; des ondanks maakt Koningin Wil*
helmina, begeleid door den generaal-adjudant
graaf Du Monceau en den kamerheer graaf
Van Bylandt of door hare hofdames barones
Sloet van Marxveld en barones De Constant
Rebecque, verre wandeltochten. De jonge
gravin Van Buren, onder dit incognito reist
Koningin Wilhelmina, is in de omgeving
van Badenweiler een bekende persoon
lijkheid.
Koningin Wilhelmina houdt zeer veel
van schilderen zy wandelt door de zoo
schoone streek met de prachtige landouwen
en zet, waar zy een schoon gedeelte meent
gevonden te hebben, haar schilderstoeltje
neder. De Koningin-Weduwe, die nog al tyd
ietwat lijdend schynt te zyn, rydt daaren
tegen onder begeleiding van haar dame de
palais, baronesse Van der Poll, dagelijks
eenige uren uit.
Zondags wonen de Koninginnen met ge
volg geregeld de godsdienstoefening in de
Protestantsche kerk in de Badenweiler bij,
terwyl de generaal-adjudant graaf Du Mon
ceau, de Katholieke kerk te Badenweiler
of te Mallheim bezoekt. Het voorname ge
zelschap is zeer ingenomen met de schoone
streek en heeft hiervan op levendige wyze
getuigd by het korte bezoek van den groot
hertog en de groot-hertogin van Baden.
De Kouinginnen hopen tot ongeveer mid
den Juni op het slot Hausbaden te vertoeven.
De zaak der Hogcrhnlzen.
De heer Pijnappel heeft in bet «Handels
blad' voltooid de reeks zyner belangrijke
raededeelingen in zake de gebroeders Hoger
huis. Op eene wyze, die alleszins lof ver
dient, beeft hy zich beyverd aantetoonen de
onbetrouwbaarheid der drie hoofdgetuigen,
wier verklaringen tot de veroordeeling heb
ben aanleiding gegeven, en, op grond daar
van, de onschnld der drie tot zoo zware
straffen veroordeelde broeders. Verder is de
genoemde schrijver niet in gebreke gebleven, in
't licht te stellen de aanleiding, die er bestaat,
om de reeds meermalen genoemde eigonlyke
bedryvers der misdaad van Djjk, Alberda
en Dijkstra op degelijke gronden als zoo
danig aantewyzen. Aan 't slot van bet artikel,
waarmede de heer P. zyne mededeelingen
besluit, herinnert hij aan de mislukte pogin
gen, om de rechterlijke macht tot herziening
van het proces van 1896 te nopen, en drukt
hy den wensch uit, dat hut wetsontwerp»,
't welk nu nog op de aanneming der Eerste
Kamer en op de bekrachtiging van H. M. de
Koningin wacht, binnen enkele dagen tot
wet verheven, den weg opeuen zal tot de
door vele duizenden gewenschto revisie. De
onthullingen van den heer P. sullen dan on
getwijfeld in groote mate knnnen bijdragen,
om in de rechtzaal het noodige licht te doen
opgaan.
Bea verschrikkelijke
De stoomboot »City of Para," die dezer
dagen te San Francisco is biunengeloo-
pen, bracht de jobetijding aan, dat naby
Corinto in Centraal-Amerika een open
boot met afschuwelijke lading op de kust
was geworpen. Het vaartuig borg name
lyk negen menscheljjke geraamten, waar
van de ledematen door vreeselyke ziekten
Bchenen verteerd te zyn, waaruit men de
gevolgtrekking maakte, dat de opvarenden
door honger en gebrek een verschrikke-
lijken dood hadden gevonden.
Uit de aan boord gevonden papieren
bleek, dat de mannen ambtenaren on zee-»
lieden uit El Triumfo waren. Zy waren
in Deoember van het vorig jaar in hun
roeiboot naar de mailboot, die in diep
water op aanmerkelyken afstand van de
kust het anker uitgeworpen had, gevaren,
bij welke gelegenheid zij werden verrast
door een plotseling opstekenden storm, die
hen naar de open zee had gedreven. Men
geloofde dat de boot onmiddellyk was ge
zonken, tot men thans de veel ernstiger
waarheid heeft vernomen.
Tijdstippen van verzending der
Brievenmalen.
Naar Ooat-IndlS:
Mndingiweg
elk*ii Vrydeg
29 Mei
7.—
8.80 'mui.
7-—
f. mcpoet vit Amsterdam
p. eeepoet via Rotterdam
p. HolL mail via Genas.
p Hall. mail via Morseille.
p. Fraoaohe mail via Marteille
p. Engelache mail via Briaditi
Naar Afjeh en de Ooetkuit
Tan Sumalra
p. Duitach* mail riaNtpela.
Naar Guyana (Suriname)
p. eeepoet vit AmeUrdam .1 81 Md I 7.—'ei
p. mail ever Engeland 29 7.—
p. mail via 8U Naaire 7 Juni 7.—
Naar Oura^ao, Bonaire en Aruba:
p. Mcpoet via Amaterdom .1 81 Mei I 7.— a
Datum der ter
poat-boiorg.
Tijdat. d. laat.
bual.abPontk.
Naar St Martin, SL Eustatius en Saba
p. mail over Sagdand 29 Md 7.—'tav.
Naar Hr. Ms. Zeeland" tot 10 Juni
naar Curafao.
FEUILLETON.
Ik mag 'thier niet vertellen, ook aan n
niet, beste oom, 'tis misschion reeds slecht,
dat ik haar niet van my bannen kan.
Ik weet niets, in 't geheel niets wat my
recht zou knnnen geven haar te koesteren
't is slechts een onbestemd, bang voorgevoel,
dat m\j zoo zeer drukt, omdat ik het alleen
moet dragen, het niemand ter wereld mag
mededeelen.'
Anna weigerde eenige verklaringen van
hare raadselachtige woorden geruimen tyd,
steeds de hand vasthoudende, lag zy by het
bed geknield, eindelijk stond zy op en volgde
den kapitein naar haar kamer, waar wij, de
districtsrechter, de adjnDCt, de dokter en ik,
haar reeds wachten.
Wy hadden, terwyl Anna met den kapi
tein by den dpode was, roeds over do toe
komst van het jonge meisje gesproken. On
mogelijk kon zy met de oude dienstbode alleen
in het afgelegen huiB bij den vermoorde blij
ven. Wij hadden dos besloten haar met ons
naar Luttach mede te nemen. Do dokter had
bereidwillig een gastvry verblijf in zyn huis
aangeboden. Zyne vrouw, zoide hy, hield veel
van de mooie Anna, zjj zou gaarne het on
gelukkige kind van dienst zyn. By haar oude,
knorrige tante Laucice, die nog gieriger was
dan de vermoorde Pollenz, kon Anna in geen
geval blyven, zy zou by haar niet dien troost,
die deelname vinden, die zjj zoo zeer be
hoefde.
De groote goedheid, de vriendelijkheid voor
't ongelukkige jonge meisje, die uit de woorden
van den dokter spraken, verzoenden my met hem.
Zyn koelheid by het onderzoek van het lyk
had my hem bjjna doen haten, thans erkende
ik, hem verkeerd te hobben beoordeeldhij
was geen koud, hardvochtig mensch, doch een
goedhartig, liefdevol oud man.
Wij hadden alles goed afgesproken doch
toen Anna terugkeerde, bleek het, dal alles
nutteloos was geweest, want zy verklaarde
met een, voor een jong meisje, merkwaardige
beslistheid, dat zy haar vader niet kon ver
laten, doch by hem wilde blijven.
Tevergeefs alleen de rechter bemoeide
er zich, zeer verstandig niet mede putten
wij onze overredingskracht uit, tevergeefs
smeekte de kapitein haar, tevergeefs wees de
dokter er haar op, dat de oude Johanna voor
haar geen voldoende bescherming was, daar
deze reeds sidderde by de gedachtte den nacht
in het afgelegen hois, in de nabijheid van
den vermoorde te moeten doorbrengen, doch
Anna bleef onverzetelyk.
.Als Johanna bang is, mag zy naar
Luttach gaan,» zeide zij, «ik ben niet
bang alleen by den geliefden doode te
blyven.»
Anna bleef by haar besluit volharden en
wij moesten teegoven, wy konden haar niet
dwingen met ons naar Luttach te gaan, maar
alleen zou zy toch niet in het afgelegen huis
blijven, want de kapitein zeide haar niet te
zullen verlaten bleef zy, dan bleef hy ook,
er zou ergens in hois wel een slaapplaats
voor een oud soldaat te vinden zyn. Anna
wilde dit aanbod wel niet aannemen, doch de
kapitein duldde hier geen tegenspraak, hy kon
even koppig zyn als Anna, en zoo bleef hjj
in het afgelegen huis, terwyl de anderen naar
Luttach terugkeerden.
VL
De beide gelagkamers van .de Gouden
Druif» waren dien avond zoo vol gasten, als
anders op werkdagen zelden het geval was.
Het gerucht van den moord in het afgelegen
huis had zich snel, niet alleen door de kleine
stad, doch zelfs door de omliggende dorpen
verbreid, ieder wilde er natuurlyk meer van
hooren en nergens was daartoe beter gelegen
heid dan in «de Gouden Druif,» waar de
rechter woonde en eiken avond aan de stam
tafel was.
Do voor de menschen nit den minderen stand,
boeren en kleine burgers, bestemde gelag
kamer was propvol, velen moesten zelfs staande
bon wyn drinken, daar alle stoelen of ban
ken bezet waren.
Men hoorde daar een woord Duitach, de
gesprokken gevoerd in de Slavische taal, ook
in de keuken werd slechts Slavisch gespro
ken door de thans talrijk opgekomen nadere
bekenden van vrouw Franzka.
Wel twintig mannen, allen neringdoenden
uit Luttach, zaten of stonden om den grooten
haard zy luisterden aandachtig naar vrouw
Franzka, die hun, terwyl zij kookte en braadde
vertellon moest van alle kleinigheden des gru
wel jjkon moords, dien de Dtiitsche .vliegen
vanger» die naam was my reeds te Lnt-
tuoh gegeven ontdekt had. Toen ik door
de keuken kwam, om my naar de heerenzaal
te begeven, werd ik wel door allen beleefd
gegroet, doch met minder aangename nieuws
gierigheid aangekeken.
Ook in de heerenzaal was thans een groo-
ter gezelschap dan anders byeenalle taiels
waren bezet, vooral de groote, ronde stam
tafel waaraan de burgemeester presideerde.
Daar zaten alle heeren, die ik den dag te
voren had leeren kennen, behalve de kapi
tein, bovendien nog de dokter, twee vreemde
heeren, en merkwaardig genoeg Franz Schorn,
dien ik niet had gedacht in dit gezelschap te
zullen vindon. Iljj zat naast den adjunct.
Ik werd reeds gewacht, men had voor my
naast den dokter een stoel vry gehouden, en
toen ik thans eindelyk kwam en het onge
duld der heeren bevredigd werd, groette men
my zeer voorkomend. Ook Franz Schorn stond
op, en daur allo hoeren my de hand gaven,
stak hy my ook de zyne toe, doch niet de
rechter, maar de linker, evenals de rechter,
die zijne gewonde, met een zwarte hand
schoen bedekte hand, wilde sparen. Het viel
my op, dat Franz Schorn de zyne in 't ge
heel niet toonde, hy hield haar verborgen op
de borst, onder de toegeknoopte jas.
Het gesprek in den kring werd door mjjn
komst tenauwernood onderbroken, het draaide
natuurlyk om den moord in het afgelegen
huis en bleef daarby, toen ook ik thans aan
de tafel plaats nam. Ik was 't thans tot wien
de nieuwgierige vragen werden gericht, die
den rechter, don adjunct of den dokter gedaan
waren. Ik moest vertellen wat ik ondervonden
had, men vroeg naar de minste byzonder-
heden, het onbeduidenste boezemde belang in.
De rechter, de adjunct en Franz Schorn
zwegen thans, do beide eerstgenoemden kon
ik niets nieuws vertellen, zy hadden geen
reden iets te vragen on Franz Schorn wilde
bepaald door geen vraag indringend schijnen,
maar dat hy met groote belangstelling naar
myne mededeelingen luisterde, bewees my
zyn groote opmerkzaamheid. Ik vond het be
langrijk terwyl ik sprak, hem en den rech
ter, de beide mede-minnaars, gade te slaan.
De rechter scheen nauwelijks naar my te
luisterenduister in zyn glas starende, zat
hy er schijnbaar onbelangstellend bjj, doch
als hij af en toe plotseling opkeek, las ik in
zyn blik, dat ook hy nog met veel belang
stelling naar het hem bckendo luisterde.
Franz Sehorn echter luisterde toe, steeds de
oogen op my gericht. Hom deed het verhaal
van het vinden van den vermoorde ontstel
len, hy was meer bewogen dan een der an
dere toehoorders.
Nadat ik myn verhaal had geëindigd, dat
door den dokter dikwerf was oangovulu, werd
de vraag, wie de onbekende moordenaar kon
geweest zyn, vanwaar hy was gekomen, hoe
hy in het gesloten huis kon zyn gekomen,
waarheen hy gevlncht was en wat hy wel
soa gestolen hebben, druk besproken. Ook
aan dit gesprek namen de beide rechtelijke
ambtenaren, noch Franz Schorn deel, ofschoon
zjj met belangstelling den loop van het ge
sprek volgden.
De rechter verdedigde weder met groote
scherpzinnigheid en op goede gronden de
meening, dat slechts een goeie békende van
den onden Pollenz den moord kon gepleegd
hebben, terwyl door andoren beweerd werd
dat de een of ander nit Triëst gekomen Ita
liaan de moordenaar moest wezen, want in
Luttach en den geheelen omtrek was niemand
tot een dergelijke misdaad in staat
Terwyl deze stryd, dien Franz Schorn met
groote aandacht volgde, gevoerd word, stiet
do zeer opgewonden sprekende dokter door
eene onvoorzichtige beweging tegen den lin
kerarm van zyn buurman, Franz Schorn.
Daardoor liet deze de virginiasigaar vallen,
die hy in de hand hield, hy bukte om haar
op te rapen en haalde daarby onwillekeurig
de rechterhand, die hy tot dusver in zijn jas
had verborgen, te voorschijn.
(Wordt vervolgd.)