KLEINE COURANT
'i Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel en Wieringenm
EGON's VROUW.
No. 2878.
Zaterdag 15 September 1900.
28ste Jaargang.
Bureau
Zuid straat 72.
BureauSpoorstraat.
Telafoomi0. 59.
KALENDER DER WEEK.
SEPTEMBER, Herfstmaand, 80 dagen.
Opkomst der Zon 5 n. 36 m.
Onderg. 6 u. 12 m.
Zondag 16
Maandag 17
Dinsdag 18
Woensdag 19
Donderdag 20
Vrijdag 21
Zaterdag 22
Uit het Buitenland.
De President der Vereenigde Staten van
Noord-Amerika heeft in een schrijven, bjj ge
legenheid van het aanvaarden der candidatunr
voor de in November a.s. Presidcnts-verkiering,
zijne denkbeelden eenigszins bloot gelegd om
trent de te volgen staatkundige gedragslijn
bij de Chineesche verwikkelingen. Hij ver
zekert in zjjn politiek manifest, dat hg zich
strikt zal houden aan de met do overige mo
gendheden gesloten overeenkomst. De regeering
dus verklaart de President is dankbaar
jegens de soldaten, de zeelieden en de over
hen gestelde officieren, die met de troepen
van andere mogendheden en rassen zich heb
ben vereenigd voor de heilige zending, waar
van de resnltaten door heel de wereld met
vreugde zijn begroet. Uit deze medodeeling
van den President wordt nu door buitenland-
sche dagbladen opgemaakt, dat de regeering
der Vereenigde Staten op die wjjze zeker geen
vrede kan hebben met de voorstellen tot ont
ruiming van Peking, want dan zou zg hai
taak in China niet als geëindigd kunnen be
schouwen. Indertjjd werd door de mogendheden
overeengekomen de overeenkomst dateert
van 3 Juli 11. tot het bewaren van rust
en orde in het Chineesche Rgk en het instel
len van eene wettige regeering. De President
heeft nu evenwel niet laten uitkomen, op welke
wgze hg zich voorstelt, dat de bedoelde over
eenkomst zal worden uitgevoerd.
De staatkundige toestand is, in zooverre
hg de Chineesche verwikkelingen betreft, nog
altgd zeer duister. Het vraagstuk omtrent de
ontruiming van Peking schjjnt nog altgd in
de kabinetten der mogendheden overdacht te
worden, en aanleiding te geven tot onderhan
delingen, die in het diepste geheim plaats
hebben. Alleen meent men te wet9n, dat de
Engelsche regeering ongezind is, om met het
voorstel van Rusland tot ontruiming van Peking
mede te gaan. Dit maakt men op uit de oc
casioneels uitlatingen van een paar ministers.
Een hunner, die dezer dagen ergens eene
redevoering uitsprak, zeide o.a., dat geene re
geling in China voor bevredigend kan worden
aangezien, wanneer daardoor de indruk zou
worden gewekt, dat China eigenljjk overwon
nen had.
Engeland zeide hg moet aandringen
op de bestraffing van de meest ongehoorde
misdaad tegen bet volkenrecht, die in deze
eeuw is begaan. De minister drukte de hoop
en de verwachting uit, dat door de mogend
heden, in onderling overleg, hieraan zou wor
den gevolg gegeven des noods zou echter
Engeland op eigene verantwoordolgkheid al
dus moeten handelen. Een andere bewinds
man van Engeland wees op de noodzakelijk
heid, niets te doen wat slechts schgn zou
geven, dat een eenmaal verkregen voordeel
zou worden losgelaten, een eenmaal gewonnen
stelling zou worden ODtruimd. De Engelsche
regeering dus verzekerde hg zou zich
in geen geval aansluiten bg een voorstel, in
dien geest gedaan. Overigens deed hg uitkomen,
dat de mogendheden zich eenstemmig beslist
hebben verklaard tegen eene verdeeling van
Chiig»» en tegen het in bezit nemen van eenig
grondgebied in het Hemelsehe Rgk. Genoeg
doening zullen zjj eischen voor de gepleegde
misdaden en waarborgen tegen herhaling
daarvan. Door deze mededeelingen ljjkt het
dus vrg duidelgk, dat aan het plan, om Pe
king door de troepen der mogendheden te
doen ontruimen, geen gevolg zal worden ge
geven. Ten minste algemeene instemming
vindt het voorstel stellig niet. Officiëel is
echter nog niets van de antwoorden, en dus
van de plannen der mogendheden, bekend.
Een der Engelsche nieuwsbladen deelde
dezer dagen den inhoud mede der proclamatie,
indertgd in naam der Koningin van Engeland
in een der Zuid-Afrikaansche districten
Krugersdórp uitgevaardigd. Deze procla
matie luidde als volgt:
Hierbjj wordt ter algemeene ken
nis gebracht, dat, zoo de mannen, thans
op commando, en behoorendo tot fami
lies in de stad en het district Krugers
dórp wonende, zich niet hebben overge
geven, en hunne wapens niet hebben
ingeleverd aan de Keizerlgke autoriteiten,
hunne gehecle bezitting zal worden ge-
confiskeerd en hunne gezinnen zullen
worden uitgezet, van have en goed be
roofd."
Het bedoelde blad voegt aan de vermel
ding van den inhoud dezer strenge proclamatie
toe, dat het, met het oog op zulk eene be
dreiging, in 't geheel niet te verwonderen is,
dat de vrgheid lievende Boeren den strgd met
woede big ven voortzetten, en nu zelfs het
plan hebben beraamd, om eerder uittewgken
naar het Duitsche gebied in Zuid-Afrika, dan
zich te laten inlgven bg Engeland. Engeland
dus gaat het bedoelde blad voort heeft
circa tien man moeten uitzenden voor eiken
gewapenden Boer. En door deze groote over
macht is het er eindcljjk ingeslaagd, een volk
van landbouwers en schaapherders uit zjjne
landpalen te verdrijven. Engeland heeft, on
danks de stellige verzekering van zjjnen eer
sten minister Lord Salisbury dat de
regeering er niet aan denkt, een veroverings
oorlog to voeren, het grondgebied van twee
onafhankeljjke Slaton bg zgne koloniën inge
lijfd. Het heeft den oorlog gevoerd op eene
wgze, eon beschaafden Staat onwaardig. Het
heeft do krijgsgevangen Boeren behandeld,
als of het misdadigers van de ergste soort
warenhet heeft hen doen overbrengen naar
verbannings-oordon, vér over de zee. En on
danks dit alles, heeft Engeland de vrge
manner der Zuid-Afrikaansche republieken
niet kunnen onderwerpen. Nü is het den
oorlog gaan voeren tegen vrouwen en kin
deren. De mannen worden als rebellen be
handeld, de vrouwen uitgezet, van have en
dak beroofd. En de bovenaangehaalde pro
clamatie, en de uitvoering, die daarop is ge
volgd, toonen glashelder aan zegt het be
doelde blad hoe diep wel eene beschaafde
natie zinken kan.
Lgdenburg is nu in het bezit der Engel-
schen, en dit geeft aanleiding tot het ver
moeden, dat er des te meer uitzicht bestaat
op het onophoudelijk voortzetten van den
guerella-oorlog. De Boeren trekken nu steeds
meer noordwaarts, waardoor de verbindings
lijnen der Engelschen verlengd en hoe langer
hoe meer onverdedigbaar worden. Zg wor
den daardoor gelokt in een hun onbekend
land, verwijderd van den spoorweg, en komen
op die manier op een voor hen zeer gevaarlijk
terrein. De voortzetting van den kleinen oor
log blgkt steeds gunstig voor de Boeren-
commando's te zjjn.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 14 September 1900.
Nederland tegenover
Zuid-Afrika.
In eene brochure, getiteld «Doet Nederland
zgn plicht jegens Transvaal?' tracht Afri-
c a n u s de door hem gestelde, gewichtige
vraag te beantwoorden. Zgn antwoord op
die vraag luid beslist ontkennend. Hg merkt
op, dat de mogendheden, groote en kleine,
werkeloos toezien, terwijl Engeland oorlog
voert met schending van alle volkenrecht en
beschaafd oorlogsgebrnik. De schrijver herin
nert er aan, dat het Nederlandsrhe volk wel
begaan is met het lot zjjner stambroeders,
doch te klein en te machteloos zich gevoelt,
om de helpende hand toe te' steken. Hjj
wgdt een warm woord van hulde aan den
volgverigen strijder voor de belangen van
Transvaal wijlen ds. Lion Cachet die
een petitie van 't Nederlandsche volk wilde in
't leven roepen, gericht tot Regeering en
Kamers, met het verzoek, dat deze zouden
doen, wat zg konden in het belang onzer
stamverwanten. Nn deze kampvechter voor
de Boeren is heengegaan, blgkt het meer en
meer, dat de menschen, ook van zgne richting,
ontmoedigd zgn. En de overige partgen zwij
gen eveneens, en op een en ander lettende,
komt de schrijver der brochure op de gewone
verzuchting: ,We zgn zoo zwak, zoo nietig,
we kunnen niets doen 1Daartegenover stelt
hg de volharding der betrekkelijk zoo weinig
talrgke Boeren, tegen het wereldrijk Groot-
Brittannië zich verzettende. De schrijver wjjst
vervolgens op de eereplaats, aan Nederland
geschonken in de Vredesconferentie, en op
de mogelijkheid, om de mogendheden uitte-
noodigen, om met ons maatregelen te beramen
tot herstel van den vrede. Indien het met
onze onafhankelijkheid M treurig is gesteld,
dat we zelfs dat niet aandurven, ditn, meent
hg, hoe eer hoe beter een vreemde vlag ge-
heschen, dan langer huichelachtig poseeren
als een vrije Staat.
Door onze laffe lijdelijkheid leggen we onze
nietigheid, onze weerloosheid voor heel Eu
ropa bloot, en dc muil, die nu onze broederen
verslindt, gaapt reeds naar onszelven en onze
koloniën. Wie zichzelven schaap maakt, wordt
van de wolven gegeten. Waarom, dus vraagt
de schrgver, indien wij hebben besloten, ons
nimmer te doen gelden, onderhouden wij leger
en vloot en den kostbaren stoet van gezanten,
en besteden de daarvoor benoodigde gelden
niet liever tot bestrijding van het kankerend
pauperisme, door pensioneering van ouden van
dagen Willen wij weerbaar ons betoonen,
laten we dan opkomen tegen de vernietiging
van een deel van onzen stam, want daarvoor
verliezen wjj ook een deel van onzen kracht,
gaat onze nationale eer te loor, en krimpt
het gebied van onze moedertaal in. Reeds
kwamen honderden in de kracht des levens,
die ginds hun bestemming hadden en den
band tusschen Afrikaners en Hollanders ver
sterkten, ambteloos naar 't vaderland terng.
Onderwijzers, predikanten en rechtsgeleerden
zullen volgen. De schrgver wekt, op 't voor
beeld van wglen ds. Lion Cachet, tot het
optreden tegen Engeland op. Als voorzittende
mogendheid in zake de vredesconferentie, acht
hg dat mogelgk, vooral ook bg de bekende
goede gezindheid bij alle beschaafde natiën.
En al waren zelfs alle mogendheden ongezind,
om Engeland's schennis van het volkenrecht
te keer te gaan, Nederland zou als protest
daartegen zgn gezant uit Londen kunnen
terugroepen, en aldus der wereld verkondigen,
dat het niet wil heulen met de beroovers en
moordenaars van het volk van éénzelfden
stam. Hg vraagt o. a. of h-t waar is, dat
Nederl. Indië de paarden heeft geleverd, waar
op de Engelsche ruiters onze stamverwanten
en landgenooten zoo najagen Mocht onze
regeering alsnog opkomen voor het goede
recht de schrgver verzekert, dat elk Hol-
landsch hart zich zou verblgden. Engeland
zou toornen, liet zou misschien onze koloniën
wegnemen. Dat laatste doet hij toch als zjjne
begcerto is opgewekt, en hoe laffer wjj ons
aanstellen, hoe meer wg dat wegnemen zul
len voorbereiden.
Ooze belangen worden geschaad. Onderda
nen onzer Koningin geschiedt onrecht. Leden
onzer ambulance worden gevangen naarCey-
lon gevoerd. En wg hooren van geen protest
wij zwjjgcn als kinderen, die bang zijn voor
een bullebak. De schrgver wil, dat er van
ons land, van ons volk uitga eene krachtige
beweging tot vorming van een internationaal
verbond tegen Engeland, buiten de regeerin
gen om. Reeds zjjn er duidelgke teekenen, die
pleiten voor wélslagen. Men verbinde daar
aan agitatie tegen Engelschen invloed, boy
cotten van Engeland's handel en industrie,
't bijeenbrengen van gelden, 't verschaffen
van levensmiddelen en ammunitie, het uiteen
den van vrijwilligere» De landswetten Bchgnen
dat niet te kunnen verhinderen.
Waar de wet der liefde verbiedt, lgdelgk
toe te zien, dat broeders gemoord worden, en
alles dringt, om den weerlooze te beschermen
en bij te staan, moeten, naar schrgvers over
tuiging, lagore overwegingen zwggen. De
Boeren zgn van hun voorgeslacht niet ontaard
ons volk op den klassieken bodem der
vrgheid evenmin. Niet aan dat volk, maar
aan zgne leiders de schuld, dat er niets
geschiedt 1
Staten-Generaal.
De >8t.-Crt." bevat een Kon. besluit van
10 dezer, waarbij bepaald wordt dat de
tegenwoordige zitting van deStaten-Generaal
zal worden gesloten op Zaterdag 15 Sep
tember 1900, des namiddags te drie uur.
De minister van binnenlandsche zaken
wordt gemachtigd zich op dat tijdstip te
begeven naar de vergadering der Staten-
Generaal, ten einde in eene vereenigde
vergadering der beide Kamers, de zitting
te sluiten.
De opening van de vergadering der Staten-
Generaal zal plaats hebben op Dinsdag 18
September, met het gebruikelijke ceremo
nieel, waarvan het programma mede in de
»St.-Crt." is opgenomen.
In de Telegraaf' is een protest op
genomen, onderteekend door 95 Nederlan
ders, 23 Duitschers, 10 Amerikanen en 46
Italiauen, allen door de Engelsche regeering
uit Transvaal gezet. Zjj beklagen zich over
de afschuwelijke behandeling, die zg op
hun reis, zoowel te land als op zee hebben
ondervonden, op de spoorreis zgn zg 4 a 5
dagen bjjna zonder voedsel geweest. Voor
vrouw en kinderen was aan boord bijna
geen slaapplaats, terwjjl de mannen plaats
moesten zoeken in de paardenhokken.
Een hok, dat moest dienen als privaat,
was in zolk een walgelijken toestand, dat
men bang was er gebruik van te maken.
De bereiding van den kost liet alles te
wenschen over. Koffie, thee en soep wer
den verstrekt in emmers, welke men des
morgens zag gebruiken om den vloer te
wasschen De andere kost werd opgediend
in ijzeren bakken, die vroeger voor de
militairen als spuwbakken gediend hadden
Het voedsel was van dien aard, dat men
de gansche reis hoofdzakelijk op brood
moest leven. Zelfs gegronde klachten wer
den niet aangehoord.
Op Zondag 26 Augustus was het vleesch
in zoo'n staat van ontbinding, dat men op
50 meter afstand den stank niet verdragen
kon. Eerst na hevig protest der passagiers
werd het vleesch, dat reeds in de soep
ketels was, over boord geworpen.
Naar aanleiding van berichten in
sommige Nederlandsche nieuwsbladen heb
ben zich, volgens mededeeling van den
consul-generaal te Kaapstad, Nederlanders
naar Zuid-Afrika begeven, om aldaar een
werkkring te vinden.
Genoemde consul-generaal heeft thans
in een schrijven aan het departement van
buitenlandsche zaken medegedeeld, dat hg
ten ernstigste het publiek in Nederland
moet waarschuwen tegen emigratie naar
Zuid-Afrika, daar deze vooreerst niet aan
te bevelen is. Met de republieken bestaat
geen gemeenschap en slechts aan enkelen
wordt op bizonder verzoek vergunning ver
leend naar den Oranje-Vrijstaat te reizen,
waar honderden menschen ledig loopen,
terwijl voorloopig geen verbetering in dien
toestand te verwachten is.
Naar aanleiding van desbetreffende
berichten in de dagbladen kan worden
gemeld, dat het hoofdcomité van het Ne
derlandsche Roode Kruis couranten en goe
deren voor de krijgsgevangenen op Ceylon
zendt aan den consul van Nederland te
Colombo.
Te Amsterdam is een brievenbestel
ler gearresteerd, verdacht van diefstal van
postzegels, waarvan een groot aantal in
zgn woning werd gevonden.
De pachter van de vernielde rotonde
te Blaricum ondervindt veel deelneming in
zgn droevig lot. Bg den Heer Praetorius,
te Bu88um, is te zgnen behoeve een bedrag
van f 1396 aan bgdragen ingekomen.
Naar men uit Maassluis meldt, is
logger M A 138 Moordrecht, schipper D.
van de End, op zee aangevaren door een
stoomtrawler, waarbg de trawler zonk en
de Moordrecht belangrjjke schade kreeg.
De laatste is door een Vlaardinger logger
op sleep genomenbeide zjjn onderweg
naar Maassluis. De bemanning van den
stoomtrawler is aan boord van de Moordrecht.
Boomen en onweer.
Bekend is dat het gevaar, om door den
bliksem getroffen te worden, op 't vrge
veld grooter is dan in 't bosch maar ook
hier is de mensch niet volkomen beschut,
want ook de boomen staan, af naar hun
geleidend vermogen, in verbinding met de
zich ontladende wolken. Reeds bg de ouden
heette het, schrgft de Veldpost", dat de
eiken en dennen geen veiligheid gaven,
maar wel de beuken. Vele oude houtvesters
en boschopzichters weten bg ervaring, dat
oude eiken, dennen, lariksen en sparren,
als deze boomen een dorren top of een
dorren, naar boven gegroeiden tak hebben,
het gevaar om door den bliksem getroffen
te worden verhoogen, en menig lezer zal
wel zelf bggewoond hebben, dat eiken,
linden, populieren en lariksen door den
bliksem getroffen waren. Om in dit op
zicht iets te geven wat eenige zekerheid
aanwjjst, deelen we het volgende mede uit
een statistiek te Lippe opgemaakt, waar
jaarlijks aanteekeningen over het inslaan
van den bliksem gehouden worden. 56
keer werden eiken getroffen, 24 keerden
nen en sparren, daarentegen geen enkele
beuk, hoewel ~/io yaa bet bosch uit beuken
bestond. Dat de beuk zoo te zeggen tegen
den bliksem gewaarborgd is, schgnt veroor
zaakt door de werking der met fijne haren
voorziene beukenbladeren, dit wordt
althans algemeen aangenomen. Dat nu
enkele vrgstaande beuken, omdat deze het
hoogste punt vormen, toch getroffen wor
den, is wel te verklaren. Maar in elk
geval i& men in het bosch onder een beuk
veiliger dan onder een anderen boom. Hooge
boomen echter moet men steeds vermijden,
wegens de groote kans door den bliksem
getroffen te worden. Wordt men door eon
onweersbui overvallen, en wil men beschut
ting tegeu de bui zoeken, dan kieze men
daartoe lage boomgroepen, vooral recht
ruwe beuken. Aan den rand van het bosch
moet men zoo min mogelgk gaan staan
beter ia het, wat dieper het bosch in te
gaan. Overigens bedenke men, dat men
bg een onweer in 't bosch steeds veiliger
is, dan in 't open veld, want daar is men
zelf het hoogste punt en de bliksem kiest
"j voorkeur de hoogste punten.
De vree86lijke cycloon in Texas.
Een hevige orkaan heeft Zaterdag, over
Texas en andere Amerikaansche staten aan
de Golf van Mexico gewoed.
De voornaamste stad van Texas, Galves-
ton, dat ongeveer 50.000 inwoners telt,
heeft in het bijzonder veel te lijden gehad
Zaterdagmiddag te 5 uur begon de storm
en duurde onafgebroken en met ongeken
de hevigheid voort tot middernacht. Spoe
dig was de verbinding met de buitenwereld
afgesneden en men verkeert nog steeds in
angstige spanning over het lot der bevol
king. Uit enkele bijzonderheden, die be
kend zjjn geworden, blgkt dat een zware
ramp Galveston heeft getroffen. De stad
ligt op een eiland, dat slechts eenige voe
ten boven de oppervlakte der zee verheven
is. De orkaan sloeg eerst alle bruggen weg,
welke het eiland met het vastland verbon
den.
De New-Yorksche World" ontving reeds
bericht, dat het aantal personen, dat in
den orkaan het leven liet ongeveer 3.000
bedraagt, doch men vreest, dat dat ge
tal veel te laag is geschat. 4.000 huizen
zgn verwoest de en niaterieele schade wordt
berekend op 50 millioen. Een huis van drie
verdiepingen stortte in en begroef 9 perso
nen onder het puin. Ook een hospitaal en
een sauatorium zgn verwoest, terwijl waar
schijnlijk alle verpleegden zgn omgekomen
benevens tal van personen, die er een
schuilplaats in hadden gezocht, wegens den
soliden bouw dier inrichtingen.
Op sommige plaatsen staat het water 6
voet hoog in de straten. Een groot aantal
daken is weggeslagen en van de kadewer-
ken is weinig over.
Ook de stad Houston is grootendeels ver
woest en ook daar verloren veel menschen
het leven, terwijl de steden Sabinepass en
Alwin, die nabg Galveston liggen, geheel
zgn verwoest
Later bericht men
Op één plaats, te Virgina Point, zes
mjjlen ten Noorden van Galveston, zjjn
1200 lijken aangespoeld. Ongeveer 6000
huizen moeten zgn verwoestde materieele
schade wordt geraamd op f25,000,000,
wanneer men de schade aan den katoen-
oogst er bg rekent zelfs op f 50,000,000*
Er was niets tegen den orkaan bestand.
Straten werden weggeveegd, huizen wap
perden omhoog als vlaggefiarden en de ge
weldige vloedgolf, die met den storm ge
paard ging, blies de schepen als veertjes
voort.
Een groote zeeboot werd midden in Gal
veston neergesmeten.
Elders werden treinen van de rails gelicht
en een eind verder neergeworpen. Er zijn
plaatsen in Texas, die door den storm let
terlijk uitgemoord zjjner is geen levend
wezen meer in.
LONDEN, 12 Sept. VolgenB de laatste
telegrammen uit Texas is het aantal slacht
offers van den wervelstorm drieduizend.
Ten eiudc een dreigende epidemie te voor
komen zijn de lijken bij menigte in zee
geworpen, waarbg zich gruwelijke tooneelen
voordeden, omdat de inwerpers het werk
staakten en hooger loon eischten.
Zesdubbele moord.
Te Barna is eene vreeselgke misdaad
gepleegd, die zee slachtoffers geëischt heeft,
alhoewel de aanslag slechts tegen één per
soon gericht was. De vrouw van een
onderwjjzer, Romantschuk, te Barna, noo-
digde eenige vriendinnen op een namiddag-
feestje uit en zette haar een melkoréme
voor, waar allen zeer veel van hielden.
Kort na het eten van de zoetigheid, waar
van allen een tamelijk groote lioeveelheid
genomen hadden, voelden de vrouwen
hevige pjjnen, zoodat er spoedig een ge
neesheer moest gehaald worden, die ver
giftiging vaststelde. Het onderzoek weea
spoedig uit, dat er moord gepleegd was
door den knecht van vrouw Roinantschuck,
die denzelfden dag nog zgn dienst had
verlaten, onder voorwendsel een beteren
gevonden te hebben, maar eigenlgk om
de sporen eener vroegere misdaad te doen
verdwijnen.
De knecht had namelyk een quitantie
zgner meesteres vervalscht en 200 ft. ont
vangen op de bank Zverda. Daarop had
hg zjjn dienst verlaten na eerst nog de
noodlottige crème te hebben helpen be
reiden. In deze mengde hjj het vergif
om zgn meesteres onschadelijk te maken,
daar zg spoedig zgn vervalsching moest
ontdekken. Al de dames zgn reeds over
leden en de moordenaar is aangehouden.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
LONDEN, 11 Sept. De bladen bevatten
een telegram uit Pietermaritzburg, dd. 9
dezer, naar luidt waarvan de Boeren de
spoorwegbrug ten Z. van het station Klip-
rivier (ten Z. van Johannesburg) vernield
en daar een trein bemachtigd hebben.
President Kruger.
LOURENCO MARQUÉS, 12 September.
President Kruger is gisterenavond hier
aangekomen.
LONDEN, 12 Sept. Het legerbestuur
heeft alsnog het bericht van president
Kruger's komst te Louren^o Marqués niet
bevestigd.
LORENCO MARQUEZ, 12 Sept.
President Kruger en verscheidene Trans-
vaalsche ambtenaren logeeren thans bg
consul Pott Men verzekert dat zg 24
dezer met de Herzog" naar Europa zul
len vertrekken.
Uit Johannesburg werd Zaterdag gemeld,
dat de Boeren nu alle Engelschen, die to
Nooitgedacht krjjgsgevangen waren, losge
laten hebben.
Volgens den correspondent der Daily
Chronicle" te Pretoria heeft President Kru
ger onlangs telegrafisch een proclamatie
uitgevaardigd, waarin de burgers geraden
wordt als zjj de Engelschen in handen
komen zich te onderwerpen, maar zoodra
mogelgk zich weer bg hun commando te
voegen. Beloften onder bedreiging
met geweld afgelegd, zegt hg hebben
geen kracht.
LONDEN, 12 Sept. Uit Belfast wordt
gemeld, dat De la Rey zich te Nelspruit
bevindt, en De Wet te Tuba 'Nchu. Men
zegt, dat Therou's lijk herkend is.
tiotha's legermacht wordt geschat tus
schen vier- en tienduizend man sterk te
zgnmen meldt, dat zjj ruim voorzien
is van ammunitie voor het groote geschut.
FEUILLETON.
15)
En toch was Lindia niet schoon, ten minste
niet volgens du algemeen in het land geldende
begrippende huidkleur was te donker en te
mat, het aangezicht te klein en verdwijnend
onder de ontzaglijke massa van zwart haar,
de geheele achttienjarige gestalte te tenger
en te broos.
Lindis.'
Kemper stond in de deur van de huis
kamer.
Ik kom dadeljjk pa.*
«Zou je eens voor enkele minuten bg mg
in mgn kabinet willen komen
Lindis sloot het venster en volgde haren
Tider op diens kamer.
«Ga zitten, mgn kind, ik heb je een mede
deeling te doen, die met dit hier in verband
staat.* Kemper greep naar Sen blauw tele
gram, dat op tafel lag.
Met een onbehagelijk gevoel had Lindis
aan het verzoek van haren vader gehoor'ge-
geven. Met wa heimelijke huivering schoof
zjj haar stoel op zjj, zoo ver mogelgk verwij
derd van de noodlottige, met ijzer beslagen
geldkist, die op het blad der tafel stond.
«Ik wil dat je trouwt, Lindis, er heeft
iemand aanzoek gedaan om je hand.*
Een hevige blos schoot naar het donkere
gezichtje van het verraste meiqje.
«Maar ik ken toch niemand, pa?«
«Graaf Hallwey ken je des te beter.» Een
boosaardige glimlach misvormde den mond
des sprekers.
«Leo Hallwey.' Een heftig misnoegen klonk
met geheimen angst uit den toon harer stem.
Maar, mgn hemel, bg heeft toch immers al
een bruid en en—* een veel beteekenende
blik trof de geldcassette op de schrijftafel.
«Het is niet Leo, maar zjjn oudere broeder
Egon Hallwey, die je tot vrouw begeert, giste
ren ontving ik dit telegram, heden ben je de
bruid van den graaf.'
Lindis was opgesprongen. Toorn teekende
zich op haar gelaat af. .Maar dat is koppe
larij, dat is mg verkoopen. Papa, loochen
niet. Gij gij," de verontwaardiging beroofde
haar van do spraak.*
,Blgf bedaard, Lindis.' Kemper dwong
zgn dochter om weder te gaan zitten. «Be
derf mij bet genot niet, dat ik in die zaak
mijn lievelingsidée had. Het bljjft zooals ik
gezegd heb, daar valt niets meer aan te ver
anderen. Overigens verkeer je ia een dwa
ling. Graaf Egon heeft van mij geen pfenning
geleend, hg heeft verder zich uitdrukkelijk
tegen een bruidschat verzet, kortom, hjj is
vrg io zjjn besluit gebleven. Met hem had ik
hoegenaamd niets uit te staan. Ben je thana
tevreden
Hg wil uwe millioenen niet, hg heeft geen
schulden bg u, die hem tot ondoordachte
stappen verleiden vroeg Lindis twijfelend
en met toornige oogen.
«Neen.'
Maar ik, ik ken hem in het geheel niet,*
zeide zjj.
Gekheid, de meeaten loeren elkaar eerst
na de bruiloft kennen,' antwoordde Kemper
schouderophalend.
«Graaf Egon ha, nn herinner ik het me.
Hg heeft een beeldschoone breid, de scboone
hofdame van destjjds, ik weet het zeer goed,'
stamelde Lindis verschrikt.
«Best mogelgk, maar van die party is een
voudig niet* gekomen. Overigens gaat me
dat ook niet aan, mg is het voldoende, dat
hg jou huwen wil. Hallwey is van ouden
adel en do beste partg in het heele land, zg
het dan ook al niet iu een financiëel opzicht.
Maar wat geeft geld Ik bezit het bg cen
tenaars en hjj wil het niet eens.'
Een boosaardige rimpel vertoonde zich tus
schen de wenkbrauwen van den woekeraar.
Lindis wist, dat daarop een uitbarsting van
toorn volgen zou en zwoeg.
Wat kan zjj ook goed en wol hebben togen
een huweljjk, dat haar in andere, vriendeljjker
sferen brengen moe9t, het was immers hare
verlossing uit deze gevangenis, uit deze muffe
geldatmosfeer, uit dat met een vloek beladen
huis, achter welks h<x>ge muren de wjjde
schoono wereld wenkte en groette. Hallwey,
dit was de naam, die hare oudtante droeg cn
die zjj thans in een zware ziekte onophoude-
ljjk noemde. Was het een beschikking des
hemels, dat zjj hem eveneens dragen zou om
het geslaoht oen nieuwen glans te bezorgen?
Wellioht met haar geld, met de millioenen
haars vaders. Lindis huiverde.
«Over eenige weken heeft het huweljjk
plaats, richt je daarnaar,* klonk de stem haars
vaders te midden van haar gedachten-chaoB.
,Je uitzet zal ik in Parjjs bostellen, je hebt
voor niets te zorgen, dan je te onderwerpen
en bcminneljjk te zjjn. Het huweljjk zal iu
alle stilte voor twee getuigen plaats vinden,
wjjl je verloofde een afkeer heeft van al die
luidruchtige drukte. Het nadere zal ik je later
wel tnededeelen. Je kant thans gaan.*
Lindis ging niet, zjj vloog weg, en toch
was het haar als droeg zjj looden gewichten
aan do voeten. Als in een droom verzonken
lag zjj in een boek van het divan en dacht
na over do woorden, die zjj heden vernomen
bad, en over de toekomstbeelden, die haar
door haren vader getoond waren geworden.
Met het vallen van de schemering schreed
zjj over den met sneeuw zwaarbedekteu muur
naar het smalle venster van het achterhuis,
van 't welk zjj een sleutel bezat, en klom
naar binnen, zorgvuldig het venster achter
zich sluitend.
Naast het oudt-rwetache ledikant in de
slaapkamer zat de isegrimmige dienstbode
der oude gravin en knikte bjj de ziekewacht
over haar breikous heen, die zjj in de handen
hield. De klok tikte in haar kast, de met
kap bedekte lamp op een salontafel brandde
met een getemperd licht, alles, zooals het
vroeger was geweest, en toch anders als voor
heen.
Tante zat overeind in haar wit kussen, het
fijne oor gericht naar den kant, vanwaar het
jonge meisje kwam. Lindis, Lindis, je bent
lang weggebleven,* zeide de oude vrouw
zacht, als vreesde zjj de slaapster te wekken,
wier regelmatige gezonde ademhalingen door
de stilte van de kamer weerklonken.
•Tante.* Lindis ging op den rand van
het bed zitten en leunde haar zwart kopje
tegen de sneeuwwitte wangen der blinde
grjjze dame. «Stil, wees stil, schrik niet, papa
heeft me vandaag gezegd, dat ik de vrouw
van graaf Egon Hallwey moet worden, binnen
kort reeds, en
Stephanie's zoon? O, het zjjn harde men-
schen, klaagde de oude vrouw. «Ga niet tot
hen Stephanie is mjjn vijandin, hare zoons
moeten het eveneens zjjn. Weroer, ik bid je,
laat het kind niet heengaan.*
De oude, door de jaren verzwakte vrouw
fantaseerde bljjkbaar, bet verschrikte meisje
sloot met hare hand zacht de lippen der opge
wonden vrouw.
«Laat mjj, Lindia, zie, de Kempers brengen
den Hallwey's geen geluk ha.*
De oude oppasseres was door de luide
woorden wakker geworden, zjj stond op en
reikte der zieke een sterkend geneesmiddel.
Door moeheid overweldigd, verzocht zjj nog
Ga niet heen, Lindia, je moet mjj nog ver
tellen hoe het zoo goloopen is, en Lindis,
je weet, dat ik onschuldig ben, je zult over
mjjn eer waken. Vergoot niet, wat ik je ge
zegd heb, de watertoren
«Slaap gerust, geliefdo tante, ik weet on
denk aan alles, ik zal niets vergeten,* ver
zocht Lindis vriendelijk en streelde de gerim
pelde handen der dame, die in waarhoid oen
moedor voor haar was geweest.
Met Lindis hond in hare rechterhand sliep
gravin Elisabeth in, kalm en vast. Den vol
genden dag was zjj den eeuwigen vrede inge
gaan. Een veelbewogen leven had een einde
genomen.
Met een heldhaftig besluit had do gravin
zich van haren neef Werner Kemper alge-
wend, wjjl zjj het onvercenigbaar achtte met
haar geweten om van bet brood te eten, dat
hjj onrechtvaardig verwierf. Zjj had, om het
onderhoud voor zich zelve uj bestrjjden, kleine
bjjouteriën, die zjj nog van hare ouders bezat,
verkocht. Dat deze kleine bedragen, dank
zjj Lindis' zorgen, zich in het oneindigo ver
lengden, dit vermoedde zjj niet, hoogstens dat
zjj er zioh eens over verwonderde, dat hare
levensbehoeften zoo gering waren. Het haar
toebehoorende had zjj notariöel aan Lindis
vermaakt, en vorder in ieder mogelijk opzicht
ten gunste van deze geteatementeerd.
Het was wel niet voel, wat gravin Elisa
beth, de meest gevierde vrouw van haar tjjd,
naliet, doch toen Lindis van haar vader bevel
ontving om de noodige toebereidselen tol
haar vertrek naar D. te maken, haalde zjj
de met stof bedekte kisten van de orerledeno
van den zolder en liet ze met haar eigen
koffers naar hare toekomstigo woning in I).
brengen.
Lindis kwam zichzelve voor als in een
onbekenden droom vorkecrend, in angstige
spanning wachtte zjj op haar trouwdag, dio
haar door haar vader na een langdurig heen
en weer schrjjven met den graaf medegedeeld
was geworden. Een onbeschrjjfeljjke droethcid
overviel haar, wanneer zjj aan het oogenblik
der eerste ontmoeting met haar toekomstigon
echtgenoot dacht en een wild verzet legen
den man verbitterde haarhart. Waarom koot
hjj haar nit tot echtgenooto, nadat zgn levens
hoop verjjdold was? Ja, waarom, wanneer
er goon geldcljjke motieven bestonden, geljjk
haar vader herhaaldeljjk verzekerd had. Waar
om koos hjj haar, bet onbeduidende leeljjke
meisje
Men moest medeljjdon met Lindis hebben.
Toen zjj geboren werd, lag zjj in het fraaio
vergulde pronkbedje in het kostbaarste linnen
en de lieerljjkste kant met een minder aan
genaam betrokken gezichtje, ovenals had eon
demon er zjjn adem over laten gaan. Wan
neer vreemdo menschen in de woning van
den advocaat kwamon, misprezen zij het kind
niet, maar zjj zwaaiden het ook evenmin lof
toe. Zoo werd zjj al grooter en grooter. De
vader kwam vaak door do kamer, om naar
haar to kjjken, en wanneer de jonge moedor
menigmaal als uit wanhopige innigheid de
kleine aan het hart drukte, vestigde zich
het zwarte oog van hot kind al vragend
op den vader, evenals gevoelde het de
krenking.
(Wordt vervolgd.)