KLEINE COURANT
SttsUitl)
't Vliegend Blaadje
w.
voor Heldor, Texel en Wieringen
31
Na. 2919
Woensdag 6 Februari 1901.
29ste Jaargang.
Bureau
Zuidstraat 72.
BureauSpoorstraat.
Telefoonn". 59.
Atoonnomont
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagsbl. 871/» Ct.
id. franco per post 75 id. f 1.20.
id. voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
UitgeversBIEKHOUT Co., te Helder.
Bureauxt Spoorstraat en Zuidstraatc
Ad.vertentlön
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Ad verten tiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VKIJDAGiSMOKGEINS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
aan het Koninklijk Echtpaar.
--ST QiS.
_5jg|lijde jubeltonen
Jlifg Ruischen Neerland door;
Schoone vreugdezangen
Klinken thans in koor.
Voor het Vorstlijk echtpaar
Stijgt een bêe zoo zoet,
En juicht ieder mede:
Heil U, wees gegroet.
Welkom, Hertog Hendrik,
Prins van Nederland!
Onze Koninginne
Blijve uw liefste pand
't Klinke U op deez' feestdag
Vriend'lijk te gemoet,
Naast het liartlijk welkom,
Heil TJ, wees gegroet!
Zij Uw echt gezegend,
Jeugdig Vorstlijk paar!
't Huwlijksheil moog' duren
Menig, menig jaar
Bloeien allerwege
Bloemen voor uw voet;
Heil U, Vorstlijk echtpaar
Heil U, wees gegroet!
Uit het Buitenland.
Terwyl in Nederland de eerste dagen van
de tweede maand des jaars het sein gaven
voor den aanvang der jubelfeesten ter gelegen
heid van het huwelijk der jeugdige Koningin,
bracht men aan de overzijde der Noordzee het
stoffelijk overschot der oude Koningin van
Engeland met passenden luister ten grave.
JI. Vrydag werd het lyk van het eiland Wight
naar Engeland's vasteland overgebracht, om
den volgenden dag door het gebied van Londen
heen naar Windsor te worden overgevoerd,
bestemd is te rusten naast het ge-
an wylen den koninklijken gemaal,
Prins Albert. We wagen liet niet, om in dit
overzicht der buitenlandsche gebeurtenissen
den tochtte beschryven van dezen koninklijken
keizerlijken lijkstoet. We bepalen er ons toe
te vermelden, dat de vorstelijke begrafenis met
grooten luister heelt plaats gehad, en dat do
sa&mgestroomde menigte nit stad en land niet
slechts uit honderden en duizenden, maar uit
millioenen bestond. Behalve Koning Eduard
VII en den Keizer van Dnitschland, bevonden
zich onderscheidene Vorsten en vertegenwoor
digers van gekroonde hoofden in den stoet.
In verschillenden vorm werden eerbewijzen
gebracht en langs den geheelen weg ontbrak
het niet aan keurige, kostbare rouw versierin
gen. Koningin Victoria is waarlijk met het
aan Hare hooge positie verbondene eerbetoon
naar 'tgraf gebracht, en de bevolking heeft,
zoowel vóór als bjj de begrafenis, van hare
groote liefde en gehechtheid jegens deze ver
dienstelijke en beminnelijke Vorstin op uit
muntende wjjze doen blijken. Wel opmer
kelijk is het, dat, terwijl de Engelsche dag
bladen thans de aandacht hunner lezers na
tuurlijk in da eerste en voornaamste plaats
vestigen op de aandoenlijke plechtigheid der
begrafenis van H. M. de Koningin, er toch
onder die bladen zyn, welke met groote be
langstelling spreken over den blocdigen strijd
in Zuid-Afrika, en dio daarbij den wonsch
uitdrnkken, dat de Koning, die do nagedach
tenis zijner moeder zoekt te eeren, nu, by den
dood der geliefde en by Hare plechtige uit
vaart, eea reden moge viuden, om het einde
van den oorlog met allen spoed te verhaasten.
Er wordt daarbjj door bedoelde bladen gewezen
op den toestand, die voor Engeland hoogst
nadeelig en netelig is geworden, en die in de
gevolgen gevaarlijk dreigt te worden. Het
volk, dus wordt aangevoord, zal steeds meer
het gevaar en het ellendig gevolg van dezen
stryd inzien, terwyl de aanleiding daartoe al
helderder als eeno groote misleiding aan het
licht treedt. En daarenboven vermeerdert den
omvang der schade, die aan het land wordt
toegebracht. Tal van slachtoffers vallen, groote
geldsommen worden er aan weggeworpen, en
in de buitenlandsche staatkunde verspeelt En
geland een groot deel van zijn vroeger zooveel
▼ermogenden invloed.
Meermalen hebben we ten vorigen jare
melding moeten maken van de groote oneenig-
heid, die er herhaaldelijk in het Oostenryk-
sche Huis van Afgevaardigden hcorschte.
Ruim een half jaar lang hebben de heeren
wetgevers nu rust genoten, doch de harts
tochten zyn nog niet bedaard. De eerste
nieuwe zitting, in de vorige week gehouden,
was nog evon rumoerig als de laatstgehoudene
in Juni 1900. Er was ook nu weder zulk
een helsch loven, dat hooren en zien verging.
De Oostenrijksche monarchie is eeno samen
koppeling van verschillende, elka&r afstotende
nationaliteiten, en het blijkt steeds meer, dat
de vertegenwoordigers dier volken zich niet
met elkander kunnen verstaan. De parle
mentaire werkzaamheid wordt evenwel op
die wyze geheel onmogclyk1
Te Parijs hadden, blykens de statistiek,
die daarvan iedere maand wordt opgemaakt,
in December jl. 37 werkstakingen plaats,
't Gemiddeld aantal stakingen in de laatste
maand des jaars was over de laatstverloopen
5 jaren 31, doch in December 1899 kwamen
daar in de Decembermaand wsl 68 werksta
kingen voor. Van de 37 stakingen in de
laatste maand deB vorigen jaars liepen er
29 nog in den loop der maand af, terwyl
ook van 7, die reeds vroeger begonnen waron,
het einde werd gezien, eer de maand ten
einde liep. Van die 36 eindigden er 5 vol
komen ten gunste der werklieden, 15 liepen
af ten gunste der werkgevers, in 16 ge
vallen kwam men door toegeven aan weers-
zyden tot eene gewenschte schikking. Het
aantal werklieden, in die werkstakingen be
trokken, was 10.689. De duren der stakingen
liepen zeer uiteen. Een lOtal liep binnen 24 uren
af, doch er zyn in December werkstakingen
geëindigd, die van 34 tot 52 dagen geduurd
hebben.
Het cyfer der gelukte stakingen is ongeveer
steeds in dezelfde verhouding. Op de 7 ge
lukte slechts één volkomen, en men vraagt
zich dan ook ernBlig af, hoe by die ongun
stige evenredigheid er zoovele stakingen voor
komen. Men schryft dit toe aan het optreden
van eqrzuchtigen onder de werklieden, aan
do vele praatjes van praatzuchtigen, en aan
do omstandigheid, dat de treurige gevolgen
voor de gezinnen eerst later worden gevoeld.
Op die wyze, meent men, is het te verklaren,
dat werklieden, die nog nooit gestaakt hebben,
zich zóó licht laten overhalen, om daaraan
mee te doen.
Aan de Indianen in Noord-Amerika zal
het, schoon zy in het land der vryheid wonen,
voortaan verboden zyn, meer dan éóne vrouw
te bezitten. Do wet, die dit thans bepaalt,
heeft, wat voor de belanghebbenden oen onge
rief moet zyn, terugwerkende kracht: iedere
Indiaan mag van zijne vrouwen e'éno uitkie
zen en die by zich houden, terwijl hy de
andoren moet wegzenden. Die verstooten
vrouwen worden voorloopig door een agent
schap verzorgd, en krygen later van de regee
ring geld, om in haar eigen onderhoud to
voorzien. De Indiaansche vrouwen zijn zeer
bedroefd over deze wet, en verscheidene heb
ben reeds zelfmoord gepleegd. Wat nu het
merkwaardigste in deze zaak isbijna alle
Indianen behielden de oudste, lcelykste en
dikste van hun vrouwen, want van do eerste
hielden zy toch het moest, zeiden zy. De
jongsten en mooistcn stuurden zij wog, ofschoon
zy die duur betaald hadden, om er hun
huis mede te versieren. By dit volk was hy
de voornaamste, die de meeste en mooiste
vrouwen had. Elke Indiaan, die het maar
even doen kon, kocht ieder jaar een nieuwe
vrouw, en do prys varieerde gewoonlyk van
tien tot honderd poneys.
Uit Peking wordt gemeld, dat Li-Hoeng-
Tjang, de bekende Chineesche staatsman, een
der beide door de Chineesche Regeering aan
gewezen vredes-onderhandelaars, is overleden.
In zyne plaats is, Daar verzekerd wordt, de
gouverneur van Shantung tot onderhandelaar
benoemd.
Een prettige dag aan den wal en wat
er opvolgde.
Wie onzer heeft niet al dikwyls van
Lombok gehord, wie onzer heeft niot met
afschuw vornomen de slachting, die er heeft
plaats gegrepen en wie onzer gevoelde zich
niet voldaan, toen vernomen werd, dat allen
die misdaan hadden en die machtig kon
den worden, zwaar gestraft zijn geworden tot
zelfs de oude Radjah in kluis. Maar niet
velen onzer hebben Lombok gezien of hebben
een voot aan wal gezet of kunnen zich eene
goede voorstelling maken van hetgeen daar
geschied en geleden is. Ook ik verkeerde
eenmaal in datzelfde geval, doch ik ben in
staat geweest myne wenschen te kunnen be
vredigen, en heb het voorrecht gehad voet
aan wal te zetten en er een gezelligen dag
te genieten.
Wij vertrokken in den morgen van één
der dagen van hot laatst van September 1896
met ons vy ven naar den wal en begaven ons
onmiddellijk naar iemand, dio paarden ver
huurde. Vier onzer hadden nooit boven op
een paard gezeten, maar dat gaf niets, wij
gingen rijdende heen. In bet begin ging het
wel lastig daar de paardjes liever op stal
gebleven waren, doch eenmaal op don groo
ten wog gekomen zijnde, ging het draven
van de beestjes beter. Of wij nu netjes reden
of niet, kan ik u niet medederien, wy waren
vrij, te racer daar geen paarden rijden ken
nend mensch ons bespiedde.
De Baliërs en Sasaks keken ons nu jniri
niet met een vriendelijk oog aan, ja er waren
zelfs lui by die het waagden, als wy gepas
seerd waren op den grond te spuwen om
hunne verachting voor ons kenbaar te maken.
Het was in dien tijd maar beter om er niet
op te letten, daar men dan nog wel eens in
moeilijkheden had kunnen komen, Wy gin
gen verder en holden als bet ware, den
grooten weg op naar Mataram, Tjaka Negara
en Narmada. Zoo juist kan ik mjj de volg
orde niet herinneren welke zaken wy res
pectievelijk beschouwden, doch alles wat
cenigszins met de geschiedenis in verband
stond werd door ons nauwkeurig gadegeslagen.
Wij hebben (jan de ruimte gezien waarin
kapitein Liudgreen zoo'n langen tyd weer
stand geboden heeflt.
Een ruimte ingesloten door vier groote
iiuren en een tusschenmuur, een muizenval
gelyk. Wij zagen de poort waar luitenant
de Jong mot een tiental minderen stil zijn
doorgegaan om hulp te vragen te Ampean en
als men dan nagaat dat de luitenant er ge
komen is, en meu ziet den weg, dien hy beeft
moeten nemen, dan staat men verbaasd hoe
die tocht heelluid's heeft kunnen volbrengen.
Een onbegaanbare groDd was het, en zooveel
mogelijk moest hij van den grooten weg af
houden, dus nog een grooten omweg er by
maken, ieder oogenblik verwachtende in een
hinderlaag te vallen. Vorder zagen wij de
muren van Tjaka Negara nu gedeeltelijk
ingestort en tot puin. Op den weg passecr-
wy vele graven van gesneuvelden en
verzamelden ons rond het graf waar Generaal
Ham en luitenant Musketier met een
twintigtal minderen begraven lagen. En werd
door ons geen woord gesproken, toon wij
daar te paard rond dio laatste rustplaatsen
stonden geschaard, een elkeen voelde welk
een groot verlies het vaderland geleden had
en onwillekeurig namen wy allen onze hoofd
deksels af, waarmede wy den grooten eerbied
to kennen gaven, dien wy aan hen die daar
lagen verschuldigd waren. Enkolen onzer
plukten eenige bladeren af van de boompjes
die op die graven geplant waren, teneinde
die als eeno herinnering te bewaren. Na nog
eenige oogenblikkon vertoefd en do moskee
die hier dichtby stond, doch thans geheel
ontredderd was, bezichtigd te hebben, gingen
wy verder op. Nog zou ik vergeten te melden,
dat wij de vy vers gezien hebben, waar zooals
zegt zooveel kostbaarheden en geld van
den ouden Radjah zyn ingeworpen. En er is
naar die kostbaarheden en naar dat geld
gezocht, maar er blykl niets gevonden te
zyD of nu hetgeen men gezegd heeft waar
heid bevat, weet ik niet, wel is het bekend
er niet zooveel by don ouden Radjah gevonden
is als werd verwacht. In hoeverre of dit
nu met elkander in verband staat weet ik
niot, en hierover zullen wij niet verder rede
twisten ook. Wy gingen verder op om den
grooten lusthof van den ouden Radjah te be
zoeken en kwamen dan ook op Narmada.
Zelden hadden wy zoo'n prachtig panorama
aanschouwd. Welk een rykc natunrpracht was
daar Het valt mij moeielyk om hiervan naar
recht en billykheid eene beschrijving te geven.
In dit lusthof woonde in cone aparte gelegen
heid de assistent-resident van Lombok en
echtgenootc. Aan don overkant bevond zich
een huis, of liever gezegd een restaurant, waar
ge u heerlyk nederzetten en iets gebruiken
kon, maar bedenk er bij dat het er niet zoo
ingericht was als in een hotel. Komaan 1
Loop met ons eerst de trap op en ga mede
naar binnen. Twee drie jongens om u heen
om u te helpen en een plaats te geven
misgeraden. Er is niemand. In bet midden
van de zaal die wy binnengetreden zyn, staat
een huis-, tuin- of keukentafel, ik weet niet
tot welke soort ik deze moet rangschik kei..
Rond die tafel staan een stuk of zes schom
melstoelen en in één dor hoeken der zaal staat
een kast. Wy zijn natuurlijk nieuwsgierig en
doen die kast open, wat zeer vergemakkelijkt
wordt daar de sleutel op de deur aanwezig
is en we vinden deze kast gedeeltelik gevuld
met blikjes spys, als sardinen, kreeft, enz.
Ja wat te doen we hebben allen een
verbazende trok, te meer daar wij een kwartier
van te voren aan het baden waren geweest
in één der groote vy vers, die in dat lusthof
aanwezig zyn. Geen nood men neemt
maar men gebruikt maar en dan ja
wat dan dan betaalt men, maar aan wien
Aan niemand, en toch betaalt men. In de kast
waar ik u zoo even over sprak, is ook een
boek aanwezig, waarin de verschillende prijzen
van do verschillende zaken staat beschreven.
In dat boek vult men de datums in en hetgeen
gebruikt is, terwijl hot vorschuldigde geld in
de kast wordt gelegd. Zie daar nu eeu restau
rant in den lusthof van den ouden Radjah
van Lombok. Alles is dus gebaseerd op de
eerlijkheid van de menschen, die daar moch
ten komen. Ja zelfs bestaat er gelegenheid
om te overnachten daar in een belendend
vertrek, slaapplaatsen met toebehooren zijn
ingericht. Ook de prijs van zulk logies is in
het boek bepaald, voor monschen. die nu een
ruim geweten hebben is het hier dus een
luilekkerland. Denk nu niet dat van deze
gelegenheid misbruik wordt gemaakt, inte
gendeel, alles marcheert zooals diegenen het
wenschten, welke die zaak hebben openge
steld. Ik meen te mogen veronderstellen,
doch met zekerheid weet' ik niet, dat dit
van regeeringswege is opgericht. Hoe het
ook zij het is eene oase in de woestijn, want,
daar ter plaatse heeft men anders niet, en
zou men zich tevreden moeten stellen met
op een houtje te bijten.
(Slot volgt.)
Gemeenteraad van Wieringen.
Vergadering van 31 Januari 1901.
Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig de heeren V. Heyblok, J. Tysen
en P. J. Koorn.
De Voorzitter opent de vergadering, de
notulen worden na voorlezing vastgesteld.
Ingekomen zyn:
lo. Een brief van het hoofd dor school
op Oosterland, bevattende inlichting omtrent
do schooltijden en de bergplaats der kleerer.
2e. Kennisgevingen van den Rijksontvanger
en den ryks botaalmeestcr, van gedane be-
tulingen aan den Gemeente Ontvanger.
3c. Procesverbaal van kasopneining bij
den Gemeente Ontvanger, aanwijzende een
saldo in kas van f859 21s.
4e. Bericht van goedkeuring der geldleo-
ning voor de aanlegplaats aan den Oover met
bybehoorende begrooting.
5e. Idem der wijziging van den ligger
der wegen.
6e. Verzoek van de weduwe C do Wit,
omtrent verbetering ccner afwatering, welke
echter aan het Heemraadschap behoort, zoo
dat zij zich daar zal moeten vervoegen.
7e. Verzoek van C. Kroon, om vermin
dering van hondenbelasting en hoofdelijken
omslag. Dit verzoek to laat ingekomen zynde,
wordt daarop afwyzend beschikt.
8o. Verzoek van A. Zomerdijk en C. Koorn
om verhooging van jaarweddo als keurmees
ters van het zeegras.
Door het Dagelijksch Bestuur afwyzend
geadviseerd zynde, wordt dit verzoete aange
houden tot eene volgende meer voltallige ver-
gadering.
9e. Brief van den minister van Binnen-
lansche Zaken om inlichting betreffende her
ziening der rerdeeling van het kiesdistrict in
stemdistricten, wat deze gemeente aangaat.
Do Raad is van meening dat de tegenwoor
dige toestand hier kan behonden blijven.
10e. Voordracht om den wegwerker S. L.
Smit weder voor een jaar als zoodanig te
benoemen, waaraan wordt voldaan.
11e. Kohier der hondenbelasting ten be
drage van f332 alzoo vastgesteld.
12e. Ontwerp huishoudelijk reglement voor
de commissie tot wering van schoolverzuim.
Dit wordt behandeld en goedgekeurd.
13e. Voordracht van zeven leden van die
commissie.
Bij stemming worden benoemd de hoeren
J. Hermans, Jb. N. Keizor, N. J. Poel, S.
C. de Vries, A. C. Toet, J. Bruul en Mej.
Ehl Weurdinge Eekma.
14e. De staten van den Zcegrashandel over
November en December.
Daarna gaat de Raad over in besloten ver
gadering tot behandeling van het Kohier van
Hoofdelijken Omslag. Nadat dc vergadering
weder geopend is wordt dit Kohier vastge
steld op eeu bedrag van f5200.—
By de gewone rondvraag bespreekt de
heer Kunt de wenschelijkheid, om de boomen
op het kerkhof op Stroe te laten snoeien,
waartoe besloten wordt.
Daarna sluit de Voorzitter de vergadering.
Y1EUWST1JUIYOE.V
HELDER, 5 Februari 1901.
Bg de gehouden stemming voor hoofd
bestuursleden der Ned. Nationale Werk-
lieden-Vereeniging alhier, bleek jl. Woens
dag dat niemand gekozen was. Herstemming
tusschen de heerenB. Th. Heiting, P.
H. Kamp, J D. Filarski, K. F. E. van
Breda, J. C. de Kok, H. de Kok, J. Klik
en J. Bakker.
Voor de vacature-Krijnen in het hoofd
bestuur komen in herstemming de heeren
M. J. Korring en J. Klerk.
Voor de commissie van toezicht is alleen
gekozen de heer G. Marinus. Herstemming
tusschen de heeren J. J. de Roos en
Botter.
Het Nederlandsch Tooneelgezelschap,
onder directie van den heer Charles de
la Mar, gat Vrijdagavond 1.1. ia »Tivoli<
een voorstelling. De opkomst van het
publiek was beneden het middelmatige.
Opgevoerd werd het tooneelspel Dokter
Rameauc. Het spel verdiende geprezen
te wordende hr. Ch. de la Mar vervulde
de titelrol op meesterlijke wijze en mevr.
Kiehl was als echtgenoote en later als
dochter van Dokter Rameau onverbeter
lijk, terwijl de heer Delmonte, die bij
ontstentenis van den hr. Nap. de la Mar,
de rol van den huisvriend Talvanne ver
tolkte, een woord van lof niet onthouden
mag worden Daarna werd opgevoerd,
niet zooals het programma vermeldde
»De Matroos', naar het bljjspel »De
Jaloersche Tjjger.* Hoewel dit stuk her
haaldelijk de lachspieren in beweging
bracht, was het toch voor velen een teleur
stelling, dat dit in plaats van het aange
kondigde gegeven werd.
De Eerste Kamer
der Staten Generaal heeft in 't laatst der
vorige week de begrootingen voor Finan
ciën, Oorlog met vesting en begrooting,
Waterstaat, Koloniën en Onvoorziene Uit
gaven aangenomen. Drie der leden brachten
bun stem tegen de Oorlogs-begrooting
uit. Hedennamiddag zal de Kamer hare
werkzaamheden voortzetten, door in be
handeling te nemen de wetsontwerpen be
treffende de Ouderljjke Macht en Kinder
berechting.
De Tweede Kamer
is tegen Dinsdag 12 dezer bijeengeroepen,
om hare werkzaamheden te hervatten.
Wijziging der Onderwijswet
Door de Regeering is dezer dagen bij
de Tweede Kamer ingediend een ontwerp
van wet tot wijziging en aanvulling van
enkele bepalingen der wet tot regeling
van het Lager Onderwijs, naar welke
wetsvoordracht door belanghebbenden sind3
eenigen tijd reeds reikhalzend werd uitge
zien. Vooral ook met het oog op de
invoering der Leerpicht-wet met 1 Januari
jl., was de indiening van dit wetsontwerp,
vooral ook iu 't belang van het bijzonder
onderwgs, alleszins noodig. 't Ontwerp
bevat vier artikelen, wier inhoud in be
trekking staat tot de bepaling van de
jaarwedden der onderwijzers en onderwij
zeressen, en de bijdragen, daartoe uit
'8 Rijks kas aan de gemeenten en aan de
besturen van bijzondere scholen te ver-
leenen tot de bijdragen in de kosten van
het Herkalings-onderwijs, en de salarissen,
aan de hoofden van scholen en aan het
verdere personeel daar zoor te verleenen
alsmede tot de nadere regeling der ver
goeding van het Rgk iu de kosten van
het Lager Onderwgs der onderscheidene
gemeenten, en aan schoolbesturen, welke
voor het eerst op het dienstjaar 1902
zullen worden toegepast.
ATJEH.
Het »Hbld." heeft twee particulieren
telegrammen uit Batavia ontvangen blg-
kens het eerste telegram d.d. 31 Januari,
schgut de expeditie naar Samalanga reeds
in actie te zgn. Er zijn zeven bendings
genomen, zonder verliezen de vijand trekt
voor onze troepen terng.
Het tweede telegram, van heden, luidt:
Tanah Meras is niet verdedigd bevonden.
Morgen bereiken de troepen Samalanga,
vanwaar naar Batoe Xlik wordt opgerukt.
Hierop teekent het >Hbld." aan Batoe
Ilik is bekend door de geduchte verster
kingen tgdeus de eerste expeditie naar
Samalanga onder generaal Van der Heyden
(1882). Toen heeft men daar het hoofd
gestooten.
Spanje slaat met zgn »armade" al
een even droevig figuur als Engeland dezer
dagen bg de komst van den Duitschen
Keizer. Het pantserschip >Carlos V" zou
Engeland vertrekken om aan de vloot-
betooging bij |Spitbead deel te nemen
edoch, het heeft niet aldus moge zyn I
Het schip is niet verder gekomen dan
Ferrol, waar het biunen moest loopen met
zwaar beschadigde machines.
De indruk, dieu dit ongeval heeft ge
maakt is in Spanje zooveel te pijnlijker
omdat het onmogelgk was een ander schip
te zenden.
Dat is dus bet. tegenwoordig lot der
zeehelden van de zeventiende en negentiende
eeuw, dat beide niet één zeevaardig schip
beschikbaar hebben om een zeereis van
honderden mglen te maken!
Op het landgoed Schwankshagen bij
Wollin, in Pommeren, was een gescheiden
vrouw sedert jaren huishoudster geweest
en bad zich in dien tijd de algemeene
achting verworven. Kort geleden meen
den enkele harer huisgenooten dat zy aan
een kind het leren geschonken had, en de
geruchten die hierover liepen, hadden
tengevolge dat de justitie een onderzoek
instelde. Een raadsheer van het lands-
gerechthof kwam bg de huiszoeking op
het kasteel in een kamer die de huishoud
ster steeds gesloten had gehouden. Men
vond er in een ouden doek zes kinderlijken,
die geheel verschrompeld en elk iu een
hemdje gewikkeld waren. De vrouw be
kende dat zij aan die kinderen in de tien
laatste jaren achtereenvolgens het leven
geschonken, ze gewelddadig om her. leven
gebracht en ze vervolgens in do voor
vleesch en visch bestemde rookkamer ge
rookt had om ze tegen bederf te vrijwa
ren. De ontaarde moeder is dadelijk naar
de gevangenis te Stettin gebracht.
Het treurspel van een kind.
De Weenschc correspondent van do »N.
Rott. Ct.« schryft dd. 30 Januari:
Vandaag is het proces begonnen tegen een
onmenschelijken vader die zyn kind zoo mis
handeld heeft dat de dood er op gevolgd is
om do sporen van zijn misdaad te verbergen
heeft hy het in stukken gesneden en in den
haard verbrand.
Die misdaad heeft, zooals men denken kan,
algemeene verontwaardiging verwekt, zoodat
de toeloop van het pnbliek in de rechtzaal
bijzonder groot is. Trouwens de opschudding
begint reeds bij het binnenkomen in de zaal
by het zien van do twee groote stopflesschen
met de verkoolde overblijfsels van het kind.
En daarnaast liggen voorts als «tukkon van
overtuiging oen kolenzak met bloedvlekken,
een groot mes en een hamer. Op dien zak
heeft het vermoorde kind gelegen, mot hot
mes hoeft de vader het lijk in stokken ge
sneden cn met den hamer op don mg van
het mes geslagen om de beenderen te ver
brijzelen. Zoo was het eeno stuk van hot
lichaampje na het andere don haard in gegaan
en verbrand, en vader en moeder kookten
by dit vuurtje hun koffie en aardappelen.
Do vader Jolian Ott dio aan vallende ziekte
lydt, hoeft dientengevolge geen betrekking
kunnen krygen en moest daarom zijn vrouw
die krantloop3tcr is, behulpzaam zjju. Zooals
steeds in zulke huishoudingen hadden man
en vrouw 'jaren lang met elkaar geleefd en
haddon zij reeds drie kinderen voordat zjj
trouwden. Een van die kinderen de kleine
-Jozef, die in het vondelingenhuis geboren
was, werd uitbesteed, wat voor de doodarme
mooder een grooto uitkomst was. Maar toen
Ott haar trouwde, verviel do verplichting
van het aByl om nog verder voor dat kind
te zorgen, dat toen naar do ouders werd
teruggebracht. Dezen die hot nooit gezien
hadden, die het kind niet verstonden omdat
het het Tsjechisch zijner pleegouders sprak,
waren met dio vermeerdering van monden
alles behalve ingenomen. Zy beschouwden
het kind als een lastpost cn bcgonuen het
eerst to mishandclon in do hoop dat het
aan do gevolgen zou sterven. Dagen lang
hoorden de buren het kind huiion cn schreeu
wen, zelfs eenmaal vernamen zij een val,
toen werd het stil en het kind was ver
dwenen. Het heette dat het in het gasthuis
was, maar niemand bad hot er heen zien
gaan of zien brengen en dit trok de aan
dacht. En op zekeren dag kwam de politie
vragen waar het kind was. De vader werd
doodsbleek en do moeder wilde uit raam
springen, maar toch bekende do vader spoo-
dig dat het kind een gezwol had willen
opensnyden, gedurende welke operatie het
gestorven was. Bevreesd voor hot gerech
telijke onderzoek en do schouwing besloot
hy toen hot lykjo te laten verdwynon. Hij
bracht het naar don kelder, sneed het daar
in stukjes, waarby hy uit vrees voor lijken
gift de handen zorgvuldig met carbol wieseh.
Twee dagen was bij er mee bezig geweest,
toen had by do brokken naar bozen in zyn
woning gebracht, eerst het hoofd, later de
armon en beonen on eindelijk de romp en
al die stukken successievelijk in het vuur
gestopt en daarby zijn pot gekookt. Ott
erkent dit alles gedaan te hebben, maar
ontkent zyn kind to hebben vermoord. Vol
gens hom was do dood een ongelukkig toe
val. Maar het openbaar ministerie wil dit
niet gelooven, omdat buren on ook het znsjo
gezegd hebben dat vader broertje erg ge
slagen had. Do officier zegt dat het kind
vermoord is en hoopt dit te bewyzen. Of
dit echter mogelyk zyn zal, nu het corpus
dilecti weg is on er evenmin een genees
kundige verklaring omtrent den graad der
mishandeling bestaat, zal ter rechtzitting moe
ten bljjken.
De man is wegens moord op zijn vyijarig
kind en verbranding van hel lykje tot den
strop veroordeeldde vrouw wegens mede
plichtigheid tot 12 jaar tuchthuisstraf.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
De Parijsche Herald" verneemt uit wel
ingelichte kringen te Weenen, dat het Drie-
verbond de ga istige gelegenheid van de En
gelsche troonverwisseling zou willen aan
grijpen om pogingen ie doen, den oorlog
in Zuid-Afrika te doen beëindigen. Duit-
sche diplomaten, zoo deelt de berichtgever
mede, moeten het oog hebben op den staat
van zaken in China en Rusland's optreden
Engeland den raad gegeven hebben, de
handen in Zuid-Afrika vrij te maken.
Het huwelijk van Koningin Wjlhelmina
zou als aanleiding gebruikt worden, de
poging tot interventie te doen.
Wy zouden ons ook ditmaal niet dur
ven vleien met eenig gunstig resultaat
al is elke poging hoogelgk te looven!
LORENQO MAUQUEZ, 3 Febr. Twee
duizend Boeren ouder kolonel Blake (den
aanvoerder van het Iersche korps) bevin
den zich op Portugeesch gebied, naar
men gelooft met het doel de Boeren te
bevrijden die hier zijn. De Portugeezen
besloten alle Boeren die weigerden zich
aan de Engelacheu over te geven naar
Madeira te zenden.
BLOEMFONTEIN, 1 Febr. De Wet'a
commando is gezien door du voorhoede
van kolonel Marshall's colonne. Zij trok
gisteren tusscheu Sanna's Poot en Tuba
'Nchu naar het zuiden met twee wagens
en een aantal KanpscÜc karren.
PRETORIA, 2 Febr. Er wordt thans
door zeven Brit.scho colonnes een gecom
bineerde beweging gemaakt met het doel
oostelgk Transvaal vim den vyand te zui-