KLEINE COURANT SttsUitl) 't Vliegend Blaadje w. voor Heldor, Texel en Wieringen 31 Na. 2919 Woensdag 6 Februari 1901. 29ste Jaargang. Bureau Zuidstraat 72. BureauSpoorstraat. Telefoonn". 59. Atoonnomont p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagsbl. 871/» Ct. id. franco per post 75 id. f 1.20. id. voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. UitgeversBIEKHOUT Co., te Helder. Bureauxt Spoorstraat en Zuidstraatc Ad.vertentlön van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Ad verten tiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VKIJDAGiSMOKGEINS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. aan het Koninklijk Echtpaar. --ST QiS. _5jg|lijde jubeltonen Jlifg Ruischen Neerland door; Schoone vreugdezangen Klinken thans in koor. Voor het Vorstlijk echtpaar Stijgt een bêe zoo zoet, En juicht ieder mede: Heil U, wees gegroet. Welkom, Hertog Hendrik, Prins van Nederland! Onze Koninginne Blijve uw liefste pand 't Klinke U op deez' feestdag Vriend'lijk te gemoet, Naast het liartlijk welkom, Heil TJ, wees gegroet! Zij Uw echt gezegend, Jeugdig Vorstlijk paar! 't Huwlijksheil moog' duren Menig, menig jaar Bloeien allerwege Bloemen voor uw voet; Heil U, Vorstlijk echtpaar Heil U, wees gegroet! Uit het Buitenland. Terwyl in Nederland de eerste dagen van de tweede maand des jaars het sein gaven voor den aanvang der jubelfeesten ter gelegen heid van het huwelijk der jeugdige Koningin, bracht men aan de overzijde der Noordzee het stoffelijk overschot der oude Koningin van Engeland met passenden luister ten grave. JI. Vrydag werd het lyk van het eiland Wight naar Engeland's vasteland overgebracht, om den volgenden dag door het gebied van Londen heen naar Windsor te worden overgevoerd, bestemd is te rusten naast het ge- an wylen den koninklijken gemaal, Prins Albert. We wagen liet niet, om in dit overzicht der buitenlandsche gebeurtenissen den tochtte beschryven van dezen koninklijken keizerlijken lijkstoet. We bepalen er ons toe te vermelden, dat de vorstelijke begrafenis met grooten luister heelt plaats gehad, en dat do sa&mgestroomde menigte nit stad en land niet slechts uit honderden en duizenden, maar uit millioenen bestond. Behalve Koning Eduard VII en den Keizer van Dnitschland, bevonden zich onderscheidene Vorsten en vertegenwoor digers van gekroonde hoofden in den stoet. In verschillenden vorm werden eerbewijzen gebracht en langs den geheelen weg ontbrak het niet aan keurige, kostbare rouw versierin gen. Koningin Victoria is waarlijk met het aan Hare hooge positie verbondene eerbetoon naar 'tgraf gebracht, en de bevolking heeft, zoowel vóór als bjj de begrafenis, van hare groote liefde en gehechtheid jegens deze ver dienstelijke en beminnelijke Vorstin op uit muntende wjjze doen blijken. Wel opmer kelijk is het, dat, terwijl de Engelsche dag bladen thans de aandacht hunner lezers na tuurlijk in da eerste en voornaamste plaats vestigen op de aandoenlijke plechtigheid der begrafenis van H. M. de Koningin, er toch onder die bladen zyn, welke met groote be langstelling spreken over den blocdigen strijd in Zuid-Afrika, en dio daarbij den wonsch uitdrnkken, dat de Koning, die do nagedach tenis zijner moeder zoekt te eeren, nu, by den dood der geliefde en by Hare plechtige uit vaart, eea reden moge viuden, om het einde van den oorlog met allen spoed te verhaasten. Er wordt daarbjj door bedoelde bladen gewezen op den toestand, die voor Engeland hoogst nadeelig en netelig is geworden, en die in de gevolgen gevaarlijk dreigt te worden. Het volk, dus wordt aangevoord, zal steeds meer het gevaar en het ellendig gevolg van dezen stryd inzien, terwyl de aanleiding daartoe al helderder als eeno groote misleiding aan het licht treedt. En daarenboven vermeerdert den omvang der schade, die aan het land wordt toegebracht. Tal van slachtoffers vallen, groote geldsommen worden er aan weggeworpen, en in de buitenlandsche staatkunde verspeelt En geland een groot deel van zijn vroeger zooveel ▼ermogenden invloed. Meermalen hebben we ten vorigen jare melding moeten maken van de groote oneenig- heid, die er herhaaldelijk in het Oostenryk- sche Huis van Afgevaardigden hcorschte. Ruim een half jaar lang hebben de heeren wetgevers nu rust genoten, doch de harts tochten zyn nog niet bedaard. De eerste nieuwe zitting, in de vorige week gehouden, was nog evon rumoerig als de laatstgehoudene in Juni 1900. Er was ook nu weder zulk een helsch loven, dat hooren en zien verging. De Oostenrijksche monarchie is eeno samen koppeling van verschillende, elka&r afstotende nationaliteiten, en het blijkt steeds meer, dat de vertegenwoordigers dier volken zich niet met elkander kunnen verstaan. De parle mentaire werkzaamheid wordt evenwel op die wyze geheel onmogclyk1 Te Parijs hadden, blykens de statistiek, die daarvan iedere maand wordt opgemaakt, in December jl. 37 werkstakingen plaats, 't Gemiddeld aantal stakingen in de laatste maand des jaars was over de laatstverloopen 5 jaren 31, doch in December 1899 kwamen daar in de Decembermaand wsl 68 werksta kingen voor. Van de 37 stakingen in de laatste maand deB vorigen jaars liepen er 29 nog in den loop der maand af, terwyl ook van 7, die reeds vroeger begonnen waron, het einde werd gezien, eer de maand ten einde liep. Van die 36 eindigden er 5 vol komen ten gunste der werklieden, 15 liepen af ten gunste der werkgevers, in 16 ge vallen kwam men door toegeven aan weers- zyden tot eene gewenschte schikking. Het aantal werklieden, in die werkstakingen be trokken, was 10.689. De duren der stakingen liepen zeer uiteen. Een lOtal liep binnen 24 uren af, doch er zyn in December werkstakingen geëindigd, die van 34 tot 52 dagen geduurd hebben. Het cyfer der gelukte stakingen is ongeveer steeds in dezelfde verhouding. Op de 7 ge lukte slechts één volkomen, en men vraagt zich dan ook ernBlig af, hoe by die ongun stige evenredigheid er zoovele stakingen voor komen. Men schryft dit toe aan het optreden van eqrzuchtigen onder de werklieden, aan do vele praatjes van praatzuchtigen, en aan do omstandigheid, dat de treurige gevolgen voor de gezinnen eerst later worden gevoeld. Op die wyze, meent men, is het te verklaren, dat werklieden, die nog nooit gestaakt hebben, zich zóó licht laten overhalen, om daaraan mee te doen. Aan de Indianen in Noord-Amerika zal het, schoon zy in het land der vryheid wonen, voortaan verboden zyn, meer dan éóne vrouw te bezitten. Do wet, die dit thans bepaalt, heeft, wat voor de belanghebbenden oen onge rief moet zyn, terugwerkende kracht: iedere Indiaan mag van zijne vrouwen e'éno uitkie zen en die by zich houden, terwijl hy de andoren moet wegzenden. Die verstooten vrouwen worden voorloopig door een agent schap verzorgd, en krygen later van de regee ring geld, om in haar eigen onderhoud to voorzien. De Indiaansche vrouwen zijn zeer bedroefd over deze wet, en verscheidene heb ben reeds zelfmoord gepleegd. Wat nu het merkwaardigste in deze zaak isbijna alle Indianen behielden de oudste, lcelykste en dikste van hun vrouwen, want van do eerste hielden zy toch het moest, zeiden zy. De jongsten en mooistcn stuurden zij wog, ofschoon zy die duur betaald hadden, om er hun huis mede te versieren. By dit volk was hy de voornaamste, die de meeste en mooiste vrouwen had. Elke Indiaan, die het maar even doen kon, kocht ieder jaar een nieuwe vrouw, en do prys varieerde gewoonlyk van tien tot honderd poneys. Uit Peking wordt gemeld, dat Li-Hoeng- Tjang, de bekende Chineesche staatsman, een der beide door de Chineesche Regeering aan gewezen vredes-onderhandelaars, is overleden. In zyne plaats is, Daar verzekerd wordt, de gouverneur van Shantung tot onderhandelaar benoemd. Een prettige dag aan den wal en wat er opvolgde. Wie onzer heeft niet al dikwyls van Lombok gehord, wie onzer heeft niot met afschuw vornomen de slachting, die er heeft plaats gegrepen en wie onzer gevoelde zich niet voldaan, toen vernomen werd, dat allen die misdaan hadden en die machtig kon den worden, zwaar gestraft zijn geworden tot zelfs de oude Radjah in kluis. Maar niet velen onzer hebben Lombok gezien of hebben een voot aan wal gezet of kunnen zich eene goede voorstelling maken van hetgeen daar geschied en geleden is. Ook ik verkeerde eenmaal in datzelfde geval, doch ik ben in staat geweest myne wenschen te kunnen be vredigen, en heb het voorrecht gehad voet aan wal te zetten en er een gezelligen dag te genieten. Wij vertrokken in den morgen van één der dagen van hot laatst van September 1896 met ons vy ven naar den wal en begaven ons onmiddellijk naar iemand, dio paarden ver huurde. Vier onzer hadden nooit boven op een paard gezeten, maar dat gaf niets, wij gingen rijdende heen. In bet begin ging het wel lastig daar de paardjes liever op stal gebleven waren, doch eenmaal op don groo ten wog gekomen zijnde, ging het draven van de beestjes beter. Of wij nu netjes reden of niet, kan ik u niet medederien, wy waren vrij, te racer daar geen paarden rijden ken nend mensch ons bespiedde. De Baliërs en Sasaks keken ons nu jniri niet met een vriendelijk oog aan, ja er waren zelfs lui by die het waagden, als wy gepas seerd waren op den grond te spuwen om hunne verachting voor ons kenbaar te maken. Het was in dien tijd maar beter om er niet op te letten, daar men dan nog wel eens in moeilijkheden had kunnen komen, Wy gin gen verder en holden als bet ware, den grooten weg op naar Mataram, Tjaka Negara en Narmada. Zoo juist kan ik mjj de volg orde niet herinneren welke zaken wy res pectievelijk beschouwden, doch alles wat cenigszins met de geschiedenis in verband stond werd door ons nauwkeurig gadegeslagen. Wij hebben (jan de ruimte gezien waarin kapitein Liudgreen zoo'n langen tyd weer stand geboden heeflt. Een ruimte ingesloten door vier groote iiuren en een tusschenmuur, een muizenval gelyk. Wij zagen de poort waar luitenant de Jong mot een tiental minderen stil zijn doorgegaan om hulp te vragen te Ampean en als men dan nagaat dat de luitenant er ge komen is, en meu ziet den weg, dien hy beeft moeten nemen, dan staat men verbaasd hoe die tocht heelluid's heeft kunnen volbrengen. Een onbegaanbare groDd was het, en zooveel mogelijk moest hij van den grooten weg af houden, dus nog een grooten omweg er by maken, ieder oogenblik verwachtende in een hinderlaag te vallen. Vorder zagen wij de muren van Tjaka Negara nu gedeeltelijk ingestort en tot puin. Op den weg passecr- wy vele graven van gesneuvelden en verzamelden ons rond het graf waar Generaal Ham en luitenant Musketier met een twintigtal minderen begraven lagen. En werd door ons geen woord gesproken, toon wij daar te paard rond dio laatste rustplaatsen stonden geschaard, een elkeen voelde welk een groot verlies het vaderland geleden had en onwillekeurig namen wy allen onze hoofd deksels af, waarmede wy den grooten eerbied to kennen gaven, dien wy aan hen die daar lagen verschuldigd waren. Enkolen onzer plukten eenige bladeren af van de boompjes die op die graven geplant waren, teneinde die als eeno herinnering te bewaren. Na nog eenige oogenblikkon vertoefd en do moskee die hier dichtby stond, doch thans geheel ontredderd was, bezichtigd te hebben, gingen wy verder op. Nog zou ik vergeten te melden, dat wij de vy vers gezien hebben, waar zooals zegt zooveel kostbaarheden en geld van den ouden Radjah zyn ingeworpen. En er is naar die kostbaarheden en naar dat geld gezocht, maar er blykl niets gevonden te zyD of nu hetgeen men gezegd heeft waar heid bevat, weet ik niet, wel is het bekend er niet zooveel by don ouden Radjah gevonden is als werd verwacht. In hoeverre of dit nu met elkander in verband staat weet ik niot, en hierover zullen wij niet verder rede twisten ook. Wy gingen verder op om den grooten lusthof van den ouden Radjah te be zoeken en kwamen dan ook op Narmada. Zelden hadden wy zoo'n prachtig panorama aanschouwd. Welk een rykc natunrpracht was daar Het valt mij moeielyk om hiervan naar recht en billykheid eene beschrijving te geven. In dit lusthof woonde in cone aparte gelegen heid de assistent-resident van Lombok en echtgenootc. Aan don overkant bevond zich een huis, of liever gezegd een restaurant, waar ge u heerlyk nederzetten en iets gebruiken kon, maar bedenk er bij dat het er niet zoo ingericht was als in een hotel. Komaan 1 Loop met ons eerst de trap op en ga mede naar binnen. Twee drie jongens om u heen om u te helpen en een plaats te geven misgeraden. Er is niemand. In bet midden van de zaal die wy binnengetreden zyn, staat een huis-, tuin- of keukentafel, ik weet niet tot welke soort ik deze moet rangschik kei.. Rond die tafel staan een stuk of zes schom melstoelen en in één dor hoeken der zaal staat een kast. Wy zijn natuurlijk nieuwsgierig en doen die kast open, wat zeer vergemakkelijkt wordt daar de sleutel op de deur aanwezig is en we vinden deze kast gedeeltelik gevuld met blikjes spys, als sardinen, kreeft, enz. Ja wat te doen we hebben allen een verbazende trok, te meer daar wij een kwartier van te voren aan het baden waren geweest in één der groote vy vers, die in dat lusthof aanwezig zyn. Geen nood men neemt maar men gebruikt maar en dan ja wat dan dan betaalt men, maar aan wien Aan niemand, en toch betaalt men. In de kast waar ik u zoo even over sprak, is ook een boek aanwezig, waarin de verschillende prijzen van do verschillende zaken staat beschreven. In dat boek vult men de datums in en hetgeen gebruikt is, terwijl hot vorschuldigde geld in de kast wordt gelegd. Zie daar nu eeu restau rant in den lusthof van den ouden Radjah van Lombok. Alles is dus gebaseerd op de eerlijkheid van de menschen, die daar moch ten komen. Ja zelfs bestaat er gelegenheid om te overnachten daar in een belendend vertrek, slaapplaatsen met toebehooren zijn ingericht. Ook de prijs van zulk logies is in het boek bepaald, voor monschen. die nu een ruim geweten hebben is het hier dus een luilekkerland. Denk nu niet dat van deze gelegenheid misbruik wordt gemaakt, inte gendeel, alles marcheert zooals diegenen het wenschten, welke die zaak hebben openge steld. Ik meen te mogen veronderstellen, doch met zekerheid weet' ik niet, dat dit van regeeringswege is opgericht. Hoe het ook zij het is eene oase in de woestijn, want, daar ter plaatse heeft men anders niet, en zou men zich tevreden moeten stellen met op een houtje te bijten. (Slot volgt.) Gemeenteraad van Wieringen. Vergadering van 31 Januari 1901. Voorzitter de Burgemeester. Afwezig de heeren V. Heyblok, J. Tysen en P. J. Koorn. De Voorzitter opent de vergadering, de notulen worden na voorlezing vastgesteld. Ingekomen zyn: lo. Een brief van het hoofd dor school op Oosterland, bevattende inlichting omtrent do schooltijden en de bergplaats der kleerer. 2e. Kennisgevingen van den Rijksontvanger en den ryks botaalmeestcr, van gedane be- tulingen aan den Gemeente Ontvanger. 3c. Procesverbaal van kasopneining bij den Gemeente Ontvanger, aanwijzende een saldo in kas van f859 21s. 4e. Bericht van goedkeuring der geldleo- ning voor de aanlegplaats aan den Oover met bybehoorende begrooting. 5e. Idem der wijziging van den ligger der wegen. 6e. Verzoek van de weduwe C do Wit, omtrent verbetering ccner afwatering, welke echter aan het Heemraadschap behoort, zoo dat zij zich daar zal moeten vervoegen. 7e. Verzoek van C. Kroon, om vermin dering van hondenbelasting en hoofdelijken omslag. Dit verzoek to laat ingekomen zynde, wordt daarop afwyzend beschikt. 8o. Verzoek van A. Zomerdijk en C. Koorn om verhooging van jaarweddo als keurmees ters van het zeegras. Door het Dagelijksch Bestuur afwyzend geadviseerd zynde, wordt dit verzoete aange houden tot eene volgende meer voltallige ver- gadering. 9e. Brief van den minister van Binnen- lansche Zaken om inlichting betreffende her ziening der rerdeeling van het kiesdistrict in stemdistricten, wat deze gemeente aangaat. Do Raad is van meening dat de tegenwoor dige toestand hier kan behonden blijven. 10e. Voordracht om den wegwerker S. L. Smit weder voor een jaar als zoodanig te benoemen, waaraan wordt voldaan. 11e. Kohier der hondenbelasting ten be drage van f332 alzoo vastgesteld. 12e. Ontwerp huishoudelijk reglement voor de commissie tot wering van schoolverzuim. Dit wordt behandeld en goedgekeurd. 13e. Voordracht van zeven leden van die commissie. Bij stemming worden benoemd de hoeren J. Hermans, Jb. N. Keizor, N. J. Poel, S. C. de Vries, A. C. Toet, J. Bruul en Mej. Ehl Weurdinge Eekma. 14e. De staten van den Zcegrashandel over November en December. Daarna gaat de Raad over in besloten ver gadering tot behandeling van het Kohier van Hoofdelijken Omslag. Nadat dc vergadering weder geopend is wordt dit Kohier vastge steld op eeu bedrag van f5200.— By de gewone rondvraag bespreekt de heer Kunt de wenschelijkheid, om de boomen op het kerkhof op Stroe te laten snoeien, waartoe besloten wordt. Daarna sluit de Voorzitter de vergadering. Y1EUWST1JUIYOE.V HELDER, 5 Februari 1901. Bg de gehouden stemming voor hoofd bestuursleden der Ned. Nationale Werk- lieden-Vereeniging alhier, bleek jl. Woens dag dat niemand gekozen was. Herstemming tusschen de heerenB. Th. Heiting, P. H. Kamp, J D. Filarski, K. F. E. van Breda, J. C. de Kok, H. de Kok, J. Klik en J. Bakker. Voor de vacature-Krijnen in het hoofd bestuur komen in herstemming de heeren M. J. Korring en J. Klerk. Voor de commissie van toezicht is alleen gekozen de heer G. Marinus. Herstemming tusschen de heeren J. J. de Roos en Botter. Het Nederlandsch Tooneelgezelschap, onder directie van den heer Charles de la Mar, gat Vrijdagavond 1.1. ia »Tivoli< een voorstelling. De opkomst van het publiek was beneden het middelmatige. Opgevoerd werd het tooneelspel Dokter Rameauc. Het spel verdiende geprezen te wordende hr. Ch. de la Mar vervulde de titelrol op meesterlijke wijze en mevr. Kiehl was als echtgenoote en later als dochter van Dokter Rameau onverbeter lijk, terwijl de heer Delmonte, die bij ontstentenis van den hr. Nap. de la Mar, de rol van den huisvriend Talvanne ver tolkte, een woord van lof niet onthouden mag worden Daarna werd opgevoerd, niet zooals het programma vermeldde »De Matroos', naar het bljjspel »De Jaloersche Tjjger.* Hoewel dit stuk her haaldelijk de lachspieren in beweging bracht, was het toch voor velen een teleur stelling, dat dit in plaats van het aange kondigde gegeven werd. De Eerste Kamer der Staten Generaal heeft in 't laatst der vorige week de begrootingen voor Finan ciën, Oorlog met vesting en begrooting, Waterstaat, Koloniën en Onvoorziene Uit gaven aangenomen. Drie der leden brachten bun stem tegen de Oorlogs-begrooting uit. Hedennamiddag zal de Kamer hare werkzaamheden voortzetten, door in be handeling te nemen de wetsontwerpen be treffende de Ouderljjke Macht en Kinder berechting. De Tweede Kamer is tegen Dinsdag 12 dezer bijeengeroepen, om hare werkzaamheden te hervatten. Wijziging der Onderwijswet Door de Regeering is dezer dagen bij de Tweede Kamer ingediend een ontwerp van wet tot wijziging en aanvulling van enkele bepalingen der wet tot regeling van het Lager Onderwijs, naar welke wetsvoordracht door belanghebbenden sind3 eenigen tijd reeds reikhalzend werd uitge zien. Vooral ook met het oog op de invoering der Leerpicht-wet met 1 Januari jl., was de indiening van dit wetsontwerp, vooral ook iu 't belang van het bijzonder onderwgs, alleszins noodig. 't Ontwerp bevat vier artikelen, wier inhoud in be trekking staat tot de bepaling van de jaarwedden der onderwijzers en onderwij zeressen, en de bijdragen, daartoe uit '8 Rijks kas aan de gemeenten en aan de besturen van bijzondere scholen te ver- leenen tot de bijdragen in de kosten van het Herkalings-onderwijs, en de salarissen, aan de hoofden van scholen en aan het verdere personeel daar zoor te verleenen alsmede tot de nadere regeling der ver goeding van het Rgk iu de kosten van het Lager Onderwgs der onderscheidene gemeenten, en aan schoolbesturen, welke voor het eerst op het dienstjaar 1902 zullen worden toegepast. ATJEH. Het »Hbld." heeft twee particulieren telegrammen uit Batavia ontvangen blg- kens het eerste telegram d.d. 31 Januari, schgut de expeditie naar Samalanga reeds in actie te zgn. Er zijn zeven bendings genomen, zonder verliezen de vijand trekt voor onze troepen terng. Het tweede telegram, van heden, luidt: Tanah Meras is niet verdedigd bevonden. Morgen bereiken de troepen Samalanga, vanwaar naar Batoe Xlik wordt opgerukt. Hierop teekent het >Hbld." aan Batoe Ilik is bekend door de geduchte verster kingen tgdeus de eerste expeditie naar Samalanga onder generaal Van der Heyden (1882). Toen heeft men daar het hoofd gestooten. Spanje slaat met zgn »armade" al een even droevig figuur als Engeland dezer dagen bg de komst van den Duitschen Keizer. Het pantserschip >Carlos V" zou Engeland vertrekken om aan de vloot- betooging bij |Spitbead deel te nemen edoch, het heeft niet aldus moge zyn I Het schip is niet verder gekomen dan Ferrol, waar het biunen moest loopen met zwaar beschadigde machines. De indruk, dieu dit ongeval heeft ge maakt is in Spanje zooveel te pijnlijker omdat het onmogelgk was een ander schip te zenden. Dat is dus bet. tegenwoordig lot der zeehelden van de zeventiende en negentiende eeuw, dat beide niet één zeevaardig schip beschikbaar hebben om een zeereis van honderden mglen te maken! Op het landgoed Schwankshagen bij Wollin, in Pommeren, was een gescheiden vrouw sedert jaren huishoudster geweest en bad zich in dien tijd de algemeene achting verworven. Kort geleden meen den enkele harer huisgenooten dat zy aan een kind het leren geschonken had, en de geruchten die hierover liepen, hadden tengevolge dat de justitie een onderzoek instelde. Een raadsheer van het lands- gerechthof kwam bg de huiszoeking op het kasteel in een kamer die de huishoud ster steeds gesloten had gehouden. Men vond er in een ouden doek zes kinderlijken, die geheel verschrompeld en elk iu een hemdje gewikkeld waren. De vrouw be kende dat zij aan die kinderen in de tien laatste jaren achtereenvolgens het leven geschonken, ze gewelddadig om her. leven gebracht en ze vervolgens in do voor vleesch en visch bestemde rookkamer ge rookt had om ze tegen bederf te vrijwa ren. De ontaarde moeder is dadelijk naar de gevangenis te Stettin gebracht. Het treurspel van een kind. De Weenschc correspondent van do »N. Rott. Ct.« schryft dd. 30 Januari: Vandaag is het proces begonnen tegen een onmenschelijken vader die zyn kind zoo mis handeld heeft dat de dood er op gevolgd is om do sporen van zijn misdaad te verbergen heeft hy het in stukken gesneden en in den haard verbrand. Die misdaad heeft, zooals men denken kan, algemeene verontwaardiging verwekt, zoodat de toeloop van het pnbliek in de rechtzaal bijzonder groot is. Trouwens de opschudding begint reeds bij het binnenkomen in de zaal by het zien van do twee groote stopflesschen met de verkoolde overblijfsels van het kind. En daarnaast liggen voorts als «tukkon van overtuiging oen kolenzak met bloedvlekken, een groot mes en een hamer. Op dien zak heeft het vermoorde kind gelegen, mot hot mes hoeft de vader het lijk in stokken ge sneden cn met den hamer op don mg van het mes geslagen om de beenderen te ver brijzelen. Zoo was het eeno stuk van hot lichaampje na het andere don haard in gegaan en verbrand, en vader en moeder kookten by dit vuurtje hun koffie en aardappelen. Do vader Jolian Ott dio aan vallende ziekte lydt, hoeft dientengevolge geen betrekking kunnen krygen en moest daarom zijn vrouw die krantloop3tcr is, behulpzaam zjju. Zooals steeds in zulke huishoudingen hadden man en vrouw 'jaren lang met elkaar geleefd en haddon zij reeds drie kinderen voordat zjj trouwden. Een van die kinderen de kleine -Jozef, die in het vondelingenhuis geboren was, werd uitbesteed, wat voor de doodarme mooder een grooto uitkomst was. Maar toen Ott haar trouwde, verviel do verplichting van het aByl om nog verder voor dat kind te zorgen, dat toen naar do ouders werd teruggebracht. Dezen die hot nooit gezien hadden, die het kind niet verstonden omdat het het Tsjechisch zijner pleegouders sprak, waren met dio vermeerdering van monden alles behalve ingenomen. Zy beschouwden het kind als een lastpost cn bcgonuen het eerst to mishandclon in do hoop dat het aan do gevolgen zou sterven. Dagen lang hoorden de buren het kind huiion cn schreeu wen, zelfs eenmaal vernamen zij een val, toen werd het stil en het kind was ver dwenen. Het heette dat het in het gasthuis was, maar niemand bad hot er heen zien gaan of zien brengen en dit trok de aan dacht. En op zekeren dag kwam de politie vragen waar het kind was. De vader werd doodsbleek en do moeder wilde uit raam springen, maar toch bekende do vader spoo- dig dat het kind een gezwol had willen opensnyden, gedurende welke operatie het gestorven was. Bevreesd voor hot gerech telijke onderzoek en do schouwing besloot hy toen hot lykjo te laten verdwynon. Hij bracht het naar don kelder, sneed het daar in stukjes, waarby hy uit vrees voor lijken gift de handen zorgvuldig met carbol wieseh. Twee dagen was bij er mee bezig geweest, toen had by do brokken naar bozen in zyn woning gebracht, eerst het hoofd, later de armon en beonen on eindelijk de romp en al die stukken successievelijk in het vuur gestopt en daarby zijn pot gekookt. Ott erkent dit alles gedaan te hebben, maar ontkent zyn kind to hebben vermoord. Vol gens hom was do dood een ongelukkig toe val. Maar het openbaar ministerie wil dit niet gelooven, omdat buren on ook het znsjo gezegd hebben dat vader broertje erg ge slagen had. Do officier zegt dat het kind vermoord is en hoopt dit te bewyzen. Of dit echter mogelyk zyn zal, nu het corpus dilecti weg is on er evenmin een genees kundige verklaring omtrent den graad der mishandeling bestaat, zal ter rechtzitting moe ten bljjken. De man is wegens moord op zijn vyijarig kind en verbranding van hel lykje tot den strop veroordeeldde vrouw wegens mede plichtigheid tot 12 jaar tuchthuisstraf. De Oorlog in Zuid-Afrika. De Parijsche Herald" verneemt uit wel ingelichte kringen te Weenen, dat het Drie- verbond de ga istige gelegenheid van de En gelsche troonverwisseling zou willen aan grijpen om pogingen ie doen, den oorlog in Zuid-Afrika te doen beëindigen. Duit- sche diplomaten, zoo deelt de berichtgever mede, moeten het oog hebben op den staat van zaken in China en Rusland's optreden Engeland den raad gegeven hebben, de handen in Zuid-Afrika vrij te maken. Het huwelijk van Koningin Wjlhelmina zou als aanleiding gebruikt worden, de poging tot interventie te doen. Wy zouden ons ook ditmaal niet dur ven vleien met eenig gunstig resultaat al is elke poging hoogelgk te looven! LORENQO MAUQUEZ, 3 Febr. Twee duizend Boeren ouder kolonel Blake (den aanvoerder van het Iersche korps) bevin den zich op Portugeesch gebied, naar men gelooft met het doel de Boeren te bevrijden die hier zijn. De Portugeezen besloten alle Boeren die weigerden zich aan de Engelacheu over te geven naar Madeira te zenden. BLOEMFONTEIN, 1 Febr. De Wet'a commando is gezien door du voorhoede van kolonel Marshall's colonne. Zij trok gisteren tusscheu Sanna's Poot en Tuba 'Nchu naar het zuiden met twee wagens en een aantal KanpscÜc karren. PRETORIA, 2 Febr. Er wordt thans door zeven Brit.scho colonnes een gecom bineerde beweging gemaakt met het doel oostelgk Transvaal vim den vyand te zui-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1901 | | pagina 1