KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel en Wieringen
Waarschuwing.
No. 2967.
Woensdag 24 Juli 1901.
29ste jaargang.
Bureau
Zuidatraat 72.
BureauSpoorstraat.
Telefoonn0. 59,
At>ormement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagsbl. 87VsCt.
id. franco per poet 75 id. f 1.20.
id. voor het Buitenland fl.25, id. f2.00.
Afzonderlijke nommers 2 Cent.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bupmuxi Spoorstraat en Zuidatraat.
AavertentLèn
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bnreaux bezorgd zijp.
Projectielen, scherven,
banden, looden kogels,
enz., welke gevonden
worden op de zandplaat
ONRUST, op de Texel-
sche kust of uit zee
worden opgevischt, zijn
's Rijks eigendomhij,
die zich deze voorwerpen
toeeigent, is derhalve
strafbaar volgens de wet.
Hat oprap.n en vervoeren
van geladen niet gesprongen
Iirojnctielen ie levensgevaar,
ijk, ook voor da omgeving
van ham, dia zulks verricht.
De KolonelCommandeerende OjJicier
van het 4e Regiment Veeting-Artillerie,
1. 1. DE GREVE.
Vit het Buitenland.
Onlangs werden door de Engelschen in
Zoid-Afrika bij een overval van een Boeren-
commando buit gemaakt belangrijke docu
menten van President Steyn, o. a. een corres
pondentie met generaal Botha, waarvan de
inhood natuurlijk nitiluitend betrekking had
op den tegenwoordigen oorlog. Deze corres
pondentie, sedert van Engelscbe zijde publiek
gemaakt, geeft thans stof tot bespreking in
Engeliche nieuwsbladen. In een dier bladen
fsest men een woord van wèlverdiende be
wondering voor den moedigen en beleidvollen
President van den Oranje-Vrijstaat. Een ander
Engelsch blad had de misdadige stoutheid
begaan, om uit de gevoerde correspondentie
de gevolgtrekking te maken, dat Ste^n altijd
een woedende samenzweerder tegen Engeland
is geweest. Men moet zulks in zyn brief
willen lezen, om het er in te vinden. Wat
doet Steyn? Hü voert een oorlog, en nu hy
dien voert, doet hy het met groote doorzet
tingskracht en geeft hy niet toe, zoolang hy
meent, dat er op een gunstigen keer nog kans
bestaat. Iedere staatsman, die een oorlog
begint, moet bereid zyn, den stryd op zulk
eene wyze te voeren. Het is niet waar, dat
Steyn on de Vrystaters altyd oorlog hebben
willen voeren met Engeland. Zy zyn ten
slotte, hun belang inziende, Transvaal ter
hulp gesneld. Iutusschen is Engeland ver
plicht, deze strijders, die het bewonderen moet,
te bevechten. En jnist omdat zy znlk een
prachtig temperament hebben, moet het des te
meer er voor zorgen, dat het zyn kruit droog
houdt, zelfs terwyl het hunne begint op te
raken, en moet Engeland meer troepen zenden,
ook al beginnen de hunnen te versmelten. De
Boeren vertrouwen, blykbaar aan de uitlatin
gen in de correspondentie, op eenen moge-
lyken gunstigen keer in Europa en op de
uitbreiding der beweging in de Kaapkolonie.
Het Engelscbe nieuwsblad, dat betrekkelijk
zoo gunstig over President Steyn en de Boeren
ichrylt, komt ook op tegen de in Engeland
verspreide en door velen omhelsde meening,
als zou de liberale party daar te lande door
haar optreden tegen de Regeering de Boeren
in hun verzet aanmoedigen. Het bedoelde
blad bestrydt zulks op eigenaardige wyze.
Het toont overtuigend aan, dat President
Steyn zyne opmerkingen over de openbare
meeniog in Engeland heeft ontleend niet uit
de liberale, maar uit de regeeringsgezinde
dagblad pers, die dus de vyanden in Zuid-
Afrika inlichtte omtrent de publieke opinie in
Engeland.
In het begin dezes jaars werd het gerucht
verspreid, dat Prins George van Griekenland,
die indertijd door den invloed der regeerin
gen van Rusland, Frankrijk, Engeland en
Italië tot gouverneur van het eiland Kreta
werd benoemd, geneigd was, zyne betrekking
nederteleggen. Dit gerucht bleek weldra op
waarheid te steunen, toen de Prins een bui-
tenlandsche reis ondernam, ten einde bjj de
mogendheden te informeeren, of zy ook ge
zind zouden zyn, om Kreta 't welk indertijd
zooveel moeilykheden heeft gegeven met be
trekking tot den Sultan van Turkye, die zyne
souvereinitoit over bet eiland niet wilde prys
geven, thans naar den wensch van de meer
derheid der bevolking, by Griekenland inte-
1 ij ven. Zonneklaar bleek het den Prins echter
dat de mogendheden, een herhaling der lastige
Kretenser qnaestie vreezende, volstrekt niet
gezind waren, om aan dien wensch gehoor te
verleenen. Dan zou, dus werd opnieuw by
gerucht verspreid, de prins zyne hooge waar
digheid willen nederloggen, wanneer in Decem
ber dezes jaars de termyn zal veratryken,
waarvoor hy is aangesteld. Dit besluit van
den Prins zou het gevolg geweest zyn van
de verwerping door de mogeadheden ook van
de uitdrukking van den officieölen wensch
der nationale vergadering der Kretensers dat
dan ten minste aan Griekenland het bescherm
heerschap over het eiland zou worden opge
dragen, terwyl toch de Turksche souvereini
toit zou blyven bestaan. Griekenland zou,
volgens dit verlangen, het eiland doen bestu
ren, en Griekscbe troepen zouden de tegen
woordige, die »r vanwege de mogendheden
tot bewaring van rust en orde gevestigd zyn,
vervangeD. Het lag nogal voor de hand, dat
de mogendheden van znlk een vreemden toe
stand, die het eiland twee onderling vyandige
machten tot beschermers zou geven, niets
wilden weten. De nitspraak der nationale
vergadering bleef geheel en al zonder gevolg.
De Prins was aanvankelijk over die houding
der mogendheden heel boos, doch volgens
berichten, die mededeelen, dat h\j thans bezig
is met een reorganisatie van het binnenlandsoh
bestnur, heeft bet allen schijn, dat hy wel
geneigd zal worden bevonden, om het gou-
ncurschap opnienw te aanvaarden. Men ver
zekert, dat een eigenhandig scbrjjven van een
familielid uit St. Petersburg Keizer Nico-
laas op 's Prinsen besluit niet zonder
invloed is geweest.
Door eene, het volksheil bedoelende, Ver-
eeuiging in Engeland is dezer dagen by het
Lagerhuis een wetsvoorstel ingediend van den
volgenden inhoud: .Ieder die, nadat dit voor
stel tot wet is verbeven, zal dragen of in zyn
bezit zal hebben om te dragen, hetzy afzon
derlijk of op een hoed of op een ander klee-
dingstuk bevestigd, een gedeelte van de vederen,
van de huid of van het lichaam van de hier
onder genoemde vogels of er handel meé
zal dry ven, zal na levering van bewijs geroepen
kunnen worden, om voor een rechtbank te
verschyuen, om te worden veroordeeld tot eene
boete van hoogstens 5 pd. sterl. (f60)." By
de mededeeling van dit bericht wordt gevoegd
de volgende opmerking: .Zulk eene wet zal
zeker veel krachtiger werken dan alle mogelijke
verzoeken, tot de dames zelve gericht. Want,
om de goedon niet te na te spreken, er zyn
zeker wel dames, die, nadat hare aandacht
gevestigd werd op het afschuwelijke van het
vermoorden van al die mooie vogeltjes, en de
schade, daardoor aan bosschen en akkers toe
gebracht, haar hoed niet meer met vogels ver
sierd hebben. Maar, helaas 1 wat helpt dit
tegen de groote massa, die geregeld de onzin
nige mode blyft volgen, waardoor langzaam
maar zeker tal van vogelsoorten worden uit
gemoord". Tot de vogels, die door boven
bedoeld wetsvoorstel in bescherming genomen
worden, behooren het vrouwtje van den witten
reiger, de paradijsvogel, de colibri,jde meeuw
en de ysvogel.
Ofschoon in den regel in het buitenland aan
de binnenlandsche politiek van Denemarken
weinig aandacht wordt geschonken, verdient
het toch dezer dagen opmerking, dat in dit
land een kabinets-crisis plaats heeft. Deonde
Koning is streng conservatief, en handhaafde
gedurende ruim 25 jaren een kabinet van zyne
kleur tegenover eene Kamer, wier meerderheid
den liberalen kant uitging. Eindelyk werd de
aandrang om het behoudend Bewind door de
benoeming van liberale staatslieden te vervan
gen den Koniüg te sterk, en de vervanging
is thans een feit. Men meldt daarby, dat by
het nieuwe ministerie het plan in overweging
is, om van de twee militaire departementen
Oorlog en Marine één ministerie voor
de land verdediging te maken, eene inrichting,
die wellicht ook in andere landen mettertijd
navolging zal vinden.
NIKUWëTlJDftlGEK.
HELDER, 23 Juli 1901.
Herstemming.
Heden wordt in alle drie de kiesdistricten
herstemming gehouden ter verkiezing van
leden van den Gemeenteraad. In district
I moet gekozen worden één lid, in District
II drie leden, en in District III één lid.
Wanneer hedenavond de uitslag dezer stem
mingen bekend is geworden, zullen we die
op de gewone wgze publiek maken.
Aan het gymnasium te Zetten is bjj
het eind-examen geslaagd de heer J. C. de
Boisonjé, alhier.
Met ingang van 2 Augustus a. s.
op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol ont
slag uit 's Rijks dienst verleend aan den
den heer P. de Bruyn, als ontvanger der
directe belastingen en accijnsen te Sneek
o. a.
Benoemd voor den tijd 3 jaren, met
ingang van 30 Juli, in den Raad van Tucht
voor de Koopvaardij tot lid J. Luytjes,
gepensionneerd kapitein-luitenant ter zee
en tot plaatsvervangend lid L. P. D. Op
ten Noort, directeur der Stoomvaartmaat
schappij >Nederland".
Naar wij vernemen moet bij de familie
van ds. J. M. E. Goddefroy, predikant te
Pretoria, bericht zyn ontvangen dat deze
te Pietersburg zou zyn overleden.
Vrijdagmiddag heeft te Callantsoog
aan het strand een zeer droevig ongeval
plaats gehad.
Na den morgenschooltijd gingen eeni-
ge jongens, die den middag overblijven,
naar het strand, om aldaar een bad te ne*
sn.
Pas waren ze in zee, of een der kleine,
M. B. die te ver was gegaan, geraakte in
een zuiging tusschen de aldaar aangelegde
dammen, met dat gevolg, dat hg niet meer
naar het strand kon komen en ook niet
door zyne makkers gered kon worden.
Zekere J. M., het gevaar ziende, waarin
de knaap verkeerde, ging onmiddellijk te
water, doch geraakte eveneens in die zui-
ging, waarop beiden in de diepte gingen
en verdronken. Na veel moeite mocht men
er in slagen beide lyken terug te vin-
n.
J. M. laat een nog zeer jonge weduwe
na, die 12 dagen geleden moeder was ge
worden. Algemeen is de deelneming met
deze jonge weduwe, te meer, daar de man
ijverig in zyn werk was en met zijne
vrouw een recht genoegelyk leven leidde.
De Nationale Velddag van het Le
ger des Heils zal dit jaar plaats hebben
in Het Tolhuis" over 't Y te Amsterdam,
op Woensdag a.s. De Velddag zal worden
geleid door commandant en marèchale Booth
Clibborn, leiders van het Leger des Heils
in Nederland en België. Alle officieren en
zooveel mogelijk alle soldaten van het Le
ger des Heils zullen aan den Velddag deel
nemen. De samenkomsten zullen worden
opgeluisterd door de vereenigde muziek
korpsen, terwyl ook des avonds in het ver
lichte Park nog een samenkomst zal wor
gen houden.
Evenals vorige jaren zullen op't terrein
uitstallingen te zien zyn v. h. maatschap
pelijk- en reddingswerk en van de overige
takken van den arbeid van het Leger des
Heils in Nederland.
De geschaakte matroos van H. M. Marine.
By de jnstitie te Amsterdam is op het
oogenblik een zaak in ondersoek, gelijk seker
hoogst zelden by eenig rechtscollege is aan
hangig geweest.
Het ernstige geval begint met de eenvou
dige geschiedenis van een hondje.
Men herinnert zich nog wel, dat een ander
half jaar geleden op allerhande wyzo het
bericht werd verspreid, dat een hondje werd
vermist en dat de eigonares een hooge geld
som uitloofde aan dengene, die haar hot diertje
terugbezorgde of ccnig naricht kon geven
omtrent zyne verdwijning. Zoozeer ging haar
het gemis van dat beest ter haito, dat zy
aan hare publicaties toevoegde (hetgeen later
bleek een leugentje om bestwil te zyn geweest)
dat volgens den geneesheer, het leven van
een ziek kindje van het al of niet terugvinden
van dat hondje afhankelijk was.
Het beest werd niet gevonden, ondanks alle
moeite, welke de meesteres in hot werk stelde.
Zy had echter een ,idée fixo» en wel. dat
het dier door mcnschen, die haar een kwaad
hart toedroegen, verdonkeremaand was. Als
de schuldigen wees zy aan de lieden bij wie
zy, tot kort voor de vermissing, binnenshuis
had gewoond en van wie zy in oneenigheid
gescheiden was. Dat denkbeeld heeft haar
tot heden toe niet losgelaten, eo zij zon voort
durend op middelen om achter de waarheid
te komeD.
Dezer dazen heeft zy daartoe het strafbare
middel te baat genomen, waarop in den aan
vang dezos gezinspeeld wordt.
Zij wist, dat een zoon van de door haar
beschuldigde familie als matroos by de Kon.
Nedorlandsche Marine in dienst was en ver
moedde, dat deze 24-jarige lan Isverdediger,
golyk met meer Jantjes het geval pleegt te
zyn, allicht wel eenige contanten zou kunnen
gebruiken.
Met behulp van een tusschenpersoon werd
den jongen man, wiens schip te Nieuwodiep
lag en die jnist in een stadium verkeerde,
dat de dienst hem begon te mishagen, een
honderdtal guldens bezorgd, in het bezit van
welken schat hij naar Antwerpen deserteerde.
Hy had een stuk moeten teekenen, waarin
hy verklaarde het gold te leen te hebben
bekomen. Dat stuk had hy (waarom blykt
niet) ondorteekend met een valschen naam.
In Antwerpen ontmoette hy toevallig de
bewuste dame, die bem de valsche onder-
teekening onder het oog bracht, doch hem
verzekerde, dat alles wel terecht zou komen,
als bij met haar naar Amsterdam terugkeerde
en het zyne wilde doen om de waarheid
omtrent het hondje aan den dag te brengen,
waarvan, volgens haar, zyn ouders alles
zouden weten.
De matroos ging mede naar haar woning,
en eenmaal daar zynde, sloot zij, met behulp
van het dienstpersoneel, hem op en ver
klaarde hem niet zyn vryheid te zullen her
geven voor hy, met gnnstig gevolg, schriftelijk
de noodige pressie op zijne ouders had uit
geoefend, om hen tot spreken te dwingen.
De matroos, dien 't overigens in zyn ge-
vaugen staat aan niets ontbrak, was zoo goed
niot of hij schreef, na drie dagen in het huis
vertoefd te hebben, naar zyn familie een brief
als van hein verlangd word.
De ouders, die zich van allen schuld in
dezen vry weten, gingen met het schrijven
naar de politie de commissaris zond een paar
agenten naar de bewuste woning en Dadat de
bewoonster eerst herhaaldelijk ontkend had
den gezochten man in huis te hebben, stemde
zy, Dadat met een bevelschrift van de jnstitie
was gedreigd, eindelyk toe, dat de politie
mannen een onderzoek instelden. Dezen vonden
den van zyn vryheid beroofden matroos opge
sloten in de badkamer.
Tegen de dame is daarna, wegens weder
rechtelijke vrijheidsbeneming, procesverbaal
opgemaakt, en reeds zyn de Btnkken aan den
officier van justitie ter hand gesteld.
Bedreiging tegen het leven.
De rechtbank te Amsterdam veroordeelde
'Ij. Boonstra, den man, die aan den heer
P. Van Eeghen aldaar een brief had ge
zonden, waarin deze met de vreeselijkste
mishandelingen bedreigd werd, zoo hij niet
bereid was op een aangewezen plaats een
pakket, inhoudende f15.000 aan bankpapier,
te doen bezorgen, tot een gevangenisstraf
van 1 jaar en 3 maanden.
Wegens het schrijven van een dergelg-
ken dreigbrief aan den heer A. F. Insinger,
te Larenberg, werd G. Rozendaal tot 6 maan
den gevangenisstraf veroordeeld.
Op bedriegen uit.
Bij een bakker in de Friesche gemeente
Kollumuierland kwam de vrouw van een
schipper om inkoopen te doen. Zjj deed
het gekochte in eeu groote trommel, die
zij in haar boezelaar droeg. Toen zij be
talen zou bemerkte zjj, dat zij haar 'beura
vergeten had.
Om geen wantrouwen te verwekken, greep
zij de trommel en zette die achter de toon-
bauk neder, waarop zij vertrok, zeggende
tot den bakker, dat zij met een kalf uur
terug zou komen om te betalen en dan de
trommel met het gekochte mee zou nemen.
Zjj kwam echter niet terug en nu ontdekte
de bakker, dat de trommel geen bodem had.
De oplichtster had de gekochte waren door
de trommel in haar boezelaar laten zakken,
zonder dat de bakker zulks had bemerkt.
Bloedvergifting
Eenige dagen geleden bekwam de heer
Houweling, hoofd der firma wed. P. Hou-
weling, scheepsbouwers te 's Hertogenbosch,
een wond a.m zyn voet door in een spijker
te trappen de onbeduidenhheid der wond
was oorzaak, dat geen geneeskundige hulp
ingeroepen. Donderdag geraakte echter zijn
werd hoofd geheel in de war, alles begon
eensklaps te verstijvendoor heeren doc
toren werd bloedvergiftiging geconstateerd
alle hulpmiddelen om den ljjier in 't leven
te houden werden aangewend, doch niets
mocht baten.
Het jongmensch overleed op 25-jarigen
leeftijd, tot diepe smart van zijn moeder
en van zijn jonge broeders en zusje, wier
aller hulp en steun hij was.
Gesnapt door de warmte.
Donderdagmiddag werd in de Tweede
Lombardstraat te Rotterdam een fabrieks
arbeider door de warmte bevangen, met
het gevolg dat hij op straat viel.
Eenige omstanders herkenden in hem
een werkman der firma F. H. Haagen,
zoodat hij naar hare fabriek aan het Pom-
penburg werd gedragen. Daar werd hg
bijgebracht, en by het verwijderen van zijn
boveukleeren bleek de man in een harnas
te zitten van lappen leder, afkomstig van
diefstal uit de fabriek. Hij is in verzekerde
bewaring gesteld en er is zorg voor ge
dragen, dat hij, wat luchtiger gekleed, geen
toevallen van de warmte meer zal krijgen.
Een slecht afgeloopen grap
hebben zich te Berlijn een paar meisjes
veroorloofd. Een vriendin was verloofd mek
iemand die voor zaken voor eenige weken
op reis moest. Zij deden in een dagblad
een advertentie plaatsen, waarin de ver
loofde zijn engagement met een ander
meisje publiek maakte en zijn aanstaande,
die dit las, werd zoo wanhopig dat zjj
vergif nam. Zjj is in zeer bedenkeljjken
toestand naar 't ziekenhuis gebracht.
De Dentschland", een schip van de
Hamburg-Amerka lijn, heeft de laatste
reis van New-York naar Plymouth afge
legd met een gemiddelden gang van 23.51
knoopen, eeu record op dit gebied. Naar
aanleiding hiervan zond de Keizer het
volgende telegram aan de directie dier
maatschappijBravo, Deutschland 1 Zoo
iets prachtigs deed nog geen schip ter
wereld. Eere aan den bouwmeesterEere
aan de bemanning. Ik ben verheugd dat
het schip den naam Deutschland" draagt".
FETJILLBTOIXr.
DE BOOZE GEEST.
Vry bewerkt door AMO.
18)
Den volgenden morgen verlieten twee rui
ters op jooge sterke paarden gezeten, de ko
lonie.
Jacqnes Leroy was weder in syn element.
•Ik heb pleizier als een windhond, dat ik
weder de heerlyke lucht der wildernis ina
dem," zeide hy op de hem eigene naïeve wy
ze.
•Een stad, en vooral eene groote stad, is
toch de onverstandigste, uitvinding die ik my
denken kan.'
Voorzichtigheidshalve onderzochten de bei
de ruiters behoedzaam het boech naby de ko
lonie, doch ze zagen geen enkel spoor van
Apaches; zy zetten gerustgesteld de reis voort.
Zonder moeilykheden bereikten ze voor zons
ondergang het Choctawdorp waar ze met ge
juich ontvangen werden, in triomf werden de
gasten naar de tent van het opperhoofd ge
leid. Met een van blydschap stralende uit
drukking op zyn gelaat vernam de Zittende
Stier wat de reden van het bezoek des Franse li
mans was, die hem zalks io korte woorden
mededeelde.
«Mijn blanke broeder heeft de hnlp der
Choctaws noodig, zo zal hem geworden. Hat
blanke meisje zal uit de onreine lucht van
het Apache-dorp( verlost worden nog eer de
zou ten tweede male haar loop volbracht zal
lubben.'
füet meisje en haar vader, voegde Char
les Larnon er by.
Bereodooder is geen vriend der Choctaws
antwoordde het opperhoofd op scherpen toon.
„Een vijand myns volks uit de gevangenschap
te verlossen, daarvoor zynde bylen dor Choc
taws te stomp!'
•Maar om 's hemels wil, opperhoofd, is je
dat ernst?"
De vader is my even lief als de dochter
ik kan hem van het roddingswerk niet uit
zonderen I»
,Mijn blanke broeder stelle zich gerost,
hernam de Zittende Stier glimlachend.
Berondooder spot met de boeien, die hem
door do blinde blinde Apaches zyn aangelegd,
hy is vry,'
Vry? riepen Charles Larnon en zyn met
gezel verheugd uit, .hebt ge daar bewijzen
voor?»
Het opperhoofd zond nu eeu jongen uit, om
het onderopperhoofd Berenklauw te ontbieden
die kort daarna verscheen en mededeelde dat
hy op bevel van de Zittende Stier alle be
wegingen der Apaches nauwkeurig gadege
slagen had. De oorzaak van dezen maatregel
raadde de dokterde Zittende Stier wilde den
smaad, hem in de raadsvergadering aange
daan, bloedig wreken.
Berenklauw verhaalde, dat hjj den aanval
op het blokhuis onbemerkt bijgewoond had
en vervolgens de door de kolonisten verdre
ven Apaohes op den voet had gevolgd. Ze
hadden de beide gevangenen naar het dorp
der Apaches gevoerd waar tien krijgs
lieden als wachters achterbleven, terwyl alle
anderen, onder aanvoering van Hiakowa, spoe
dig weder waren uitgerukt, maar Berenklauw
meende om éich by den opperaanvoerder
Wolventand te voegen ten einde aan denal-
gemeenen opstand deel te kunnen nemen.
Op zyn terugweg had Berenklauw Beron
dooder gezien, die ongewapend en met som
beren blik in het bosch verdween. Het moest
den Trapper das gelukt zijn te outvluchten.
«Hy heeft zich zeker naar de kolonie be
geven en by onze terugkomst vinden wy hem
daar gezond en wel," zeide de dokter ver
heugd.
Altyd als hy niet van honger omgekomen
is in het woud," merkte Jacques Leroy op,
•doch in ieder geval hebben wy nu een ze
kere aanwijzing en kunnen we al onze krach
ten aan de bevrijding van het meisje wij
den.
Als het opperhoofd het goedvindt, gaaD we
morgen vroeg op weg naar het Apachedorp,
dat wij dan uiterlyk des middags zullen be
reiken.'
De Zittende Stier gaf door een lichte hoofd
beweging zyne toostemming; daarmede nam
hot gesprek een einde. Na den vermoeienden
rit, sliepen de beide vrienden voortreftelyk.
Des morgens werden zy zeer vroeg door den Zit-
tenden Stier gewekt.
Jacqnes Leroy kon zyn ontevredenheid over
zulk een ellendige korte nachtrust niet be
dwingen en gaf die door een paar kertiach-
tige vloeken lucht.
Nu ging het te voet door de wouden. Twaalf
nitgelezen, goed gewapende manschappen on
der aanvoering van den Zittenden Stier, namen
aan den tocht deel.
Onze beide vrienden lieten de paarden in
het dorp achter, daar die in de wonden niet
bruikbaar waren. De Choctaws vonden met
nimmer falende zekerheid den juisten weg,
hoewel er geen enkel pad bestond. Na een
tocht van eenige uren hadden ze het Apache-
dorp bijna bereikt.
De Roodhuiden beraadslaagden een oogen
blik, en Berenklauw, die den goeden naam
bezat van een uitnomend kondschapper te zyn
werd ais bespieder vooruitgezonden.
Het duurde een goed kwartier, eer het
bruine lichaam weer uit het struikgewas te
voorschyn kwam.
Berenklauw kwam naar den Zittenden Stiër
toe en beide maDnen voerden oen drnk ge
sprek; ze schenen het over punt zeker niet
eens te zyn.
Hoe staat de zaak, opperhoofd riep de
Franschman.
.Voorwaarts', riep de aanvoerder, als eenig
antwoord en de kleine schaar zette zich weder
in beweging.
.Welke waarneming denkt ge dat Beren
klauw gedaan heelt vroeg Leroy fluisterend
aan zyn metgezel.
Hoe zou ik dat weten,» antwoorde Char
les verdrietig; «uit die stilzwijgende opper
hoofden is geen woord to krijgen."
Ik geloof, dat Berenklauw goede tyding
bracht, ik heb eenige woorden van hun ge
sprek ongevangen, ofschoon het onwaarschijn
lijk klinkt, beweende hy styf en sterk, dat er
zich geen enkele weerbare man in het dorp
bevindt."
,Dan is Ninette zeker ergens anders heen
gevoerd,» riep Charles Larnon verstoord uit.
By dezen uitroep keerde de Zittende Stier
zich om en legde den vinger op zyn mond,
als een aanmauing om voorzichtig te zyn.
,Ziet ge wel,» fluisterde Leroy, .het op
perhoofd is het niet met Berenklauw eens,
anders zou hy niet tot voorzichtigheid aan
manen. Het is mogelyk dat de tien door Hi
akowa achtergelaten krijgslieden hier of daar
in een hut by elkaar zitten en daarom niet
door Berenklauw opgemerkt zyn."
Het bosch werd minder dicht en men kwam
op een open plek, zooals men in die
streken meer ontwaart, waarschynlyk ont
slaan door brand tengevolge van het inslaan
van den bliksem in bet geboomte. Men zag
hier een aantal onooglyke hutten verspreid
liggen en in het midden een grooter gebonw,
als raadbni9 en tevens tot wigwam van het
opperhoofd ingericht. Met de grootste kalmte
liepen de Choctaws naar de eerste hutten
toe, schynbaar onbezorgd, maar oor en oog
gespitst.
De beide blanken volgden met de buksen
gereed tot varen. Toen de troep by do eerste
hut aangekomen was, werd het voorhangsel
aan den ingang daarvan op eens weggescho
ven en een knap jong Indiaansch meisje ver
toonde zich.
Ze keek de mannen met sprakelooze ver
bazing, met haat vermengd, aau, want uit
hunne uitrusting bleek, dat ze niet als vrien
den kwamen. Terwyl zo een luiden gil uitstet
verdween ze bliksemsnel achter in du hut.
•Nu opgspast,» fluisterde de bontbandelaar
doD Franschman in het oor, .er komt leven
in de brouwerij."
In den zin echter, zooals Jacqnes bedoelde
werd die voorspelling niet vervuld. Wel zag
men byna voor iedere hut donkere gestalten,
maar slechts grysaards, vrouwen en kinderen
die blikken vol baat, vooral op do Choctaws,
die doodsvijanden van hun stam, wierpen.
Op bevel van het opperhoofd werdon nu ee-
nige hotten zorgvuldig onderzocht. Waar een
byzonder moedige knaap den toegang wilde
beletten, schoof men hem eenvoudig op zy,
doch ernstige tegenstand werd nergens gebo
den.
Weldra waren alle hutten onderzocht, zon
der dat men oen weerbaar man vond. Slechts
lliakowa's wigwam moest nog nagezion wor
den.
(Wordt vervolgij