KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Heldor, Texel en Wieringen. -"L'rr
Waarschuwing.
No. 2969.
Woensdag 31 Juli 1901.
29sto Jaargang.
Bureau
Zuidstraat 72.
Alsonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagsbl. 877» Ct.
id. franco per post 75 id. f 1.20.
id. roor hel Buitenland f 1.25, id. f2.00.
Afzonderlijke nommers 2 Cent.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEEKHOUT Co., te Helder.
Bupmuxi Spoorstraat en Zuidsfnaat.
Advertentl&n
van 1 tot 5 regels25 Csttt.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekent.
A (1 vertentiën moeten uiterlijk des
DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur
aan de Bureaux bezorg-d zijn.
Projectielen, scherven,
banden, looden kogels,
enz., welke gevonden
worden op de zandplaat
ONRUST; op de Texel-
gche kust of uit zee
worden opgevischt, zijn
's Rijks eigendomhij,
die zich deze voorwerpen
toeeigent, is derhalve
straf haar volgens de wet.
Het oprapen en vervoeren
van geladen niet gesprongen
projectielen is levensgevaar
lijk, ook voor de omgeving
van hem, die zulks verricht.
De KolonelCommandeerende Officier
van het 4e Regiment Vesting-Artillerie,
J. i. DE GREVE.
tilt het Buitenland.
Meer dan eens hebben we in ons overzicht
der buitenlandsche gebeurtenissen melding
gemaakt van de door een aantal Engelschen
uitgesproken verwachting, dat, is eenmaal de
vrede in Zuid-Afrika hersteld, tnsschen de
,humane« Engelschen en de Hollandache be
volking daarginds van lieverlede een schoone
harmonie zal heerschen. Ieder, die den loop
der zaken opmerkzaam nagaat, zal zeker by
zulk een verzekering bedenkelijk het hoofd
hebben geschud. De wyze, waarop de Boeren
en de bewoners der Kaapkolonie door de
Engelschen worden behandeld, kan niet anders
dfn een onuitroeibaren haat verwekken jegens
de laaghartige onderdrukkers. Een geval werd
dezer dagen vermeld van een jonkman in de
kaapkolonie, die aldaar voor den krijgsraad
werd gevoerd, wegens eenige lichte, zeèr ver
schoonbare overtredingen. Hy had zich bij
de jongstgehonden verkiezingen daarover uit
gelaten op eene wyze, die door autoriteiten
niet goedgekeurd werd, en op een anderen
keer had hy een politie-agent, die, zonder
machtiging daartoe, zyne woning was binnen
gedrongen, daaruit een weinig hardhandig
verwijderd. Enkele feiten, door dit jongmenBch
begaan, vielen eigenlyk geheel buiten ver
volging, omdat op het oogenblik, waarop ze
door hem bedreven werden, de krygswet in
de kolonie nog niet was afgekondigd. Weinig
werd echter daarop geletde krijgsraad ver
oordeelde den beklaagde, die reeds gedurende 4|
maand zyne woonplaats niet had mogen ver-
tow, tot eene gevangenisstraf van 84 dagen
en eene geldboete van.1200 gulden. En van
deze uitspraak is geen a'ppèl mogelyk. Natuur-
ljjk maakt zulk eene toepassing der krygswet
op gezeten burgers het Hollandsche element
in de Kaapkolonie woedend. De bericht
gever van het bovenstaande verzekert, dat de
gevangenissen daarginds, dank zy de onmee-
doogende gestrengheid der reohters, vol zijn
met fatsoenlyke lieden, waarvan velen niet
eens gevonnist zyn. Ieder, die maarineenige
betrekking heeft gestaan met leden van den
Afrikaander Bond, wordt op alle mogelijke
wyze geplaagd en vervolgd. En het resultaat
daarvan is, dat de jonge lieden in de Kaap
kolonie, beKoorende tot de aldus vervolgde
familiën, naar hun geweer grypen, om zich,
daarmee gewapend, te voegen by hetdichtst-
byzynde Boerencommando.
Een ander bericht, 't.welk op sterkspreken-
de wyze bljjk geeft van den bitteren haat,
die by't volk der Boeren tegen de laaghartige
Engelschen moet zyn ontstaan, en nog steeds
meer aangewakkerd wordt, vinden we in de
volgende medëdeeling, afkomstig uit een der
kampen in Zuid-Afrika. Men stelle zich. voor
eene afgesloteue ruimte met tenten bezet, en
in dje tenten, zonder stoelen en tafels, zonder
beddegoed liggèn of zitten de deerniswaardige
vrouwen en kinderen, slachtoffers van wilde
on barbaarsche woede op den naakten grond.
Daar eten zy de spijs der bedruktheid, het
1 slechte vleesch, het ongezuurde meel, en wal
gen zy van de zwarte koffie, die ze voor ge
malen elandswortel houden, en de zuurrieken-
de suiker, die ze bewaren, om later te kun-
nen toonen, hoe de moordbrandende natie
door het verholen doodmartelen van vrouwen
en kinderen, den mannen en vaders het hart
heeft willen doen ontzinken. Maar die kampen
van ziekte en dood, ze zullen later de velden
bljjken te zyn, waarop het wreede Engeland
de drakentanden van onuitroeibaren haat zal
hebben gezaaidwrekende ridders zullen
opstaan. Thans voert namelooze ellehdo in
dat kamp onbeperkte heerschappij. Hier woedt
do gruwelykate wreedheid, die zelfs de klaag
liederen der mishandelde ongelnkkigen doet
verstommen. De wereld mag niet vernemen
hoe geniepig het machtig Engeland, dat het
niet winnen kan en het toch niet verliezen
wil, zwakken en hulpuloozen doet lijden. Angst
voor eigen lot houdt de lippen gesloten, maar
als de man en de vrouw, die geöisclit hebben
te worden losgelaten, omdat zy Hollanders
zyn, van hunne mede- opgebrachte buren en
wykgenooten afscheid nemen, dan werpen
zich de vervolgde en geplaagde moeders han
denwringend op de knieën en smeeken och,
vertelt het toch aan de wereld, aan het lief
derijk helpende Holland, hoe vreeselyk, hoe
diep treurig ons lot hier is. Zóó gruwelijk,
zóó verschrikkelijk, zegt de berichtgever
een ooggetuige is de toestand daarginds.
En de dood iieerscht over de onnoozele kin
deren dier fel geplaagde vrouwen en moeders,
en dag aan dag worden nit de kampen de
kinderlijken uitgedragen. Zyn ze niet ver
moord
De Engelsche minister van Bnitenlandsche
Zaken heeft in de vorige week in het Lagerhuis
op een deswege gedane vraag eenige mede-
deolingen gedaan omtrent den toestand op het
eiland Kreta. Volgens 's ministers verzekering,
heeft de gouverneur over het eiland, Prins
George van Griekenland, daar reeds veel goedB
tot stand gebracht. Men moet hem dus wel
erkentelijk zyn, dat hy zioh heeft laten vinden,
om ook weer gedurende het driejarig tjjdvak
na December den post van gouverneur te
blyven vervullen. De biuneulandsche rust en
vrede is door hem hersteld, evenals het ver
trouwen iu de regeering, en met geringe mid
delen is hy er in geslaagd den maatscbap-
pelyken toestand te verbeteren. Onder bevel
van Italiaausche officieren bestaat er eene zeer
goede gendarmerie, de orde is ongèstoord en
de rechtbanken oefenen hare werkzaamheid
op voldoende wyze nit. Het aantal misdaden
vermindert gaandeweg, en de verhouding tus-
schen Christenen en Mohammedanen is gunstig
veranderd, zoodat van emigratie naar Klein-
Azië geen sprake meer is. De Turken trachtten
aanvankelijk de niet-Christelyke bewoners tegen
het nieuwe bewind optezetten en tot verhuizing
aantesporende Mohammedanen, die daarginds
gebrek en ellende in plaats van bescherming
vonden, zien nu helder in, dat zy het in hun
geboorteland onder 't bestuur van Prins Geor
ge heel goed kunnen hebben. Zy keeren terug,
en de anderen blyven ter plaatse, waar het
zoo kwaad niet is. Wanneer de mogendheden
van Enropa den noodigen steun verleenen, dan
zal, meent de minister, Prins George wel in
staat zyn den bloei en de welvaart van Kreta
krachtig te bevorderen, vooral ook door het
uitwisschen der rampzalige gevolgen van de
vroegere onlusten op het eiland. De Prins schjjnt
zich neerteleggen by het besluit der mogend
heden, die in geen geval gezind zyn, om in
eene annexatie van Kreta by Griekenland te
bewilligen. Niet alzoo de volksvertegenwoor
diging, wier overgroote meerderheid nog altyd
de inlijving by het Grieksche koninkrijk blijft
wenschen. Toch heeft Engeland's minister alle
hoop, dat het den Prins gelukken zal de be
volking rustig te houden, en 's lands welvaart
hooger optevoeren.
KIKUWKTIJIHIGEW.
HELDER, 30 Juli 1901.
Marinefonds.
De afdeeling Willemsoord van het Marine
fonds vergaderde Vrijdagavond 1.1. in 't café
n't Centrum". Nadat door den Voorzitter,
den heer P. P. J. Kloppers, de niet talrjjk
bezochte vergadering was geopend en door
den secretaris, den heer P. M. v. d. Veer,
de notulen der vorige bijeenkomst waren ge-
lozen, die goedgekeurd werden, geschiedde
mededeeling van hot behandelde op de 14e
algemeene vergadering, die 26 Maart 1.1. in
't lokaal rPlancius" te Amsterdam was ge
houden en waar de heeren T. Biegel, P. M.
v. d. Veer cn A. J. Jordans als afgevaar
digden van de afdeeling tegenwoordig waren.
Achtereenvolgens werden voorgelezen de ope
ningsrede van den voorzitter, het jaarverslag
van den secretaris, de rekening-courant over
het boekjaar 18991900 en de aanteekeningon
van het behandelde op bedoelde vergadering.
Aan een en ander onüeenen we het volgende
In den loop van liet jaar werden op alle
oorlogsbodems en in de kazerne's by groote
massa circulaires verspreid, om de by de
marine dienende onderofficieren on minderen
te bewegen tot het lidmaatschap der veree-
niging toe te treden. Van de kameraden uit
de tropen zyn daarop nog geen antwoorden
ingekomen, doch do toetreding van de binnen
lands dienenden laat veel te wenschen over.
Een verzoek aan weldadige landgenooten, in
verschillende dagbladen gedaan, om de ver-
eeniging geldelijk te steunen, had ook niet
zulk een gevolg als men had verwacht. Met
waardeering moet evenwel vermeld worden,
dat velen hun steun aan de vereeniging bleven
schenken, zooals: onze geëerbiedigde Konin
ginnen, vele heeren officieren, het korps adel
borsten en tal van anderen. De generale
agenten, de heeren Beem en Polak, bezorgden
het fonds in 1900 wederom een flinke som.
Alle aanvragen om ondersteuning, niet in strjjd
met do statuten, werden behandeld. Tenge
volge van de onverschilligheid en harteloos
heid van den echtgenoot riepen vele wednwen
te vergeefs de hulp van het Marinefonds
in. Zoo moest helaaswederom een weduwe
met 6 jonge kinderen afgewezen worden, om
dat de echtgenoot en vader geen lid der ver
eeniging was. Aan 142 behoeftigen werd
ondersteuning verstrekt tot een gezamenlijk
bedrag van f4754.50, en wel aan 82 weduwen,
57 geponsionneerJen, 1 zonder pensioen ont
slagen schepeling en aan 2 gepensioneerden
werd eene uitkeering in eens verstrekt. Het
aantal beschermers, donateurs en begunstigers
is vrywel stationair gebleven en bedraagt
thans: 18 militaire beschermers, 273 mil.
donateurs, 85 mil. begunstigers, 13 bescherm
sters, 6 donatrices, 7 begunstigsters, 52 burger
beschermers, 109 burger donateurs en 34 burger
begunstigers, die te zamen aan jaarljjksche by-
d'ragen schonken f 1827.50. Aan schenkingen
ineens werd ontvangen f 1334.80. De con
tributie van de leden bedroeg f 507.20®. Het
reserve-kapitaal, groot f 13900, in bewaring
bij de Nederl. bank, en de gelden by de
Ryks-postspaarbank, f 1168.70, brachten aan
rente op f 496.94.
Uit de lezing der notulen der algemeene
vergadering, die volgens het oordeel van den
heer Biegel zeer beknopt waren weêrgegeven,
bleek, dat het voorstel om alleen hen tot leden
van 't Hoofdbestuur te benoemen, die zitting
hebben of gehad hebben in een afdeelings-
bestuur, was verworpen. Het voorstel tot
verstrekking van een renteloos voorschot tegen
voldoende borgstelling werd verdaagd tot de
volgende jaarvergadering.
Het voorstel om art. 2 der statuten sub a te
wyzigen, werd na eenige bespreking ingo-
trokkeu. Na voorlozing van alle stukken
wordt aan de leden gelegenheid gegeven tot
het doen van vragen om opheldering on
nadere toelichting. Daar niemand meer het
woord verlangt, sluit de voorzitter de verga
dering met den wensch, dat dit jaar voor het
Marinefonds gunstiger moge zyn dan het vorige.
Rijkspostspaarbank.
Gedurende de maand Juni 1901 zyn
ingelegd en terugbetaald de navolgende
bedrageninlagen 13,449,891.451/ïterug
betalingen (waaronder f 5,859.65 wegenB
aankoop van inschrijvingen in een Groot
boek, obligatiën of certificaten van inschry-
ving) f2,732,047.97; meer ingelegd dan
terugbetaald f 717,943,48V3. Aan het einde
der maand Mei 1901 was, ten name van
de verschillende inleggers, ingeschreven
f 862,922,019,561/,, zoodat het tegoed op
uit. Juni bedroeg f87,009,864.05.
In den loop der maand zyn 8986 nieuwe
spaarbankboekjes afgegeven, 3301 geheel
afbetaald, zoodat aan het einde der maand
nog 862,898 boekjes in omloop waren.
Tot ultimo Juni is voor een bedrag van
f 799,522.217a aan inschry vingen in een
Grootboek der Nationale Schuld, obligatiën
ten laste van den Staat of certificaten van
inschry ving, ten behoeve van 1039 inleg
gers aangekocht.
Drooglegging der Zuiderzee.
Zooals bekend is, heeft zich, naar aan
leiding van de indiening bij de Tweede
Kamer van het wetsontwerp betreffende
afsluiting en gedeeltelijke drooglegging
der Zuiderzee, een centraal comité gevormd,
gevestigd te Volendam, dat zich ten doel
stelt een nauwkeurig onderzoek iu te
stellen naar de gevolgen, welke die af
sluiting en drooglegging voor de vis-
schers en belanghebbenden bij de vis-
scherjj zullen medebrengen.
Daartoe hebben zich thans in alle vis-
schersplaatsen langs de Zuiderzee comités
gevormd, die de noodige gegevens verza
melen tot het opstellen van een rapport,
dat een zoo juist mogelyk beeld zal ge
ven van de belangen, die by de droog
legging zyn betrokken. De gegevens der
plaatselijke comités dienen echter gecon
troleerd te worden door een deskundige
commissie van niet-belanghebbenden. De
werkzaamheden nu dier plaatselijke com-
missiën en vooral die van het centraal
comité gaan met zeer aanzienlijke onkos
ten gepaard.
Daaraan hebben wel de visschers en
verdere belanghebbenden naar vermogen
bijgedragen, doch deze contributie blijkt
onvoldoende om de voorgenomen taak tot
een goed einde te brengen. Het is daar
om dat het centraal-comité zich thans tot
verschillende besturen van de visschers-
plaatsen aan de Zuiderzee heeft gewend
met verzoek bet eenige geldeljjke steun
en dit voor ééns te willen verlee
nen, ten einde in staat te zijn onvermij
delijke kosten van het onderzoek te dekken.
Mosselen.
Naar de »Midd. Ct." meldt doet zich
op de perceelen op de Ooster-Schelde een
eigenaardig verschijnsel voor. De mosselen
toch op vele banken aldaar hebben een
bruingele kleur en kwynen langzaam weg
Vet worden zij niet. Voor de betrokken
visschers is dit een groot nadeel, want
deze mosselen kannen als verloren be
schouwd worden. En er zyn banken,
waarop drieduizend en meer ton uitge*
zaaid zyn, die aldus waardeloos zyn.
Wat de oorzaak van dit verschijnsel
is, weet men niet met zekerheid te zeg
gen. Volgens sommige visschers zou het
te wijten zyn aan verontreiniging van bet
water door vuil water en afval van fa
brieken uit Bergen op Zoom e. a.
Telegrafeeren zonder draad.
Naar het »Vad." verneemt worden by
de proefnemingen door de commissie voor
draadlooze telegraphie tusschen den Hoek
van Holland en het op plm. 15 K.M. af-
standliggend lichtschip »Maas" geregeld
en met goeden uitslag seinen over en weer
Verkiezingsijver.
By de jongste Kamerverkiezing moet,
naar verteld wordt, onder Kooten het vol
gende zyn afgespeeld
Een lauwe kiezer ontvangt bezoek van
een socialist. Hij is echter onverschillig en
niet van plan te gaan stemmen, het werk
roept hem. Maar als gij nu den tijd ver
goed krjjgtveel kan ik je niet geven,
maar hier is 50 cent, ga dan Pieter Jellea
stemmen, aldus overreed de socialist.
De kiezer neemt het aan en gaat.
Op weg naar het stembureau ontmoet
hem een ander verkiezingsagent. Ga jji
stemmen Och, 't kan me niet scheleh
hoor. Wel ja, man, hier heb je f 2.56
daghuur, als je Talma stemt, wil je Ëen
rijksdaalder, ja aangenomen, en met drie
gulden in zyn zak vervult de kiezer zyn
taak.
Later gevraagd, hoe hij dat nu gedaan
had, zegt hy volkomen eerlijk te zyn ge
weest hy had Talma en Troelstra beiden
gestemd, en twee witte puntjes zwart ge
maakt.
Een nieuw middel om dieven en stroo*
pers af te schrikken werd met succes toe
gepast op de buitenplaats >Crotnvliet" te
Rijswijk. Genoemd buiten wordt nog al eens
bezocht door stroopers van bloemen en va
rens en dit bracht de aldaar wonende da
mes er toe om op verschillende punten
kleine kanonnetjes te doen plaatsen die
door middel van een draad, die onzicht
baar tusschen het groen ligt, worden af
gevuurd wanneer er tegen geloopen of ge
trapt wordt. In den nacht van dén 26 Mei
jl. waren weer een paar jongens over hét
hek op de buitenplaats gekomen met het
doel om seringen te stelen. Plotseling klonk
een schot door de nachtelyke stilte, d«
stroopers gingen er van door, maar liepén
der surveilleerende politie in de armen.
Beide knapen hadden zich heden voor
de Haagsche rechtbank te verantwoorden.
Zij bekenden het voornemen te hebben ge
had seringen te stelen en dachten dat dè
veldwachter op hen geschoten had. Van
een draad of kannonnetjes hadden zy nieU
gemerkt, zoodat zy erg geschrikt waren
toen er plotseling vlak in hunne nabyheid
een schot viel.
Het O. M. vorderde voor ieder 7 dagen,
rekening houdende met het gevaar waar
aan de knapen waren blootgesteld geweest.
Een vrouw te Rozendaal ging Vrij
dag nit angst voor het onweer, buiten Mn
haar dénr staan. Daar staande, werd zy
door den bliksem getroffen en viel bewus
teloos neder. Toen zij later bijkwam, bleek
het, dat zy door den bliksem blind waa
geworden.
Uit Ruinen is naar de gevangenis
te Assen overgebracht de 16 jarige dienst
bode Albertje K., die bekend heeft brand
te hebben gesticht ten huize van den land
bouwer Tissingh, tengevolge waarvan diena
woning in vlammen is opgegaan Tegen
zin in den dienst en de omstandigheid dat
zij geen tehuis had, waar men haar wilde
dulden, hebben haar daartoe aanleiding ge
geven.
Te Amersfoort is aangehouden een
persoon, die, naar de politie vermoedt, niet
geheel vreemd is aan den moord gepleegd
op den alleenwonende heer Kalf, die in
Nov. 1899, aan handen en voeten gebon
den en kennelijk mishandeld, dood in zyn
bed werd gevonden.
Het vinden van voorwerpen, die aan den
vermoorde hebben toebehoord, in de wo
ning van den verdachte moet aanleiding
gegeven hebben tot zijn aanhouding.
Onvoorzichtig.
Een koopman uit Holland, die in den
D-trein zat van Frankfort naar Keulen,
stak zyn arm nit de coupé, terwijl deze
in vollen vaart was.
De arm sloeg tegen een signaalpaal
en de reiziger verkreeg een dubbele arm
breuk. Alle beeutjès in de hand waren
gebroken. De patiënt werd in het zieken
huis te Keulen opgenomen.
PBUILLBTON.
DE BOOZE GEEST.
Vry bewerkt door AMO.
15)
Voorloepig bevindt hy zich, onder hoofd
man voering van Wolventand, op het krygspad
tegen de blanken, doch het zou my verwon
deren als van de duizenden oproerige Apaches
een vierde gedeelte heelhuids terugkomen."
Je denkt dus dat. do Amerikaansche troe
pen eene geweldige opruiming onder de Rood
huiden zullen houden?'
rOngetwyfeld
«Deze opstand komt den Yankees zeer ge
legen, daar men reeds lang een gunstig go-
legenheid afwacht, om onder den eervollen
dekmantel der Indianen sterk te doen vermin
deren.
«Onze Amerikaansche troepen en hnnne
aanvoerders zullem met hun geschut eene ware
slachting onder de Roodhuiden honden.»
,Van rechtswege zullen de spitsboeven van
regeerings-agenten die met do Indianen ver-
koeren en ze op de schurkachtige manier
beetnemen en bedreigen, daarbjj hun profyt
hebben.'
(Er, was veel waarheid in deze harde woor
den van den bonthandelaar.
Het is toch een bekende waarheid dat de
regeerings-agenten door hun hebzucht, de ei
genlijke oorzaak waren van den Indianeooorlog
in 1690 evenal8 van de vroegere.
Iedere staatsambtenaar der Amerikaansche
Unie, vani den geringsten klerk totden hoog-
sten waardigheidbekleeder, heeft op het pnnt
van dierlykheid een zeer rnim geweten en een
nog ruimer zak.
Kort na zonsondergang kwamen de reizi
gers weder in het. Choctaw-dorp terug.
De stemming van Charles Larnon, teen hy
zich tor ruste begaf, was nu geheel anders
dan den vorigen nacht.
By het krieken van den dag werd hy door
Jacques Leron gewekt met de woorden: ,Sta
op, het is tyd om te vertrekken.»
Waar is het opperhoofd vroeg Charles om
kijkend.»
,Een half nnr geleden is hy naar de hut
van zyn squaw gegaan om Ninette te wek
ken.
Na zal hy zeker reeds met zyn krijgslie
den te paard zitten, gereed om uit te gaan.
(Haast n dus.»
Ditmaal verliet een Btatige ruiterbende het
dorp.
Als er aan vastgegroeid zaten de Choctaws
te paard.
XI
Naast den dokter bereed Ninette een wit
ten telganger, die aan de squaw van het op
perhoofd toebehoorde.
Charles Larnon bewonderde de bevalligheid
waarmedo zy bet paard bestuurde,
In het woud ging het stapvoets, maar na
eenigen tyd bereikte men de prairie en in ga
lop ging het nn voorwaarts.
Toen de zon naar het westen neigde, re
den onze vrienden hot woud in, op eene plaats
vanwaar ze de kolonie binnen een uur berei
ken konden.
Byna het doel hunner reis bereikt hebben
de, hielden ze allen' ploteeling hunne paarden
De doffe knal van een geweerschot klonk in
hunne ooren.
(Dat beteekent stryd,' riep Charles Lar
non opgewonden uit, //voorwaarts, laten we
de kolonisten te hulp snellen.'
»Het opperhoofd weet beter beschiet.» riep
Jacques hem toe.
rZie, hy raadpleegt met Berenklauw.
(Daar gaat do wakkere knaap voornit.»
Laten we rustig zyne terugkomst afwach
ten.
Terwyl Berenklauw op verkenning nitging
hoorde men op nienw schoten vallen.
Toen werd alles weder stil.
Na gernimen tyd, die Charles een eeuwig
heid toescheen, kwam Berenklauw weder te
voorschjjn.
Welnn?» vroeg Charles in ademlooze span
ning.
(Apache Hiakowa,» zeide de Indiaan kort
en bondig.
(Hoeveel?» vroeg hy verder.
(Berenklauw strekte zyne tien vingers uit
en bewoog zyne handen snel op en neer, wat
beteekende dat de Apaches zeer talrjjk wa
ren.'
^Vorder verhaalde Berenklauw dat ze zoo
even de kolonie bestormd hadden, doch met
bebloede koppen teruggeslagen waren.'
(Een fraaie geschiedenis,' mompelde de
bonthandelaar, .we zitten nn vast als de mui
zen met dit onderscheid, dat de mnizen niet
uit den val en wij er niet in kunnen."
„Charles Larnon keek het opperhoofd vra
gend aan, wiens bekende flinkheid in dit kri
tieke geval weder met raad en daad moest
dienen.»
(De Zittende Stier wist geen ander plan
te beramen, dan langzaam en voorzichtig te
trachten den uitgang van het woud te be
reiken en zich dan door de vjjanden heen te
slaan.'
illet denkbeeld iB voortreffelijk, dbcH kan
ons het leven kosten,verklaarde Jacqnes Le
roy bedenkelijk, «gelukt het ons onbemerkt
den zoom van het woud te bereiken, dan
brengt de snelheid onzer paarden ons spoedig
in zekerheid.»
(Het is echter aan te nemen, dat de Rood
huiden ons bespeuren, terwjjl we nog in het
bosch zyn.'
,In dat geval zal de overmacht der vijanden
ons verderf zjjn.„
„Men overlegde de zaak, doch de Zittende
Stier bleef by zijn plan en men besloot ein-
deljjk dat zoo mogelyk uit te voeren.
«De Choctaws vormden de voorhoede, ter
wjjl de drie blanken op korten afstand volg
den.'
Er was afgesproken dat bij het minste ver
dachte teeken de dokter en Jacques' Loroy
met Ninette zonden terugtrekken, terwyl de
Choctaws den terugtocht zouden dekken.
In den aanvang ging alles naar wensch
en steeds nader kwamen ze aan den zoom
van het woud, nergens vertoonde zich eenig
spoor,, dat er Apaches in de buurt waren,
Reeds kon men door het geboomte dat min
der dicht was, een blik werpen op de door
den glans der ondergaande zon verlichte prai
rie en de kolonie.
Ylak aan den zoom van het woud eohter
lagen eenige Apaches gorust in het gras uit
gestrekt.
Jacqnes Loroy ontwaarde ze het eerst en bjj
hun aanblik onstnapte hem een kernachtige
vloek.
De Choctaws hielden lmune paarden in,
lieten de drie blanken naderbjj komen on we
zen hun zwjjgend de Apaches.
«Nu was goede raad duur."
rWjj moeten zjjwaarts langs een andere
weg het bosch verlaten,' fluisterde Charles
Larnon den bonthandolaar in het oor doch
deze schudde ontkennend het hoofd.
(Tot heden zjjn wjj er heelhuids afgeko
men, maar wie waarborgt ons dat we, rechts
of links gaande, de Apaches niet vlak in den
mond loopen?»
(Opperhoofd, hoe denkt ge er over?'
De Zittende Stier wierp een beteekenia vol
len blik op Ninette en keek toon strijdlustig
naar de Apaches
Jacqnes Leroy vatte do beteekenia van dit
gebarenspel, 't opperhoofd wilde daarmee te
kennen geven dat het eenigste redmiddel io
een charge bestond, doch dat men daarvammet
het oog op Ninette moest afzien.
Charles Larnon had zich inmiddels tot Be
renklauw gewend om te vernemen in welk
gedeelte van het wónd de Apaches gelegérd
waren, doch Berenklauw haalde zyn schou
ders op.
Toen gaf de Zittende Stier hem bevel om
den omtrok te gaan verkennen, bereidwillig
sprong de man van zjjn paard en verdwéen
in het kreupelhout.
Het onbeheerde paard begon onrustig te
worden en toen een der Choctaws het bjj den
teugel wilde grypen werd het schichtig, ruk
te zich los en holde regelrecht de prairie
in.
«Terug, het bosch in,* schreeuwde de dok
ter; doch die uitroep werd overstemd door de
mot donderende stem gegeven commando's
van het opperhoofd.
(De Choctaws zetten hunne paarden aan
en renden het ontsnapte paard mot losse teu
gel achterna.»
Het opperhoofd riep Jacques Leroy iets
toe, dat slechts door dezen verstaan werd en
die daarop dé 'paardén van Ninette en Char-
les bjj 'den teugel greep."
Wordt vervolgd.