KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder9 Texel en Wieringenm Waarschuwing. No. 2970. Zaterdag 3 Augustus 1901. 29ste Jaargang. Bureau Zuidstraat 72. Bureau: Spoorstraat. Telefoonn0. 59. Projectielen, scherven, banden, looden kogels, enz,, welke gevonden worden op de zandplaat ONRUST, op de Texel- sche kust of uit zee worden opgeviseht, zijn 's Rijks eigendomhij, die zich deze voorwerpen toeeigent, is derhalve strafbaar volgens de wet. Het oprapen en vervoeren van geladen niet gesprongen projectielen is levensgevaar lijk, ook voor de omgeving van hem, die zulks verricht. De KolonelCommandeerende Officier van het ie Regiment Vesting-Artillerie J. J. DE GREVE. KALENDER DER WEEK. AUGUSTUS, Oogstmaand, 31 dagen. Opkomst der Zon 4 u. 25 m. Onderg. 7 u. 46 m. Zondag 4 Maandag 5 Dinsdag 6 Woensdag 7 Laatste kwartier. Donderdag 8 Vrydag 9 Zaterdag 10 Gemeenteraad van Helder. Zitting van Dinsdag 30 Jnli 1901. Voorzittter de heer Van Steyn, Burge- meester. Tegenwoordig zijn 16 leden; afwezig de heéren Van Breda en De Ven; 1 vacature. Nadat de vergadering is geopend en de notulen van do vorige zitting zijn gelezen, die na een kleine opmerking van den heer Korver worden goedgekeurd, geschiedt mede- deeling van de volgende Ingekomen Stukken 1. Een k e n n i 8 g e v i n g van den heer J. Kruys Voorberge, dat hij zijn benoeming als directeur van de burgeravondschool aan neemt. 2. Een missive van Ge d. Staten, behelzende de goedkeuring van het raadsbe sluit, waarbij bepaald is het doen van eenige af- en overschrijvingen op de begrooting van 1900 en het doen van betalingen uit den post onvoorziene nitgaven. 8. Het proces-verbaal van de op 27 Juni 1901 gehouden kasverificatie by den gemeente-ontvanger, waaruit blykt, dat op genoemden datum f 70542,08^ in kas was en de boeken in orde zijn bevonden. Deze stukken worden voor kennisgeving Verhuring huis Kanaalweg 79. De Voorzitter deelt mede, dat de heer A. J. Paehlig de gemeente verlaat en daardoor de huur vervalt van het huis aan den Ka naalweg. Hij vraagt daarom machtiging om met ingang van 1 Augustus a.s. met den heer G. A. Linckers op denzelfden voet een huur contract aan te gaan. Mot eenparige stommen wordt dit goedgevonden. Rekening dienst 1900. Aangeboden wordt de gemeente-rekening over het dienstjaar 1900. Deze wyst aan, dat de ontvangsten f 441.000,506 en do uit gaven f 400.077,166 hebben bedragen, zoodat zy sluit met een batig saldo van 140.923,34. De rekening zal in 3 sectie-vergaderingen, onder voorzitterschap van een der leden van het Dagelyksch Bestuur, onderzocht en in een openbare zitting nader behandeld worden. Politie-verordening. De Voorzitter brengt in het midden, dat door Ged. Staten tegen de door den Raad vastgestelde politie-verordening eenige beden kingen zyn ingebracht. Hy -stelt daarom voor eenige artikelen dier verordening overeen komstig de gemaakte opmerkingen te herzien, daar het grootendeels redactie-wyzigingen zijn. Niemand verklaart zich hier tegen. Alsnu komt ook in behandeling het voor stel van den heer Terra, hetwelk in de vorige vergadering werd gedaan, om art. 141 zoo danig te wyzigen, dat het aan veehouders vergund zou zyn gedurende 6 wintermaanden 2 dagen per week hunne stalmest naar hunne landerijen to vervoeren. B. en W. advi- seeren dit voorstel niet aan te nemen, wegens den last, dien neringdoenden, wandelaars, enz. daarvan ondervinden en stellen voor aan hen de beslissing voor elk der afzonderlijke gevallen op te dragen. Na eenige bespnking, waarbij de Voorzitter verzekert, dat alsdan de toe stand blijfc, zooals zy tot dusverre was en by aanvragen de billijkheid in het oog zal wor den gehouden, wordt het voorstel-Terra in stemming gebracht en met 11 tegen 5 stem men verworpen. Vóór stemden de heeren Dito, Van Ede, Verfaille, Krijn en en Terra. De politie-verordening wordt daarna in haar geheel met 15 stemmen vastgesteld. Alleen de heer Terra stemde tegen. Verordening op het afkondigen van stukken. Aan de orde komt de behandeling van een verordening regelende de afkondiging van straf- en belastingverordeningcn en van allo andere stukken, waarvan de afkondiging uitdrukke lijk is voorgeschreven of raadzaam wordt geacht, alsmede do wyze, waarop van de gedane afkondiging zal blyken. De ont worpen verordening wordt in haar geheel voorgelezen, waaruit blijkt, dat men de afkon- diging in het vervolg niet meer wil doen plaats hebben, door voorlezing door een ge opend raam van het raadhuis, maar door het ter lezing leggen op de Secretarie, door aan plakking en zoo B. en W. zulks noodig oordeelen de stukken in éón of meer dag- of weekbladen te publiceeron. De heer Staal man vcrlaDgt, dat er meer bekendmaking aan de verordeningen gegeven wordt dan tegen woordig geschiedt, vooral als overtredingen met straf bedreigd worden. Hy acht de publicatiën van B. en W. in één of meer dag- en w ekbladen onvoldoende en wil deze doen plaats hebben in alle plaatselijke bladen.- De kosten zullen z. i. niet beduidend veel hooger zijn dan thans. Van verschillende zijden wordt dit voorstel bestreden, maar toch acht men publiciteit gowenscht. De hoer Over de Linden wil van alle stukken afdruk ken tegen geringen prys verkrygbaar stellen. De heer Korver opport het denkbeeld een gemeenteblad uit te geven. Do heer Van Neck meent, dat het niet aangaat tc bepalen, dat alle plaatselyke bladen de publicatiën opnemen. Dit zou te kostbaar zyn en men zon alsdan genoodzaakt zyn ze tot eiken prys te plaatsen. Het voorstel van den heer Staalman wordt verworpen met 9 tegen 7 stemmen. Vóór stemden de hh. Seveuhuijsen, Van Ede, Staalman, Krijnen, Kramer, Terra en Viejou. De voorgestelde verordening wordt daarop met 14 tegen 2 stemmen aan genomen. Tegen stemden deheeren Staalman en Viejou. Onderwijzerswoning Parallelweg. De Voorzitter deelt mede, dat het B. en W. is mogen gelukken na de vacantie de school aan den Parallelweg tot wykschool in te richten en dat de leerlingen, die daar thans school gaan onderwijs in de pasgebouwde hulpschool zullen ontvangen. Dientengevolge zal de heer Heeroma de onderwijzerswoning aan den Parallelweg betrekken. Aan dit huis moet met het oog op het gezin van don onderwijzer eeu kleine verbetering aangebracht worden en is het verrichten van eenig schilder en behangwerk noodzakelyk, waarvoor volgens raming f 200 benoodigd zal zijn. B. en W. vragen daarom machtiging tot het doen uit voeren van dit werk. Met algemeene stemmen wordt die machtiging verleend. Spoorstraat. Do bestrating van de Spoorstraat, die de vorige zttting besproken en waaromtrent door B. en W. een voorstel gedaan was, maar door de gemaakte opmerkingen tot geen be sluit leidde, wordt opnieuw aan de orde ge steld. De Voorzitter zegt, dat hij een onder zoek heeft doen instellen, 'twelk tot resultaat heeft, om de keien, die over zyn te ge- bruikon voor een rijweg, die dan 4 M. broed kan worden. Tusscbcn de vootstraten en don ryweg wordt een klinkerbestrating aangebracht. Volgens raming zyn de kosten dau f 825 hooger dan de aaunemingssom. Hieronder is evenwel ook de verbetering begrepen van den weg, die leidt door het Plantsoen van het hótel Bellevue naar de goederenloods van den spoorweg. Na eenige bespreking, waarbij de heer Krijnen vooral doet uitko men, dat het vlak leggen van don Spoorstraat gepaard moet gaan met een verlaging van den weg, wordt met algemeene stemmen het voorstel van B. en W. aangenomen. Leeraar Zeevaartschool. Ter tafel komt oen adres van den héér J. Huisman, leeraar in de vreemde talen aan de Zeevaartschool, verzoekende definitief te worden benoemd tot leeraar aan die school. B. en W. hebben daaromtrent inlichtingen ingewonnen van do Commissie van toezicht en van den inspecteur van 't middelb. on ier wijs. De coramissio adviseerde het verzoek in te willigen, maar do inspecteur achtte zulks niet wenschelyk, omdat de combinatie van twee betrekkingen op den duur te veel van de krachten van één persoon vergt, en gaf er de voorkeur aan hem voor éóa jaar te benoemen. B. en W. stellen voor den hr. Huisman wederom voor een jaar als looraar in de moderne talon aan de Zeevaartschool aan te stellen. Aldus wordt door den Raad unaniem besloten. Benoeming Onderwijzeres. Ter benoeming van een onderwijzeres aan school 8 worden door B. en W. voorgedragen de dames P. T. Zunderdorp te Burgerbrug, gem. Zijpe, A. M. A. Dyksterhuis te Borkulo en A. van Loon te Sneek, Met 12 stera men wordt mej. Zunderdorp benoemd, terwijl 4 stemmen op mej. Dijksterhuis werden uit gebracht. Rondvraag. De heer Terra vraagt eenige ophelderingen over de niet-benoeming van onderwijzend personeel voor de school aan den Parallelweg. De Voorzitter zegt, dat eerst heden de voordrachten zyn ingekomen en de benoemin gen de volgende zitting aan de orde worden gesteld. De heer Hartsinck wijst op den slechten toestand van de bestrating der Bassingracht en op de noodzakelijkheid eenige herstellingen te doen plaats hebben in de bestrating van de Gasstraat by de brandsteeg. De Voorz. belooft daaromtrent een onderzoek en zegt zoo noodig daarin verbetering te zullen aan brengen. De heer Stammes, die voor de laatste maal een raadszitting heeft bygewoond, spreekt een woord van afscheid en dankt den Voorzitter en de leden voor de welwillendheid, waar mede zy hem steeds hebben bejegend. Do Voorzitter drukt zyn leedwezen uit ovor hot heengaan van den heer Stammes, billijkt evenwel de redenen, die hem er toe geleid hebben en uit de beste wenschen voor zijn welzyn. (Applaus.) De heer'Korver vestigt de aandacht op het gemis van een geschikte gelegenheid tot zwemmen en baden en acht uit een oogpunt van hygiëne en zedelykheid de inrichting van een gemeente-zwembassin zeer wenscheliik. Een gedeelte van de Binnenhaven was z. i. zeer geschikt. De heer Kryuen wijst er op. hoe eenvoudig te Hoorn oen dergelijke zwem- gelegenheid is ingericht, n.1. aan de kust der Zuiderzee zyn palen geslagen, waaromheen een zeil is bevestigd. Do Voorzitter belooft de ter sprake gebrachte zaak te zullen over wegen. Hierna niemand meer het woord verlan gende, wordt de vergadering gesloten. IJit het Huiteaiiaiid. De Fransch-Duitsche oorlog, van do jaren 1870 en 1871 heeft, toen hij voor Frankrijk zulk een heel ongnnstig verloop had, in groo- te mate kwaad bloed gezet bij de Franschon tegen do Duitschers. Het betalen een er groote som als schadeloosstelling aan Duitschland werkte daartoe niet weinig meê, maar vooral ook het verlies der beide departementen Elzas en Lotharingen, die in ouder tyd tot het Duitsche Rijk behoord hadden, doch nu na eeuwen geheel Fransch waren geworden. Do verhouding der Franschon tot hunne Duitsche naburen bleef lang, zeer lang, hoogst ongun stig, vaak zelfs gespannen, en menige Fraoaeh- man zag maar steeds verlangend uit naar het oogenblik, dat de Regeoring des lands het «te wapen zou doen weerklinken, om den revanche-oorlog tegen Duitschland aantevan- gen. De opvolgende presidenten der Fransche Republiek en hunne raadslieden hebben zich echter wel gewacht, om dat woord te doen hooren, dat woord, waardoor een groot deel van Europa in ruur en vlam zou worden ge zet. Veeleer beyverde men zich om de rampen, die Frankryk door den noodlottigen oorlog hadden getroffen, te lenigen, en, geholpen door de vele hulpbronnon des lands, kwam men het ondervonden leed vry spoedig te bo ven. Van lieverlede werd de verhouding tot Duitschland ook beter, en de krachtige me dewerking der Duitsche nyverheid en indus trie op de ten vorigen jare gehouden wereld tentoonstelling to Parys was een nieuw en schitterend bewijs, dat men by de Duitsche naburen welwillendheid en vriendschap bo- traebtte, en den weg der verbroedering dor beide volken op wilde. Door zijne handelingen werkt Keizer Wilhelm van Duitschland deze pogingen tot verbroedering heel sterk in de hand. liet plan, thans door hem openlijk kenbaar gemaakt, zal ongctwyfeld in Frank rijk algemeen oen diepen, hoogst gunstigen indruk maken. Nabij Metz liggen een groot aantal Franschen begraven, die daar in 1870 zijn gesneuveld. In het belang van den bouw van nieuwo forten aldaar, is bet noodig, die graven te verplaatsen, on nu is de Keizer voornemens, de kisten to laten opgraven, en ze in plechtigen optocht, mètj Keizer Wilhelm zeiven aan 't hoofd, ovor te brengen naar de Fransche grens, waar Fransche ambtenaren ze dan in ontvangst kunnen nemen. Meermalen werd ten vorigen jare reeds gewaagd van en geklaagd over den diep treu- rigen toestand in Engelsc-h-Indië, waar oen niet onaatizienlyk deel der talrijke bevolking door hongersnood wordt geteisterd. Aanhou dende droogte vermeerderde de ellende, want daardoor werd het uitzicht op een betere toe komst nog meer verduisterd. In den jongsten tyd is er echter een verandering ten goede gekomen; flinke regenbuien zyn neergevallen, en hebben den dorstigen grond gedrenkt. De uitzichten zyn daard or in groote mate ver helderd. Do officieële berichten der Regeerfng luiden thans dan ook heel wat meer opgewekt, en doen de hoop koesleren, dat de vreësolyke hongersnood in die gewesten weldra zal op houden te heerschen. Het aantal ondersteunden is nu al 40.000 minder dan een paar weken geleden, en nog maar een half millioeo inen- Bchen moeten door Staatshulp voor den honger dood worden gevrijwaard, 'tls wel verschrik kelijk, van zalke yselijke toestanden kennis te nemen 't is waarlijk ontzettend, dat daarginds in 't zuiden van Azië, de hongerlyders nog bij honderdduizenden geteld worden. Vroeger hebban wy aleens vermeld, dat Pre sident Kruger herhaaldelijk aanzoek had ont vangen, om kaperbrieven tegen de Engelsche koopvaarders uittegeven, en dat hy deze aan zoeken beslist had afgeslagen. Opnieuw wordt thaus uit Brussel op het vroeger vermelde teruggekomen. Men heeft den President op nieuw willen bewegen, om, lettende op de gru welen der Engelschen met betrekking tut de kampen voor vrouwen en kinderen in Zuid- Al rika, alsnog zyne toestemming tot de kaap vaart te geven, 't Antwoord nuet ook nu af wijzend zyn geweest, vooreerst uit raeuach- lievendheid, ten andere met het oog op het volkenrecht. Ook heeft de heer Kruger. doen opmerken, dat hy het bewind over Transvaal by zijn vertrek aan andere handen heeft over gegeven, zoodat zyne bevoegdheid om in deze te handelen niet bestaat. De mededecling van dit eeu en ander wordt gevolgd door de ver zekering, dat de volhardende ontwerpers der kaapvaart het er niet by zullen laten zitten. Zy willen desnoods de zaak op eigen risico ondernemen. Over do noodige fondsen en ma terialen kunnen zij beschikken. Niet vaak, stellig hoogst zeldzaam, komt het voor, wanneer de betaling van een groote geldsom wordt gevorderd, en vooral wanneer <lie som zoo goed als wordt afgeperst, dat hot vooruitzicht daarop door deugene, die tot de voldoening verplicht wordt, nog met be leefdheids-betuigingen, met glimlachjes be antwoord wordt. Dit moet toch inderdaad het geval geweest zijn met de gevolmach tigden der Chineoscho Rogoering, by gele genheid dat zij aan de gezanten der mogend heden de verzekering gaven, de schadeloos- stolling van oorlogskosten met alle genoegen namens de liegeering van het Hemelache Ryk te zullen betalen. De gevolmachtigden had den zich het boterbriefje nog veel ongunstiger voorgesteld, en dus waren zij recht iu de wolken, toen het totaal bedrag nog al meêviel. Toch is het feitelijk bedrag nog zeer belangrijk, en 't zal ongetwijfeld veel moeite kosten, om die schuld tot het laatste af te doen. 't Kapitaal met den interest zal in 't geheel bijna twee duizend millioen gulden boloopen, dat is meer dan 5 gulden per hoofd der talryko bevolking. Als alles goed en ge regeld gaat, zal China zijn schuld in het jaar 1940 hebben afgelost. Ook de be straffing der schuldigen by de indertijd voor gevallen troobelen is nu dezer dagen afge handeld. De gezanten dor mogendheden heb ben zich maar tevreden gesteld met hetgeon door de Chineesche Rogoering in deze zaak is gedaan. Degradaties van ambtenaren, die er gedaan zyn, rekent men echter, dat niet veel meer dan strafFelooze verplaatsingen in golyken rang geweest zijn. De instelling van één ministerie van Buitenlandsche Zaken in China een nieuwigheid beeft den gezanten bevrediging geschonken, ofschoon hot wel wat vreerad is, dat er twee ministers aan het hoofd van dit departement geplaatst zijn. Doch de Chineezen hebben in bijna allos een bijzondere, van Westersche begrippen afwy- kende, manier van handelen. Wij, Europeanen zouden meenen, dat één minister voor dat departement wol voldoende zou zijn. Oogslmaanda tweede morgen Brengt een feestgetij Voor de Nederlanders, En stemt ieder blij. Dan verjaart de Moeder Onzer Koningin, Die wij allen eeren Als do volksvriendin. Niet in luid gejubel, Niet door feestgerucht, Geeft hot volk van Neerland Aan zijn vreugde lucht, Koninginne-Moeder, Op Uw jaarfestyn, Maar wel bidt het dat Gy Lang gespaard moogt zyn. Voor Uw liefde en goedheid, Voor Uw milde hand En Uw weldoend harte, Dankt U Nederland. Koninginne-Moeder, Ga 't U immer goed Heil U, op Uw naamfeest, Heil U, wees gegroet! W. M. Tz. KIEUWSTIJDIVUEN. HELDER, 2 Augustus 1901. Bij de Ned. Herv. gemeente te Eindhoven is beroepen Ds. A. L. Th. van der Ven, predikaat alhier. De heer J. Koetsier, onderwijzer alhier, is te Amsterdam geslaagd voor de hoofdacte. De heer C. Smit, onderwijzer alhier aan de school voor uitgebr. l.o., heeft te *8 Gravenhage acte bekomen voor de Hoog- duitsche taal l.o. Op 's Rijkswerf alhier zijn aan de navolgende personen medailles toegekend voor eerlijken en trouwen dienst als De zilveren medaille aan de conserveer- der J. G. van der Klauw, scheepsbeschie- ter J. Klerk, conserveerder A. J. Bohlen, voorslager P. M. Koomau en de werfsjou- wer J. Slort.. De bronzen medaille aan de schilders G. Rijkers en H. Abbenes, de ketelmakers D. Geertvliet en L. Dunk, schrijver le kl. J. van Otteren, bewaarder H. Bouwhuis eu de werkman L. Wiegman. Het programma van het Slafmuziekkorps der Kon. Nederl. Marino, kapelmeester Jhc. Koning, hedenavond van 8 tot 10 uur voor de Sociëteit M iriue-Club" uit to voeren, luidt uls vo'gt: a. I Volkslied. b. f Volkslied van Waldeck-Pyrmont. 1. „1'Etat-Major», Marche-Militaire, Jac. Koning. 2. «Festival - Ouverture"Albert Leutner. 3. ,Souge d'amour aprés le Bil-, Intermezzo, Alphonse Czibulka. 4. Grande Fantaisie dol'opéra „Carmen", Georges Bizct. Pauze. «Wilhelmus van Nassauon,' in de oude toonzetting (1626), Adrianus Valerius. 5. .Ouverture zum Volksfcst", Franz von Suppé. 6. .Die Wachtparade Komt!!!!», Humoreske, liichard Eilenberg. 7. «Grand Bouquet do Mélodies", O. Clement. 8. «Les Fleurs», Valse, Emil Waldteufel. 9. Finale. „Eu avaut!», Galop, Carl Ilauschild. N.B. Door afwezigheid van het Stafmnziek- korps zal het e. v. Concert voor do Sociëteit Marine-Club worden gegeven op Vrijdagavond 28 Augustus 1901, van 8 tot 10 nHr. Voor de Kamer van Arbeid voor de bouwbedrijven alhier schijnen onder de pa troons geen liefhebbers te zyn, althans bg de stemming op Dinsdag jl. hebben slechts vier kiezers gestemd, die er echter een aardigheidje van gemaakt hebben, door op een vrouw te stemmen. Te Amsterdam is tot lid der Tweede Kamer gekozen in district IV, waarvoor de heer Borgesius had bedankt, de heer J. T. Cremer, (lib.) oud-minister van Ko loniën. Te Gouda, waar mr. Heemskerk werd gekozen, doch die voor Amsterdam zitting neemt, de heer A. W. Idenburg, antirev., kapt. bij het O. I. leger. Te Veendam komen in herstemming, mr. P. J. Troelstra socialist, en mr. A. E. Smidt vrgz.-democraat. Nieuwe verkiezing te Groningen. Men meldt uit Groningen aan de »N. R. Ct.": Aangezien prof. Drucker heeft verzuimd, binnen den door de wet bepaalden ter mijn aan den burgemeester kennis te ge ven, dat hg zijn benoeming tot lid der Tweede Kamer aanneemt, wordt hij over eenkomstig art. 136 der kieswet geacht die benoeming niet aan te nemen. Men heeft getracht prof Drucker, die in Tyrol ver toeft, op zijp verzuim attent te maken, maar daartoe afgezonden brieven en tele grammen zijn hem blijkbaar niet tijdig genoeg in handen gekomen. De nieuwe verkiezing zal zich naar alle waarschijnlijkheid niet bepalen tot de offi- cieele candidaatstelling. Het is zoo goed als zeker dat een tegencandidaat gesteld zal worden. Roodvonk. Te Oudeschild leden tal van kleine kinderen in de verloopen maand aan ma zelen thans is het roodvonk uitgebroken in een gezin. In den tijd van twee dagen overleden de 30-jarige moeder en een zoontje van 6 jaren daaraan. Door dr. Wagemaker zijn de noodige maatregelen tegen verdere verspreiding genomen. Maandagmiddag werden vijf matro zen, onder geleide van twee politieagen ten van Middelburg naar boord van de »Utrecht" voor Vlissingen gebracht. Toen men bij het oorlogsschip gekomen was, wisten drie der matrozen zich los te ruk- keu en het hazenpad te kiezen. Moord te Leiden. De agent van politie De Vries, te Lei den, die door een kermishouder met een mes levensgevaarlijk werd verwond, is kort daar op overleden. De dader, A. W., 21 jaar, machinebank werker werkzaam, te Haarlem had in zijn vlucht het mes weggeworpen. Hij is, na in het politie-posthuis tot ont nuchtering te zijn geraakt, Zondagavond om tien uren geboeid naar het bureel aan de Breestraat overgebracht, ten einde ge hoord te worden voor het op te maken pro ces-verbaal. De verslagene, een zeer oppassend man, die sedert 18 April 1899 in dienst der gemeente was, laat een jonge weduwe met ééu kind achter, terwijl de vrouw boven dien in bijzondere omstandigheden ver keert. Schandaal in de Belgische Kamer. BRUSSEL, 34 Juli. Gedurende de gehee- le ochtendzitting van de Kamer beletten de socialisten de discussies door de Car- magnole eu de internationale Marseillaise te zingen, door te fluiten, te schreeuwen en de sprekers uit te jouwen, in het bij zonder minister Liebaert, die trachtte het woord te voeren over de begroóting van spoorwegen, De socialisten maakten een helsch la waai door met de lessenaars te kloppen. Eindelgk werd de zittiug te 12 u. 35 miti. onder groot rumoer opgeheven. De socia listen riepen >Wg zullen dit hervatten". FE3UILLBTON. DE BOOZE GEEST. Vry bewerkt door AMO. 16) «Ben je dol geworden,» riep de Franschman nit: «laat de paarden los, zeg ik je, we moe ten of voorwaarts of terug.» «Het opperhoofd is van gevoelen dat wy stil moeten blyven waar we zyn," hernam Jacques Leroy, kalm, zonder de teugels los te laten. «Toen het losse paard uit het bosch kwam rennen, sprongen de Apaches van den grond op." «Enkelen trachtten het dier tegen te honden, doch de meesten maakten aanstalten om het woud binnen to dringen.» «Plotseling weerklonk nu hot krijgsge schreeuw der Choctaws en de ruiters met do Zittende Stier aan de spits, vertoonden zich op de vlakte.» ,Om liet gevaar van overreden to ontko men, stoven de Apaches naar alle kanten uit een.' «In plaats van tot den aanval over te gaan, reden de Choctaws in rechte lijn door de prai rie.» ,Een luid geschreeuw ovor de vermeende lafhartigheid hunner doodvijanden aanheffend begonnen de Apaches in matigen draf rijden de Choctaws nu te vervolgen.» Binnen weinige oogenblikken was nu de weg naar de kolonie vrij en dat was juist hetgeen de Zittende Stier gewenscht had.» «Nu kunnen we Ninette in veiligheid bren gen,' zeide Jacques Leroy en liet de tengels los, «vooruit, het geldt uw leven.» «Charles liet zich dit geen tweemaal zeg gen en als pijlen uit den boog vlogen de die ren recht op de kolonie aan.» Zywaarts zagen de drie ruiters een ver ward gewoel van menschen en paarden.' De kolonisten stonden met geladen buksen achter de palissaden en wisten niet wat dit zondering schouwspel te beduiden had, dóch spoedig herkenden ze de drie ruiters. De poort werd wyd geopend en Ninette met hare met gezellen reden naar binnen. De schermutseling in de prairie nam inmid dels grootere verhoudingen aan en voortdu rend kwamen nieuwe bendon Apaches uit- het wond te voorschijn om tiun bedreigde stam- genooten te hulp te snellen. De Zittende Stier begreep dat die groote overmacht zyner krijgslieden verderfelijk zou worden en daar buitendien zyn doel beroikt was, gaf hy bevel om het gevecht te sta ken. Twee dor Choctaws waren gesneuveld, doch zeker tien maal meer Apaches. Plotseling kwam na een onbereden Choc- taw nit het bosch te voorschijn, greep een der paarden van de gosneuvolden en sprong behendig in den zadel. «Het was Berenklauw.' «Met onweerstaanbare vaart braken de ge zamenlijke Choctaws door de ryon hun Der vyanden en renden in goede orde de prairie in, terwyl de verschalkte Apaches een woe dend geschreeuw aanhieven en zich in het woud terugtrokken. Charles Larnon's eerste vraag aan de kolo nisten was: «waar is Jean Houdance?» Hy was hier,„ zeide de heer Bouleau aar zelend. »Maar waar is hy op het oogenblik vroeg Ninette angstig. ,De geestelijke gaf do volgende verkla ring XH. Op den dag van uw vertrek kwam Jean Houdance des namiddags hier uud.« Hy zag er doodelijk vermoeid uit en was ongewapend; hy verlangde onmiddellijk u te spreken, doch ik gaf hem te kennen dat ge juist met inynheer Leroy op weg waart ge gaan om te beproeven hem en Ninette met behulp der Choctaws uit de gevangenschap te verlossen. Dit bericht verheugde hem zeer en hy ver heelde niet, dat bij herwaarts gekomen was om uwe hulp te verzoeken, ten einde zijne dochter nit de handen der Apaches te verlos sen. Hem zelf was hot gelukt to ontvluchten. Jean H rndanco had vervolgens en ammu- nitie verzucht zoomedo om een paard ter leen. Nog donzelfden avond verliet hy, door spijs en drank verkwikt, de kolonie, na ray opge- dragcu te hebben u mede te deelen, dat ver scheidene stammen der Apaches bijeengeko men waren, met het doel om, onder aanvoe ring van Uiakowa, de kolonie to verwoesten, alle bewoners te vermoorden en zich vervol gens bij het leger van Wolventand to gaan voegen. Eer Houdance te paard steog, voegde hy my de volgen le woorden toe: «daar mjjnheer Larnon uitgetrokken is om mijne dochter te bevrijden, zal ik wederkeerig trachten alle bewoners van Libreville het leven te red- deD. Mocht ik niet terngkoeren, dan is mijn plan mislukt en ik behoor niet meer tot de levenden. «God beschorme dan do kolonie!» ,Een zonderling mensch,» zeide Charles Laruon, terwyl hij onwillekeurig aan den noodlottigen avond in het-Ulokhuis dacht, toen de Trapper evenzeer van 't geheimzinnig red dingsplan gewaagd had, doch waarvan do uit voering door de plotselingo tusschonkomst der Apaches met de gevangen Ninette verjjdeld was geworden.» ,Ja, zeer zonderling,» gaf de heer Bloulean zuchtend toe, «maar waarheid heeft hy ge sproken, waut het eerste gedeelte zyner voor spellingen is reeds vervuld.» Dezen morgen vroeg legerden de Apaches zich in het woud en hebbon reeds twee aan vallen op de kolonie gedaan." «Even voor uwe komst hebben we zo te ruggeslagen, maar ze overtoffen ons meer dan zesvoudig in aantal, Hun aangeboren wreedheid en bloeddorst schynt hunne voorzichtigheid zelfs te beheer- schen, anders zouden zo hunne lichamen niet op klaarlichten dag aan de kogels onzer man nen blootstellen.» «Een zware stryd wacht ons." «Ik vrees voor den aanstaanden nacht.» Laten wy echter bopen dat het tweede gedeelte van Hondance's woorden waarheid moge worden en de beloofde hulp verschynt.» ,Do dokter zeide niets, want hij geloofde niet aan die hulp.' «Waarin zou die toch kunnen bestaan?» Die belofte van den Trapper klonk even raadselachtig en onverklaarbaar als die in het blokhuis gedaan, en over welker betcekenis Charles Larnon by zijne eersto ontmoeting met Jean Houdance zich zekerheid wilde ver schaffen.» Als myn vader iets belooft, houdt hy zyne belofte," merkte Ninette op, „en nu vrees ik niet meer voor zyn levengoed gewapenden bereden als hij nu is kan hy gemakkelyk alle valstrikken der Roodhuiden trotsoeren.' «Charles Larnon nam nu alle mogelijke voor zorgen tegen een verachten aanval.' De palissaden waren goed in orde, doch men deelde hem mede, dat het den Apaches niet te doen was om die te vernielen, daar ze veeleer op elkanders schouders klommen, om op die wijze or over heen te komen.' Het hevige geweervuur had hen echter tot tweemaal toe verdreven." Charles Larnon moest erkoonen, dat deze wyze van aanval, vooral gedureode den nacht een groot gevaar opleverde, en hy kwam op een goeden invalwaren de spitse palen geen beletsel voor de Apaches, dan moest daarin voorzien worden, door lange spijkers door de spitse ponten to slaan.» „Zoo gezegd, zoo gedaan.» «Hy gaf terstond do noodige bevelen en spoedig was alles wat handen aan het lijf had aan hol werk. ,Ondanks de duisternis was het binnen con ir gereed.» „Middernacht was voorbij en onheilspel lend lag de sluier van den nacht over Libre ville gespreid.» «Niemand in do kolonie had een oog ge sloten." „De vrouwen baden, de mannen stonden op hun post, wel met een bezwaard hart, maar vaat besloten om wat hun lief was op de we reld tot het uiterste te verdedigen.» „De maan was achter de wolken verdwe- neu en do weinige sterren gaven slechts eon mat licht." „Men moest dus alles in het werk stellen om op zyne hoede te zyo.' (Op korte afstanden brandden perkkran- sen.' «De aanwezigheid van Jacques Leroy en andere Trappers van ondervinding boezemde den kolonisten zelfvertrouwen in.' ,Deze mannen der wildernis legden eene koelbloedigheid aan den dag, als ware or slechts sprake van iets zeer gewoons. ,Ninette bovond zich in de hut der wedu- i en dochter van den vermoorden poortwach ter en deelde de diepbedroefde vrouwen na dere bijzonderheden betreffende diens dood mo de." Charles Larnon en Leroy liepen langs do palissaden op en neer.» «De laatste wierp hier en daar een blik door de schietgaten naar buiten doch schudde ton laatste geërgerd het hoofd.» ,Zoo donker als een nacht in dit land maar zijn kan,* mompelde hij, ,het bosch is niets dan een donkere massa.» „Laat de pekkransen toch wat feller bran den, mynheer Larnon, anders sluipt dat gifti ge gebroedscl tot vlak onder do palissaden, zonder dat we er iets van bemerken.» «Een uur na middernacht, toen de boht- handolaar weer door oen der schietgaten keek, berichtte hij den dokter dat er onraad was." „Hoe zoo, mijnheer Leroy?» «De duivel halo my als de kerels niet iets in hun schild voeren, doch ik kan nog niets onderscheiden.» «Kort daarna zeide hy: «nu wordt ray de zaak duidelijk, ziet ge nog nieïsi mynheer Larnon?» «Tot na toe niets maar wacht, daar zie ik iets bewegen in de prairie.» Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1901 | | pagina 1